Waterschapsblad van Waterschap Aa en Maas
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waterschap Aa en Maas | Waterschapsblad 2021, 8220 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Waterschap Aa en Maas | Waterschapsblad 2021, 8220 | Overige besluiten van algemene strekking |
Ter inzage legging ontwerp-waterschapsverordening, -onderhoudsverordening en –beleidsregels van waterschap Aa en Maas
Ontwerp waterschapsverordening
De verwachting is dat op 1 juli 2022 de Omgevingswet in werking treedt. Op dit moment staan de regels over de fysieke leefomgeving in het werkgebied van waterschap Aa en Maas in verschillende documenten namelijk in de Keur, algemene regels en voor een deel in de legger. Als de Omgevingswet er is worden deze regels samengevoegd in één document; de waterschapsverordening. Inhoudelijk verandert er niet veel aan de regels. Ze staan nu alleen allemaal bij elkaar voor meer overzicht en duidelijkheid.
De huidige Keur en algemene regels blijven er niet precies hetzelfde uitzien. In grote lijnen gaat het om de volgende wijzigingen.
De waterschapsverordening heeft een andere systematiek en opzet. In de huidige systematiek zijn de verbodsbepalingen en algemene regels separaat te raadplegen. Deze regels zijn nu samengevoegd tot een verordening. De nieuwe systematiek is nodig om te voldoen aan de technische eisen van het Digitale Stelsel Omgevingswet (DSO), zodat u de waterschapsverordening in het DSO kunt raadplegen.
De vrijstelling voor beheer, onderhoud en herstel is gedetailleerder geformuleerd.
In de Keur is een vrijstelling van de vergunningplicht voor het waterschap opgenomen met betrekking tot handelingen ten behoeve van beheer, onderhoud en herstel. Deze handelingen zijn nodig voor het waterschap om de opgedragen taken uit te voeren. Daarom geldt voor deze handelingen geen vergunningplicht. In de waterschapsverordening is deze bepaling gedetaillerder geformuleerd. Er is nader omschreven in welke gevallen de vrijstelling van toepassing is. De nadere omschrijving geeft slechts een beter beeld van hoe het waterschap in de praktijk invulling geeft aan deze vrijstelling. De bepaling staat in artikel 1.1.8.1 van de ontwerp-waterschapsverordening.
Ontwerp wijzigingen bruidsschat
Als de Omgevingswet in werking treedt, verhuist een aantal regels van het Rijk naar de waterschappen. Dit wordt de bruidsschat genoemd. Deze regels gaan met name over lozingen. Het waterschap is verplicht deze regels over te nemen maar mag ze daarna wel aanpassen. Ze worden bij de definitieve vaststelling van de waterschapsverordening geïntegreerd. Vooralsnog neemt het waterschap de bruidsschat over op twee regels na. Deze wijzigingen liggen daarom in het ontwerp ter inzage. Het gaat over de volgende wijzigingen.
De provincie verplicht het waterschap met een instructieregel om het toetsingskader (beoordelingsregel) voor vergunningplichtige wateractiviteiten die in de waterschapsverordening staan, uit te breiden. De uitbreiding moet ervoor zorgen dat de grondwaterkwaliteit niet slechter wordt door het verlenen van een omgevingsvergunning. Het waterschap heeft de beoordelingsregel hierop aangepast.
Wijziging artikel over lozingen uit riooloverstorten
Op dit moment zijn lozingen uit riooloverstorten die in het gemeentelijke rioleringsplan (GRP) zijn opgenomen niet vergunningplichtig. In de Omgevingswet zijn de overstorten geregeld in de bruidsschat. Hierin staat dat de nieuwe lozingen (na de inwerkingtreding van de Omgevingswet) wel vergunningplichtig worden. Voorlopig wil het waterschap de bestaande situatie behouden. De nadruk bij de vaststelling van deze waterschapsverordening ligt namelijk op het voldoen aan de (technische) eisen uit de Omgevingswet. Dit betekent dat de regel over de overstorten zo is aangepast dat ook de nieuwe lozingen niet vergunnningplichtig zijn
Volgens de Omgevingswet mogen onderhouds- en strafbepalingen niet opgenomen worden in de waterschapsverordening. Deze regels staan op dit moment nog in de Keur. Om te voorkomen dat deze regels komen te vervallen, krijgen ze een plek in een aparte onderhoudsverordening. Ook deze regels zijn inhoudelijk niet gewijzigd.
Ontwerp zesde partiële herziening Beleidsregels
Het uitgangspunt bij het opstellen van de waterschapsverordening is het voldoen aan de (technische) eisen van de Omgevingswet. Met betrekking tot de bijbehorende beleidsregels voor waterkering, waterkwantiteit en grondwater is meer nodig. Het bleek noodzakelijk om een tweetal beleidsregels aan te passen, zodat deze regels ook na inwerkingtreding van de Omgevingswet goed aansluiten bij de praktijk. Het gaat over de volgende wijzigingen.
Beleidsregel 5 Duikers en bruggen
Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet komt het projectplan Waterwet te vervallen. Hiervoor in de plaats kan het waterschap voor eigen activiteiten een projectbesluit nemen of een vergunningprocedure doorlopen voor een vergunning eigen dienst. Voor duikers die nodig zijn voor doelmatig beheer en onderhoud is onder de Waterwet een projectplan vereist. Onder de Omgevingswet moet hier waarschijnlijk een vergunningprocedure voor een vergunning eigen dienst voor doorlopen worden. De beleidsregels sluiten echter niet goed aan op deze toekomstige werkwijze. In de huidige beleidsregel voor duikers is het doelmatig beheer en onderhoud namelijk wel een te beschermen belang maar het is niet als toetsingscriterium opgenomen. De toetsingscriteria worden daarom verruimd zodat vergunningverlening ook mogelijk is voor duikers ten behoeve van beheer en onderhoud. Hiermee wordt geanticipeerd op de toekomstige werkwijze van het waterschap.
Beleidsregel 11 Steigers, vlonders, boothellingen en overhangende bouwwerken
In de huidige regels voor steigers, vlonders, boothellingen en overhangende bouwwerken is bepaald dat geen vergunning nodig is als sprake is van onderhoud dat volgens de legger uitsluitend vanaf het water wordt uitgevoerd. Dit criterium komt niet terug in de ontwerp-waterschapsverordening, omdat waterschap Aa en Maas de wijze van onderhoud niet in de legger heeft vastgelegd. Dit betekent automatisch dat het toepassingsgebied van de Beleidsregel over steigers, vlonders, boothellingen en overhangende bouwwerken wijzigt. Daar gaat deze herziening over.
U kunt tijdens de zes weken dat de stukken ter inzage liggen gemotiveerd uw reactie/zienswijze gedurende de periode van terinzagelegging gemotiveerd uw zienswijze indienen bij het dagelijks bestuur van Aa en Maas.
De zienswijze moet tenminste bevatten uw naam en adres, de dagtekening en een omschrijving van het besluit waar uw zienswijze betrekking op heeft. Richt uw zienswijze aan het dagelijks bestuur van waterschap Aa en Maas, Postbus 5049, 5201 GA ’s-Hertogenbosch.
Wat gebeurt er met uw zienswijzen?
Het dagelijks bestuur stelt een inspraaknota vast met alle ingediende zienswijzen en de reactie van het dagelijks bestuur hierop. Degene die een zienswijze heeft ingediend, krijgt een afschrift van de inspraaknota toegezonden.
In de nota van zienswijzen worden géén persoonsgegevens vermeld.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/wsb-2021-8220.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.