Gemeenteblad van Dijk en Waard
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Dijk en Waard | Gemeenteblad 2024, 462169 | beleidsregel |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Dijk en Waard | Gemeenteblad 2024, 462169 | beleidsregel |
Beeldkwaliteitsplan ontwikkeling erven Wagenweg
Burgemeester en wethouders van de gemeente Dijk en Waard maken bekend dat de gemeenteraad van de gemeente Dijk en Waard op 22 oktober 2024 het “Beeldkwaliteitsplan ontwikkeling erven Wagenweg” ongewijzigd heeft vastgesteld.
Het Recreatieschap wil binnen het deelgebied Diepsmeerpolder een tweetal nieuwe recreatie/zorg erven aan de Wagenweg ontwikkelen. Het beeldkwaliteitsplan dient als kader om marktpartijen uit te nodigen voor de ontwikkeling van de twee erven.
Het beeldkwaliteitsplan heeft vanaf 24 april 2024 gedurende zes weken ter inzage gelegen voor iedereen. Tijdens de inspraakperiode zijn er zienswijzen ingediend, maar deze hebben geen aanleiding gegeven om het beeldkwaliteitsplan aan te passen.
Het vastgestelde beeldkwaliteitsplan ligt vanaf 5 november 2024 gedurende zes weken ter inzage bij de recepties van het gemeentehuis aan de Parelhof 1 in Heerhugowaard en De Binding aan de Bosgroet 2 in Zuid-Scharwoude. U kunt tijdens openingstijden het vastgestelde beeldkwaliteitsplan inzien. De openingstijden staan vermeld op de website van de gemeente: Externe link: www.dijkenwaard.nl.
Op grond van artikel 8:3 Algemene wet bestuursrecht kan geen bezwaar en/of beroep worden ingesteld tegen het vaststellingsbesluit.
Heerhugowaard, 4 november 2024
Burgemeester en wethouders van Dijk en Waard
Het Recreatieschap heeft in 2021 de Visie Recreatiegebieden Geestmerambacht 2030 vastgesteld. Dat plan vormt het hoofdkader voor de verdere ontwikkeling van het recreatie- en natuurgebied Geestmerambacht . Uitgangspunten hierin zijn bevordering van recreatiegebruik en natuur-beleving , verbeteren van biodiversiteit en een financieel gezonde toekomst. Aan de noordzijde van het Geestmerambacht ligt de Wagenweg, een recreatieve ontwikkelzone met gebied ‘Diepsmeerpolder’ met diverse voorzieningen voor sport en spel en ernaast een groot evenemententerrein ‘ Geestmerweide ’. De ontwikkelzone voorziet ook in een openbaar recreatief-ecologisch grid .
Het Recreatieschap wil binnen het deelgebied Diepsmeerpolder een tweetal nieuwe recreatie/ zorg erven aan de Wagenweg ontwikkelen. Voorliggend Beeldkwaliteitsplan dient als kader om marktpartijen uit te nodigen voor de ontwikkeling van de twee erven.
Voor het gebied Wagenweg is een Visieschets opgesteld (2022), als uitwerking van de Visie 2030. De Visieschets verbeeldt de samenhang in een vernieuwde landschappelijke inrichting met natuurzones, zichtbaar maken van cultuurhistorie, mogelijkheden voor meer routes en voor diverse recreatiedoelen. De kernwoorden daarbij zijn natuur en landschap, recreatief- natuurlijk grid, buitensport, toerisme, spelen, waterplezier, avontuur, festivals, nutstuinen, zorg en hernieuwbare energie (zoals op de Geestmerweide). Bij elke ontwikkeling wordt de biodiversiteit geborgd en verbeterd.
Geestmerweide wordt beter ingericht voor diverse evenementen, met inpassing van natuur- en waterdoelen. De Diepsmeerpolder, een voormalig meer dat als laagte in het landschap is te herkennen, heeft een bijzondere landschappelijke structuur. De contour van het voormalig meer wordt landschappelijk versterkt en er komen meer paden en routes in het gebied.
Diverse locaties ‘binnen’ het meer worden verder ontwikkeld op de thema’s recreatie, sport, spel, zorg en voeding. Ook is hier ruimte voor innovatieve en kunstzinnige uitingen voor windenergie, onderdeel van het evenemententerrein. In het volgende hoofdstuk wordt visieschets Wagenweg verder toegelicht.
Bij de ontwikkeling van de kavels langs de Wagenweg worden versterking van natuurwaarden en recreatieve projecten integraal opgepakt. Daarbij wordt vervangende of nieuwe bebouwing natuurinclusief ontworpen, zodat ook de gebouwen leiden tot een hogere natuurwaarde op die plek voor bijvoorbeeld flora, insecten, vleermuizen en vogels.
Werkkaart Uitvoeringsplan voor deze visieschets
Het recreatieschap heeft de Visie 2030 en Visieschets Wagenweg verder verfijnd in voorliggend Beeldkwaliteitsplan Wagenweg (BKP). Het BKP dient als kwaliteitskader om marktpartijen uit te nodigen voor de ontwikkeling van twee erven: Wagenweg 6 (een zorgerf als toevoeging aan de bestaande pluktuin) en een tegenover gelegen nieuw erf voor een groepsaccommodatie. Het BKP is een beschrijving van de beoogde ontwikkeling en bevat belangrijke spelregels. In het BKP is ook een deel van de inrichting van de omliggende polder meegenomen, zoals erfafscheidingen, voorgestelde beplanting en visualisaties van de voorgestelde volumes. De uitgiftegrenzen zijn te zien op de kaart van pagina 12. Binnen de uitgiftegrens is de toekomstige pachter verplicht het landschapsplan te maken zoals voorgeschreven.
Ruimtelijke Onderbouwing na vaststellen Beeldkwaliteitsplan
De herinrichting van het gebied Wagenweg is voor een deel mogelijk binnen de regels van het geldende bestemmingsplan. Voor een aantal specifieke ontwikkelingen (waaronder de twee erven) is een aanvraag omgevingsvergunning nodig. Na vaststelling van het Beeldkwaliteitsplan zal daartoe een Ruimtelijke Onderbouwing worden opgesteld door de geselecteerde pachter.
2. Visieschets wagenweg: ontwikkeling diepsmeerpolder
2.1 Landschapsontwikkeling van het gebied
De Visieschets gaat voor de ontwikkeling van het gebied Wagenweg uit van de eigen identiteit en sfeer van de twee deelgebieden Diepsmeerpolder en Geestmerweide. Beide delen worden visueel gescheiden door een boomrijke doorlopende groene zone die de bestaande gebieden van het Natuurnetwerk Nederland (NNN) verbindt. In de groene zone komen boomweides die ook te gebruiken zijn voor kampeerders tijdens festivals. De groene zone wordt omzoomd met struweelranden. Door de zone heen is ruimte voor verbindingen voor diverse parcoursen.
De Diepsmeer is net als het nabijgelegen Kleimeer een voormalig meer dat op een later moment is drooggelegd dan het omliggende gebied. De contouren van het voormalig meer zijn zichtbaar en worden bij de inrichting van het gebied verder landschappelijk versterkt. Ook het hoogteverschil naar de bijna een meter lager gelegen Diepsmeerpolder (waar de Wagenweg doorheen loopt) wordt meer benadrukt, samen met de verwijzing naar de bemaling van het voormalige meer door molens (molenrestanten zijn er nog). Aan de westzijde van het gebied houden we rekening met de historische West-Friese Omringdijk.
2.3 Struweelranden en natuuroevers
De huidige Diepsmeerpolder wordt gekenmerkt door graslanden. Deze wordt verder ontwikkeld tot een (bio)divers nutslandschap. Struweelranden, natuur -en rietoevers zorgen voor een kleinschaligere landschap zonder dat het polderzicht verloren gaat. Enkele watergangen worden vergraven en krijgen natuuroevers. De struweelranden worden beplant met bes-dragers en andere inheemse soorten, die je ook kan oogsten. De struweelranden delen het gebied in, zorgen voor een prettig recreatieomgeving, verhogen de biodiversiteit en worden ook gebruikte om de gebouwen beter in te passen.
2.4 Recreatief - natuurlijk grid
Tussen de bestaande en nieuwe erven en voorzieningen komen zones met openbare paden, als een recreatief-natuurlijk grid, om de openbaarheid van het gebied te waarborgen en om natuurlijke verbindingen mogelijk te maken. De breedte van de zones is tussen de 25 en 50 meter om optimaal ruimte voor natuur (natte verbindingen, natuurrijke oevers en struweelranden), verharde paden en struinpaden en verbindingsroutes voor parcoursen te borgen. De dooradering is bedoeld voor recreatieve routes als wandelen, MTB, paardrijden en obstacle-run. Deze routing dient in het vervolgtraject in nauwe samenwerking met alle belanghebbenden verder vormgegeven te worden. De routing staat aangegeven op de kaart van pagina 12. Het Recreatief - natuurlijk grid valt buiten de demarcatie van het uit te geven terrein en zal door het Recreatieschap zelf worden opgepakt.
2.5 Deeluitwerking voor Zorgerf Wagenweg 6 en Groepsaccommodatie-erf
Het recreatieschap stimuleert de aanleg van enkele boomgaarden en pluktuinen. Op Wagenweg 15 is een bestaande boomgaard en op Wagenweg 6 is deze enkele jaren geleden gestart als onderdeel van een kleinschalig en recreatief circulaire pluktuin. Wagenweg 6 kan daarbij verder uitgroeien tot zorgerf, als sociaal project om mensen, naastenzorg en voedselvoorziening te verbinden. Aan de westkant van de Wagenweg (Kanaaldijk) is een ontwikkeling gestart met een voedselbos. Tezamen zijn dit goede ontwikkelingen die passen in een divers recreatielandschap waarin ook aandacht is voor voedselvoorziening dichtbij en de mogelijkheid voor mensen om elkaar te ontmoeten en samen te werken.
Het plan is om in overleg met de gemeente een tweede erf in te richten aan de overzijde. Het plan is een groen erf op te richten met een boomgaard en daarin een groepsaccommodatie en kleinschalige werkruimten voor streekeigen ambachten. De accommodatie kan bijvoorbeeld dienen voor groepen voor educatieve en werkvakanties voor beheer boomgaarden, houtsingels, meerdaagse activiteiten bij de manege en helpen bij bepaalde zorgtaken e.d.
3. Leidraad landschap en cultuurhistorie
3.1 Ontwikkeling inpassen in het landschap
Voor de ontwikkeling van de twee erven is de Provinciale Leidraad Landschap en Cultuurhistorie (2018) van belang. Voor het plangebied betreft het de beschrijvingen over het ‘Ensemble West-Friesland West’. Met de leidraad biedt de provincie een kader om ruimtelijke kwaliteit te borgen bij nieuwe ontwikkelingen in het landschap, zoals bebouwing. Het doel is behouden en versterken van de ruimtelijke kwaliteit van Noord-Hollandse landschappen en cultuurhistorie in de plannen te verwerken. In dit hoofdstuk worden de hoofdlijnen van de handreiking vertaald naar het plangebied.
3.2 Ontstaansgeschiedenis West-Friesland
West-Friesland is ontstaan uit grote hoeveelheden sediment (getijdebekken) met opslibbing van zand en klei uit zee. Vanaf de IJzertijd vernatte het gebied (veenontwikkeling). Rond Schagen en in het Geestmerambacht werden in de 8e of 9e eeuw veenontginningen gestart. Parellel aan bestaande veenrivieren werden in het veen sloten voor ontwatering gegraven. De meeste nederzettingen in de veengebieden kregen de vorm van langgerekte linten. De ontginning leidde tot bodemdalingen en door erosie ontstonden verschillende binnenmeren, zoals de Heerhugowaard (moerasgebied), het Diepsmeer en het Daalmeer. Vanaf de 11e eeuw begon men met de aanleg van dijken om de veenontginningen tegen zee-inbraken te beschermen. Vanaf tweede helft 13e eeuw vormden de verschillende dijken één geheel: de Westfriese Omringdijk.
Het Geestmerambacht is in de loop van de eeuwen door maaivelddaling, stijging van de zeespiegel en het voortdurend uitbaggeren van de sloten verworden tot een gebied met veel water en maar weinig land, waarbij de percelen werden ontsloten via het water. De omgeving van de Langedijk werd daarom wel ‘Het Rijk der Duizend Eilanden’ genoemd. Na de ruilverkaveling van de jaren ‘60 en ‘70 veranderde het landschap drastisch met een drooggelegd rationeel verkavelings- en wegenpatroon en een nieuw aangelegd recreatiegebied Geestmerambacht. Waterlopen werden rechtgetrokken of verdwenen, kleinere kavels werden samengevoegd en herverdeeld en landschapselementen (bijvoorbeeld beplanting) verdwenen.
Kaart uit leidraad, mozaiëkachtig landschap bron: Leidraad Landschap en cultuurhistorie provincie Noord-Holland
Kaart 1900 met zeer herkenbaar in het landschap de diepsmeerpolder bron: Topotijdreis
Kaart AHN met NAP hoogten bron: Actueel Hoogtebestand Nederland
3.3 Kernwaarden in het ensemble
Het Ensemble WestFriesland West is beschreven aan de hand van drie provinciale kernwaarden:
Landschappelijke karakteristieken
Ruimtelijke dragers specifiek voor de Diepsmeerpolder
In kort bestek zijn de volgende ontwikkelingen van invloed op het Westfriese landschap:
Delen van het ensemble zijn beleidsmatig beschermd: Natuurnetwerk Nederland (NNN), ecologische verbindingszones en aardkundig waardevolle gebieden. Daarbij is geheel West- Friesland archeologisch waardevol gebied.
3.5 Ambities en ontwikkelprincipes
Het doel is dat nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen zorgvuldig worden ingepast en zich voegen in het bestaande landschap (ruimtelijke kwaliteit). In de Leidraad is daarbij de ambitie dat ruimtelijke ontwikkelingen bijdragen aan het zichtbaar en herkenbaar houden van de landschappelijke karakteristiek, bijdragen aan het versterken van (de beleving van) openheid en helder positioneren ten opzichte van de ruimtelijke dragers. Dit is in de Leidraad toegelicht met (vier) ontwikkelprincipes:
3.6 Overige ontwikkelprincipes:
behouden en het zichtbaar/beleefbaar blijven van de huidige verkavelingsstructuur en sloten bij (semi-)tijdelijke functies. Zorg voor een ruime landschappelijke begrenzing van het terrein, die aansluit op het bestaande omringende landschap. Streef ernaar dat de opstelling kwaliteit toevoegt aan het bestaande landschap.
De stedenbouwkundige opzet van de Visieschets Wagenweg is het vertrekpunt voor dit beeldkwaliteitplan . Het is een samenvloeiing van een landschapsplan en bouwvolumes. Het betreft een eigentijds erf langs de Wagenweg binnen de Diepsmeerpolder. Alle erven langs de Wagenweg kennen een recente bouwgeschiedenis en verschillen in korrelgrootte. Er is hier geen sprake van traditionele polder of droogmakerij erven. Het doet ook geen recht aan de geschiedenis om hier historiserend te werken. Het nieuwe zorgerf kan een eigentijdse invulling krijgen, met volumes die in maat, schaal, verschijningsvorm en materiaalkeuze passend zijn in het landschap. Ze vormen een nieuwe laag in het landschap van Geestmerambacht en de Diepsmeerpolder.
Voor het landschapsplan langs de Wagenweg, willen we graag de herkenbare ruimtelijke structuur van de Diepsmeerpolder laten zien. Voor de erven aan de Wagenweg geldt dat de bestaande dijk ruimtelijke afkadering hiervan is. Verderop aan de Wagenweg maken we een bosrand om het contrast van de polder te vergroten. De erven passen in de maat en schaal van de bestaande erven aan de Wagenweg. Tussen de erven is er ruimte voor landschappelijke doorzichten. Het openbare recreatief-natuurlijk grid ligt op de polderverkavelingsrichting en zorgen ervoor dat de landschappelijke structuren worden versterkt.
Onderstaande eisen voor beeldkwaliteit dienen door de intiatiefnemers verder te worden uitgewerkt in de plannen binnen de oranje demarcatie grens kaart pagina 12. Het betreft achtereenvolgens het landschappelijk raamwerk, beeldkwaliteitseisen aan erf, rooilijnen en afstanden, bouwmassa, materialisatie en kleurgebruik, natuurinclusiviteit, energieneutraliteit en water. Als laatste staan er een aantal thematische referentiebeelden die de gewenste beeldkwaliteit ondersteunen.
De struweelranden zijn een nieuwe laag in het landschap ze zorgen voor beschutting en kaderen de zichten naar het landschap in. Ze zijn zo gepostioneerd dat er zicht blijft op de randen van de Diepsmeerpolder. De struweelranden zijn 10m breed en maximaal 5m hoog met inheemse soorten die ook geschikt zijn voor consumptie.
De randbeplantingen van de erven vormen landschapselementen als onderdeel van het omliggende ecologische netwerk in het recreatiegebied. Erfafscheidingen bij het erf bestaan uit hagen of transparante lage landhekken rondom de akkers. Ook de hagen rondom het erf worden beplant met deze verschillende inheemse soorten. De uitzondering betreft het bestaande hekwerk rondom Pluktuin het Geesje.
Autoparkeren is geregeld op de centrale parkeerplaats aangelegd en beheerd door het Recreatieschap. De op het erf gelegen parkeerplekken (bijv. voor mindervaliden, cliënten, leveranciers) liggen achter de voorgevelrooijlijn van het eerste volume en worden uit het zicht gehouden en omkaderd door een haag bestaande uit verschillende inheemse soorten zoals veldesdoorn, beuk, liguster, hondsroos, meidoorn en sleedoorn.
impressie landschapsplan met toekomstige volumes
4.3 Bouwmassa, hoogte en kap (vorm en richting)
De gebouwen krijgen een smalle langgerekte vorm. De hoogte van de bebouwing blijft beperkt tot een goothoogte van max 4,5 meter en bouwhoogte van max 11 meter met een maximale lengte van 60m. Daarmee verhouden de gebouwen zich qua maat en schaal tot de open beleving van landschap en laagte van het voormalig Diepsmeer.
impressie zorgerf met toekomstige volumes
4.4 Materialisatie en kleurgebruik
De samenhang tussen de verschillende volumes wordt voor een belangrijk deel gewaarborgd door het consequent toepassen van hout als hoofdmateriaal voor de buitenkant van de gevels. Andere uitgangspunten zijn:
Door middel van hieronder genoemde ecologische maatregelen draagt de nieuwbouw bij aan biodiversiteit en natuurwaarden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2024-462169.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.