Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 20 juli 2009, nr. ET/TM/9124733, houdende wijziging van het Nationaal Frequentieplan 2005

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

Gelet op artikel 3.1 van de Telecommunicatiewet;

Besluit:

ARTIKEL I

De bijlage bij het besluit van de Minister van Economische Zaken van 4 februari 2005, nr. WJZ 5004374, houdende vaststelling van het Nationaal Frequentieplan 20051 wordt als volgt gewijzigd:

A

In de frequentietabel worden de regels, luidende

Frequentieband

Frequentiebandtoewijzing

ITU Radiodienst ‘verkort’

Hoofdcategorie

Bestemming

Beleid

 

1479.5 MHz

    
  

BS

1,2

Omroep, S-DAB.

Vergunningverlening is niet van toepassing.

1492 MHz

1492 MHz

    

vervangen door:

Frequentieband

Frequentiebandtoewijzing

ITU Radiodienst ‘verkort’

Hoofdcategorie

Bestemming

Beleid

 

1479.5 MHz

    
  

BS

1,2

Omroep, S-DAB inclusief CGC’s.

Voor het ruimtesegment is vergunningverlening niet van toepassing. Vergunningverlening voor de complementaire grondstations op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

1492 MHz

1492 MHz

    

B

In de frequentietabel worden de regels, luidende

Frequentieband

Frequentiebandtoewijzing

ITU Radiodienst ‘verkort’

Hoofdcategorie

Bestemming

Beleid

3.4 GHz

3.4 GHz

    
  

MOB

1

Mobiele communicatie. 5.430A.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

F

1

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

a

4

Amateur.

Onder voorwaarden vergunningvrij met meldingsplicht en overigens op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

  

rl

3

Radioplaatsbepaling.

Vergunningverlening bij voorrang.

 

3.41 GHz

    
  

MOB

1

Mobiele communicatie. 5.430A.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

F

1

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

rl

3

Radioplaatsbepaling.

Vergunningverlening bij voorrang.

  

/mob/

1

Mobiele communicatie. ENG/OB.

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

 

3.5 GHz

    
  

MOB

1

Mobiele communicatie. 5.430A.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

F

1

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

rl

3

Radioplaatsbepaling.

Vergunningverlening bij voorrang.

 

3.58 GHz

    
  

MOB

1

Mobiele communicatie. 5.430A.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

F

1

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

rl

3

Radioplaatsbepaling.

Vergunningverlening bij voorrang.

3.6 GHz

3.6 GHz

    

vervangen door:

Frequentieband

Frequentiebandtoewijzing

ITU Radiodienst ‘verkort’

Hoofdcategorie

Bestemming

Beleid

3.4 GHz

3.4 GHz

    
  

MOB

1

Mobiele communicatie, 5.430A.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

F

1

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

a

4

Amateur.

Onder voorwaarden vergunningvrij met meldingsplicht en overigens op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

  

rl

3

Radioplaatsbepaling.

Vergunningverlening bij voorrang.

 

3.41 GHz

    
  

MOB

1

Mobiele communicatie, 5.430A.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

F

1

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

rl

3

Radioplaatsbepaling.

Vergunningverlening bij voorrang.

  

/mob/

1

Mobiele communicatie. ENG/OB.

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

 

3.5 GHz

    
  

MOB

1

Mobiele communicatie, 5.430A.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

F

1

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

rl

3

Radioplaatsbepaling.

Vergunningverlening bij voorrang.

 

3.58 GHz

    
  

MOB

1

Mobiele communicatie, 5.430A.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

F

1

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening via veiling of vergelijkende toets.

  

rl

3

Radioplaatsbepaling.

Vergunningverlening bij voorrang.

3.6 GHz

3.6 GHz

    

C

In de frequentietabel worden de regels, luidende

Frequentieband

Frequentiebandtoewijzing

ITU Radiodienst ‘verkort’

Hoofdcategorie

Bestemming

Beleid

5.85 GHz

5.85 GHz

    
  

F

1

Vaste verbindingen. 5.150.

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

  

FS(U)

1

Vaste satellietverbindingen (aarde naar ruimte). 5.457A.

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

  

/mob/

4

Mobiele communicatie, SRD.

Geen vergunning vereist voor SRD.

5.925 GHz

5.925 GHz

    

vervangen door:

Frequentieband

Frequentiebandtoewijzing

ITU Radiodienst ‘verkort’

Hoofdcategorie

Bestemming

Beleid

5.85 GHz

5.85 GHz

    
  

F

1

Vaste verbindingen. 5.150.

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

  

FS(U)

1

Vaste satellietverbindingen (aarde naar ruimte). 5.457A.

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

  

/mob/

4

Mobiele communicatie, SRD (Algemeen en ITS).

Geen vergunning vereist voor SRD.

5.925 GHz

5.925 GHz

    

D

In de frequentietabel worden de regels, luidende

Frequentieband

Frequentiebandtoewijzing

ITU Radiodienst ‘verkort’

Hoofdcategorie

Bestemming

Beleid

10.7 GHz

10.7 GHz

    
  

F

1,4

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

  

FS(D)

1

Vaste satellietverbindingen (ruimte naar aarde).

Vergunningverlening is niet van toepassing.

  

/f/

1,4

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van aanvraag t.b.v. aardse verspreiding van satellietomroepsignalen met laag vermogen.

11.7 GHz

11.7 GHz

    

vervangen door:

Frequentieband

Frequentiebandtoewijzing

ITU Radiodienst ‘verkort’

Hoofdcategorie

Bestemming

Beleid

10.7 GHz

10.7 GHz

    
  

F

1,4

Vaste verbindingen.

Geen nieuwe vergunningen voor vaste verbindingen.

  

FS(D)

1

Vaste satellietverbindingen (ruimte naar aarde).

Vergunningverlening is niet van toepassing.

  

/f/

1,4

Vaste verbindingen.

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van aanvraag t.b.v. aardse verspreiding van satellietomroepsignalen met laag vermogen.

11.7 GHz

11.7 GHz

    

E

Annex 3, de verklarende woordenlijst, wordt als volgt gewijzigd:

Op de daarvoor, in verband met de alfabetische volgorde behorende plaats wordt toegevoegd:

CGC

Complementary ground component

Aardse steunzender voor een satelliet netwerk.

ITS

Intelligent Transport Systems

Toepassingen die met Informatie en Communicatie Technologie (ICT) veiligheid en efficiency van weggebruik bevorderen.

F

Annex 4 wordt als volgt gewijzigd:

Onder ‘EG Beschikkingen’ wordt volgens oplopendedatumvolgorde toegevoegd:

2008/671/EC

Beschikking van de Commissie van 5 augustus 2008 betreffende het geharmoniseerde gebruik van het radiospectrum in de 5875–5905 MHz frequentieband voor veiligheidsgerelateerde toepassingen van intelligente vervoerssystemen (ITS)

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. Dit besluit ligt met de toelichting vanaf de dag van dagtekening van de Staatscourant waarin het besluit wordt geplaatst gedurende 6 weken ter inzage bij het Informatiecentrum van het Ministerie van Economische Zaken, begane grond, Bezuidenhoutseweg 30, 2591 AV te Den Haag.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

F. Heemskerk.

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na de dag van dagtekening van deze Staatscourant een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de rechtbank Rotterdam, Postbus 50950, 3007 BL, Rotterdam.

TOELICHTING

I Algemeen

Het Nationaal Frequentieplan

Bij besluit van 4 februari 2005 is op grond van artikel 3.1, eerste lid, van de Telecommunicatiewet het Nationaal Frequentieplan 2005, hierna ‘NFP’, vastgesteld. In het NFP licht de rijksoverheid de systematiek van de ordening van het frequentiespectrum toe, en beschrijft de doelstellingen van het frequentiebeleid en frequentiebeheer; het vermijden van interferentie (storing) tussen frequentiegebruikers is hierbij de hoofddoelstelling.

Het belangrijkste onderdeel van het NFP is de frequentietabel waarin per frequentieband wordt aangegeven voor welk type gebruik deze band bestemd is en volgens welk verdeelbeleid het gebruik daarvan wordt toegewezen. In feite is het NFP een bestemmingsplan voor het radiospectrum. Op basis van dit plan wordt de daadwerkelijke vergunningverlening met betrekking tot gebruik en het beheer van het spectrum gebaseerd. Het Nationaal Frequentieregister1 (NFR) geeft nadere informatie omtrent laatstgenoemde zaken.

Dit pakket van tussentijdse NFP wijzigingen betreft het mogelijk maken van de toepassing van complementaire grondstations (CGC’s) in de L band t.b.v. satellietradio, en tevens van veiligheidsgerelateerde toepassingen van intelligente vervoerssystemen (ITS) in de 5,9 GHz band. Tot slot beëindigt deze wijziging verdere afgifte van vergunningen voor vaste verbindingen in de band 10.7 GHz tot 11.7 GHz.

Voorschriften en beperkingen

Om storing te voorkomen en doelmatig gebruik van het frequentiespectrum te bevorderen worden aan het gebruik van frequenties voorschriften en beperkingen verbonden. In de regel worden deze voorschriften en beperkingen in de vergunning bepaald. Echter, wanneer het gebruik van het frequentiespectrum is vrijgesteld van een vergunning worden in de ‘Regeling gebruik van frequentieruimte zonder vergunning’ de nadere eisen gesteld.

Dit besluit is voorbereid met toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Dit houdt in dat het als voorgenomen besluit zes weken publiek ter inzage heeft gelegen, zodat elk zijn/haar zienswijze hierop kon geven. Deze terinzagelegging heeft plaatsgevonden van 16 maart tot en met 29 april 2009. Het ministerie heeft geen reacties of zienswijzen hierop ontvangen.

II Artikelen

Artikel I

Onderdeel A

In de band van 1497.5 MHz tot 1492 MHz wordt aan de bestemming toegevoegd ‘inclusief CGC’s’. Het verdelingsbeleid wordt gewijzigd naar: ‘Voor het ruimtesegment is vergunningverlening niet van toepassing. Vergunningverlening voor de complementaire grondstations op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

De betreffende band is in 2002 in het Verdrag van Maastricht Special Arrangement (MA-02) voor S-DAB bestemd (Satellite Digital Audio Broadcasting). Tot nu toe vinden in deze band nog geen uitzendingen op Nederland plaats.

Bij satellietcommunicatie is voor goede signaalontvangst door de terminal zgn. line-of-sight nodig met de satelliet. In een dichtbebouwd land als Nederland is een directe zichtverbinding met de satelliet(en) vaak lastig, zeker in steden. Daarom voorzien satellietaanbieders dat ze in stedelijke gebieden aardse steunzenders zullen aanleggen; dit worden ook wel ‘complementaire grondstations’ genoemd (CGC's, of voluit ‘complementary ground component’).

De internationale coördinatieprocedure voor dit soort satellietnetwerken vindt plaats via de relevante ITU procedures. Voor de downlinksignalen van satellieten bestaat (nog) geen nationale vergunningplicht. De ITU verricht de coördinatie voor dit onderdeel. Voor CGC’s daarentegen is er wel nationale vergunningplicht omdat dit geen downlinkverkeer betreft doch aards frequentiegebruik. Vandaar dat met toevoeging aan de bestemming van ‘inclusief CGC’s’ het verdeelbeleid moet worden aangepast.

In zijn vergunningverleningprocedure voor de CGC’s zal Agentschap Telecom onder andere als eis stellen dat het aanvragende bedrijf over de ITU-gebruiksrechten (de filings) voor de desbetreffende satellietfrequenties behoort te beschikken, of anders dat deze met de rechthebbende een gebruiksovereenkomst heeft afgesloten.

CGC's dienen integraal onderdeel uit te maken van een satellietsysteem en dienen onder controle te staan van het satellietcapaciteits- en netwerkbeheersmechanisme.

Op dit moment is satellietradio in Europa nog niet ontwikkeld, in de VS al wel. Deze bestemmingsuitbreiding kan de ontwikkeling van satellietradio in Nederland (en in Europa in het algemeen) ondersteunen. Deze band kan interessant zijn voor pan-Europese aanbieders van doelgroepradioprogramma’s. Truckers en automobilisten die heel Europa als werkgebied hebben kunnen belangstelling hebben voor dergelijke radioabonnementen.

Onderdeel B

In de band van 3,4 GHz tot 3,6 GHz wordt, ter voorkoming van misinterpretatie omtrent de momenteel hier bedoelde en geldende bestemming, de punt tussen ‘Mobiele communicatie’en de ITU-voetnoot 5.430A vervangen door een komma. Dit betekent dat de bestemming is beperkt tot de bepalingen die voortvloeien uit de voetnoot. Deze regel is met de NFP wijziging van december 2008 geïntroduceerd. Betreffende NFP-wijziging was ter nationale implementatie van de tijdens de Wereld Radio Conferentie 2007 besloten voetnoten. Gebleken is dat de notatiewijze met een punt misverstand kan oproepen, omdat daarmee de indruk wordt gewekt dat alle vormen van mobiele communicatie hier mogelijk zouden zijn; dit was en is geenszins de bedoeling zoals ook blijkt uit de toelichting die toen op dit onderdeel K is gegeven.

Onderdeel C

In de band 5850 MHz–5925 MHz wordt aan de bestemming ‘mobiele communicatie op non interference basis’ (/mob) de verbijzondering ‘ITS’ toegevoegd. ‘ITS’ staat voor Intelligent Transport Systems. Met deze NFP wijziging wordt uitvoering gegeven aan de Beschikking van de Commissie 2008/671/EC ‘betreffende het geharmoniseerde gebruik van het radiospectrum in de 5875–5905 MHz frequentieband voor veiligheidsgerelateerde toepassingen van intelligente vervoerssystemen (ITS) ’. Voorwaarden voor dit type gebruik worden vermeld in de Regeling gebruik van frequentieruimte zonder vergunning.

Deze band kan worden gebruikt voor zgn. laagvermogen dynamische ad-hoc communicatie tussen voertuigen (IVC, Inter Vehicle Communication). Dergelijke toepassingen zijn op dit moment nog in ontwikkeling, met name bij de autofabrikanten. In eerste fase zal het toepassingen betreffen die via sensoren informatie verzamelen en doorgeven over afstanden en over andere weggebruikers en daarmee helpen aanrijdingen te voorkomen (bijvoorbeeld waarschuwingen voor slecht zicht, remmende of stilstaande voorliggers, wegwerkzaamheden enz.). In vervolgfasen zijn toepassingen met (nog) aanzienlijk meer ingebouwde en gebruikte intelligentie en informatie te verwachten; toepassingen die nog meer veiligheid voor het voertuig en voor het verkeer kunnen opleveren. Naast betreffende band zijn er nu al andere banden beschikbaar voor aanverwante ITS-toepassingen (namelijk 63 GHz, RTTT), en naar verwachting komt er in de komende jaren nog wel meer frequentieruimte voor dergelijke toepassingen beschikbaar.

Deze Europese beschikking is opgesteld op instigatie van het Europees Handvest Verkeersveiligheid (European eSafety Initiative) welke als doel heeft het aantal ongevallen in de EU te halveren, efficiencyverbetering van weggebruik te realiseren en intelligente veiligheidssystemen in voertuigen te stimuleren.

Onderdeel D

In de band 10.7 GHz tot 11.7 GHz wordt het verdeelbeleid voor de vaste verbindingen aangepast. Het nieuwe verdeelbeleid wordt: ‘Geen nieuwe vergunningen voor vaste verbindingen.’

Deze band wordt momenteel gedeeld tussen satelliet (FS-down) en vaste verbindingen (F). Gezien het grootschalig gebruik van satellietontvangst in deze band is om die reden in het verleden al zeer restrictief omgegaan met uitgifte van nieuwe vergunningen voor vaste verbindingen in deze band. Besloten is om de vaste verbindingen in die band uit te faseren.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

F. Heemskerk.


XNoot
1

Stcrt. 2005, 30. Laatstelijk gewijzigd bij besluit van 18 december 2008, Staatscourant 2008, nr 246.

XNoot
1

Zie het Nationaal Frequentieregister, http://www.agentschaptelecom.nl/nfr/main_nfr.html

Naar boven