Besluit van Gedeputeerde Staten van 13 maart 2018, pzh-2018-641006755 (DOS 2013-0010135) tot wijziging van het Openstellingsbesluit POP-3 samenwerking duurzame innovaties landbouw Zuid-Holland 2017

 

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland;

 

Gelet op artikel 1.3 van de Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland;

 

Overwegende dat het wenselijk is om de bepalingen over de subsidiabele kosten en de hoogte van de subsidie beter op elkaar te laten aansluiten;

 

Besluiten:

 

Artikel I

Het Openstellingsbesluit POP-3 samenwerking duurzame innovaties landbouw Zuid-Holland 2017 wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 5 komt te luiden:

 

Artikel 5 subsidiabele kosten

  • 1.

    In aanvulling op artikel 2.7.7 van de Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland komen voor activiteiten als bedoeld in artikel 3, onder a, de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

    • a.

      kosten voor het werven van deelnemers en het schrijven van een projectplan;

    • b.

      bijdrage in natura voor zover het onbetaalde eigen arbeid en onbetaalde arbeid van vrijwilligers betreft;

    • c.

      personeelskosten.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 2.7.7 van de Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland komen voor activiteiten als bedoeld in artikel 3, onder b, de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

    • a.

      coördinatiekosten van het samenwerkingsverband;

    • b.

      kosten voor het verspreiden van de resultaten van het project;

    • c.

      bijdrage in natura voor zover het betreft onbetaalde eigen arbeid en onbetaalde arbeid van vrijwilligers voor de coördinatie van het samenwerkingsverband en het verspreiden van de resultaten van het project;

    • d.

      personeelskosten voor de coördinatie van het samenwerkingsverband en het verspreiden van de resultaten van het project;

    • e.

      operationele kosten voor het testen en ontwikkelen van een innovatie in de praktijk;

    • f.

      bijdrage in natura voor zover het betreft onbetaalde eigen arbeid en onbetaalde arbeid van vrijwilligers voor het testen en ontwikkelen van een innovatie in de praktijk;

    • g.

      personeelskosten voor het testen en ontwikkelen van een innovatie in de praktijk.

  • 3.

    Indien voor activiteiten als bedoeld in artikel 3, onder b, een investering wordt gedaan komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

    • a.

      de kosten van de bouw, verbetering, verwerving of leasing van onroerende goederen;

    • b.

      de kosten van de koop of huurkoop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde;

    • c.

      de kosten van adviseurs, architecten en ingenieurs;

    • d.

      de kosten van adviezen duurzaamheid op milieu en economisch gebied;

    • e.

      de kosten van haalbaarheidsstudies;

    • f.

      de kosten van verweving of ontwikkeling van computersoftware;

    • g.

      de kosten van verwerving van octrooien, licenties, auteursrechten en merken;

    • h.

      bijdrage in natura voor zover het betreft onbetaalde eigen arbeid, onbetaalde arbeid van vrijwilligers, gronden of onroerende goederen ;

    • i.

      personeelskosten.

B.

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Onder vernummering van het eerste en het tweede lid tot het tweede en derde lid, wordt een lid toegevoegd luidende:

    • 1.

      In afwijking van artikel 2.7.9, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling POP-3 Zuid-Holland bedraagt de hoogte van de subsidie:

      • a.

        100% van de subsidiabele kosten, bedoeld in artikel 5, eerste lid;

      • b.

        70% van de subsidiabele kosten, bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdelen a tot en met d;

      • c.

        40% van de subsidiabele kosten, bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdelen e tot en met g, voor zover het operationele kosten van een productieve investering betreft;

      • d.

        100% van de subsidiabele kosten, bedoeld in artikel 5, tweede lid, onderdelen e tot en met g, voor zover het operationele kosten van een niet-productieve investering betreft;

      • e.

        40% van de subsidiabele kosten, bedoeld in artikel 5, derde lid, voor zover het kosten van een productieve investering betreft;

      • f.

        100% van de subsidiabele kosten, bedoeld in artikel 5, derde lid, voor zover het kosten van een niet-productieve investering betreft.

Artikel II  

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin dit besluit wordt geplaatst en werkt terug tot en met 23 mei 2017.

 

Den Haag, 13 maart 2018

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland

Drs. J.H. de Baas, secretaris

Drs. J. Smit, voorzitter.

Naar boven