33 118 Omgevingsrecht

AB MOTIE VAN HET LID MEIJER C.S.

Voorgesteld 6 juni 2017

De Kamer,

gehoord de beraadslaging1,

overwegende, dat het voor initiatiefnemers van groot belang is dat de overheid voortvarend en binnen een voorspelbare en afzienbare termijn uitsluitsel geeft over of iets mag of niet;

constaterende, dat alle complexe en milieugevaarlijke zaken gereguleerd worden door Europese richtlijnen of MER-plichtig zijn en daarvoor de uitgebreide voorbereidingsprocedure is voorgeschreven, die voorziet in een geformaliseerde regeling voor het indienen van zienswijzen op het ontwerpbesluit;

overwegende, dat voor overige gevallen als hoofdregel de reguliere voorbereidingsprocedure geldt;

overwegende, dat de reguliere procedure voldoende mogelijkheden heeft om een passende gelegenheid te geven om zienswijzen in te dienen op de ingekomen aanvraag om vergunning, voor zover daar in overleg met de aanvrager niet al voorafgaand in is voorzien, op basis van een concept-aanvraag;

overwegende, dat voor gevallen die anderszins complex of controversieel te duiden zijn en waartegen naar verwachting meerdere belanghebbenden bedenkingen zullen hebben, de uitgebreide procedure voordelen kan bieden vanwege de geformaliseerde regeling voor het indienen van zienswijzen en het ontbreken van een bezwaarschriftfase;

overwegende, dat de regering voornemens is om bij Invoeringswet te bepalen dat op verzoek van de aanvrager de uitgebreide voorbereidingsprocedure wordt toegepast;

overwegende, dat een procedure over een buitenplanse afwijking van het bestemmingsplan wordt verkort van 26 weken naar 8 weken, maar dat er wel sprake moet zijn van een zorgvuldige afhandeling met voldoende mogelijkheden tot inspraak,

verzoekt de regering te bepalen dat het bevoegd gezag ook met instemming van de aanvrager de uitgebreide procedure kan toepassen en om gemeenten te stimuleren bij de procedure over buitenplanse afwijkingen, andere belanghebbenden dan de overheid en de aanvrager – zoals bijvoorbeeld omwonenden – passende inspraak te bieden door dit in de nota van toelichting van het Omgevingsbesluit op te nemen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Meijer

Bikker

Vos

Teunissen

Kox


X Noot
1

Beraadslaging inzake de ontwerpbesluiten behorende bij de Omgevingswet (33 118, C).

Naar boven