Besluit van de Autoriteit Consument en Markt van 25 januari 2021, kenmerk ACM/UIT/544512, tot wijziging van de voorwaarden als bedoeld in artikel 31 en artikel 54, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 betreffende standaardjaarinvoeding en standaardjaarafname elektriciteit

De Autoriteit Consument en Markt,

Gelet op artikel 36 en 55 van de Elektriciteitswet 1998;

Besluit

ARTIKEL I

De Informatiecode elektriciteit en gas wordt gewijzigd als volgt:

A

Artikel 2.1.3, onderdeel r komt te luiden:

  • r. in geval van gasaansluitingen waarbij de allocatie met behulp van profielen plaatsvindt: het standaardjaarverbruik gas;

B

In artikel 2.1.3 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel y door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • z. de standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding elektriciteit, waar mogelijk onderscheiden naar normaaluren en laaguren.

C

Artikel 5.1.3.1 komt te luiden:

5.1.3.1

De leverancier valideert de meterstand, bedoeld in 5.1.2, met uitzondering van de meterstand zoals bedoeld in artikel 5.1.2.1a, met behulp van de in het toegankelijk meetregister vermelde historische meterstanden en de uit het aansluitingenregister verkregen standaardjaarafname elektriciteit, standaardjaarinvoeding elektriciteit of standaardjaarverbruik gas en controleert of de meterstand, indien van toepassing voor zowel het normaaltelwerk als het laagtelwerk, tussen de volgende validatiegrenzen ligt:

  • a. Bovengrens afname elektriciteit =

    Vorige meterstand + 200% * [SOM fractieafname (Datumvorige meterstand: Datumte valideren meterstand)] * SJA / vermenigvuldigingsfactor;

  • b. Ondergrens afname elektriciteit =

    Vorige meterstand + 50% * [SOM fractieafname (Datumvorige meterstand: Datumte valideren meterstand)] * SJA / vermenigvuldigingsfactor;

  • c. Bovengrens invoeding elektriciteit =

    Vorige meterstand + 200% * [SOM fractieinvoeding (Datumvorige meterstand: Datumte valideren meterstand)] * SJI / vermenigvuldigingsfactor;

  • d. Ondergrens invoeding elektriciteit =

    Vorige meterstand + 50% * [SOM fractieinvoeding (Datumvorige meterstand: Datumte valideren meterstand)] * SJI / vermenigvuldigingsfactor;

  • e. Bovengrens gas =

    Vorige meterstand + 200% * [SOM fractie (Datumvorige meterstand: Datumte valideren meterstand)] * SJV / vermenigvuldigingsfactor;

  • f. Ondergrens gas =

    Vorige meterstand + 50% * [SOM fractie (Datumvorige meterstand: Datumte valideren meterstand)] * SJV / vermenigvuldigingsfactor.

D

Artikel 5.1.3.3 komt te luiden:

5.1.3.3

De leverancier berekent de meterstand indien geen collectie op grond van paragraaf 5.1.2 heeft kunnen plaatsvinden of wanneer in overleg met de aangeslotene, bedoeld in 5.1.3.2, geen duidelijkheid is verkregen over de bruikbaarheid van de meterstand die buiten de validatiegrenzen, bedoeld in 5.1.3.1, valt. Voor deze berekening wordt gebruik gemaakt van de volgende algoritmen:

  • a. Berekende meterstand (afname elektriciteit normaal) =

    Vorige meterstand (normaal) + [SOM fractieafname (Datumvorige meterstand: Datumte berekenen meterstand)] * SJAnormaaluren / vermenigvuldigingsfactor;

  • b. Berekende meterstand (afname elektriciteit laag) =

    Vorige meterstand (laag) + [SOM fractieafname (Datumvorige meterstand: Datumte berekenen meterstand)] * SJAlaaguren / vermenigvuldigingsfactor;

  • c. Berekende meterstand (afname elektriciteit totaal) =

    Vorige meterstand (totaal) + [SOM fractieafname (Datumvorige meterstand: Datumte berekenen meterstand)] * (SJAnormaaluren+ SJAlaaguren) / vermenigvuldigingsfactor;

  • d. Berekende meterstand (gas) =

    Vorige meterstand+ [SOM fractie (Datumvorige meterstand: Datumte berekenen meterstand)] * SJV / (vermenigvuldigingsfactor * volumeherleidingsfactor), met inachtneming van 5.1.3.5;

  • e. Berekende meterstand (invoeding elektriciteit normaal) =

    Vorige meterstand (invoeding elektriciteit normaal);

  • f. Berekende meterstand (invoeding elektriciteit laag) =

    Vorige meterstand (invoeding elektriciteit laag).

E

Artikel 5.3.2.5, onderdeel b komt te luiden:

  • b. het verbruiksprofiel dat overeenkomstig de systematiek beschreven in bijlage B1.3 wordt bepaald voor zover het een andere installatie dan een installatie voor openbare verlichting of een verkeersregelinstallatie betreft met dien verstande dat de regionale netbeheerder de standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding bepaalt op basis van de gegevens genoemd in artikel 2.30, tweede lid, van de Netcode elektriciteit.

F

De titel van paragraaf 5.4 komt te luiden:

5.4 Standaardjaarafname elektriciteit, standaardjaarinvoeding elektriciteit en standaardjaarverbruik gas

G

De titel van paragraaf 5.4.1 komt te luiden:

5.4.1 Bepalen standaardjaarafname elektriciteit, standaardjaarinvoeding elektriciteit en standaardjaarverbruik gas

H

Artikel 5.4.1.1 komt te luiden:

5.4.1.1

De regionale netbeheerder bepaalt de standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding voor elektriciteitsaansluitingen overeenkomstig bijlage B1.3 en het standaardjaarverbruik voor gasaansluitingen overeenkomstig bijlage B3.4.

I

Artikel 5.4.1.4 komt te luiden:

5.4.1.4

Indien er sprake is van een niet correct geregistreerde afname of invoeding van elektriciteit dan wel verbruik van gas als gevolg van een defect in de meetinrichting, niet zijnde een schakelstoring, zal de netbeheerder in afwijking van 5.4.1.1 de standaardjaarafname of standaardjaarinvoeding elektriciteit dan wel het standaardjaarverbruik gas vaststellen op het gemiddelde van het profiel.

J

Artikel 5.4.1.5 komt te luiden:

5.4.1.5

Indien er sprake is van een niet correct geregistreerde afname of invoeding van elektriciteit als gevolg van een schakelstoring in de meetinrichting, zal de netbeheerder in afwijking van 5.4.1.1 een standaardjaarafname of standaardjaarinvoeding bepalen door de verhouding 40% normaal en 60% laag toe te passen op de vastgestelde totale standaardjaarafname of de verhouding 70% normaal en 30% laag toe te passen op de vastgestelde totale standaardjaarinvoeding.

K

De titel van paragraaf 6.6 komt te luiden:

6.6 Bepalen standaardjaarafname elektriciteit, standaardjaarinvoeding elektriciteit en standaardjaarverbruik gas van profielgrootverbruikaansluitingen

L

Artikel 6.6.1 komt te luiden:

6.6.1

De netbeheerder berekent een standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding voor de grootverbruikaansluitingen elektriciteit binnen zijn netgebied volgens de methode in Bijlage 1.

M

Na artikel 6.6.1 wordt een artikel 6.6.1a ingevoegd, luidende:

6.6.1a

De netbeheerder berekent een standaardjaarverbruik voor de profielgrootverbruikaansluitingen gas binnen zijn netgebied volgens de methode in Bijlage 3.

N

Artikel 6.6.2 komt te luiden:

6.6.2

De netbeheerder muteert het aansluitingenregister met de nieuw bepaalde standaardjaarafname elektriciteit, de standaardjaarinvoeding elektriciteit of het standaardjaarverbruik gas uiterlijk vijf werkdagen na de ontvangst van de meetgegevens van de meetverantwoordelijke.

O

Artikel B1.1.1 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.1.1

Een standaardprofiel voor afname respectievelijk standaardprofiel voor invoeding is opgebouwd uit profielfracties van de standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding voor ieder klokkwartier van het jaar. De profielfracties worden afgerond op 8 cijfers achter de komma.

P

Artikel B1.2.6 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.2.6

Aansluitingen met een doorlaatwaarde groter dan 3x80A op laagspanning die, onverminderd het bepaalde in 2.4.1 van de Meetcode elektriciteit, zijn voorzien van een profielgrootverbruikmeetinrichting worden ingedeeld in profielcategorie E3 van de overeenkomstig B1.1.3 vastgestelde set standaardprofielen.

Q

De titel van paragraaf B1.3 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.3 De standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding elektriciteit

R

Artikel B1.3.1 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.3.1

De netbeheerder bepaalt de standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding van een aansluiting die op grond van B1.2.1 tot en met B1.2.5 of B1.2.10 is ingedeeld in de profielcategorieën E1A, E1B, E1C, E2A, E2B of E4A, door de gemeten afname respectievelijk invoeding op die aansluiting over de kleinst mogelijke afname- respectievelijk invoedingsperiode van minimaal 300 dagen te delen door de som van de profielfracties in het, bij de profielcategorie behorende, standaardafnameprofiel respectievelijk standaardinvoedingprofiel over de desbetreffende periode. De afname- respectievelijk invoedingsperiode gaat in de eerste hele dag (vanaf 00:00 uur) na de eerste meteropname en loopt tot en met de dag van de laatste meteropname (tot 24:00 uur). De netbeheerder maakt hierbij uitsluitend gebruik van afgelezen of uitgelezen meterstanden. De standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding bestaat uit een positief getal of nul.

S

Artikel B1.3.2 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.3.2

De netbeheerder bepaalt de standaardjaarafname van een aansluiting als bedoeld in B1.2.6 door de gemeten afname op die aansluiting over de kleinst mogelijke afnameperiode van minimaal 345 dagen te delen door de som van de profielfracties in het, bij de profielcategorie behorende, standaardafnameprofiel over de desbetreffende periode. De afnameperiode gaat in de eerste hele dag (vanaf 00:00 uur) na de eerste meteropname en loopt tot en met de dag van de laatste meteropname (tot 24:00 uur). Hierbij wordt uitsluitend gebruik gemaakt van afgelezen of uitgelezen meterstanden. De standaardjaarafname bestaat uit een positief getal of nul.

T

Na artikel B1.3.2 van Bijlage 1 wordt een artikel B1.3.2a ingevoegd, luidende:

B1.3.2a

De netbeheerder bepaalt de standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding van een telemetriegrootverbruikaansluiting elektriciteit, alsmede de standaardjaarinvoeding van een aansluiting als bedoeld in B1.2.6, door de gemeten afname respectievelijk invoeding op die aansluiting over de kleinst mogelijke afname- respectievelijk invoedingsperiode van minimaal 345 dagen te delen door het aantal dagen van de desbetreffende afname- respectievelijk invoedingsperiode maal 365. De standaardjaarafname respectievelijk standaardjaarinvoeding bestaat uit een positief getal of nul.

U

Artikel B1.3.3 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.3.3

De netbeheerder actualiseert de standaardjaarafname of standaardjaarinvoeding van een aansluiting als er een nieuwe vastgestelde meterstand op grond van hoofdstuk 5, of een nieuw vastgesteld maandvolume op grond van hoofdstuk 6, bij de netbeheerder bekend is.

V

Artikel B1.3.4 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.3.4

Voor een kleinverbruikaansluiting als bedoeld in B1.3.1 waarvan geen gemeten afname bekend is, bepaalt de netbeheerder de standaardjaarafname in afwijking van B1.3.1 door het gemiddelde te nemen van de standaardjaarafnames van de aansluitingen in dezelfde afnemerscategorie, bedoeld in artikel 3.7.13a van de Tarievencode elektriciteit, waarvan de standaardjaarafname is bepaald op basis van B1.3.1.

W

Na artikel B1.3.4 van Bijlage 1 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

B1.3.4a

Voor een kleinverbruikaansluiting waarvan het kenmerk, als bedoeld in 2.1.3 onderdeel j, wordt gewijzigd in de waarde die aangeeft dat invoeding mogelijk is, stelt de netbeheerder de standaardjaarinvoeding op 1008 kWh (dit is bepaald door de capaciteit zoals bedoeld in artikel 3.4 van de Netcode elektriciteit te vermenigvuldigen met 1800 bedrijfsuren en daarvan 70% te nemen), wanneer:

  • de aansluiting is voorzien van een op afstand uitleesbare meetrichting, en;

  • geen gemeten volume-invoeding bekend is dan wel een gemeten volume-invoeding bekend is over een periode korter dan 300 dagen.

B1.3.4b

Voor een kleinverbruikaansluiting, als bedoeld in B1.3.1, waarvan alleen een gemeten afnamevolume of invoedingvolume bekend is over een periode korter dan 300 dagen, past de netbeheerder de standaardjaarafname, zoals bepaald in B1.3.4, respectievelijk de standaardjaarinvoeding, zoals bepaald in B1.3.4a, niet aan.

X

Artikel B1.3.5 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.3.5

Voor grootverbruikaansluitingen met een doorlaatwaarde groter dan 3x80A waarvan alleen een gemeten volume bekend is over een kortere periode dan 345 dagen, gebruikt de netbeheerder het volume over deze kortere periode voor de berekening van de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding.

Y

Artikel B1.3.6 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.3.6

Voor grootverbruikaansluitingen met een doorlaatwaarde groter dan 3x80A waarvan geen gemeten volume bekend is, bepaalt de netbeheerder de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding, eventueel in overleg met de aangeslotene.

Z

Artikel B1.3.7 van Bijlage 1 komt te luiden:

B1.3.7

Voor een aansluiting met een meetinrichting met actieve telwerken voor normaaluren en laaguren stelt de netbeheerder voor zowel de normaaluren als de laaguren een bijbehorende standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding vast en legt deze vast in het aansluitingenregister.

AA

Na artikel B1.3.7 van Bijlage 1 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

B1.3.7a

De standaardjaarafname van de aansluiting is de som van de normaalurenstandaardjaarafname en de laagurenstandaardjaarafname.

B1.3.7b

De standaardjaarinvoeding van de aansluiting is de som van de normaalurenstandaardjaarinvoeding en de laagurenstandaardinvoeding.

AB

In artikel B1.3.8 van Bijlage 1 wordt ‘het standaardjaarverbruik’ vervangen door ‘de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding’ en wordt ‘B1.3.7’ vervangen door ‘B1.3.7b’.

AC

In artikel B1.3.9 van Bijlage 1 wordt tweemaal ‘het standaardjaarverbruik’ vervangen door ‘de standaardjaarafname en de standaardjaarinvoeding’.

AD

Na artikel B1.3.9 van Bijlage 1 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

B1.3.10

De uitvoeringsorganisatie, bedoeld in 9.1.3, bepaalt op basis van de gegevens in het centraal aansluitingenregister, bedoeld in 2.1.2, de in B1.3.4 genoemde gemiddelde standaardjaarafnames.

B1.3.11

De uitvoeringsorganisatie, bedoeld in 9.1.3, maakt de in B1.3.10 genoemde gemiddelde standaardjaarafnames toegankelijk voor de netbeheerders, de leveranciers, de programmaverantwoordelijken en de meetverantwoordelijken.

AE

In artikel B1.4.1 van Bijlage 1 wordt ‘Σ SJVPV,PC,TC’ vervangen door ‘Σ SJAPV,PC,TC’ en wordt ‘standaardjaarverbruiken’ vervangen door ‘standaardjaarafnames’.

AF

In artikel B1.4.2 van Bijlage 1 wordt tweemaal ‘standaardjaarverbruiken’ vervangen door ‘standaardjaarafnames’, en wordt ‘Σ SJVPV,PC,TC,TP / Σ SJVPV,PC,TC’ vervangen door ‘Σ SJAPV,PC,TC,TP / Σ SJAPV,PC,TC’.

AG

In artikel B1.6.1 van Bijlage 1 wordt tweemaal ‘Σ SJVPV,LV,PC,TC’ vervangen door ‘Σ SJAPV,LV,PC,TC’ en wordt ‘standaardjaarverbruiken’ vervangen door ‘standaardjaarafnames’.

AH

In artikel B7.1 van Bijlage 7 komt de tabelregel van Artikel 2.1.3, onderdeel r te luiden als volgt:

Artikel 2.1.3

                   
 

r

in geval van gasaansluitingen waarbij de allocatie met behulp van profielen plaatsvindt: het standaardjaarverbruik gas;

   

x

x

x

x

x

x

AI

In artikel B7.1 van Bijlage 7 wordt onder vervanging van de punt van tabelregel Artikel 2.1.3, onderdeel y door een puntkomma, een tabelregel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.1.3

                   
 

z

de standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding elektriciteit, waar mogelijk onderscheiden naar normaaluren en laaguren.

   

x

x

x

x

x

x

ARTIKEL II

De Netcode elektriciteit wordt gewijzigd als volgt:

A

Artikel 10.27, derde lid, wordt gewijzigd als volgt:

1. In onderdeel a wordt ‘de de’ vervangen door ‘de’.

2. In onderdeel b wordt ‘het het’ vervangen door ‘het’.

3. In onderdeel f wordt ‘de de’ vervangen door ‘de’.

4. In onderdeel g wordt ‘het standaardjaarverbruik’ vervangen door ‘de standaardjaarafname’.

5. In onderdeel h wordt ‘het standaardjaarverbruik’ vervangen door ‘de standaardjaarafname’.

B

Bijlage 2 wordt gewijzigd als volgt:

1. In de tabel wordt in de regel beginnend met D1 het woord ‘standaardjaarverbruiken’ vervangen door ‘standaardjaarafnames’.

2. In de tweede zin onder de tabel wordt het woord ‘standaardjaarverbruik’ vervangen door ‘standaardjaarafname’.

C

Bijlage 3 wordt gewijzigd als volgt:

1. In de aanhef wordt ‘SJV = standaardjaarverbruik’ vervangen door ‘SJA = standaardjaarafname’.

2. In onderdeel 1.3 wordt in de eerste formule de term ‘SJV’ vervangen door ‘SJA’.

ARTIKEL III

De Begrippencode elektriciteit wordt gewijzigd als volgt:

Artikel 1.1 wordt gewijzigd als volgt:

1. In de definitie van het begrip ‘Bedrijfstijd (BT)’ wordt ‘standaardjaarverbruik’ vervangen door ‘standaardjaarafname’.

2. De begrippen ‘Complexbepaling’, ‘Standaardjaarverbruik’ en ‘Verblijfsfunctie’ vervallen.

3. De volgende begrippen worden op hun alfabetische positie ingevoegd:

Standaardjaarafname (SJA):

De verwachte afname op een aansluiting bij gestandaardiseerde condities en op basis van een genormaliseerd jaar;

Standaardjaarinvoeding (SJI):

De verwachte invoeding op een aansluiting bij gestandaardiseerde condities en op basis van een genormaliseerd jaar;

4. In de definitie van het begrip ‘Verondersteld geprofileerd Verbruik (VGV)’ wordt ‘standaardjaarverbruiken’ vervangen door ‘standaardjaarafnames’.

ARTIKEL IV

Dit artikel treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, Datum: 25 januari 2021

Autoriteit Consument en Markt, namens deze: C.M.L. Hijmans van den Bergh bestuurslid

Als u rechtstreeks belanghebbende bent, kunt u tegen dit besluit beroep instellen bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Het postadres is: College van Beroep voor het bedrijfsleven, Postbus 20021, 2500 EA Den Haag. Het beroepschrift moet binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt zijn ontvangen. Het beroepschrift moet zijn ondertekend en moet ten minste de naam en het adres van de indiener, de dagtekening en een omschrijving van het besluit waartegen het beroep is gericht bevatten. Voorts moet het beroepschrift de gronden van het beroep bevatten en dient een afschrift van het bestreden besluit te worden meegezonden.

TOELICHTING

1 Samenvatting

  • 1. Met dit besluit wijzigt de Autoriteit Consument en Markt (hierna: de ACM) de Informatiecode elektriciteit en gas (hierna: Informatiecode), de Netcode elektriciteit en de Begrippencode elektriciteit. De wijzigingen betreffen de invoering van de standaardjaarinvoeding en de standaardjaarafname voor elektriciteitsaansluitingen. Het besluit is gebaseerd op het voorstel van de Vereniging Nederlandse EnergieData Uitwisseling (NEDU) en Vereniging Netbeheer Nederland.

  • 2. Het standaardjaarverbruik is een maat voor de hoeveelheid elektriciteit die jaarlijks op een aansluiting wordt verbruikt. Door de komst van zonnepanelen wordt op steeds meer aansluitingen niet alleen elektriciteit afgenomen van het net, maar ook elektriciteit op het net ingevoed. Processen van energiebedrijven die gebaseerd zijn op het standaardjaarverbruik werken daardoor niet optimaal. Voorbeelden van dergelijke processen zijn het aanbod op maat aan consumenten, verificatie van meterstanden en inschatting van elektriciteitstransport.

  • 3. In het codebesluit wordt daarom bij elektriciteitsaansluitingen het standaardjaarverbruik vervangen door standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding. Zo worden de processen van energiebedrijven verbeterd. Dit is mede in het belang van de afnemers van elektriciteit en het draagt bij aan de energietransitie.

2 Aanleiding en gevolgde procedure

  • 4. De ACM is op grond van artikel 36 en artikel 55 van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: Elektriciteitswet) bevoegd regelgeving vast te stellen voor de elektriciteitsmarkt.

  • 5. Dit besluit is tot stand gekomen op basis van een voorstel van NEDU en Vereniging Netbeheer Nederland dat de ACM op 7 februari 2020 heeft ontvangen. De indieners stellen wijzigingen voor van de Informatiecode (hierna: Informatiecode), de Netcode elektriciteit en de Begrippencode elektriciteit.

  • 6. De ACM heeft naar aanleiding van de uitspraak1 van het College van Beroep voor het bedrijfsleven van 14 januari 2020 op 2 april 2020 een brief2 aan NEDU gestuurd. In deze brief verzocht de ACM NEDU om een schriftelijk overzicht te geven van alle nieuwe en aan te passen artikelen die in het codevoorstel worden genoemd, en om bij elk van die artikelen aan te geven welke grondslag voor de betreffende verwerking van persoonsgegevens de betreffende verwerkingsverantwoordelijke heeft in de zin van de Algemene verordening gegevensbescherming (hierna: AVG).

  • 7. De ACM heeft op 2 juni 2020 een antwoordbrief3 van NEDU ontvangen over de AVG-grondslagen voor de verwerkingen van persoonsgegevens die het codevoorstel aan de orde komen. Op 6 november 2020 heeft de ACM een update4 van deze brief ontvangen.

  • 8. Als onderdeel van de uniforme openbare voorbereidingsprocedure heeft de ACM het ontwerpbesluit en de bijbehorende stukken ter inzage gelegd en gepubliceerd op haar internetpagina. De terinzagelegging is gemeld in de Staatscourant van 20 november 2020. De ACM heeft belanghebbenden in de gelegenheid gesteld hun zienswijzen op het ontwerp kenbaar te maken tot uiterlijk op 15 januari 2021.

  • 9. Op 14 en 15 januari 2021 heeft de ACM zienswijzen op het ontwerpbesluit ontvangen van NEDU respectievelijk VEMW.5

  • 10. De ACM is van mening dat de voorstellen van NEDU geen nieuwe technische voorschriften bevat als bedoeld in de Notificatierichtlijn. Evenmin is er sprake van nieuwe diensten die aangemeld moeten worden in het kader van de Dienstenrichtlijn. Om die reden zijn de voorwaarden in dit besluit niet in ontwerp ter notificatie aangeboden.

3 Inhoud van het codevoorstel

  • 11. De aanleiding voor het voorstel is dat de laatste jaren de invoeding op het netwerk toeneemt door decentrale opwekking van elektriciteit. Dat komt onder andere doordat huishoudens zonnepanelen op daken installeren. Deze invoeding op het netwerk wordt momenteel niet verwerkt in het standaardjaarverbruik, een maat voor de hoeveelheid elektriciteit die jaarlijks op een aansluiting wordt verbruikt. Dat heeft tot gevolg dat het standaardjaarverbruik niet meer het werkelijke verbruik op een aansluiting representeert.

  • 12. Het standaardjaarverbruik wordt gebruikt in diverse processen van leveranciers, programmaverantwoordelijken en netbeheerders. Bijvoorbeeld in het aanbod op maat door leveranciers, waarbij kleinverbruikers een contractaanbod krijgen dat gebaseerd is op het verbruik op hun aansluiting in het verleden. Ook wordt het standaardjaarverbruik gebruikt voor het valideren van meetdata, het maken van transportprognoses, en het alloceren en reconciliëren. Nu het standaardjaarverbruik niet meer het werkelijke verbruik op een aansluiting representeert, functioneren deze processen niet meer optimaal.

  • 13. In het voorstel wordt daarom voor iedere elektriciteitsaansluiting de standaardjaarinvoeding ingevoerd. Het standaardjaarverbruik blijft bestaan, maar wordt hernoemd in standaardjaarafname. Net als de standaardafname wordt de standaardjaarinvoeding onderverdeeld in normaal- en laagtarief. Ook wordt er naast de bestaande afnameprofielen ook één invoedingsprofiel gemaakt. In het voorstel staat beschreven hoe dit invoedingsprofiel bepaald wordt.

  • 14. In het voorstel worden de artikelen in de Informatiecode waarin de genoemde processen staan aangepast. De enige uitzondering is dat het proces voor allocatie en reconciliatie nog niet wordt gewijzigd, omdat deze processen pas herzien worden als de vernieuwde allocatieprocessen als geheel ingevoerd kunnen worden.

  • 15. Bij gasaansluitingen is er ofwel verbruik ofwel levering, maar geen combinatie mogelijk. Daarom verandert er niets voor gasaansluitingen en blijft daarvoor de term standaardjaarverbruik gehandhaafd.

4 Beoordeling van het codevoorstel

4.1 Procedureel

  • 16. De ACM constateert dat het voorstel in een overleg met representatieve organisaties is besproken. In het voorstel is een verslag opgenomen van dit overleg. De indieners hebben in het voorstel aangegeven welke gevolgtrekkingen zij hebben verbonden aan de zienswijzen die organisaties naar voren hebben gebracht. Naar het oordeel van de ACM voldoet het voorstel daarmee aan de vereisten bedoeld in artikel 33, eerste en tweede lid, en artikel 54, tweede en derde lid, van de Elektriciteitswet.

  • 17. De ACM constateert dat het voorstel voor wat betreft de Informatiecode is ingediend namens een representatief deel van de ondernemingen die zich bezighouden met transporteren, leveren of meten van elektriciteit of gas, zoals artikel 54, eerste lid van de Elektriciteitswet voorschrijft. Dit blijkt uit het feit dat de voorstellen zijn aangenomen in een algemene ledenvergadering van NEDU en dat op dat moment per marktrol binnen NEDU de stemgerechtigde leden het overgrote deel van de markt vertegenwoordigden.

  • 18. Voor zover er in het codevoorstel artikelen worden gewijzigd of ingevoerd waarbij verwerking van persoonsgegevens in de zin van de AVG aan de orde is, heeft NEDU aangegeven dat de desbetreffende verwerkingsverantwoordelijken voor deze verwerkingen een grondslag hebben als bedoeld in artikel 6 AVG.

4.2 Inhoudelijk

  • 19. De ACM is van mening dat het voorstel bijdraagt aan het verbeteren van de marktprocessen die beïnvloed worden door de energietransitie. Voor de kleinverbruikers betekent het voorstel dat zij een beter aanbod op maat van leveranciers kunnen krijgen. Voor programmaverantwoordelijken helpt de invoering van de standaardjaarinvoeding met het maken van betere energieprogramma’s en transportprognoses, waarmee zij hun financiële risico’s kunnen verkleinen.

  • 20. De ACM is van oordeel dat de wijzigingen die in het voorstel zijn opgenomen niet in strijd zijn met de belangen, regels en eisen bedoeld in artikel 36, eerste lid, onderdelen b tot en met f, en tweede lid jo. artikel 55, onderdeel d, van de Elektriciteitswet.

4.3 Conclusie

  • 21. Op basis van de hierboven beschreven procedurele en inhoudelijke beoordeling wijzigt de ACM met dit besluit de Informatiecode overeenkomstig het voorstel van NEDU.

  • 22. De ACM heeft ten opzichte van het codevoorstel een aantal redactionele wijzigingen doorgevoerd. Deze wijzigingen beogen de inhoud van het voorstel niet te wijzigen, maar enkel de leesbaarheid te vergroten.

5 Beoordeling van de zienswijzen op het ontwerpbesluit

  • 23. In hun zienswijzen op het ontwerpbesluit wijzen zowel NEDU als VEMW op een onbedoelde verandering in de behandeling van aansluitingen als bedoeld in artikel 1, tweede en derde lid, Elektriciteitswet. Deze aansluitingen worden in het ontwerpbesluit niet meer ingedeeld in profielcategorieën E1, E2, of E4. Deze onbedoelde verandering maakte ook deel uit van het codevoorstel van NEDU, en van het op 1 januari 2021 in werking getreden onderdeel van het codebesluit over het uitfaseren van profielsegment E3,6 maar is pas nu ontdekt.

  • 24. Ook vermelden de zienswijzen dat het ontwerpbesluit op basis van het ingediende codevoorstel onbedoeld de berekening van standaardjaarinvoeding en standaardjaarafname niet laat gelden voor telemetriegrootverbruikaansluitingen.

  • 25. NEDU en VEMW stellen dat door een herformulering van artikelen B1.3.5 en B1.3.6 ten opzichte van het ontwerpbesluit, en een toe te voegen aanpassing van artikel B1.2.6 deze onbedoelde effecten ongedaan gemaakt kunnen worden.

  • 26. De ACM kan zich vinden in de zienswijzen en heeft de door NEDU en VEMW voorgestelde artikelwijzigingen overgenomen in dit codebesluit.

6 Artikelsgewijze toelichting

  • 27. De invoering van nieuwe artikelen en de meeste wijzigingen in bestaande artikelen van de Informatiecode komen neer op aanpassingen die logisch volgen uit het vervangen van de term standaardjaarverbruik bij elektriciteitsaansluitingen door de termen standaardjaarafname en standaardjaarinvoeding. De enkele artikelen die iets meer toelichting nodig hebben staan hieronder vermeld.

  • 28. In artikel B1.3.4 is vastgelegd welke standaardjaarafname wordt vastgelegd als er geen gemeten afname bekend is. In het verleden werd in een dergelijke situatie het standaardjaarverbruik bepaald door het gemiddelde te nemen van de hele profielcategorie. Omdat de huidige profielcategorieën voor kleinverbruikaansluitingen een te grote reikwijdte hebben met betrekking tot de onderliggende aansluitcapaciteiten kan een gemiddelde tot een aanzienlijk te hoog of te laag bepaalde standaardjaarafname leiden. Daarom is ervoor gekozen om het gemiddelde te gebruiken van de standaardjaarafnames van de afnemerscategorie waarin de capaciteit van de aansluiting valt. Dit geeft een betere inschatting van de standaardjaarafname voor de desbetreffende aansluiting indien er geen gemeten afname bekend is.

  • 29. In het nieuwe artikel B1.3.4a wordt vastgelegd hoe de standaardjaarinvoeding bij een kleinverbruikaansluiting bepaald dient te worden als er nog geen gemeten invoeding bekend is of als de gemeten invoedingen over te korte tijdsperiode zijn om de standaardjaarinvoeding adequaat te kunnen bepalen. Om te waarborgen dat er niet impliciet vanuit de standaardjaarinvoeding een persoonsgegeven (het geïnstalleerde productievermogen) herleid kan worden, wordt in dit geval gebruik gemaakt van standaardwaarden. Die standaardwaarden zijn: het maximaal vermogen zoals vermeld in artikel 3.4 van de Netcode elektriciteit, een aantal bedrijfsuren gebaseerd op het gemiddeld aantal zonuren over de afgelopen 3 jaar, en een inschatting van 70% voor het percentage invoeding.

  • 30. Het nieuwe artikel B1.3.4c is bedoeld om te voorkomen dat maandelijks te grote fluctuaties van de standaardjaarafname of standaardjaarinvoeding plaatsvinden als gevolg van een op basis van artikel B1.3.4 of B1.3.4a geschatte standaardjaarafname of standaardjaarinvoeding. Daarom legt het artikel vast dat in dat geval een standaardjaarafname of standaardjaarinvoeding alleen wordt aangepast als er een gemeten volume bekend is over tenminste 300 dagen.

  • 31. In artikel B1.3.6 wordt vastgelegd dat de netbeheerder bij het bepalen van een standaardjaarafname of standaardjaarinvoeding bij ontbreken van een gemeten volume in overleg kan gaan met de aangeslotene. De netbeheerder kan voor dit overleg kiezen als hij denkt over onvoldoende gegevens te beschikken om een goede inschatting van standaardjaarafname of standaardjaarinvoeding te doen.

  • 32. In artikel B1.3.11 wordt de uitvoeringsorganisatie verplicht om de in artikel B1.3.10 bepaalde gemiddelde standaardjaarafnames te publiceren. Deze gepubliceerde gegevens kunnen netbeheerders, leveranciers, programmaverantwoordelijken en meetverantwoordelijken gebruiken in situaties waarvan zij weten dat er initieel geen standaardjaarafname berekend zal worden, bijvoorbeeld bij nieuwbouw.

’s-Gravenhage, Datum: 25 januari 2021

Autoriteit Consument en Markt, namens deze: C.M.L. Hijmans van den Bergh bestuurslid


X Noot
1

ECLI:NL:CBB:2020:3.

X Noot
2

ACM/UIT/530421.

X Noot
3

ACM/IN/496668.

X Noot
4

ACM/IN/554633.

X Noot
5

ACM/IN/573594 en ACM/IN/574291.

X Noot
6

Stcrt. 2019, 51888 en Stcrt. 2019, 63505, van 19 september en 25 november 2019.

Naar boven