Besluit van 14 oktober 2011, houdende herindeling van de ministeriële taak in verband met de benoeming van de eerstvolgende vice-president van de Raad van State

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken d.d. 14 oktober 2011, nr. 3107189;

Overwegende dat het wenselijk is Onze Minister van Veiligheid en Justitie te belasten met de taken en bevoegdheden van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties die verband houden met de benoeming van de eerstvolgende vice-president van de Raad van State;

Gelet op artikel 44, eerste lid, van de Grondwet;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Onze Minister van Veiligheid en Justitie is belast met de taken en bevoegdheden van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uit hoofde van artikel 2, eerste en tweede lid, van de Wet op de Raad van State, betreffende de benoeming van de vice-president van de Raad van State.

Artikel 2

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

  • 2. Dit besluit vervalt met ingang van 1 februari 2012.

Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken en Onze Minister van Veiligheid en Justitie zijn belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Hoge Colleges van Staat, de ministerraad, de Gevolmachtigde Ministers van Aruba, van Curacao en van Sint Maarten en de ministeries.

Florence, 14 oktober 2011

Beatrix

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

M. Rutte

Uitgegeven de veertiende oktober 2011

De Minister van Veiligheid en Justitie,

I. W. Opstelten

Naar boven