35 420 Noodpakket banen en economie

Nr. 210 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 januari 2021

Op 13 januari jl. (Kamerstuk 35 420, nr. 209) heb ik aangegeven u zo spoedig mogelijk te informeren over de risicobeheersing aangaande de TVL-subsidie. Mkb-bedrijven die door de coronacrisis in de problemen komen met het financieren van hun vaste lasten, kunnen de TVL-subsidie aanvragen onder de Regeling Subsidie financiering Vaste Lasten MKB COVID-19 (TVL). Deze regeling, onderdeel van het steun- en herstelpakket, is bedoeld om een groot aantal ondernemers die hiervoor in aanmerking komt, zo tijdig mogelijk van financiële ondersteuning te voorzien. Met de verdergaande aanpassingen in de TVL worden, met zo veel mogelijk behoud van de snelle dienstverlening, de maatregelen voor misbruik en oneigenlijk gebruik (M&O) aangescherpt. In deze brief licht ik dat toe.

TVL1

De TVL biedt mkb-ondernemingen die hard zijn geraakt door de coronacrisis een subsidie als bijdrage in hun vaste lasten. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) voert de regeling uit. De uitvoering is zodanig ingericht dat grote aantallen aanvragen van ondernemers in korte tijd kunnen worden behandeld, zodat ondernemers die daar recht op hebben snel subsidie krijgen toegekend en uitbetaald. Voor de TVL Q3 2020, die betrekking had op de periode juni-september 2020, hebben 47.602 ondernemers een aanvraag ingediend, waarvan 42.142 zijn toegekend en een voorschot hebben ontvangen. De TVL Q4 2020, die nog openstaat tot 30 januari a.s., is inmiddels 64.039 keer aangevraagd, waarvan er 55.764 zijn toegekend en een voorschot hebben ontvangen. Dit toenemende aantal heeft te maken met de verplichte sluiting van extra sectoren sinds 15 december 2020 en met het loslaten van de SBI-codes als afbakeningscriterium. Naast het grotere aantal aanvragen in Q4 2020 loopt de voorbereiding van de TVL Q1 2021. Daarbij is een aanpassing gemaakt van het subsidiepercentage voor zowel Q4 2020 als Q1 2021 en zijn daarnaast specifieke modules ontwikkeld voor de evenementensector en voor voorraadverliezen van de horeca en de gesloten detailhandel.2 Deze aanpassingen wachten op dit moment op akkoord uit Brussel, waarna ze kunnen worden doorgevoerd.

Risicobeheersing

Om risico’s bij de uitvoering van de TVL zoveel mogelijk te voorkomen heeft RVO.nl een uitgebreid systeem van risicobeheersing opgezet.3 Dit systeem wordt continu op basis van interne en externe signalen bijgesteld. Een deel van deze maatregelen is gericht op de aanvraagfase en een deel op de vaststellingsfase van de subsidie. Daar wil ik u nu in hoofdlijnen over informeren.

Maatregelen gericht op de aanvraagfase

In de aanvraagfase wordt een besluit genomen over de toekenning van de subsidie en de uitbetaling van een voorschot (80%) op basis van het op dat moment verwachte omzetverlies van de ondernemer. In lijn met de beleidsopgave van de coronasteunmaatregelen wordt gestreefd om het merendeel van de aanvragers binnen enkele werkdagen verantwoord een voorschot uit te betalen.

Na een aanvraag wordt op basis van een aantal indicatoren geautomatiseerd een risicoprofiel van de aanvraag en aanvrager opgesteld. Deze indicatoren worden veelvuldig bijgesteld, onder andere op basis van data-gestuurde evaluaties, signalen uit de handmatige beoordeling van aanvragen, signalen van banken, signalen van fraudeonderzoekers, kennis en gegevensuitwisseling met het UWV, de Belastingdienst, de FIOD en de recherche. Zware indicatoren, zoals het bekend zijn van faillissement van een onderneming, leiden direct tot een verhoogd risico. Lichte indicatoren, zoals kansberekeningen over de plausibiliteit van opgevoerde gegevens, leiden alleen in onderling samenspel tot een verhoogd risico.

Aanvragen met een verhoogd risico op M&O worden voorafgaand aan het uitbetalen van het voorschot door RVO.nl verscherpt handmatig gecontroleerd, onder andere op de juistheid van de opgevoerde gegevens en andere indicatoren van mogelijke M&O-risico’s. Daarbij worden, indien nodig, ook aanvullende informatie en bewijsstukken opgevraagd. Dit heeft mede tot gevolg dat aanvragen met een verhoogd risico gemiddeld twee tot drie weken extra verwerkingstijd hebben. Er zijn tot nu toe circa 14.000 handmatige verscherpte controles uitgevoerd, die mede hebben geleid tot ongeveer 6.200 afwijzingen, 481 M&O-onderzoeken en 2.300 door de aanvrager ingetrokken subsidieaanvragen.4

Aanvragers met een laag M&O-risico worden, voorafgaand aan het uitbetalen van het voorschot, beperkt en uitsluitend geautomatiseerd gecontroleerd. Het voorschot wordt aan hen binnen enkele werkdagen betaald. Daarnaast doet RVO.nl steekproeven bij aanvragen met laag risico, die kunnen leiden tot herziening van de risico indicatoren.

Maatregelen gericht op de vaststellingsfase

In de vaststellingsfase wordt een definitief besluit genomen over de toekenning van de subsidie en de uitbetaling van het resterende bedrag of het terugvorderen van het teveel betaalde voorschot. Dit gebeurt op basis van het feitelijk gerealiseerde omzetverlies van de ondernemer.

Ook bij een vaststellingsverzoek wordt opnieuw geautomatiseerd een risicoprofiel van de aanvraag en aanvrager opgesteld. Deze indicatoren maken onder andere gebruik van de informatie uit de aanvraagfase en ook deze worden zeer veelvuldig bijgesteld.

Vaststellingsverzoeken met een verhoogd risico op M&O worden voorafgaand aan de definitieve vaststelling door RVO.nl verscherpt handmatig gecontroleerd. Ook hier aangevuld met verzoeken om aanvullende informatie en bewijsstukken. Aanvragen met een verhoogd risico vallen altijd in een verscherpte handmatige controle tijdens de vaststelling. Omdat bijstelling van andere indicatoren ook kunnen leiden tot een hoger risico voor de vaststelling van een aanvraag, is de opgave van handmatige controle van de vaststelling ongeveer dubbel zo groot als in de voorschot fase. RVO.nl is op dit moment bezig met de vaststellingfase voor TVL Q3 2020.

Voor aanvragen met een laag M&O-risico in de vaststellingfase geldt ook dat ze binnen enkele werkdagen geautomatiseerd worden vastgesteld. Alle geautomatiseerde vaststellingen gebeuren op basis van gegevensuitwisseling over de btw-aangifte met de Belastingdienst.

Gegevensuitwisseling met de Belastingdienst

Het toetsen van de referentieomzet en het gerealiseerde omzetverlies gebeurt voor een belangrijk deel op basis van de btw-aangifte. Hiervoor is een gegevensuitwisseling tussen RVO.nl en de Belastingdienst gerealiseerd.

Vanwege privacy redenen mag RVO.nl de btw-aangifte gegevens van een ondernemer pas opvragen zodra de ondernemer een aanvraag voor de TVL heeft gedaan. Dat betekent dat er een vertraging zit tot het moment dat RVO.nl de referentiegegevens van de Belastingdienst heeft ontvangen. Om brede vertraging in de bevoorschotting te voorkomen, heeft RVO.nl ervoor gekozen om de gegevens van de Belastingdienst bij TVL Q3 2020 en Q4 2020 ter controle te gebruiken bij de uitbetaling van het voorschot van enkel de hoog risico aanvragen. Bij de vaststelling worden alle aanvragen volledig gecontroleerd op basis van de bij de Belastingdienst bekende btw-gegevens.

Verscherping voor TVL Q1 2021 op basis van Belastingdienst gegevens

Voor TVL Q1 2021 verwacht RVO.nl dat een groot deel van de aanvragers ook in Q3 2020 of in Q4 2020 TVL heeft aangevraagd. Van deze aanvragers zijn inmiddels van de Belastingdienst gegevens ontvangen. Om die reden worden in Q1 2021 ook voor laagrisico TVL-aanvragen voorafgaand aan de uitbetaling van het voorschot, op basis van de gegevens van de Belastingdienst geautomatiseerd gecontroleerd.

Ontvangen signalen

Naast het gebruik van de steekproef is het systeem van risicobeheersing van RVO.nl ook ingericht om signalen van M&O te ontvangen. De ontvangen signalen van M&O worden gebruikt om het risicobeheersing systeem verder te verfijnen. RVO.nl ontvangt ook signalen van M&O bij de TVL van externe bronnen zoals het digitale RVO.nl fraudemeldkanaal, de Inspectie SZW en de FIOD en van de banken die zijn aangesloten bij de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB).

De NVB heeft recent een melding gemaakt van mogelijke misbruik en oneigenlijk gebruik van de TVL bij circa 270 aanvragers. Het betreft ondernemingen die in het vierde kwartaal van 2019 volgens de bank geen omzet hebben geboekt op hun rekening. Zij hebben waarschijnlijk dus ook geen omzetderving. De betreffende ondernemingen hebben wel een voorschot van de TVL Q3 2020 of TVL Q4 2020 ontvangen. Eerste schattingen zijn dat dit om een bedrag van ca. 15–20 miljoen euro kan gaan.

Op basis van fraudemodellen van de banken (Wwft)5 zijn sommige van deze verdachte rekeningen door de banken geblokkeerd en waar mogelijk is het geld teruggehaald.

RVO.nl is bezig de aanvraag vast te stellen, zodat het voorschot kan worden ingetrokken en teruggevorderd. RVO.nl doet ook nog een eigen onderzoek, omdat de melding van een bank niet per se betekent dat er sprake is van misbruik of oneigenlijk gebruik. Er kan ook sprake zijn van het wisselen van bank. De banken hebben echter geconstateerd dat daar waar geld al wel op de betreffende rekeningen wordt gestort, dit vrijwel direct wordt opgenomen en dus voor de banken niet terug te halen is.

Een eerste analyse laat zien dat de verdachte gevallen vaker dan gemiddeld een eenmanszaak zijn en dikwijls een aanvraag hebben ingediend met een referentieomzet over 2019 die afwijkt van de bij de Belastingdienst bekende gegevens. In de meeste gevallen lijkt het erop dat de aanvrager zelfstandig heeft gehandeld. Er zijn echter ook zaken aan het licht gekomen waarbij ondernemers – al dan niet onder druk – derden misbruik hebben laten maken van hun onderneming om een frauduleuze subsidieaanvraag in te dienen.

De door de banken aangeleverde zaken worden nu door RVO.nl beoordeeld. Als daarbij misbruik of oneigenlijk gebruik aannemelijk is, wordt altijd aangifte gedaan. Er zijn sinds begin januari ongeveer 270 zaken aangeleverd. RVO.nl heeft tot op heden 59 aangiftes bij het Openbaar Ministerie (OM) ingediend. Daarnaast wordt bij M&O de onterecht ontvangen tegemoetkoming ook altijd teruggevorderd.

Naast de meldingen van de banken ontvangt RVO.nl ook uit andere bronnen meldingen van mogelijk M&O, zoals interne meldingen van de afdeling die de TVL aanvragen beoordeelt. Ook via de meldmogelijkheid op de website van RVO.nl worden meldingen ontvangen en ook uit het M&O-netwerk van RVO.nl (politie, gemeente, FIOD etc.). Hierbij gaat het op dit moment om zo’n 211 meldingen, waarvan 200 meldingen nog in onderzoek zijn en 11 meldingen hebben geleid tot aangifte bij het OM. In totaal zijn daarmee 481 M&O-meldingen bekend, waarvan reeds in 70 gevallen aangifte is gedaan.

Acties naar aanleiding van de ontvangen signalen

De door de banken aangeleverde zaken worden nu door RVO.nl nader onderzocht. Indien er inderdaad misbruik is gepleegd, wordt aangifte gedaan bij het OM.

Daarnaast heeft RVO.nl de volgende aanscherpingen in het TVL proces doorgevoerd:

  • Op de eerste plaats is het risicoprofiel aangepast op basis van waargenomen patronen in de verdachte aanvragen. Dit leidt er toe dat sindsdien nieuwe aanvragen met vergelijkbare kenmerken geautomatiseerd als hoog risico worden aangemerkt. Verwacht wordt dat daarmee >90% van de aanvragen die aan dit patroon voldoen, voorafgaand als hoog risico wordt aangemerkt en in een handmatige controle valt.

  • De handmatige controle is daarnaast verder verscherpt. Als onderdeel van het continue verfijnen van de risicobeheersing en signalen, leren RVO.nl behandelaars waar op te letten om misbruik te voorkomen. In gelijke tred met de verwachte toename van het aantal handmatig te beoordelen aanvragen, wordt ook de capaciteit van de relevante teams binnen RVO.nl uitgebreid.

  • RVO.nl zal bij een vermoeden van misbruik na een M&O-onderzoek sneller overgaan tot het vaststellen van de subsidie op nihil en terugvordering van voorschotten. Soms ook vooruitlopend op een aangifte. Het recente rapport van de Adviescommissie uitvoering toeslagen indachtig, wordt hier ook zorgvuldig aandacht besteed aan de impact op de ondernemer en het – zo nodig – snel kunnen herzien van te voortvarend terugvorderen.

  • Het overleg tussen RVO.nl, de Kamer van Koophandel, de FIOD, de Belastingdienst, de banken en het UWV wordt verder geïntensifieerd, waarbij dagelijks contact is tussen de gespecialiseerde fraudeafdelingen van banken en die van RVO.nl.

  • Vanaf 12 januari zal bij alle nieuwe aanvragers in TVL Q4 2020, TVL Q1 2021 en TVL Q2 2021 enkele werkdagen gewacht worden op gegevens vanuit de Belastingdienst. Op die manier kan RVO.nl de TVL-aanvraag toetsen aan de gegevens van de Belastingdienst, voordat het voorschot wordt uitbetaald. RVO.nl verwacht dat de vertraging voor nieuwe aanvragers met een laag risico beperkt blijft tot enkele werkdagen.

Mijn ministerie bekijkt samen met RVO.nl of deze maatregelen afdoende zijn of dat meer nodig is. Ook de geschetste reeds genomen maatregelen in de vaststelling van TVL Q3 2020 en Q4 2020 dragen verder bij aan het terugdringen van het risico op misbruik en oneigenlijk gebruik.

Tot slot

Met de TVL blijf ik er naar streven dat ondernemers zo snel mogelijk worden geholpen zodat ondernemers in deze zware tijden financieel worden bijgestaan om hun vaste lasten te kunnen blijven betalen. Risico op misbruik blijft daarbij bestaan, maar ik zal er alles aan doen om dit misbruik zoveel mogelijk te voorkomen en ik schrik er niet voor terug om aangifte te laten doen bij het OM als daar reden voor is. Ik zal u op gezette tijden op de hoogte houden van de wijze waarop de uitvoering van de TVL verloopt en hoe we trachten misbruik te voorkomen.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer


X Noot
1

Peildatum 13 januari 2021 10:00 uur

X Noot
3

Kamerstuk 35 650, nr. 1

X Noot
4

Peildatum 13 januari 2021 10:00 uur

X Noot
5

Kamerstuk 31 237

Naar boven