Regeling Adaptief aan de Grens

29 november 2019

nr. BS/2019021513

De Staatssecretaris van Defensie

Gelet op:

  • – Artikel 168 van het Burgerlijk Ambtenarenreglement Defensie

Besluit:

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze regeling wordt verstaan onder:

– AADG:

de pilot Adaptief aan de Grens

– BARD:

Burgerlijk ambtenarenreglement Defensie

– Ambtenaar:

de ambtenaar bedoeld in artikel 2 van deze regeling

– IBBAD:

Inkomstenbesluit burgerlijke ambtenaren defensie

– VKBD:

Verplaatsingskostenbesluit Defensie

– Eerstelijnsgrensbewaker:

de burgerambtenaar belast met de uitvoering van grensbewakingstaken in het kader van AADG werkzaamheden.

– Eerstelijnsgrensbewakingstaken:

de controle van reisdocumenten van personen die in- of uitreizen via een grensdoorlaatpost in Nederland.

– Dagdeel:

een periode van aaneengesloten 4 uren.

Artikel 2 Algemeen AADG

  • 1. Bij de Koninklijke Marechaussee worden ambtenaren als bedoeld in artikel 1 van het BARD aangesteld als ambtenaar van de Koninklijke Marechaussee.

  • 2. De ambtenaar wordt voor zover het de taken van de Koninklijke Marechaussee betreft, zoals bedoeld in de politiewet 2012, uitsluitend belast met eerstelijns- grensbewakingstaken in het kader van AADG.

  • 3. Ten behoeve van AADG worden maximaal 120 ambtenaren ingezet.

Artikel 3 Rechtspositie

  • 1. De ambtenaar bedoeld onder artikel 2 wordt aangesteld op grond van BARD artikel 7, tweede lid onder f.

  • 2. Het minimaal aantal uren dat de ambtenaar met eerstelijns grensbewakingstaken wordt belast bedraagt 8 uren per week.

  • 3. De functie van ‘eerstelijnsgrensbewaker’ is ingeschaald op IBBAD schaal 3.

  • 4. De inschaling bij aanstelling is gekoppeld aan het geboortejaar van de ambtenaar, startend bij trede 4 van IBBAD schaal 3 volgens de tabel in bijlage 1.

  • 5. De ambtenaar ontvangt een tegemoetkoming in de kosten voor het reizen tussen de woning en plaats van tewerkstelling. Deze vergoeding komt overeen met de reguliere tabelvergoeding voor woon-werkverkeer als bedoeld in het VKBD.

  • 6. De inzet van de ambtenaar is gebaseerd op het aantal contracturen opgenomen in de aanstelling. Het is naar wens van de ambtenaar en naar behoefte van de organisatie mogelijk af te wijken van het aantal contracturen.

  • 7. De ambtenaar ontvangt een Toelage Onregelmatige Dienst (TOD) en deze wordt achteraf toegekend.

Artikel 4 Bepalingen m.b.t. de inzet

  • 1. De ambtenaar als bedoeld in artikel 2 wordt ingezet voor minimaal een dagdeel per dienstverrichting.

  • 2. De ambtenaar voert de AADG werkzaamheden uit in uniform die verstrekt wordt door de Koninklijke Marechaussee. Het uniform betreft een operationeel tenue van de Koninklijke Marechaussee met de volgende aanpassing:

    • – Een veldpet als hoofddeksel in plaats van een baret;

    • – Een granaat als onderscheidingsteken in plaats van rangonderscheidingsteken.

  • 3. De Koninklijke Marechaussee is verantwoordelijk voor de opleiding en training van de ambtenaar. De ambtenaar legt examens af behorend bij de grensmodule.

  • 4. Een ambtenaar kan pas worden ingezet voor werkzaamheden als bedoeld in het tweede lid als aan de opleiding, training- en examenvereisten genoemd in het derde lid door de ambtenaar is voldaan.

  • 5. De in het derde lid genoemde activiteiten worden aangemerkt als dienstverrichting voor de ambtenaar.

  • 6. De ambtenaar opereert te allen tijde samen met en onder verantwoordelijkheid van een militair ambtenaar van de Koninklijke Marechaussee die belast is met de grensbewaking op een grensdoorlaatpost.

  • 7. De ambtenaar verricht zijn werkzaamheden onbewapend.

Artikel 5 Inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling treedt in werking bij dagtekening van deze Regeling.

  • 2. Deze regeling vervalt drie jaar na de onder 1 genoemde ingangsdatum.

  • 3. De regeling zal worden gepubliceerd in de Staatscourant.

  • 4. Uiterlijk één jaar voordat deze regeling vervalt wordt AADG geëvalueerd.

Artikel 6 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: ‘Regeling Adaptief aan de Grens’.

De Staatssecretaris van Defensie B. Visser

BIJLAGE 1

Inschalingstabel bij aanstelling, afhankelijk van de leeftijd van de ambtenaar.

Bruto maandsalaris o.b.v. 38 uur

Trede

Inschaling o.b.v. geboortejaar

€ 1.724,03

0

  

€ 1.762,90

1

  

€ 1.798,48

–

  

€ 1.831,75

2

  

€ 1.870,87

–

  

€ 1.911,14

3

  

€ 1.963,10

–

  

€ 2.023,22

4

1990–1999

€ 2.095,04

5

1980–1989

€ 2.165,05

6

1970–1979

€ 2.232,19

7

1960–1969

€ 2.298,76

8

1950–1959

€ 2.362,94

9

  

€ 2.427,75

10

  

TOELICHTING BIJ ‘REGELING ADAPTIEF AAN DE GRENS’

Algemeen

De belangrijkste doelstelling van AADG is om een flexibele schil te creëren voor de uitvoering van eerstelijnsgrensbewakingstaken van de Koninklijke Marechaussee. Deze flexibele schil is on top of van het vaste personeelbestand. Van verdringing van het huidige personeel van de Koninklijke Marechaussee is geen sprake.

Bij het formuleren van de pilot staan twee doelen centraal. Enerzijds het bewerkstelligen van een flexibele schil ten behoeve van de operatien, anderzijds behoud van kwaliteit voor de grensbewaking. Ten behoeve van AADG is een plan van aanpak opgesteld, dat tijdig binnen de looptijd van de pilot wordt geëvalueerd.

Uitgangspunt is de werving en aanstelling van burgers. Deze burgers worden initieel voor de duur van de pilot aangesteld. Op verzoek van de aspirant medewerker kan hiervan worden afgeweken indien de aanstellingsduur korter is dan de looptijd van de pilot. Met betrekking tot de doelgroep benadering hanteert de Koninklijke Marechaussee een profiel met daarin de functieomschrijving en de functie-eisen. De werving focust zich op kandidaten met enige werk- en levenservaring die passen bij het profiel.

Artikel 2

Deze Ministeriele Regeling is bedoeld om deze specifieke pilot van de Koninklijke Marechaussee te kunnen faciliteren. Dit vereist een specifieke regeling gebaseerd op artikel 168 BARD met een rechtspositioneel kader voor ambtenaren die uitsluitend voor de werkzaamheden van AADG worden ingezet. Deze Regeling beschrijft derhalve de uitzonderingen die afwijken van de geldende rechtspositie.

Artikel 3

Deze Regeling wijkt op enkele elementen af van de rechtspositie behorend bij BARD artikel 7, lid 2 sub f.

Op grond van artikel 21 van de Wet privatisering ABP bouwen overheidswerknemers verplicht pensioen op bij ABP. De ambtenaar bouwt pensioen op basis van de in de aanstelling opgenomen aantal contracturen, inclusief vakantie-uitkering en eindejaarsuitkering. Het ABP rekent vervolgens op basis van het jaarinkomen de pensioenpremie uit.

De arbeidstijdenwet (ATW) voorziet in regels voor arbeid- en rusttijden voor werknemers. Defensie heeft nadere bepalingen opgenomen in het BARD: hier kan in overleg met de ambtenaar van worden afgeweken. Met instemming van de ambtenaar kan afgeweken worden van het werkrooster.

Het salaris van de ambtenaar is gewaardeerd door het DOSCO/DCO&F op IBBAD 03. Op basis van geboortejaar wordt de ambtenaar ingedeeld bij een trede, startend bij trede 4 – vanaf 1990 – en vervolgens oplopend.

De ambtenaar werkt wekelijks het gemiddeld aantal uren (contracturen) dat in de aanstelling is opgenomen. De te werken contracturen worden ingeroosterd in een zogenoemd werkrooster. Deze contracturen worden ingeroosterd aan de hand van het aanbod waarop ingetekend kan worden en de momenten waarop de ambtenaar wenst te werken. Als contracturen worden gewerkt op ongebruikelijke uren als bedoeld in IBBAD artikel 20, worden deze maandelijks achteraf gedeclareerd en gecompenseerd via een TOD-achteraf systematiek. Als meer uren worden ingeroosterd dan het overeengekomen aantal contracturen, is IBBAD artikel 49 van toepassing (overwerk). Voor zowel de TOD als de uitbetaling van overwerk geldt dat na het verstrijken van de meetperiode – 1 maand – dit financieel wordt vergoed.

Artikel 4

De ambtenaar wordt voor minimaal 4 uur per dienstverrichting ingezet.

De opleiding en training van de ambtenaar is op te splitsen in twee gedeelten: het eerste gedeelte is de theoretische opleiding van vijf weken waarbij de aspirant ambtenaar in dienst is van Randstad N.V. Het tweede gedeelte is de praktijkopleiding (maximaal drie maanden gebaseerd op 8 uur per week) waartoe de ambtenaar aangesteld moet zijn bij de KMar om de werkzaamheden in stagevorm uit te mogen voeren. Beide onderdelen van de opleiding zijn als dienstverrichting aangemerkt.

Het uniform is op basis van VS tenue met dien verstande dat de aanpassingen nog niet formeel zijn verwerkt in het VS. Voor de ambtenaar geldt dat aan het verstrekte uniform geen eigenmachtige toevoegingen of wijzigingen mogen worden aangebracht.

De ambtenaar beschikt niet over een vuurwapen, peperspray, wapenstok en handboeien. Gedurende de opleiding wordt de ambtenaar onderwezen in de geldende ambtsinstructie van de Koninklijke Marechaussee.

De Staatssecretaris van Defensie B. Visser

Naar boven