Wijziging Algemene Plaatselijke Verordening Zoetermeer 2016

De raad van de gemeente Zoetermeer;

 

Besluit:

 

  • 1.

    De volgende gewijzigde artikel(leden) uit de Algemene Plaatselijke Verordening Zoetermeer (APV) vast te stellen:

     

    Artikel 2:7 Maken, veranderen van een uitweg

    1. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning een uitweg te maken naar de weg of verandering te brengen in een bestaande uitweg naar de weg.

     

    Artikel 2:43 Gevaarlijke honden

    1. Indien de burgemeester een hond in verband met zijn gedrag gevaarlijk of hinderlijk acht, kan hij de eigenaar of houder van die hond een aanlijngebod of een aanlijn- en muilkorfgebod opleggen voor zover die hond verblijft of loopt op een openbare plaats of op het terrein van een ander.

     

    Artikel 4:1 Begripsbepalingen

    a. Besluit: Activiteitenbesluit milieubeheer.

     

    Artikel 4:3 Kennisgeving incidentele festiviteiten

    2. Het is een inrichting toegestaan om tijdens maximaal zes incidentele festiviteiten per kalenderjaar de verlichting langer aan te houden ten behoeve van sportactiviteiten waarbij artikel 3.148, eerste lid, van het Besluit niet van toepassing is, mits de houder van de inrichting tenminste één week voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld.

     

    Artikel 4:10 Omgevingsvergunning voor het vellen van houtopstanden

    1. Het is verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag houtopstanden te vellen of te doen vellen die vermeld staan op de door het college vastgestelde lijst monumentale bomen, die in eigendom van de gemeente zijn of die staan in door het college aangewezen beschermde gebieden.

     

    Artikel 4:16 Verbod hinderlijke of gevaarlijke reclame

    1. Het is verboden op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren door middel van een opschrift, aankondiging of afbeelding waardoor het verkeer in gevaar wordt gebracht, waardoor hinder ontstaat voor de omgeving of wanneer de handelsreclame niet voldoet aan het door het college vastgestelde beleid voor buitenreclame.

    2. Het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door het Activiteitenbesluit milieubeheer.

     

    Artikel 5:10 Overlast van fiets of bromfiets

    3. Het is verboden fietsen of bromfietsen te laten staan op een door het college aangewezen weg of weggedeelte, langer dan een door het college te bepalen periode.

     

    Artikel 5:19 Voorwerpen op, in of boven openbaar water

    4. Van de melding wordt op elektronische wijze kennis gegeven.

    5. Het verbod in het eerste lid geldt niet voor zover in de daarin geregelde onderwerpen wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht, de Scheepvaartverkeerswet, het Binnenvaartpolitiereglement, de Wet beheer rijkswaterstaatswerken, de Vaarwegen-verordening Zuid-Holland, de Telecommunicatiewet of de daarop gebaseerde Telecommunicatieverordening.

     

  • 2.

    De volgende gewijzigde artikelen uit afdeling 9 Toezicht op speelgelegenheden van hoofdstuk 2 APV vast te stellen:

     

    Artikel 2:25 Exploitatie speelautomatenhal

    1. Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een speelautomatenhal te vestigen of te exploiteren.

    2. De burgemeester kan voor maximaal drie speelautomatenhallen een vergunning verlenen.

     

    Artikel 2:29 Weigeringsgronden

    1. Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 wordt de vergunning voor de exploitatie of vestiging van een speelautomatenhal geweigerd, indien:

    a. de speelautomatenhal niet uitsluitend rechtstreeks vanaf de openbare weg voor het publiek toegankelijk is,

    b. de beheerder(s) de leeftijd van 25 jaar nog niet heeft (hebben) bereikt,

    c. de ondernemer of de beheerder(s) onder curatele staat (staan) of bewind is ingesteld over een of meer aan hen toebehorende goederen, als bedoeld in Boek 1, titel 19, van het Burgerlijk Wetboek,

    d. door de aanwezigheid van de speelautomatenhal naar het oordeel van de burgemeester de leef- en woonsituatie in de naaste omgeving of het karakter van de winkelstraat/winkelbuurt op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed,

    e. de beheerder niet beschikt over een bewijs van voldoende kennis en inzicht met betrekking tot het gebruik van speelautomaten en de daaraan verbonden risico’s van kansspelverslaving als bedoeld in artikel 30d lid 4 onder b van de Wet op de kansspelen,

    2. De burgemeester kan ontheffing verlenen van het leeftijdsvereiste, gesteld in het eerste lid, onder b.

     

    Artikel 2:30 Intrekkingsgronden

    De burgemeester kan de vergunning onverminderd het bepaalde in artikel 1:6 intrekken, indien:

    1. in of vanuit de speelautomatenhal heeft zich een feit of hebben zich feiten voorgedaan of is aannemelijk dat in de toekomst zich een feit gaat voordoen of feiten gaan voordoen waardoor de openbare orde en/of het woon- of leefklimaat in de omgeving van de speelautomatenhal nadelig wordt beïnvloed;

    2. de openbare orde wordt verstoord of het woon- en leefklimaat door de aanwezigheid van de speelautomatenhal wordt verstoord of benadeeld;

    3. de exploitant of de beheerder betrokken is of ernstige nalatigheid kan worden verweten bij activiteiten of strafbare feiten in of vanuit de speelautomatenhal, dan wel toestaat of gedoogt dat in zijn speelautomatenhal strafbare feiten of activiteiten worden gepleegd, waarmee de openbare orde nadelig wordt beïnvloed;

    4. de exploitant of de beheerder zich schuldig maakt aan discriminatie;

    5. de exploitant of de beheerder in enig opzicht van slecht levensgedrag is;

    6. er aanwijzingen zijn dat in de speelautomatenhal personen werkzaam zijn of zullen zijn in strijd met het bij of krachtens de Wet arbeid Vreemdelingen of Vreemdelingenwet 2000 bepaalde;

    7. de exploitatie van een speelautomatenhal voor een periode van langer dan vier maanden wordt onderbroken.

     

  • 3.

    Het volgende artikel aan afdeling 9 Toezicht op speelgelegenheden van hoofdstuk 2 APV toe te voegen:

     

    Artikel 2:30a Sluitingstijden en tijdelijk sluiten

    1. De burgemeester kan in het belang van de openbare orde, de veiligheid of ter voorkoming of beperking van overlast:

    - voor een speelautomatenhal openingstijden vaststellen;

    - de speelautomatenhal voor bepaalde of onbepaalde tijd sluiten;

    2. het is verboden om een speelautomatenhal voor bezoekers geopend te hebben of daarin bezoekers toe te laten buiten de vastgestelde openingstijden;

    3. het is verboden om een speelautomatenhal voor bezoekers geopend te hebben of daarin bezoekers toe te laten gedurende de periode dat de speelautomatenhal voor bepaalde of onbepaalde tijd is gesloten.

    4. De op grond van de beslispunten 1 tot en met 3 gewijzigde Algemene Plaatselijke Verordening Zoetermeer vast te stellen.

 

Naar boven