Directoraat-generaal Belastingdienst/Corporate Dienst Vaktechniek
Besluit van 6 juni 2025, nr. 2025-10082
De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.
Dit besluit wijzigt het besluit Ondernemingsfaciliteiten1. De wijziging betreft een redactionele aanpassing zonder inhoudelijke gevolgen in
de onderdelen 2.2 (Onderneming ingebracht in BV) en 4.2 (Aanhoudingseis. Certificering
van aandelen) en het vervallen van de onderdelen 6 (Splitsing (artikel 15, eerste
lid, onderdeel h, WBR) en 6.1 (Verkrijging aandelen bij splitsing).
ARTIKEL I
Het besluit van 17 oktober 2024, nr. 2024-34456 (Stcrt. 2024, 10969), wordt als volgt gewijzigd:
A
Onderdeel 1 wordt als volgt gewijzigd.
1. Aan de eerste alinea worden twee volzinnen toegevoegd, luidende:
Dit besluit werd gewijzigd bij besluit van 6 juni 2025, nr. 2025-10082, (Stcrt. 2025-20464). De wijziging betrof de onderdelen 2.2, 4.2 en het vervallen van de onderdelen 6
en 6.1.
2. De vijfde alinea komt te luiden:
Het nieuwe onderdeel 7 bevat een goedkeuring voor de toepassing van de vrijstelling
van artikel 15, eerste lid, onderdeel q, WBR (cultuurgrond).
B
In onderdeel 2.2 (Onderneming ingebracht in BV) wordt ‘artikel 15, eerste lid, onderdeel
b, van de WBR’ vervangen door ‘artikel 15, eerste lid, onderdeel b, WBR’.
C
In onderdeel 4.2 (Aanhoudingseis. Certificering van aandelen) wordt in voorwaarde
b ‘omzetting van de onderneming’ vervangen door ‘fusie’.
D
De onderdelen 6 en 6.1 vervallen.
ARTIKEL II
Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2025.
De Staatssecretaris van Financiën,
namens deze,
H.G. Roodbeen Hoofddirecteur Fiscale en Juridische zaken
TOELICHTING
Artikel I, onderdeel A, bevat een toelichting op de wijzigingen die in dit besluit
zijn opgenomen.
Artikel I, onderdeel B, betreft een redactionele wijziging zonder inhoudelijke gevolgen.
Artikel I, onderdeel C, betreft een redactionele wijziging zonder inhoudelijke gevolgen.
Met de wijziging is de tekst in voorwaarde b in overeenstemming met de situatie waarvoor
de goedkeuring in dit onderdeel geldt.
In artikel I, onderdeel D, worden de onderdelen 6 en 6.1 ingetrokken. Dit is nodig
in verband met de wijziging per 1 juli 2025 van de voorwaarden voor de vrijstelling
bij splitsing bedoeld in artikel 15, eerste lid, onderdeel h van de Wet op belastingen
van rechtsverkeer, welke voorwaarden zijn opgenomen in artikel 5c van het Uitvoeringsbesluit
belastingen van rechtsverkeer. Deze wijziging is aangekondigd in artikel VI van het
Besluit van 18 december 2024 tot wijziging van enige uitvoeringsbesluiten op het gebied
van belastingen en enige andere besluiten (Eindejaarsbesluit 2024), Staatsblad 2024 441. In de gewijzigde regeling geldt de vrijstelling onder voorwaarden ook voor de verkrijging
van aandelen bij een splitsing. Een goedkeurende regeling voor een dergelijke verkrijging
is daarom niet meer nodig.
Artikel II regelt de datum van inwerkingtreding van de onderhavige wijzigingen. Deze
datum wordt gesteld op 1 juli 2025. Dit besluit is na de inwerkingtreding terstond
uitgewerkt.
De Staatssecretaris van Financiën,
namens deze,
H.G. Roodbeen Hoofddirecteur Fiscale en Juridische zaken