33 529 Gaswinning

Nr. 933 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT EN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 november 2021

Hierbij sturen wij uw Kamer de evaluatie toe die het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) en de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) hebben uitgevoerd naar hun onderlinge samenwerking. In deze brief gaan wij kort in op de resultaten van de evaluatie1. Daarnaast geven wij een toelichting op de uitwerking van het door uw Kamer aangenomen amendement in het voorstel tot wijziging van de Tijdelijke wet Groningen in verband met de versterking van gebouwen in de provincie Groningen (wetsvoorstel Versterken).2 In dit amendement is opgenomen dat met een algemene maatregel van bestuur (AMvB) regels worden gesteld over de wijze waarop het IMG en de NCG de uitvoering van de versterking en de afhandeling van schade op elkaar afstemmen.

Evaluatie van de samenwerking

Het IMG en de NCG hebben met bijgaande brief laten weten de evaluatie van de huidige samenwerking op basis van het samenwerkingsconvenant te hebben afgerond. De Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen (de voorloper van het IMG) en de NCG zijn dit samenwerkingsconvenant in 2019 overeengekomen. Het convenant beschrijft op welke wijze het IMG en de NCG samenwerken wanneer er sprake is van samenloop van schade en versterking op één adres.3 Met deze evaluatie hebben het IMG en de NCG hun onderlinge samenwerking nader beschouwd, door onder meer te spreken met bewoners, bestuurders en maatschappelijke organisaties. Ook lichten de organisaties toe op welke punten zij de samenwerking gaan verbeteren. Met het toezenden van deze evaluatie geven wij invulling aan de eerdere toezeggingen om de evaluatie van het samenwerkingsconvenant aan uw Kamer te doen toekomen.4, 5, 6

Het IMG en de NCG zijn de afgelopen twee jaar volop in ontwikkeling geweest. Beide organisaties werken, naast de verbetering van de reguliere schade-afhandeling en de versterking, hard aan de samenwerking in het algemeen en de intensivering van de samenwerking bij de afhandeling van samenloop van schade en versterking op één adres. Met diverse initiatieven en pilots gericht op de gezamenlijke afhandeling van schade- en versterken is daar reeds mee gestart. Dit heeft positieve ervaringen opgeleverd en een aantal van deze initiatieven is inmiddels structureel ingebed in de organisatie. Alle inspanningen laten onverlet dat er nog steeds stappen te zetten zijn. Het IMG en de NCG erkennen dit en hebben in de evaluatie diverse aandachtspunten geïdentificeerd. Zo blijkt dat eigenaren en bewoners in het Groningse aardbevingsgebied nog onvoldoende merken van de samenwerking. Ook blijkt dat op een groot aantal adressen die onderdeel zijn van de versterkingsprogramma’s en waar schade te verwachten is, nog geen schademeldingen zijn gedaan. Het IMG en de NCG vermoeden dat eigenaren hun aanvraag om schadevergoeding uitstellen in afwachting van meer duidelijkheid over de versterking. Juist de bewoners die gebaat zijn bij de samenwerking worden daarmee nog onvoldoende bereikt. Dit vraagt om verdere verbetering en intensivering van de samenwerking.

Het IMG en de NCG hebben ons met bijgaande brief en in gesprekken die zijn gevoerd laten weten dat zij voortvarend te werk gaan in de doorontwikkeling van hun samenwerking. Om dit verder tot uitvoer te brengen hebben het IMG en de NCG een plan van aanpak opgesteld, welke als bijlage aan deze brief is toegevoegd. Met dit plan van aanpak wordt de intensivering van de samenwerking uitgewerkt. In dit kader wordt onder andere gewerkt aan de verbetering van de communicatie naar de bewoner, de verbetering van de onderlinge kennis van beide organisaties, de aanpassing van de governance en de onderlinge gegevensuitwisseling. Op deze wijze wordt een nieuwe samenwerkings- en oplossingsgerichte aanpak ingebed in beide organisaties.7 Wij delen de mening van het IMG en de NCG dat intensivering van de samenwerking noodzakelijk is. Het is van belang dat bewoners maximaal ondersteund worden in de besluitvorming over hun huis, zeker als er sprake is van samenloop van schadeafhandeling en versterking op één adres.

Verankering in regelgeving

Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel Versterken is met een amendement van uw Kamer de grondslag geboden om per AMvB nadere regels te stellen over de wijze waarop de uitvoering van de versterking en de afhandeling van schade op elkaar wordt afgestemd.8 Met deze AMvB wordt beoogd een bewoner, met versterking en schade op één adres, te ontlasten door integrale oplossingen en coördinatie te bieden – indien hij dat wenst. De evaluatie en het plan van aanpak worden meegenomen bij de uitwerking van deze AMvB. Ook de meermaals geuite signalen van de maatschappelijke organisaties en de aanbevelingen van de Nationale ombudsman over de samenwerking worden bij deze AMvB betrokken. De afgelopen maanden hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, in samenwerking met het IMG en de NCG, intensief aan de AMvB gewerkt. De komende weken wordt de AMvB afgerond en in consultatie gebracht. Na consultatie wordt de AMvB voor voorhang aan uw Kamer aangeboden alvorens verzending naar de afdeling Advisering van de Raad van State zal plaatsvinden.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, S.A. Blok

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Kamerstuk 35 603, nr. 32.

X Noot
3

Kamerstuk 35 603, nr. 78.

X Noot
4

Toezegging van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tijdens de wetsbehandeling van de wet Versterken d.d. 4 maart 2021. Kamerstuk 35 603, nr. 79

X Noot
5

Kamerstuk 35 603, nr. 5.

X Noot
6

Kamerstuk 33 529, nr. 865.

X Noot
7

Hierbij wordt invulling gegeven aan de motie van de leden Aukje de Vries en Sienot, Kamerstuk 35 603, nr. 52.

X Noot
8

Kamerstuk 35 603, nr. 32.

Naar boven