35 600 Wijziging van de Wet natuurbescherming en de Omgevingswet (stikstofreductie en natuurverbetering)

B BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 december 2020

Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit1 tot wijziging van enkele algemene maatregelen van bestuur (stikstofreductie en natuurverbetering) en bijbehorende nota van toelichting (hierna: ontwerpbesluit). Het ontwerpbesluit bevat nadere regels over het wetsvoorstel stikstofreductie en natuurverbetering (Kamerstuk 35 600) (hierna: het wetsvoorstel). De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel momenteel in behandeling. Door het ontwerpbesluit nu voor te leggen aan beide Kamers wordt de Tweede Kamer in staat gesteld kennis te nemen van het ontwerpbesluit bij de behandeling van het wetsvoorstel. Dit is de reden dat uw Kamer dit ontwerpbesluit ook al op dit moment voorgelegd krijgt.

De voorlegging anticipeert op de voorhangprocedure van artikel 23.5 van de Omgevingswet en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd. Deze anticipatie is gebruikelijk wanneer het onwenselijk is om een ontwerpbesluit pas in procedure te brengen nadat de «funderende» wet – die de voorhang voorschrijft – in werking is getreden. Met de voorhang wachten totdat de Omgevingswet in werking is getreden, zou in dit geval betekenen dat de voorhang zou moeten wachten tot (naar verwachting) 1 januari 2022. Zoals het wetsvoorstel niet alleen de huidige Wet natuurbescherming wijzigt maar ook de toekomstige Omgevingswet, wijzigt het ontwerpbesluit namelijk niet alleen het huidige Besluit natuurbescherming, maar ook de vier toekomstige algemene maatregelen van bestuur onder de Omgevingswet. De ernst en urgentie van het stikstofprobleem vragen om deze eerdere start van de procedure.

Op grond van artikel 23.5 van de Omgevingswet geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is voorgelegd. Om een spoedige behandeling te bewerkstelligen verzoek ik uw Kamer om de behandeling van het ontwerpbesluit te betrekken bij de behandeling van het wetsvoorstel stikstofreductie en natuurverbetering. Ik zal wachten met de voordracht aan de Koning totdat de Eerste Kamer dat wetsvoorstel heeft behandeld.

Ik heb de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal een soortgelijke brief gestuurd. Verder stuur ik u tegelijk een separate brief waarin ik uw Kamer verzoek om een spoedige behandeling van het wetsvoorstel zodra en mits dat door de Tweede Kamer is aanvaard.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij de Directie Inhoud.

Naar boven