Besluit van het dagelijks bestuur van stadsdeel Noord van de gemeente Amsterdam houdende nadere regels omtrent Marktreglement weekmarkt Van der Pekmarkt

Het dagelijks bestuur van stadsdeel Noord heeft namens het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam het volgende besluit genomen:

 

1 Inleiding

 

Conform artikel 5.1 Marktverordening kunnen in een Marktreglement nadere regels worden gesteld voor de onderstaande onderwerpen:

 

Hoofdstuk 2 Het branchepatroon op de markt

Hoofdstuk 3 Het gebruik, de inrichting en de uitvoering van kramen en verkoopinrichtingen

Hoofdstuk 4 De aanvoer, de afvoer en de opslag van materialen en waren

Hoofdstuk 5 De energie- en watervoorziening op de markt

Hoofdstuk 6 De orde en de veiligheid op de markt

Hoofdstuk 7 De wijze van afvalinzameling en het afvoeren van afval op de markt

Hoofdstuk 8 Het vervangen van marktondernemers op marktplaatsen

Hoofdstuk 9 Standwerken

 

Dit document bevat de nadere regels voor de markt op de Van der Pekstraat.

 

Alle partijen die werken op markten zijn verplicht zich te houden aan de regels uit de Marktverordening en de nadere regels zoals bepaald in dit Marktreglement.

 

2 Het branchepatroon op de markt

Artikel 2.1 Het branchepatroon op de markt

  • 1.

    In de inrichtingsbesluiten met bijbehorende situatietekening zijn brancheplaatsen aangewezen voor de verkoop van bepaalde waren.

  • 2.

    Alle gebrancheerde marktplaatsen op de markt zijn gemaximeerd. Dat wil zeggen dat verkoop van waren behorende tot de branche van aangewezen brancheplaatsen niet is toegestaan buiten de hiervoor aangewezen marktplaatsen.

3 Het gebruik, de inrichting en de uitvoering van kramen en verkoopinrichtingen

Artikel 3.1 Gebruik, inrichting en uitvoering van kramen en eigen verkoopinrichtingen

  • 1.

    Marktdagen op de markt zijn: woensdag, vrijdag en zaterdag.

  • 2.

    De openingstijden van de markt zijn van 9.00 tot 18.00 uur. Vanaf 16.30 uur mag de marktondernemer het marktterrein verlaten. Om 19.00 uur moet de marktondernemer het marktterrein verlaten hebben.

  • 3.

    Het plaatsen van een eigen verkoopinrichting moet gebeuren tussen 7.00 uur en 8.30 uur.

  • 4.

    De marktondernemer is verplicht om materiaal bij zich te hebben waarmee, in geval van toename van de wind, de marktkraam deugdelijk kan worden vastgezet aan de stormankers.

  • 5.

    Vaste en tijdelijke vaste plaatshouders mogen vanaf 7.00 uur uitpakken en de kraam inrichten en dienen uiterlijk 8.30 uur aanwezig te zijn.

  • 6.

    Het is verboden om aan de achterzijde van de marktkraam goederen aan te bieden of te verhandelen.

  • 7.

    Het is verboden om overspanningen of luifels te bevestigen die het looppad blokkeren of de vrije doorloop hinderen.

  • 8.

    Voor plaatsen waarop een eigen verkoopinrichting is toegestaan, geldt dat dissels, zij- en achterkleppen, deuren en andere voorwerpen in de verkoopopstelling niet mogen uitsteken buiten de toegewezen marktplaats(en).

  • 9.

    Buiten de voorzijde van de kraam mogen geen goederen uitsteken of uitgestald worden. De loopruimte tussen de kramen dient vrij te worden gehouden van obstakels. De loophoogte aan de voorzijde van de kramen dient minimaal 2,10 meter te bedragen.

  • 10.

    De achterzijde van de kraam mag uitsluitend worden afgedicht met:

    • a.

      een demontabel zeil

    • b.

      een voertuig of overig aanvoermateriaal dat niet langer is dan de breedte van de toegewezen marktplaats(en) en niet hoger dan 4 meter hoogte.

Artikel 3.2 Dagelijkse indeling

  • 1.

    De vaste en tijdelijke vaste plaatshouders zijn uiterlijk 8.30 uur aanwezig, waarbij tot 8.45 uur aan de marktmeester kenbaar kan worden gemaakt of zij willen verschuiven.

  • 2.

    De dagelijkse indeling begint om 9.00 waarbij alle sollicitanten persoonlijk aanwezig zijn.

  • 3.

    Bij de dagelijkse indeling worden achtereenvolgens de brancheplaatsen, bakplaatsen en overige marktplaatsen uitgegeven.

  • 4.

    Het is na de dagelijkse indeling niet toegestaan de aangewezen plek te ruilen met een andere marktondernemer.

  • 5.

    Het is voor sollicitanten niet toegestaan voor de dagelijkse indeling van 9.00 uur een plaats in te nemen.

Artikel 3.3 Vergunning eigen verkoopinrichting

  • 1.

    Een vergunning voor een eigen verkoopinrichting wordt alleen verleend aan vaste en tijdelijke vaste plaatshouders die een marktplaats hebben die met een eigen verkoopinrichting kunnen worden ingenomen en als zodanig in het inrichtingsbesluit zijn aangewezen.

  • 2.

    Een vergunning voor een eigen verkoopinrichting kan ook worden verleend aan sollicitanten, echter geeft hen dit geen recht op een marktplaats op de markt. De marktondernemer met een eigen verkoopinrichting kan alleen een marktplaats innemen die met een eigen verkoopinrichting kan worden ingenomen en als zodanig in het inrichtingsbesluit zijn aangewezen.

  • 3.

    De vergunning wordt in ieder geval geweigerd indien:

    • a.

      het eigen materiaal technisch niet inpasbaar is binnen de beschikbare ruimte op de markt

    • b.

      het eigen verkoopmateriaal niet voldoet aan de technische en esthetische eisen daaraan door of namens het dagelijks bestuur te stellen.

  • 4.

    Bij de vergunningaanvraag voor een eigen verkoopinrichting moeten de volgende informatie en documenten worden bijgevoegd:

    • a.

      offerteaanvraag voor een nieuwe verkoopinrichting met een heldere opgave van het uiterlijk van de verkoopinrichting, schaaltekening en vermelding van afmetingen (lengte, hoogte, breedte en gewicht) bij in- en uitgeklapte toestand, of

    • b.

      beschrijving van de bestaande verkoopinrichting, schaaltekening en vermelding van afmetingen (lengte, hoogte, breedte en gewicht) bij in- en uitgeklapte toestand

    • c.

      foto’s van de (bestaande) verkoopinrichting

    • d.

      een bewijs dat in de eigen verkoopinrichting aanwezige installatie(s) goedgekeurd zijn door een erkend installateur of een keuringsinstantie, indien in een van deze installaties gekookt, gebakken, gebraden en/of gefrituurd kan worden.

  • 5.

    Bij gebruik van een propaan- of een butaangasinstallatie mag uitsluitend gebruik worden gemaakt van een speciaal daarvoor volgens norm NEN-EN 1763-1 t/m 4 of NEN 5654 ontworpen rubberen gasslang.

  • 6.

    De vergunning voor een eigen verkoopinrichting is persoonsgebonden.

  • 7.

    Bij het verlenen van de vergunning kunnen nadere voorwaarden worden gesteld.

  • 8.

    Bij vervanging van de eigen verkoopinrichting dient een nieuwe vergunning te worden aangevraagd.

Artikel 3.4 Verwarmingstoestellen, bak- en kookinstallaties

  • 1.

    Het is verboden om gebruik te maken van verwarmingstoestellen, bak- en/of kookinstallaties op andere plaatsen dan die daarvoor als bakplaats zijn aangewezen in het inrichtingsbesluit.

  • 2.

    Verwarmingstoestellen, bak- en kookinstallaties moeten voldoen aan alle wettelijke eisen. Van toepassing zijnde keuringsrapporten moeten op verzoek van de marktmeester direct worden getoond.

  • 3.

    De marktondernemer moet voorkomen dat brandgevaarlijke situaties en/of overlast van rook, geur of anderszins ontstaan. Brandweer- en milieuvoorschriften moeten stipt worden gevolgd en uitgevoerd.

  • 4.

    De marktondernemer moet op de marktplaats de beschikking hebben over deugdelijke blusmiddelen.

4 De aanvoer, de afvoer en de opslag van materialen en waren

Artikel 4.1 De aanvoer, afvoer en opslag van materialen en waren

  • 1.

    Het aanvoeren van materialen en waren naar de marktplaats is toegestaan van 1,5 uur voor tot 2 uur na de dagelijkse indeling van 9.00 uur.

  • 2.

    Het afvoeren van materialen en waren van de marktplaats is toegestaan van 1,5 uur voor tot 1 uur na het einde van de verkooptijd van de markt.

  • 3.

    Tenzij door of namens het dagelijks bestuur bij besluit anders is beslist, is het niet toegestaan om na 19.00 uur verkoopinrichtingen, overige materialen en waren op de markt aanwezig te hebben of te laten staan.

  • 4.

    Het rijden met voertuigen op de markt mag niet sneller dan stapvoets.

  • 5.

    Na 11.00 uur is het verboden met voertuigen op de markt te rijden.

  • 6.

    Het is niet toegestaan om voertuigen te parkeren op de markt; achter de kramen mag slechts op toegewezen ruimte achter de marktplaats een auto of aanhanger blijven staan.

  • 7.

    Aanvoermateriaal en voertuigen die achter de marktplaats zijn geplaatst, mogen niet hoger zijn dan 4 meter en in lengte niet langer zijn dan de toegewezen marktplaats(en).

5 De energie- en watervoorziening op de markt

Artikel 5.1 Energievoorziening

  • 1.

    Tijdens de openingstijden van de markt kan de energievoorziening beschikbaar worden gesteld aan de marktondernemer.

  • 2.

    Het beheer van de energievoorziening wordt uitgevoerd door de gemeente.

  • 3.

    De kosten voor de reguliere energievoorziening (230 Volt) zijn opgenomen in het basistarief voor een marktplaats, conform de vigerende Heffingsverordening markt- en staanplaatsgelden 2016.

  • 4.

    Per enkelvoudige marktplaats mag één 230 Voltaansluiting worden gebruikt.

  • 5.

    De maximale elektrische belastbaarheid mag niet worden overschreden. Voor deze markt geldt dat de stroomafname niet hoger mag zijn dan 3.680 Watt per aansluiting. Voor de berekening van het maximale gebruik geldt: aantal (16) Ampère x Volt = Watt.

  • 6.

    Het is verboden om apparaten aan te sluiten op een reguliere energievoorziening die meer verbruiken dan de maximale elektrische belastbaarheid.

  • 7.

    De marktondernemer maakt uitsluitend gebruik van volgens de actuele NEN-normen goedgekeurde stekkers, snoeren en overige componenten en zorgt ervoor dat deze geen gevaarlijke situaties opleveren.

  • 8.

    De marktondernemer maakt uitsluitend gebruik van het stekkercompartiment in de daartoe geplaatste energievoorziening.

  • 9.

    Gebruik van een 400 Voltaansluiting (krachtstroom) mag alleen na toestemming van de marktmeester en alleen voor marktondernemers met een vergunning voor een eigen verkoopinrichting:

    • a.

      vaste en tijdelijke vaste plaatshouders geven bij acceptatie van de marktplaats aan of zij gebruik willen maken van krachtstroom

    • b.

      sollicitanten geven bij de dagelijkse indeling aan of zij gebruik willen maken van krachtstroom

    • c.

      de kosten voor het gebruik van krachtstroom worden afzonderlijk belast, conform de Heffingsverordening markt- en staanplaatsgelden 2016.

  • 9.

    De marktondernemer houdt de energievoorziening vrij van obstakels en zorgt dat deze toegankelijk is.

  • 10.

    De marktondernemer meldt storing of schade direct bij de marktmeester.

Artikel 5.2 Watervoorziening

  • 1.

    Tijdens de openingstijden van de markt kan de watervoorziening beschikbaar worden gesteld aan de marktondernemer.

  • 2.

    Het beheer voor de watervoorziening wordt uitgevoerd door de gemeente.

  • 3.

    De kosten voor water zijn opgenomen in het basistarief voor een marktplaats, conform de vigerende Heffingsverordening markt- en staanplaatsgelden 2016.

  • 4.

    Het gebruik van watertappunten is verboden bij een buitentemperatuur onder -5 °C; de marktondernemer moet voorkomen dat er vorstschade optreedt.

  • 5.

    De marktondernemer houdt de watervoorziening vrij van obstakels en zorgt dat deze toegankelijk is.

  • 6.

    De marktondernemer meldt storing of schade direct bij de marktmeester.

     

6 De orde en de veiligheid op de markt

Artikel 6.1 Gevaarlijke situaties

  • 1.

    De marktmeesters zijn op grond van artikel 7.2 Marktverordening belast met het toezicht op de naleving hiervan en zien toe op de orde en veiligheid op de markt en kan - naar hun oordeel - in gevaarlijke situaties de activiteit(en) geheel of gedeeltelijk (per direct) laten beëindigen.

Artikel 6.2 Weer en calamiteiten

  • 1.

    Toetsing van en het besluit over weersinvloeden en calamiteiten vindt plaats op grond van artikel 3.22 Marktverordening, door het dagelijks bestuur.

Artikel 6.3 Sneeuwval

  • 1.

    Bij sneeuwval tijdens verkoopuren van de markt wordt de marktondernemer geacht de omgeving van zijn kraam sneeuwvrij te maken en te houden.

     

7 De wijze van afvalinzameling en het afvoeren van afval op de markt

Artikel 7.1 Afval

  • 1.

    De marktondernemer die waren verkoopt die bedoeld zijn voor onmiddellijke consumptie, plaatst aan de voorzijde van zijn marktplaats aan beide zijden van de kraam afvalbakken voor het publiek.

  • 2.

    Op aanwijzing van de marktmeester verwijdert de marktondernemer het aanwezige vuil en/of afval.

  • 3.

    Het is verboden om de volgende vormen van afval achter te laten of aan te bieden bij de afvalvoorzieningen op de markt:

    • a.

      vloeibaar afval in de vorm van oliën of vetten

    • b.

      dierlijk afval

    • c.

      chemisch afval.

  • 4.

    De kosten voor het verwijderen of verwerken van onjuist aangeboden of niet opgeruimd afval worden bij de overtreder in rekening gebracht.

  • 5.

    De marktondernemer is gehouden zijn marktplaats veegschoon op te leveren en al het marktafval af te leveren, gescheiden in soorten, op een door de marktmeester aangegeven plaats.

     

8 Het vervangen van marktondernemers op marktplaatsen

Artikel 8.1 Vervangen bij overlijden

  • 1.

    Het dagelijks bestuur kan na het overlijden van de vergunninghouder aan diens levenspartner, kind of geregistreerd vervanger, toestemming geven om van de marktplaats gebruik te blijven maken, voor het regelen van een doorstart of afronding van de bedrijfsvoering, dan wel het doen van een overschrijvingsverzoek.

  • 2.

    Bij toestemming is de termijn ten hoogste 12 weken aansluitend op de datum van overlijden van de vergunninghouder.

     

9 Standwerken

Artikel 9.1 Standwerken

  • 1.

    Een standwerker kan zich bij een markt aanmelden om voor een standwerkersplaats in aanmerking te komen. Standwerkersplaatsen worden per marktdag onder de gegadigden verloot. Op de markt zijn 2 standwerkersplaatsen. De geldende regels daarvoor zijn:

    • a.

      standwerkersplaats 346 wordt indien geen standwerker aanwezig is, vrijgegeven voor sollicitanten

    • b.

      standwerkersplaats 442 wordt indien geen standwerker aanwezig is, vrijgehouden.

Aldus besloten op 9 juli 2019

Het dagelijks bestuur van stadsdeel Noord,

R. van der Velden

secretaris

E. Berends

voorzitter

Naar boven