Gemeenteblad van 's-Gravenhage
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
's-Gravenhage | Gemeenteblad 2025, 411432 | delegatie- of mandaatbesluit |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
's-Gravenhage | Gemeenteblad 2025, 411432 | delegatie- of mandaatbesluit |
Delegatiebesluit omgevingsplan Den Haag 2025
De bevoegdheid tot vaststelling dan wel wijziging van het omgevingsplan in de volgende gevallen te delegeren aan het college:
a. het opnemen van onherroepelijke omgevingsvergunningen voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit in het omgevingsplan;
b. het corrigeren van kennelijke fouten in het omgevingsplan;
c. het verwijderen van regels ter bescherming van archeologische waarden, indien uit onderzoek is gebleken dat er geen archeologische waarden aanwezig zijn;
d. het opstellen van regels ten behoeve van voorbescherming bij monumenten;
e. het opstellen van regels ten behoeve van spoedbescherming bij monumenten;
f. het nemen van besluiten om niet tot aanpassing van het omgevingsplan over te gaan;
g. het schrappen van regels uit het tijdelijke deel van het omgevingsplan indien deze regels, al dan niet na aanpassing daarvan, onherroepelijk in het permanente deel van het omgevingsplan zijn opgenomen;
h. het opnemen van voorbeschermingsregels ter voorkoming van activiteiten die strijdig kunnen zijn met in voorbereiding zijnde regels of verbeelding voor het wijzigen van het omgevingsplan, alsook besluiten om niet mee te werken aan het opnemen van voorbeschermingsregels;
i. het aanwijzen van beeldbepalende bouwwerken in het omgevingsplan en het opnemen van beeldbepalende bouwwerken in de geometrie van het omgevingsplan;
j. de bevoegdheid tot vaststelling van de delen waarop in het tijdelijk deel van het omgevingsplan, als bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet in verbintenis met artikel 4.6, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet, aan het college van burgemeester en wethouders de bevoegdheid is gegeven om dat deel te wijzigen en of uit te werken, zoals is bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en b, van de Wet ruimtelijke ordening;
k. het verwerken van uitspraken van de Raad van State, waarbij via een bestuurlijke lus opgedragen wordt het omgevingsplan van rechtswege dan wel het omgevingsplan aan te passen.
Dat het college jaarlijks aan de raad een overzicht overlegt van de krachtens delegatie genomen besluiten;
Dat het delegatiebesluit drie jaar na inwerkingtreding wordt geëvalueerd, op basis waarvan al dan niet wijzigingen in het besluit kunnen plaatsvinden;
Dat in afwijking van artikel 6 het besluit tot delegatie van de bevoegdheid voor het opstellen van regels voor de voor- en spoedbescherming bij monumenten genoemd in artikel 1 onder d. en e. in werking treden op het moment dat de artikelen 2.2. en 2.3 van de Erfgoedverordening Den Haag 2024 of een opvolgende regeling worden vervangen door het omgevingsplan.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 18 september 2025.
De delegatie inzake de wijzigingsbevoegdheid van onderdelen van het omgevingsplan betreft een nieuw instrument dat mogelijk is onder de Omgevingswet. Met een delegatiebesluit kan de raad besluiten om bepaalde wijzigingen van het omgevingsplan te laten vaststellen door het college. Dat is onder omstandigheden wenselijk en praktisch, omdat sommige wijzigingen van het omgevingsplan alleen procesmatig van aard zijn of worden doorgevoerd om het omgevingsplan actueel te houden. Daarnaast is het wenselijk dat het college waar nodig snel beschermende regels in het omgevingsplan kan opnemen om te voorkomen dat een voor de gemeente onwenselijke situatie kan ontstaan. Met voorliggend delegatiebesluit wordt een beperkt aantal nieuwe bevoegdheden ten opzichte van het delegatiebesluit uit 2023 aan het college overgedragen. Het gaat in al deze gevallen slechts om planregels die niet zien op een beleidsmatige verandering van de gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden van gronden en gebouwen. De in het besluit I opgenomen onderdelen a tot en met g maken reeds onderdeel uit van het delegatiebesluit uit 2023. Met dit raadsvoorstel wordt voorgesteld om de onderdelen h tot en met k daaraan toe te voegen.
Dit raadsvoorstel gaat over delegatie en heeft betrekking op het wijzigen van specifieke onderdelen van het omgevingsplan. Het wijzigen van het omgevingsplan is, net als het vaststellen van een bestemmingsplan, een bevoegdheid van de gemeenteraad. De gemeenteraad kan, op grond van artikel 2.8 Omgevingswet, de bevoegdheid tot het wijzigen van delen van het omgevingsplan delegeren aan het college.
De raad bepaalt via een delegatiebesluit binnen welke grenzen en onder welke voorwaarden het college bepaalde delen van het omgevingsplan mag wijzigen en uitvoeren. In dit besluit wordt uiteengezet over welke specifieke onderdelen het gaat. Zodra de specifieke bevoegdheden zijn overgedragen, kan de raad deze taken niet meer zelf uitvoeren, maar behoudt hij wél de rol om kaders te stellen en toe te zien op een juiste uitvoering.
De raad behoudt ook het recht om het delegatiebesluit te allen tijde in te trekken. In gevallen die niet specifiek benoemd zijn in het delegatiebesluit, is geen sprake van delegatie. In die gevallen blijft de bevoegdheid om (delen van) het omgevingsplan te wijzigen bij de gemeenteraad.
- Voorafgaand delegatiebesluit
In 2023 is het ‘Delegatiebesluit omgevingsplan Den Haag 2023’ (RIS316028) door de raad vastgesteld. Als gevolg van voortschrijdend inzicht en de eerste wijzigingen van het omgevingsplan is het wenselijk om dit besluit aan te passen. Dit wordt bereikt door de intrekking van het Delegatiebesluit omgevingsplan Den Haag 2023 en de vaststelling van het nieuwe Delegatiebesluit omgevingsplan Den Haag 2025.
De gemeenteraad stuurt op hoofdlijnen vanuit zijn kaderstellende rol. Binnen deze kaders voert het college, namens de raad, de dagelijkse werkzaamheden uit. In dat opzicht is het een verbetering dat de Omgevingswet voorziet in de mogelijkheid tot delegatie, waarbij bepaalde besluiten van hoofdzakelijk technische dan wel procedurele aard aan het college kunnen worden gedelegeerd. Het beoogde effect van het delegatiebesluit is daarmee het versimpelen en versnellen van procedures bij het wijzigen van deze delen van het omgevingsplan. Hiermee wordt niet alleen de raad, maar ook de ambtelijke organisatie minder belast. Doorlooptijden worden verkort, waardoor snellere dienstverlening kan worden geboden, één van de verbeterdoelen van de Omgevingswet. Dit komt initiatiefnemers en inwoners ten goede.
Toelichting op de voor delegatie voorgestelde onderdelen
De in dit besluit onder a tot en met e opgenomen onderdelen zijn al gedelegeerd aan het college in het kader van het delegatiebesluit uit 2023. Doordat dit besluit wordt ingetrokken bij vaststelling van het voorliggende delegatiebesluit, is het noodzakelijk om deze onderdelen met bijbehorende toelichting ook in het Delegatiebesluit omgevingsplan Den Haag 2025 op te nemen.
- Het opnemen van onherroepelijke omgevingsvergunningen in het omgevingsplan
In de Omgevingswet is opgenomen dat onherroepelijke omgevingsvergunningen voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit binnen vijf jaar moeten worden verwerkt in het omgevingsplan. Onder de voormalige wetgeving Wet ruimtelijke ordening (Wro) vielen deze werkzaamheden onder het actualiseren van bestemmingsplannen. Daarmee zijn ze deel van het raadsbesluit tot vaststelling van het te actualiseren bestemmingsplan. De Omgevingswet kent voor het omgevingsplan geen actualisatieplicht, maar om te voorkomen dat er strijdigheid ontstaat dient het omgevingsplan wel voortdurend actueel te worden gehouden door wijzigingsbesluiten. Het is hierdoor noodzakelijk om onherroepelijke omgevingsvergunningen voor buitenplanse omgevingsplanactiviteiten te verwerken in het omgevingsplan. Omdat het hier enkel om het opnemen van onherroepelijke vergunningen gaat, is dit slechts een administratieve handeling.
- Het corrigeren van kennelijke fouten in het omgevingsplan
Dit betreft het corrigeren van verschrijvingen, spelfouten, het aanpassen van verkeerd geplaatste aanduidingen etc. Het mogelijk maken van nieuwe ontwikkelingen en toevoegen of verwijderen van gebruiksruimte valt hier nadrukkelijk niet onder.
- Het verwijderen van regels ter bescherming van archeologische waarden indien uit onderzoek is gebleken dat er geen archeologische waarden aanwezig zijn
Deze werkzaamheden werden in bestemmingsplannen overgedragen aan het college via een wijzigingsbevoegdheid. Onder het omgevingsplan vervalt de wijzigingsbevoegdheid. Door dit onderdeel op te nemen in het delegatiebesluit blijft de bestaande situatie in stand.
- Het opstellen van regels ten behoeve van voor of spoedbescherming van monumenten
Het opstellen van regels ten behoeve van voor- of spoedbescherming van monumenten is momenteel geregeld via de Erfgoedverordening Den Haag 2024 en daarmee een collegebevoegdheid. Door dit onderwerp alvast op te nemen in dit delegatiebesluit, blijft dit een collegebevoegdheid wanneer de Erfgoedverordening Den Haag 2024 onderdeel wordt van het omgevingsplan. Onder spoedbescherming wordt verstaan de bescherming die een object geniet op grond van artikel 2.3 Erfgoedverordening Den Haag 2024 en opvolgende verordeningen. Deze bescherming houdt in dat een zaak of terrein zonder voorafgaand advies van de Adviescommissie omgevingskwaliteit en cultureel erfgoed Den Haag kan worden aangewezen als voorlopig gemeentelijk monument. Onder voorbescherming wordt verstaan de bescherming die een object geniet op grond van artikel 2.2 Erfgoedverordening Den Haag 2024. De voorbescherming voorziet erin dat het betreffende object tot aan de inschrijving in het gemeentelijk monumentenregister of tot aan het collegebesluit om af te zien van het voornemen tot plaatsing op dezelfde wijze wordt beschermd als een aangewezen monument.
- Het schrappen van regels uit het tijdelijke deel van het omgevingsplan nadat deze regels onherroepelijk in het permanente deel van het omgevingsplan zijn opgenomen
Het omzetten van regels van het tijdelijke deel van het omgevingsplan naar het permanente deel vindt plaats via een raadsbesluit. Zolang deze wijzigingen nog niet onherroepelijk zijn, kunnen de oude regels nog niet worden verwijderd uit het tijdelijke omgevingsplan. Dan zou er een gat vallen in de regelgeving ingeval de wijzigingen onverwijld geen standhouden in een eventuele beroepsprocedure. Nadat de nieuwe regels onherroepelijk zijn geworden, kunnen de oude regels zonder gevolgen worden verwijderd uit het tijdelijke deel van het omgevingsplan. Dit betreft daarmee slechts een administratieve handeling.
De onderdelen h tot en met k van dit besluit zijn nieuw ten opzichte van het delegatiebesluit uit 2023.
- Het opnemen van voorbeschermingsregels ter voorkoming van strijdige activiteiten
Hiermee verkrijgt het college de bevoegdheid om in algemene zin voorbeschermingsregels voor het omgevingsplan op te stellen. Afhankelijk van het relevante onderwerp kunnen door het opnemen van voorbeschermingsregels mogelijke strijdigheden met nieuwe regels in het omgevingsplan, bijvoorbeeld bij de realisatie van nieuwe ontwikkelingen, tijdig door het college worden voorkomen. Voorbeschermingsregels kunnen worden opgenomen om te voorkomen dat er zich ongewenste ontwikkelingen kunnen voordoen. Te denken valt bijvoorbeeld aan een planontwikkeling, waarbij woningen zijn voorzien in een gebied waar volgens het bestemmingsplan kantoren zijn toegestaan. Met voorbeschermingsregels kan dan worden voorkomen dat er gedurende de planuitwerking medewerking moet worden verleend aan het uitbreiden of toevoegen van kantoorruimte in dat gebied. Zonder voorbeschermingsregels kan het uitbreiden of toevoegen van extra kantoorruimte de kosten van de planontwikkeling verhogen of zelfs de haalbaarheid van het woningbouwproject in gevaar brengen.
Om voorbeschermingsregels op te kunnen nemen in het omgevingsplan wordt door de Omgevingswet bepaald dat er vooraf een voorbereidingsbesluit opgesteld moet worden. De voorbeschermingsregels leiden niet tot een inhoudelijke aanpassing van het omgevingsplan, want het zijn slechts procedureregels.
- Het aanwijzen van beeldbepalende bouwwerken in het omgevingsplan en het opnemen van beeldbepalende bouwwerken in de geometrie van het omgevingsplan
Deze bevoegdheid is onder andere aan de orde ingeval door het college voorbeschermingsregels zijn opgesteld met het oog op het voorkomen van ingrijpende wijzigingen en de sloop van bouwwerken met een beeldbepalende waarde (RIS317559 en RIS307060). Het college stelt de raad vooraf in kennis van de voorgenomen aanwijzing van objecten die naar haar oordeel in aanmerking komen om te worden aangewezen als beeldbepalend bouwwerk. Vervolgens zullen deze bouwwerken voor het kunnen borgen van de specifieke waarden ervan moeten worden opgenomen in het omgevingsplan. Dit zal gebeuren door het opnemen van de geometrie met locatieaanduidingen van beeldbepalende bouwwerken.
- Verwerken reeds bestaande uitwerkingsplichten-/wijzigingsbevoegdheden in het tijdelijke deel van het omgevingsplan
Uitwerkingsplichten/wijzigingsbevoegdheden die reeds deel uitmaken van het tijdelijke omgevingsplan zijn in het kader van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) tot stand gekomen. De gemeenteraad heeft deze bevoegdheden destijds onder de Wro reeds overgedragen aan het college, maar onder de Omgevingswet is het instrument uitwerkingsplicht/wijzigingsbevoegdheid komen te vervallen. Als gevolg van de inwerkingtreding van de Omgevingswet dienen deze wijzigingen via het wijzigingsbesluit van het omgevingsplan te worden aangebracht. Aangezien de raad hier eerder al mee heeft ingestemd dat het college bevoegd is om deze wijzigingen aan te brengen is het van belang dat dit via een delegatiebesluit gecontinueerd wordt onder de Omgevingswet.
- Verwerken van uitspraken van de Raad van State
Dit betreft de bevoegdheid tot wijziging van het omgevingsplan door het college ingeval de gemeente via de toepassing van een bestuurlijke lus wordt opgedragen om het omgevingsplan aan te passen. In dergelijke gevallen heeft de gemeente de verplichting om gevolg te geven aan het gestelde in de uitspraak. De gemeente heeft hier weinig tot geen beleidsruimte om op eigen wijze invulling te geven aan de last die in het kader van de bestuurlijke lus is opgelegd. Door deze bevoegdheid te delegeren aan het college kan de hersteltermijn worden verkort en kan er eerder een definitieve uitspraak op de betreffende wijziging van het omgevingsplan volgen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://www.officielebekendmakingen.nl/gmb-2025-411432.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.