Wijziging Verzameluitvoeringsbesluit subsidies Coevorden 2016 (1e wijziging)

Het college van burgemeester en wethouders van Coevorden;

gelezen het voorstel van de afdeling Leefomgeving, team Economie & Leefbaarheid d.d. <datum>;

overwegende, dat het gewenst is naar aanleiding van de evaluatie van de uitvoering van Hoofdstuk IV Stimuleringsfonds leefbaarheid het Verzameluitvoeringsbesluit subsidies Coevorden 2016 te wijzigen;

gelet op artikel 2 lid 2 van de Algemene subsidieverordening Coevorden 2012;

besluit:

vast te stellen de navolgende

 

Wijziging van het Verzameluitvoeringsbesluit subsidies Coevorden 2016 (1e wijziging)

Artikel I  

Hoofdstuk IV. Stimuleringsfonds wordt vervangen door:

 

“Hoofdstuk IV. Stimuleringsfonds leefbaarheid

 

Artikel 13 Begripsbepalingen

  • -

    College: Het college van burgemeester en wethouders.

  • -

    Leefbaarheid: Beleving van de kwaliteit van de dagelijkse woonomgeving door bewoners;

  • -

    Zelfredzaamheid: Het vermogen van (groepen van mensen) om voor zichzelf te zorgen met en zonder behulp van de omgeving.

  • -

    Zelfwerkzaamheid: De mate waarin inwoners op vrijwillige basis zelf een bijdrage leveren aan de uitvoering van de activiteiten.

  • -

    Initiatievenmarkt: Een door het college georganiseerde bijeenkomst, waar subsidieaanvragers hun aanvragen kunnen presenteren.

 

Artikel 14 Reikwijdte

  • 1.

    Het college kan subsidie verlenen voor kortdurende activiteiten met een looptijd van minder dan één jaar, die gericht zijn op het bevorderen van de leefbaarheid van de woonomgeving, de zelfredzaamheid en de zelfwerkzaamheid van inwoners in de buurt.

  • 2.

    Subsidie kan worden aangevraagd door en verstrekt worden aan:

    • a.

      Vereniging Dorpsbelangen Aalden;

    • b.

      Buurtvereniging De Naobers Benneveld;

    • c.

      Vereniging Dorpsbelangen Dalen;

    • d.

      Vereniging Plaatselijk Belang Dalerpeel;

    • e.

      Stichting Contactgroep Dalerveen Stieltjeskanaal

    • f.

      Vereniging Dorpsbelangen Erm

    • g.

      Vereniging Plaatselijk Belang Gees en omstreken

    • h.

      Vereniging Plaatselijk Belang Geeserveld en omstreken

    • i.

      Plaatselijk Belang ’t Haantje-Kibbelveen

    • j.

      Vereniging Samenwerkingsverband Holsloot/Den Hool

    • k.

      Vereniging van Dorpsbelangen De Kiel en omstreken

    • l.

      Belangenvereniging “De Lange Möpper” (Meppen)

    • m.

      Plaatselijk Belang Nieuwe Krim “De Eendracht”

    • n.

      Vereniging Dorpsbelangen Noord-Sleen

    • o.

      Vereniging Plaatselijk Belang Oosterhesselen

    • p.

      Vereniging Dorpsbelang Schoonoord

    • q.

      Vereniging Dorpsbelangen Sleen-Diphoorn

    • r.

      Stichting Plaatselijk Belang Steenwijksmoer

    • s.

      Vereniging Dorpsbelangen Wachtum en omstreken

    • t.

      Dorpsvereniging Wezup

    • u.

      Vereniging Ons Belang (Wezuperbrug)

    • v.

      Vereniging Dorpsbelangen Sweel (Zweeloo)

    • w.

      Vereniging Plaatselijk Belang Zwinderen en omstreken

    • x.

      Buurt- en Speeltuinvereniging Tuindorp

    • y.

      Buurt- en Speeltuinvereniging Lootuinen

    • z.

      Buurt- en Speeltuinvereniging Poppenhare

    • aa.

      Buurt- en Speeltuinvereniging De Binnenvree

    • bb.

      Stichting Breed Overleg Binnenvree (BOB)

    • cc.

      Buurt- en Speeltuinvereniging Buitenvree

    • dd.

      Buurt- en Speeltuinvereniging Ossehaar

    • ee.

      Buurt- en belangenvereniging Klinkenvlier

    • ff.

      Buurtschap Pikveld

    • gg.

      Buurtschap Weijerswold

    • hh.

      Wijkvereniging Pikveld/Heege Noord

    • ii.

      Buurt- en Speeltuinvereniging De Heege

    • jj.

      Buurtvereniging Vosmaten

    • kk.

      Buurt- en Speeltuinvereniging De Maten

    • ll.

      Speeltuinvereniging De Veste

    • mm.

      Buurtvereniging De Vier Wieken

 

Artikel 15 Subsidieplafond

  • 1.

    Indien het college een subsidieplafond, zoals bedoeld in artikel 4 van de Algemene subsidieverordening Coevorden 2012 heeft vastgesteld, gelden de volgende verdeelregels:

    • a.

      Indien de subsidieomvang van het aantal ontvankelijke subsidieaanvragen het subsidieplafond overschrijdt, stelt het college een rangordelijst op.

    • b.

      De volgorde op de rangordelijst wordt bepaald door de uitkomsten van de stemming door de stemgerechtigde aanvragers zoals bedoeld in artikel 16d en de vakjury zoals bedoeld in artikel 16e.

    • c.

      De rangordelijst komt tot stand door de lijstvolgorde van vakjury en de lijstvolgorde van de stemgerechtigde aanvragers samen te voegen. De nummer 1 krijgt op de beide lijsten 1 punt, de nummer 2 krijgt 2 punten, enz.

    • d.

      Het aantal punten van de aanvragers op de beide lijsten wordt bij elkaar opgeteld. Op de rangordelijst worden de aanvragen in volgorde van het aantal punten weergegeven van laag naar hoog.

    • e.

      Het college verleent de subsidies op volgorde op de rangordelijst, waarbij nummer 1 staat voor de aanvraag met het laagste aantal punten.

    • f.

      Bij een gelijk aantal toegekende punten aan aanvragen, waarbij subsidieverlening leidt tot overschrijding van het subsidieplafond, beslist het college door middel van loting.

    • g.

      Het college kan een wegens overschrijding van het subsidieplafond geweigerde aanvraag uiterlijk binnen een termijn van één jaar terugnemen indien na de in dit artikel bedoelde subsidieverlening sprake is van een onderschrijding van het subsidieplafond. Lid e is van overeenkomstige toepassing.

 

Artikel 16 aanvraag indieningstermijn, te overleggen gegevens.

  • 1.

    Het college stelt het subsidieaanvraagformulier ‘Stimuleringsfonds Coevorden’ vast.

  • 2.

    De aanvrager vraagt de subsidie middels het subsidieaanvraagformulier ‘Stimuleringsfonds Coevorden’ aan.

  • 3.

    De aanvrager dient een subsidieaanvraag in bij het college uiterlijk:

    • a.

      1 oktober 2016 voor subsidieaanvragen 2016;

    • b.

      1 april 2017 voor subsidieaanvragen 2017;

    • c.

      1 april 2018 voor subsidieaanvragen 2018.

 

Artikel 16a subsidiabele kosten

  • 1.

    Voor subsidie komen de kosten in aanmerking:

    • a.

      die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die direct samenhangen met de uitvoering van de subsidiabele activiteit;

    • b.

      de naar het oordeel van het college noodzakelijke voorbereidingskosten van de activiteit, zoals secretariaat, administratie en onderzoek, voor zover deze kosten niet worden gesubsidieerd vanuit een andere gemeentelijke subsidieregeling;

    • c.

      de kosten van publiciteit voor de activiteit;

    • d.

      bijzondere huisvestingskosten die voor de activiteit noodzakelijk zijn.

  • 2.

    De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:

    • a.

      de kosten van begeleidende/ondersteunende organisaties voor zover die reeds door het college worden gesubsidieerd vanuit een boekjaarsubsidie;

    • b.

      algemene huisvestingskosten van de aanvrager.

 

Artikel 16b subsidiebedrag/wijze van berekenen subsidiebedrag.

  • 1.

    De subsidie bedraagt maximaal € 10.000 per kalenderjaar.

  • 2.

    De aanvrager dekt minimaal 25% van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen uit bijdragen van derden, eigen middelen of zelfwerkzaamheid.

 

Artikel 16c weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 8 van de Algemene subsidieverordening Coevorden 2012 en onverminderd de uitkomsten van de stemmingen van de vakjury en de aanvragers kan de subsidie worden geweigerd indien:

  • a.

    de activiteit gericht is op commerciële activiteiten;

  • b.

    de activiteit een politiek of religieus karakter heeft;

  • c.

    de aanvraag betrekking heeft op een niet openbaar toegankelijke activiteit;

  • d.

    de activiteit gelijk of vergelijkbaar is met activiteiten waarvoor het college ook op grond van een andere subsidieregeling subsidie kan verstrekken dan wel voor de activiteit reeds een boekjaarsubsidie is verstrekt;

  • e.

    het aannemelijk is dat de activiteit leidt tot een lasten verzwaring voor de gemeente in het algemeen en in het bijzonder voor beheer, onderhoud of instandhouding van eigendommen van de gemeente.

 

Artikel 16d Stemprocedure aanvragers

  • 1.

    De voorkeurslijst van de stemming door aanvragers als bedoeld in artikel 15 lid 2 onder b, komt tot stand door een stemming op een daartoe door het college te organiseren initiatievenmarkt.

  • 2.

    De Initiatievenmarkt vindt binnen zes weken na de indieningstermijn plaats.

  • 3.

    Het college maakt vooraf de datum en de procedure voor de initiatievenmarkt kenbaar aan de vakjury en de aanvragers.

  • 4.

    Het college stuurt tenminste 3 weken voor aanvang van de initiatievenmarkt een afschrift van de ontvankelijke subsidieaanvragen naar de vakjury en de stemgerechtigde aanvragers.

  • 5.

    Stemgerechtigden zijn de aanvragers, zoals genoemd in artikel 14, lid 2.

  • 6.

    Tijdens de initiatievenmarkt kunnen de stemgerechtigden alleen stemmen op de daar door aanvragers gepresenteerde aanvragen.

  • 7.

    Het is de stemgerechtigden niet toegestaan om te stemmen op eigen ingebrachte aanvragen. Een op eigen aanvraag uitgebrachte stem wordt ongeldig verklaard.

  • 8.

    Het college deelt per stemgerechtigde aanvrager één stemformulier uit op de initiatievenmarkt.

  • 9.

    Op het stemformulier staat de naam van de stemgerechtigde . Het stemformulier is door het college gewaarmerkt en vermeldt de locatie en het tijdstip van aanvang en de sluiting van de stemronde.

  • 10.

    De stemgerechtigde brengt zijn stem uit door het volledig ingevulde en ondertekende stemformulier op de initiatievenmarkt te deponeren in de daartoe opgestelde stembus. Een niet ondertekend stemformulier wordt ongeldig verklaard.

  • 11.

    Het college houdt een lijst bij van uitgebrachte stemmen.

  • 12.

    Een na sluiting van de stembus ingeleverd stemformulier wordt ongeldig verklaard.

  • 13.

    De stemgerechtigde geeft op het stemformulier zijn voorkeur voor een aanvraag aan in volgorde van nr. 1 meest aansprekend tot en met nummer 5 minder aansprekend, bij voorkeur met een toelichting waarom tot deze keuze is gekomen.

  • 14.

    De stemgerechtigde verdeelt zijn stemmen als volgt over de nummers 1 tot en met 5:

    • a.

      voorkeur 1: 5 stemmen;

    • b.

      voorkeur 2: 4 stemmen;

    • c.

      voorkeur 3: 3 stemmen;

    • d.

      voorkeur 4: 2 stemmen;

    • e.

      voorkeur 5: 1 stem.

  • 15.

    Het is niet toegestaan een andere stemverdeling te hanteren dan hierboven onder 14. omschreven. Bij afwijking van de voorgeschreven stemverdeling wordt het stemformulier ongeldig verklaard.

  • 16.

    Het college stelt de voorlopige uitslag vast na de stemming en maakt deze bekend op de initiatievenmarkt. Het college stelt uiterlijk één week na de stemming de definitieve uitslag vast en maakt deze openbaar.

 

Artikel 16e Stemprocedure vakjury

  • 1.

    Het college benoemt een vakjury bestaande uit ten minste drie en ten hoogste vijf personen.

  • 2.

    De vakjury stelt een lijst op met de scores per aanvrager, waarbij de aanvragers worden vermeld in de volgorde van het aantal punten dat is toegekend. Op nummer één staat de aanvrager met het hoogste aantal punten. Bij een gelijke score wordt aan iedere aanvraag met dezelfde score hetzelfde daarbij behorende puntenaantal toegekend voor de eindlijst van de vakjury.

  • 3.

    De vakjury functioneert onafhankelijk van het college en de aanvragers, zoals genoemd onder artikel 14 lid 2.

  • 4.

    De vakjury kent stemmen toe op basis van de volgende beoordelingscriteria:

    • a.

      de mate waarin de activiteit bijdraagt aan de doelstelling van deze subsidieregeling;

    • b.

      de mate van haalbaarheid van de uitvoering van het initiatief en de beoogde resultaten;

    • c.

      de mate waarin bewoners de activiteit zelf uitvoeren;

    • d.

      de mate waarin de activiteit samenwerking tussen mensen of organisaties bevordert;

    • e.

      de mate van efficiënte besteding van algemene middelen, waarbij het gaat om de verhouding tussen de kosten van de aanvraag, de te verrichten activiteiten en de daaruit voortvloeiende resultaten.

  • 5.

    De vakjury kent de volgende punten toe per criterium:

    • a.

      0 punten indien niet wordt voldaan aan het criterium;

    • b.

      2 punten indien in beperkte mate wordt voldaan aan het criterium;

    • c.

      4 punten indien voldoende wordt voldaan aan het criterium;

    • d.

      6 punten indien in ruime mate wordt voldaan aan het criterium;

    • e.

      8 punten indien volledig wordt voldaan het criterium.

 

Artikel 16f Horizonbepaling

Dit hoofdstuk vervalt op 1 januari 2019, met dien verstande dat deze regeling van toepassing blijft op subsidies die op grond van deze regeling zijn verstrekt.

 

Artikel II  

Na Hoofdstuk V Gezond in Coevorden wordt een nieuw hoofdstuk Va “Initiatieven Coevorden verbindt” ingevoegd dat als volgt komt te luiden:

 

“Hoofdstuk Va. Initiatieven Coevorden verbindt

 

Artikel 28a Begripsbepalingen

 

  • -

    ‘Coevorden verbindt’: De doelstelling dat:

    • a.

      groepen, individuen, bedrijven en maatschappelijke instellingen meer zelf of met elkaar initiatief nemen bij het oplossen van maatschappelijke kwesties;

    • b.

      Er betere verbinding komt met en tussen groepen, individuen, bedrijven en maatschappelijke instellingen bij het oplossen van maatschappelijke kwesties.

  • -

    Bestuurlijke vernieuwing: Het proces gericht op het gezamenlijk ontwikkelen van een nieuw samenspel tussen de samenleving en de gemeente.

  • -

    College: Het college van burgemeester en wethouders.

 

Artikel 28b Reikwijdte

  • 1.

    Het college kan subsidie verlenen voor eenmalige of meerjarige activiteiten die een bijdrage leveren aan de doelstelling ‘Coevorden verbindt’ en de daarmee samenhangende bestuurlijke vernieuwing.

  • 2.

    De subsidie kan aangevraagd worden door en verstrekt worden aan rechtspersonen in de gemeente Coevorden.

 

Artikel 28c Advies vakjury

  • 1.

    Het college benoemt een vakjury bestaande uit ten minste drie en ten hoogste vijf personen.’

  • 2.

    De vakjury adviseert het college over de ingediende aanvragen.

  • 3.

    De vakjury betrekt in haar advies de volgende beoordelingscriteria:

    • a.

      de mate waarin de activiteit bijdraagt aan de doelstelling van deze subsidieregeling;

    • b.

      de mate van haalbaarheid van de uitvoering van het initiatief en de beoogde resultaten;

    • c.

      de mate waarin bewoners de activiteit zelf uitvoeren;

    • d.

      de mate waarin de activiteit samenwerking tussen mensen of organisaties bevordert;

    • e.

      de mate van efficiënte besteding van algemene middelen, waarbij het gaat om de verhouding tussen de kosten van de aanvraag, de te verrichten activiteiten en de daaruit voortvloeiende resultaten.

  • 4.

    Het college stelt de aanvraag binnen 2 weken na ontvangst in handen van de vakjury.

  • 5.

    De vakjury brengt haar advies uit binnen 4 weken na ontvangst van de adviesaanvraag.

 

Artikel 28d Subsidieplafond

Indien het college een subsidieplafond, zoals bedoeld in artikel 4 van de Algemene subsidieverordening Coevorden 2012 heeft vastgesteld verleent het college de subsidie op basis van volgorde van ontvangst van een ontvankelijke aanvraag tot maximaal het subsidieplafond is bereikt.

 

Artikel 28e Procedureaanvraag.

  • 1.

    Het college stelt het subsidieaanvraagformulier ‘Initiatieven Coevorden Verbindt’ vast.

  • 2.

    De aanvrager vraagt de subsidie middels het subsidieaanvraagformulier ‘Initiatieven Coevorden verbindt’ aan.

  • 3.

    Voor zover de aanvrager niet een organisaties als genoemd in artikel 14, lid 2 is, stemt zij de voorgenomen activiteit en subsidieaanvraag af met de organisatie van plaatselijk belang, als genoemd in artikel 14, lid 2, van de kern waar de activiteit plaatsvindt.

 

Artikel 28f Subsidiabele kosten

  • 1.

    Voor subsidie komen de kosten in aanmerking:

    • a.

      die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die direct samenhangen met de uitvoering van de subsidiabele activiteit;

    • b.

      de naar het oordeel van het college noodzakelijke voorbereidingskosten van de activiteit (secretariaat, administratief en onderzoek), voor zover deze kosten niet worden gesubsidieerd vanuit een andere (gemeentelijke) subsidieregeling;

    • c.

      de loonkosten op voorwaarde dat die in redelijke verhouding staan tot de inzet in geld of menskracht van initiatiefnemers en de deelnemers, die bij de uitvoering van het initiatief betrokken zijn.

    • d.

      de kosten van publiciteit voor de activiteit;

    • e.

      bijzondere huisvestingskosten die voor de activiteit noodzakelijk zijn.

  • 2.

    De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:

    • a.

      de kosten van begeleidende/ondersteunende organisaties voor zover die reeds door het college worden gesubsidieerd vanuit een boekjaarsubsidie;

    • b.

      de kosten van de uitvoering van de initiatieven die redelijkerwijs voortvloeien uit normale bedrijfsvoering;

    • c.

      algemene huisvestingskosten van de aanvrager.

 

Artikel 28g Subsidiebedrag/wijze van berekenen subsidiebedrag.

  • 1.

    De subsidie bedraagt ten hoogste € 20.000 per kalenderjaar.

  • 2.

    De aanvrager dekt minimaal 25% van de kosten die voor subsidie in aanmerking komen uit bijdragen van derden, eigen middelen of zelfwerkzaamheid.

  • 3.

    Het college berekent de subsidie door de subsidiabele kosten te verminderen met de inkomsten uit eigen bijdragen van de subsidieaanvrager, fondsen van derden danwel de zelfwerkzaamheid.

 

Artikel 28i Beoordelingscriteria

Bij de beoordeling van de aanvraag betrekt het college in ieder geval de volgende criteria:

  • a)

    de mate waarin de activiteit bijdraagt aan de bestuurlijke doelstelling ‘Coevorden verbindt en de daarmee samenhangende bestuurlijke vernieuwing.

  • b)

    de mate waarin de activiteit de samenwerking tussen maatschappelijke organisaties en inwoners in het gebied versterkt;

  • c)

    de mate waarin de zelfredzaamheid en participatie van groepen van inwoners toeneemt en meer gebruik gemaakt gaat worden van de eigen kracht van inwoners.

  • d)

    de mate waarin het initiatief draagvlak heeft, waarbij geldt dat naar mate een hoger subsidiebedrag wordt verleend een groter gewicht wordt toegekend aan het draagvlak van de activiteiten in de lokale samenleving.

  • e)

    de mate waarin een activiteit beslag legt op de toekomstige subsidiebudgetten, voor dit hoofdstuk.

 

Artikel 28j Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 8 van de Algemene subsidieverordening Coevorden 2012 kan de subsidie worden geweigerd indien:

  • a.

    de activiteit gericht is op commerciële activiteiten;

  • b.

    de activiteit een politiek of religieus karakter heeft;

  • c.

    de aanvraag betrekking heeft op een niet openbaar toegankelijke activiteit;

  • d.

    de activiteit gelijk of vergelijkbaar is met activiteiten waarvoor het college ook op grond van een andere subsidieregeling subsidie kan verstrekken dan wel voor de activiteit reeds een boekjaarsubsidie is verstrekt;

  • e.

    het aannemelijk is dat de activiteit leidt tot een lasten verzwaring voor de gemeente in het algemeen en in het bijzonder voor beheer, onderhoud of instandhouding van eigendommen van de gemeente.

 

Artikel 28k Horizonbepaling

Dit hoofdstuk vervalt op 1 januari 2019, met dien verstande dat deze regeling van toepassing blijft op subsidies die op grond van deze regeling zijn verstrekt. 

Artikel III  

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking, met uitzondering van artikel 15 lid 1 sub g dat terugwerkt tot 1 november 2015.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van de gemeente Coevorden op 12 juli 2016.

, burgemeester , secretaris

B.J. Bouwmeester M.N.J. Broers

Naar boven