Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rijkswaterstaat | Staatscourant 2023, 7169 | overige overheidsinformatie |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rijkswaterstaat | Staatscourant 2023, 7169 | overige overheidsinformatie |
28 februari 2023
RWSZ2022-000178
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Begripsbepaling
In deze beschikking wordt verstaan onder:
• “Het hoofd afdeling vergunningverlening”: het hoofd afdeling vergunningverlening, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht;
• “De waterbeheerder”; de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, per adres Rijkswaterstaat Midden-Nederland, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht, per e-mail adres handhaving-middennederland@rws.nl;
• “Verkeer- en Watermanagement afdeling Noord-Oost ”: het hoofd van de afdeling Noord-Oost van Verkeer- en Watermanagement van Rijkswaterstaat, tel. 088-7973300;
• “District Noord, Midden Nederland”: het hoofd van het district Midden-Nederland Noord, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht;
• “scheepvaartverkeer”: verkeer van schepen en andere vaartuigen, overeenkomstig de bepalingen in de Scheepvaartverkeerswet;
• “CMIJ”: de Centrale Meldpost IJsselmeergebied van de Rijkswaterstaat te Lelystad telefoonnummer 088-7973300, email cmij@rws.nl, bereikbaar per VHF op kanaal 1;
• “BABS”: Besluit administratieve bepalingen inzake het Scheepvaartverkeer;
• “Svw”: Scheepvaartverkeerswet;
• “Bpr”: Binnenvaartpolitiereglement;
• “Awb”: Algemene wet bestuursrecht.
OVERWEGINGEN TEN AANZIEN VAN HET BESLUIT
Op 31 juli 2020 met kenmerk RWS-2020/40262 is op grond van artikel 5.4 van de Waterwet een projectplan voor het verwijderen van het Roggebotcompelx vastgesteld. Een onderdeel van dit projectplan is het gefaseerd verwijderen van de Roggebotdam en – sluis.
Op 9 december 2022 is een verzoek van Combinatie Roggebot v.o.f. ontvangen voor een Verkeersbesluit. Het verzoek is geregistreerd onder zaaknummer RWSZ2022-00017873.
Het huidige Roggebotcomplex verhindert een vrije afstroom van het hoogwater via het Reevediep en het Drontermeer naar het Vossemeer en het IJsselmeer; door het hele complex weg te halen, ontstaat een doorstroomopening van ongeveer 100 meter breed tussen het Drontermeer en het Vossemeer en kan het water vrij doorstromen. Onderdeel van het project is een nieuwe brug en een nieuw vaarweg- en bodemprofiel bij Roggebot. Voorwaarde hiervoor is dat het wegverkeer over de N307 doorgang moet blijven houden, daarnaast moet de scheepvaart voor beroepsvaart doorvaart houden en voor recreatievaart zo veel als mogelijk behouden blijven.
Nadat het verkeer over de nieuwe brug rijdt, kan er begonnen worden met het verwijderen van de Roggebotdam. Het verwijderen van de Roggebotdam is noodzakelijk om doorgang door het beweegbare deel van de nieuwe brug mogelijk te maken. Gezien de te verwijderen Roggebotsluis zich in het nieuwe vaarwegprofiel bevindt en er slechts beperkte tijd beschikbaar is, zal het verwijderen van de Roggebotcomplex (inclusief Roggebotdam) in verschillende fases plaatsvinden.
Om het scheepvaartverkeer altijd doorgang te laten houden wordt de vaarweg verlegd naar het beweegbare deel van de nieuwe brug. Om dit zo snel mogelijk doorgang te laten vinden zal er in eerste instantie een profiel met de minimale breedte van het beweegbare deel van de nieuwe brug (14 meter) in de Roggebotdam gecreëerd worden. Vervolgens zal de huidige doorvaart ter plaatste van de sluis, gewijzigd worden naar de doorgang te plaatse van het beweegbare deel van de nieuwe brug. Hierbij wordt er gebaggerd tot minimaal de huidige doorvaartdiepte van de sluis (-3,80m NAP).
Voor het veilig uitvoeren van de werkzaamheden is het wenselijk om een werkgebied in te stellen, het scheepvaartverkeer te attenderen op de verlegde vaarweg en gezien de werkzaamheden naast en in de verlegde vaarweg worden uitgevoerd de vaarsnelheid aan te passen en ervoor te zorgen dat hinderlijke waterbeweging wordt voorkomen. Tevens geldt er een beperkte vaarwegbreedte en is daarom voorbijlopen en ontmoeten verboden. Het plaatsen van de borden kan mogelijk worden gemaakt door het nemen van het Verkeersbesluit.
Juridisch kader
Op grond van artikel 2 Svw ben ik bevoegd een Verkeersbesluit te nemen. In artikel 3 Svw is opgenomen dat ik de belangen van onder andere een vlotte en veilige doorvaart, schade en veiligheidsrisico’s hierbij in acht moet nemen.
Op grond van artikel 5 Svw kan ik beslissen een verkeersteken aan te brengen en op grond van artikel 7 Svw kan ik besluiten, al dan niet onder voorwaarden, een ontheffing te verlenen van een Verkeersbesluit.
In bijlage 7 van het Bpr zijn de verkeerstekens opgenomen. Onder A van deze bijlage de verbodstekens. In bijlage 8 van het Bpr zijn regels opgenomen ten aanzien van de markering van vaarwater.
Op grond van artikel 2 van het BABS mag het bevoegd gezag bij het nemen van een Verkeersbesluit uitsluitend gebruik maken van verkeerstekens, die een gebod of verbod bevat zoals is opgenomen in bijlage 7 en 8 van het Bpr.
Op grond van artikel 10, onder a van het BABS kan door het bevoegd gezag voor het uitvoeren van werken verkeerstekens die een gebod of een verbod dan wel de opheffing van een gebod of een verbod aangeven, worden aangebracht zonder verkeersbesluit. Indien dit langer duurt dan 13 weken of regelmatig terugkeert is op grond van artikel 12 van het BABS alsnog een Verkeersbesluit nodig.
Er worden werken geplaatst in onderhavige situatie die vallen onder artikel 10, lid a van het BABS en dus zonder verkeersbesluit kunnen worden geplaatst. Echter de werken blijven langer dan 13 weken aanwezig, waardoor er een verkeersbesluit genomen moet worden op grond van artikel 12 van het BABS.
Belangenafweging en motivering
In het Drontermeer is de nieuwe Roggebotbrug gerealiseerd en wordt het Roggebotcomplex verwijderd. Om de nautische veiligheid van het scheepvaartverkeer en het uitvoeren van de werkzaamheden te waarborgen worden voor en na de nieuwe Roggebotbrug borden geplaatst. Tevens wordt ter hoogte van de huidige Roggebotsluis een werkgebied ingesteld. In bijlage 1 van dit Verkeersbesluit zijn de posities van de borden opgenomen.
In onderstaande figuur is een impressie van de situatie weergegeven:
• Links: de huidige situatie (vaargeul via sluis);
• Midden: situatie ten tijde van de Scheepvaartmaatregel (verlegde vaarweg via beweegbare deel brug); en
• Rechts: de eindsituatie.
Werkgebied
Het werkgebied wordt gemarkeerd met het plaatsen van betonning in combinatie met een ballenlijn en voorzien van een (top)teken met het verbodsteken A.1 (in-, uit- of doorvaren verboden) uit bijlage 7 van het Bpr. In bijlage 1 van dit besluit zijn de posities van de betonning opgenomen.
Bebording
Aan het begin en eind van de werkzaamheden worden borden geplaatst. In bijlage 1 van dit besluit zijn de posities van de borden opgenomen.
Het betreffen onderstaande borden, waarbij op de achterkant van deze borden een bord eind van de verboden wordt geplaats. In onderhavige figuur is dit weergegeven.
Voorzijde bord
Achterzijde bord
En een los bord:
Het betreffen hier de volgende borden uit bijlage 7 van het Bpr:
• Verbodsteken A.4: Ontmoeten en voorbijlopen verboden;
• Verbodsteken A.9: Verboden hinderlijke waterbeweging te veroorzaken;
• Verbodsteken B.6: Verplichting de vaarsnelheid te beperken, zoals is aangegeven (in km/u);
• Gebodsteken B.8: Verplichting bijzonder op te letten;
• Beperkingsteken C.2: Beperkte doorvaarthoogte; eventueel de beschikbare doorvaarthoogte aangegeven in meters;
• Beperkingsteken C.3: Beperkte breedte van doorvaart of vaarwater; eventueel de beschikbare breedte aangegeven in meters,
• Aanwijzingteken E.11: Einde van een verbod of een gebod geldend voor één richting of einde van een beperking.
Gezien de nieuw onstane situatie en continue wijzigingen in de situatie voor de beroepsvaart en recreatievaart zal gedurende de werkzaamheden op diverse momenten scheepvaartbegeleiding aanwezig zijn. Hierbij kan gedacht worden aan scheepvaartbegeleiding tijdens werkzaamheden in de versmalde vaargeul, tijdens het omleggen huidge vaargeul via sluis naar verlegde vaarweg via beweegbare deel brug inclusief de eerst volgende werkweek, tijdens feestdagen en vakantieperiodes.
Gedurende de periode van 1 april 2023 tot en met 13 november 2023 vinden hier werkzaamheden plaats. Het verkeersbesluit zal dan ook gedurende deze periode gelden, met een mogelijke uitloop van enkele weken. De daadwerkelijke begindata en einddata en definitieve posities worden door middel van Bericht aan de scheepvaart bekend gemaakt.
Overleg
Bij de voorbereiding van het besluit is aan Politie Landelijke Eenheid (Dienst Infrastructuur, afdeling Noordwest), de gemeente Dronten, gemeente Kampen, de provincie Flevoland, de provincie Overijssel, waterschap Drents Overijsselse Delta en waterschap Zuiderzeeland de mogelijkheid geboden tot het geven van een reactie. Van deze mogelijkheid is geen gebruik gemaakt.
De Hiswa, Watersportverbond, Toeristische Kano Bond Nederland, Stichting Gastvrije Randmeren, Belangenvereniging Beroeps Zeilschippers (BBZ) en de Schuttevaer zijn tevens de mogelijkheid geboden tot het geven van een reactie.
Stichting Gastvrije Randmeren heeft aangegeven geen aanleiding tot het inbrengen van op-/aanmerkingen te zien. De overige belangenorganisaties hebben van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt.
Alle belanghebbenden ontvangen een (digitaal) afschrift van onderhavig Verkeersbesluit. Daarnaast wordt door de aannemer overleg gevoerd met diverse belanghebbenden.
Procedure
Door mij is geen voorbereidingsprocedure op grond van de Algemene wet bestuursrecht, afdeling 3.4, gevolgd. Reden hiervan is, dat ik ervan uitga dat andere belanghebbenden door het nemen van dit besluit niet in hun rechten worden aangetast. De voorbereiding van dit besluit heeft conform het gestelde in afdeling 4.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht plaatsgevonden.
BESLUIT:
Op grond van vorenstaande overwegingen besluit ik op grond de artikelen 2, 3, 5 en 7 van de Scheepvaartverkeerswet, juncto bijlage 7 en 8 Binnenvaartpolitiereglement en juncto de artikelen 2, 10a en 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het Scheepvaartverkeer:
1. dat het verboden is om het gemarkeerd werkgebied in het Vossemeer en Drontermeer rondom het te verwijderen Roggebotcomplex, met vaartuigen in-, uit- of door te varen;
2. dat het een gemarkeerd werkgebied betreft met betonning in en nabij het werkgebied conform Bijlage 1 van dit Verkeersbesluit;
3. dat deze verboden kenbaar worden gemaakt door het verkeersteken A.1 (bijlage 7 Bpr), inhoudende een algeheel vaarverbod geplaatst als (top)teken op de aanwezige bijzondere betonning en hoekpunten van de ballenlijn;
4. dat voor het gehele werkgebied nabij het te verwijderen Roggebotcomplex het verboden is om te ontmoeten en voorbij te lopen;
5. dat voor het gehele werkgebied nabij het te verwijderen Roggebotcomplex het verboden is om hinderlijke waterbeweging te veroorzaken;
6. dat voor het gehele werkgebied nabij het te verwijderen Roggebotcomplex de verplichting geldt om bijzonder op te letten;
7. dat voor het gehele werkgebied nabij het te verwijderen Roggebotcomplex niet mag worden gevaren met een snelheid groter dan 6 km per uur;
8. dat deze ge- en verboden kenbaar worden gemaakt door conform bijlage 7 van het Bpr verkeerstekens te plaatsen zoals aangegeven in Bijlage 1 van dit Verkeersbesluit;
9. dat ontheffing van dit verbod wordt verleend aan:
a. vaartuigen die deel uit maken van het werkverkeer dat betrokken is bij de verwijdering van het Roggebotcomplex door of namens Combinatie Roggebot v.o.f.;
b. overheidsvaartuigen bezig met de uitoefening van de hun toegewezen taken;
c. vaartuigen namens de overheid bezig met de uitoefening van de hun toegewezen taken.
10. dat onderhavig Verkeersbesluit van kracht is tot en met 30 november 2023.
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT, namens deze, hoofd van de afdeling Vergunningverlening Rijkswaterstaat Midden-Nederland J.J.A. Stammen
BIJLAGE MEDEDELINGEN
Bezwaar
Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekend gemaakt, een bezwaarschrift worden ingediend. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan Rijkswaterstaat Midden-Nederland, afdeling Werkenpakket, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht.
Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:
a. de naam en adres van de indiener;
b. de dagtekening;
c. een omschrijving van het besluit, waartegen het bezwaar is gericht en
d. de gronden van het bezwaar.
Indien een bezwaarschrift is ingediend, is het mogelijk om daarnaast een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening in te dienen. Een dergelijk verzoek dient te worden gericht aan de voorzieningenrechter van de rechtbank binnen het rechtsgebied, waarin de indiener van het bezwaarschrift zijn woonplaats heeft. Het verzoek dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:
a. de naam en het adres van de verzoeker;
b. de dagtekening;
c. de gronden van het verzoek (motivering).
Bij het verzoek dient voorts een afschrift van het bezwaarschrift te worden overgelegd. Zo mogelijk wordt tevens een afschrift van het besluit, waarop het geschil betrekking heeft, overgelegd. Naar aanleiding van het verzoek kan de voorzieningenrechter een voorlopige voorziening treffen, indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
Voor de behandeling van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt een bedrag aan griffierecht geheven. De griffier van de betrokken rechtbank wijst de verzoeker na indiening van diens verzoek op de verschuldigdheid van het griffierecht en bericht de verzoeker binnen welke termijn en op welke wijze het verschuldigde griffierecht moet worden voldaan.
Indien het bezwaar- en/of verzoekschrift in een vreemde taal is gesteld en een vertaling voor een goede behandeling van het verzoek noodzakelijk is, dient de indiener zorg te dragen voor een vertaling.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2023-7169.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.