Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 maart 2022, 2022-0000008172, tot verstrekking van subsidies voor ontwikkeladvies als flankerend beleid bij de Subsidieregeling STAP-budget (Tijdelijke subsidieregeling ontwikkeladvies STAP)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 3, eerste en derde lid, en 5 van de Kaderwet SZW-subsidies;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

aanvraagtijdvak:

tijdvak waarin aanvragen voor subsidie kunnen worden ingediend;

burgerservicenummer:

nummer, bedoeld in artikel 1, onderdeel b, van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer;

deelnemer:

natuurlijk persoon die een band heeft met de Nederlandse arbeidsmarkt, achttien jaar of ouder is en de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a van de Algemene Ouderdomswet, nog niet heeft bereikt op de dag van de registratie, bedoeld in artikel 7 en die maximaal MBO-2 als opleidingsniveau heeft;

Kaderregeling:

Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

KvK-nummer:

door de Kamer van Koophandel toegekend uniek nummer aan een onderneming of maatschappelijke activiteit in het handelsregister, bedoeld in artikel 2 van de Handelsregisterwet 2007;

loopbaanadviseur:

natuurlijk persoon die, in het kader van de uitoefening van zijn beroep of bedrijf, ontwikkeladvies geeft;

MBO-2:

basisberoepsopleiding als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, onderdeel b, van de Wet educatie en beroepsonderwijs;

minister:

Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

Noloc:

beroepsvereniging van loopbaanprofessionals Noloc;

ontwikkeladvies STAP:

integraal, persoonlijk advies, dat erop is gericht het bewustzijn over de noodzaak van reflectie op de loopbaan te stimuleren en waarmee voor een deelnemer een reëel beeld van het toekomstperspectief op de arbeidsmarkt of in het huidige werk ontstaat, resulterend in een ontwikkelplan waarbij specifieke aandacht bestaat voor bijbehorende scholingsmogelijkheden;

ontwikkeladviestraject:

het totaal aan werkzaamheden dat resulteert in de verstrekking van een ontwikkeladvies STAP;

opdrachtgever:

degene die, op grond van een overeenkomst van opdracht, als opdrachtgever de loopbaanadviseur verbindt tot het verrichten van ontwikkeladviestrajecten;

subsidieaanvrager:

loopbaanadviseur, de opdrachtgever of de werkgever, die subsidie aanvraagt;

subsidieontvanger:

loopbaanadviseur, de opdrachtgever of de werkgever, aan wie subsidie is verstrekt;

werkgever:

rechtspersoon tot wie de loopbaanadviseur in privaatrechtelijke of publiekrechtelijke dienstbetrekking staat.

Artikel 2. Toepasselijkheid Kaderregeling en benodigde formulieren

  • 1. Op het aanvragen en verstrekken van subsidies op grond van deze regeling is de Kaderregeling, met uitzondering van de artikelen 3.1, 5.2, derde lid, en 7.1 van toepassing.

  • 2. Formulieren waarnaar in deze regeling wordt verwezen, worden door de minister elektronisch beschikbaar gesteld op www.uitvoeringvanbeleidszw.nl.

Artikel 3. Doel van de regeling

Het doel van deze regeling is om deelnemers kosteloos door middel van ontwikkeladviestrajecten te helpen bij het bepalen van hun kansen en mogelijkheden op de arbeidsmarkt en te komen tot het in betekenende mate vergroten van hun kansen en mogelijkheden door middel van onder meer het volgen van scholing als bedoeld in de Subsidieregeling STAP-budget.

Artikel 4. Subsidiabele activiteiten

De minister verstrekt subsidie voor ontwikkeladviestrajecten voor deelnemers, uitgevoerd op de wijze als beschreven in bijlage I.

Artikel 5. Eisen aan loopbaanadviseur

  • 1. Ontwikkeladviestrajecten worden uitgevoerd door een loopbaanadviseur, die:

    • a. een mens- of organisatiegerichte opleiding heeft afgerond op minimaal hbo-niveau, of minimaal een hbo-opleiding in een andere richting heeft afgerond en aanvullende mens- of organisatiegerichte cursussen en trainingen heeft afgerond;

    • b. minimaal drie jaar relevante werkervaring heeft; en

    • c. verklaart zich te houden aan de hoofdstukken 1, 2 en 3 van de gedragscode, vermeld op www.noloc.nl.

  • 2. Een loopbaanadviseur wordt geacht aan de eisen in het eerste lid, onderdelen a en c, te hebben voldaan, wanneer hij is geregistreerd bij Noloc als Register Loopbaanprofessional.

  • 3. Een loopbaanadviseur, gevestigd in een van de andere lidstaten van de Europese Unie, een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, die een opleiding heeft afgerond overeenkomstig de opleiding, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, en overigens voldoet aan het eerste lid, onderdelen b en c, wordt gelijkgesteld met de loopbaanadviseur, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 6. Subsidieplafond

Voor subsidies op grond van deze regeling is € 10,5 miljoen beschikbaar.

Artikel 7. Registratiefase

  • 1. Voordat een loopbaanadviseur, diens werkgever of de opdrachtgever een subsidieaanvraag doet en voordat een ontwikkeladviestraject start, registreert de loopbaanadviseur op de website www.ontwikkeladviesportaal.nl de ontwikkeladviestrajecten die hij zal geven.

  • 2. Bij elke registratie worden de volgende gegevens opgegeven:

    • a. van de deelnemer diens volledige voor- en achternaam, zijn geboortedatum en zijn e-mailadres; en

    • b. van de loopbaanadviseur diens volledige voor- en achternaam, zijn e-mailadres, alsmede, indien van toepassing, de naam van de opdrachtgever of zijn werkgever.

  • 3. Er wordt, met inachtneming van de procedure, vermeld in Bijlage I, per deelnemer aan een ontwikkeladviestraject één unieke registratiecode uitgereikt aan degene, bedoeld in het eerste lid, die de registratie, bedoeld in het eerste en tweede lid, heeft gedaan.

  • 4. Een registratiecode wordt na de uitreiking, bedoeld in het derde lid, niet voor een andere persoon ingezet en vervalt, indien de deelname van de betrokken deelnemer aan het ontwikkeladviestraject niet plaatsvindt of voortijdig eindigt.

  • 5. Per loopbaanadviseur:

    • a. wordt één e-mailadres geregistreerd; en

    • b. geldt een maximum aantal te registreren ontwikkeladviestrajecten van 25 per dag.

  • 6. De periode waarin een registratie als bedoeld in het eerste lid kan worden gedaan start op 1 april 2022, om 9.00 uur en eindigt op 30 november 2022, om 17.00 uur, of zoveel eerder als naar het oordeel van de minister, gelet op het bereiken van het in artikel 6 bedoelde subsidieplafond, nodig is. Indien de periode eerder eindigt, wordt dat op de site www.uitvoeringvanbeleid.nl bekendgemaakt, met vermelding van de datum met ingang waarvan de periode eindigt.

Artikel 8. Eisen aan de subsidieaanvraag

  • 1. De subsidieaanvrager dient een subsidieaanvraag in door middel van een door de minister beschikbaar gesteld elektronisch formulier.

  • 2. Onverminderd artikel 4:2 van de Algemene wet bestuursrecht, wordt in de subsidieaanvraag vermeld:

    • a. het KvK-nummer van de loopbaanadviseur, van zijn werkgever en indien van toepassing van de opdrachtgever;

    • b. de volledige voor- en achternaam en het burgerservicenummer van de loopbaanadviseur;

    • c. de volledige voor- en achternaam, het burgerservicenummer en het e-mailadres van de deelnemer die het ontwikkeladviestraject heeft doorlopen;

    • d. de voor die deelnemer ontvangen registratiecode, bedoeld in artikel 7, derde lid; en

    • e. de data en tijdstippen waarop de contactmomenten tussen de loopbaanadviseur en de deelnemer hebben plaatsgevonden.

  • 3. Voorts worden bij de subsidieaanvraag de volgende stukken, indien van toepassing, gevoegd:

    • a. het door iedere deelnemer getekende formulier Eigen verklaringen deelnemer ontwikkeladvies STAP;

    • b. het ondertekende Machtigings- en toestemmingsformulier;

    • c. het door de loopbaanadviseur en iedere deelnemer getekende formulier Prestatieverklaring ontwikkeladvies STAP; en

    • d. het door de opdrachtgever en de loopbaanadviseur ondertekende formulier Verklaring opdrachtgever van loopbaanadviseur.

  • 4. Indien sprake is van een overeenkomst van opdracht, draagt de opdrachtgever ervoor zorg dat de loopbaanadviseur, die zijn opdrachtnemer is, per afgerond ontwikkeladviestraject ten minste een bedrag ontvangt:

    • a. van € 450,00 ingeval de opdrachtgever de arbeidsmarkt- of ondernemersscan heeft ingekocht;

    • b. van € 550,00 ingeval de loopbaanadviseur de arbeidsmarkt- of ondernemersscan heeft ingekocht.

  • 5. Indien de loopbaanadviseur, diens werkgever of de opdrachtgever in Nederland, in een van de andere lidstaten van de Europese Unie, een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland is gevestigd, wordt, bij het niet beschikken over een KvK-nummer, een met het KvK-nummer overeenkomstige registratie in dat land gelijkgesteld met de vermelding, bedoeld in het tweede lid, onderdeel a.

Artikel 9. Aanvraagtijdvak subsidie

Subsidieaanvragen kunnen worden ingediend van 1 mei 2022, 9.00 uur tot en met 15 december 2022, 17.00 uur.

Artikel 10. Rangschikking

De subsidieaanvragen worden behandeld op volgorde van ontvangst, waarbij alleen volledige subsidieaanvragen in behandeling worden genomen.

Artikel 11. Subsidiebedrag

De subsidie bedraagt € 700,00 per afgerond ontwikkeladviestraject.

Artikel 12. Subsidievaststelling zonder verlening

De minister stelt de subsidie vast zonder voorafgaande verlening.

Artikel 13. Weigering van de subsidie

Onverminderd artikel 4:43 van de Algemene wet bestuursrecht wordt een aanvraag voor subsidie afgewezen wanneer:

  • a. de subsidieaanvraag niet voldoet aan de daaraan in of op grond van de Kaderwet SZW-subsidies en deze regeling gestelde eisen;

  • b. met gebruikmaking van de op de aanvraag vermelde registratiecode, bedoeld in artikel 7, derde lid, reeds subsidie is aangevraagd;

  • c. met gebruikmaking van het op de aanvraag vermelde burgerservicenummer van de deelnemer reeds subsidie is aangevraagd;

  • d. de subsidieverstrekking tot gevolg heeft dat het van toepassing zijnde subsidieplafond, bedoeld in artikel 6, wordt overschreden;

  • e. de administratie van de subsidieontvanger niet voldoet aan de eisen, bedoeld in Bijlage II; of

  • f. het ontwikkeladviestraject reeds geheel of gedeeltelijk uit andere middelen is of wordt gefinancierd.

Artikel 14. Wijziging subsidievaststelling

Onverminderd artikel 4:49 van de Algemene wet bestuursrecht kan de minister de subsidievaststelling intrekken of ten nadele van de subsidieontvanger wijzigen, indien blijkt dat door zijn handelen of nalaten tijdens of na de periode waarover hij subsidie heeft ontvangen niet is voldaan aan het doel van deze regeling, bedoeld in artikel 3, en de voorschriften die deze regeling stelt.

Artikel 15. Melding fraude

Bij een redelijk vermoeden dat een loopbaanadviseur fraude heeft gepleegd bij het verkrijgen van subsidie, kan de minister hierop betrekking hebbende informatie verstrekken aan Noloc.

Artikel 16. Meewerken aan controle en onderzoek

  • 1. De subsidieontvanger werkt, onder meer door het verschaffen van de daartoe benodigde inlichtingen, gegevens en bescheiden, mee aan door of namens de minister ingesteld onderzoek dat erop is gericht de minister inlichtingen te verschaffen die van belang zijn voor:

    • a. het nemen van een besluit over het verstrekken van de subsidie;

    • b. het beoordelen of een subsidie terecht is verstrekt; en

    • c. de evaluatie van de doeltreffendheid en doelmatigheid van deze regeling en de ontwikkeling van het beleid van de minister.

  • 2. De deelnemer verleent op verzoek van de minister medewerking aan het in het eerste lid bedoelde onderzoek.

Artikel 17. Evaluatie

De minister zendt binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze regeling aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en doelmatigheid van deze regeling.

Artikel 18. Inwerkingtreding en vervaldatum

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2022 en vervalt met ingang van 1 januari 2023.

  • 2. In afwijking van het eerste lid blijft deze regeling, zoals die luidde op 31 december 2022, van toepassing op de afwikkeling van de subsidieaanvragen op grond van deze regeling.

Artikel 19. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke subsidieregeling ontwikkeladvies STAP.

Deze regeling zal met toelichting en de bijlagen in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip

BIJLAGE I

Beschrijving ontwikkeladviestraject

Een ontwikkeladviestraject moet aan een aantal eisen voldoen om voor subsidie in aanmerking te kunnen komen. Onderstaand wordt beschreven welke eisen dit zijn.

Ontwikkeladviestraject

Het ontwikkeladviestraject omvat gerichte interventies die resulteren in een ontwikkelplan met specifieke aandacht voor het volgen van scholing voor de korte- en langere termijn volgens het formulier Ontwikkelplan.

Van het ontwikkeladviestraject wordt een gespreksverslag gemaakt met het formulier Gespreksverslag ontwikkeladviestraject.

Het ontwikkeladviestraject omvat minimaal de volgende activiteiten1:

  • 1. Registratie van het traject door de loopbaanadviseur op de website www.ontwikkeladviesportaal.nl.

  • 2. Nadat de loopbaanadviseur de registratie heeft gedaan, krijgt de deelnemer een e-mail met daarin zijn persoonsgegevens (volledige voor- en achternaam en zijn geboortedatum). De deelnemer dient via deze e-mail de registratie te controleren en bevestigen. Na de bevestiging ontvangt de loopbaanadviseur een registratiecode. Deze code moet door de loopbaanadviseur worden bewaard, omdat deze bij de subsidieaanvraag moet worden verstrekt.

  • 3. De loopbaanadviseur stelt de identiteit van de deelnemer vast aan de hand van een wettig identiteitsbewijs. De deelnemer hoeft hierbij uitsluitend een geldig identiteitsbewijs te tonen. Er mag geen kopie van het identiteitsbewijs worden gemaakt. De loopbaanadviseur dient wel te verklaren op welke datum hij de identiteit van de deelnemer heeft vastgesteld en tekent hiervoor het formulier Prestatieverklaring ontwikkeladvies STAP.

  • 4. De loopbaanadviseur draagt ervoor zorg, dat de deelnemer het formulier Eigen verklaringen deelnemer ontwikkeladvies STAP invult en ondertekent.

  • 5. De loopbaanadviseur draagt ervoor zorg dat de deelnemer voorafgaand aan het laatste gesprek een arbeidsmarktscan, een ondernemersscan of een met deze scans overeenkomstig instrument invult. Deze scan of overeenkomstig instrument koopt de loopbaanadviseur in voor de deelnemer.

  • 6. De loopbaanadviseur voert gesprekken met de deelnemer met een tijdsbeslag van in totaal minimaal vier uren. Wat de contactmomenten betreft wordt ervan uitgegaan dat de loopbaanadviseur, ongeacht het aantal ontwikkeladviestrajecten dat hij heeft, niet meer dan een in het maatschappelijk verkeer als normaal te achten aantal uren per werkdag vastlegt.

  • 7. De loopbaanadviseur stelt een gespreksverslag op conform formulier Gespreksverslag ontwikkeladviestraject en de deelnemer en loopbaanadviseur ondertekenen dit.

  • 8. De deelnemer stelt alleen of samen met de loopbaanadviseur het ontwikkelplan op conform formulier Ontwikkelplan en de deelnemer en loopbaanadviseur ondertekenen dit.

  • 9. Het ontwikkeladviestraject wordt afgesloten met een door de deelnemer en de loopbaanadviseur ingevulde en ondertekende formulier Prestatieverklaring ontwikkeladvies STAP.

Arbeidsmarktscan

Het doel van de arbeidsmarktscan is de deelnemer op basis van zijn of haar kennis, vaardigheden, competenties, houdingsaspecten, drijfveren en leervermogen kennis te laten maken met sectoren waar er een arbeidsmarktvraag is. Deze arbeidsmarktscan moet de arbeidsmarktpositie van de deelnemer in kaart brengen en bij de situatieschets helpen om de vragen “wie ben ik, wat kan ik en wat wil ik” te kunnen beantwoorden. Daarbij kan ander, kansrijk werk aan de orde zijn, al dan niet door middel van een overstap naar een andere sector of ander soort takenpakket. Indien voor dit andere, kansrijke werk aanvullende scholing nodig is, zal het ontwikkeladvies STAP zich daar specifiek op richten.

Criteria arbeidsmarktscan:

  • Met de arbeidsmarktscan wordt een profiel gemaakt van de deelnemer. Dit profiel wordt gematcht met kansrijke arbeidsmarktopties;

  • De arbeidsmarktscan geeft een resultaat van kansrijke opties op de arbeidsmarkt (bijvoorbeeld in tekortsectoren) waar een mogelijke competentiematch is, waarbij de kansrijkheid van deze opties voor de kandidaat wordt aangegeven;

  • De scan is digitaal en heeft een digitale terugkoppeling die gebruiksvriendelijk is voor loopbaanadviseur en deelnemer;

  • De scan moet zijn gevalideerd door een externe, onafhankelijke partij en wordt reeds minimaal drie jaar in de praktijk toegepast.

Ondernemersscan

Het doel van de ondernemersscan is de deelnemer op basis van zijn of haar kennis, vaardigheden, competenties, houdingsaspecten, drijfveren, leervermogen én de situatie van zijn onderneming kennis te laten maken met kansrijke sectoren waar er een arbeidsmarktvraag is of met vragen en mogelijkheden in de markt waar de ondernemer op zou kunnen inspelen. Deze ondernemersscan moet de arbeidsmarktpositie van de deelnemer in kaart brengen, een beeld geven op de levensvatbaarheid van zijn onderneming en bij de situatieschets helpen om de vragen ‘wie ben ik, wat kan ik en wat wil ik (al dan niet vanuit mijn bestaande onderneming)’ te kunnen beantwoorden. Daarbij kunnen andere kansen aan de orde zijn, al dan niet door middel van een overstap naar een andere sector of het starten van ander soort bedrijfsactiviteiten binnen de eigen onderneming.

Criteria ondernemersscan

  • Met de ondernemersscan wordt een profiel gemaakt van de deelnemer en zijn onderneming.

  • De scan geeft een resultaat van kansrijke opties op de arbeidsmarkt (bijvoorbeeld in tekortsectoren) of in de vorm van (aanvullende) bedrijfsactiviteiten waar een mogelijke competentiematch is, waarbij de kansrijkheid van deze opties voor de kandidaat dan wel zijn/haar onderneming wordt aangegeven. Ook geeft de scan inzicht in de mogelijkheden op de markt voor de ondernemer.

  • De scan geeft daarboven een beeld over de realiteit van de levensvatbaarheid van de onderneming in de komende 6-12 maanden.

  • De scan is digitaal en geeft een digitale terugkoppeling die gebruiksvriendelijk is voor loopbaanadviseur en deelnemer en die bijvoorbeeld ook gebruikt kan worden bij een verdere hulpvraag aan de gemeente in het kader van de heroriëntatie.

Inhoud ontwikkeladviesgesprekken

Onderwerpen die tijdens de ontwikkeladviesgesprekken aan bod komen zijn in ieder geval:

  • Situatieschets, arbeidsmarkt- of ondernemersscan en bewustwording van de eigen situatie en toekomstperspectieven van de deelnemer.

  • Persoonsprofiel van de deelnemer, waaronder:

    • ○. Competenties;

    • ○. Kwaliteiten;

    • ○. Vaardigheden;

    • ○. Eisen die de deelnemer stelt aan arbeidsuren, reistijd, locatie en dergelijke.

  • Toekomstoriëntatie, waarbij specifiek aandacht wordt geschonken aan de mogelijkheden voor om- en bijscholing.

  • Advies over financiële, persoonlijke en rechtspositionele consequenties en zicht op instanties of websites waar kennis over deze zaken te vinden is.

Ontwikkelplan

Als resultaat van de gesprekken stelt de deelnemer zelf of samen met de loopbaanadviseur een ontwikkelplan op conform het formulier Ontwikkelplan. Hierin worden kort en bondig een aantal acties beschreven die de deelnemer op de korte of de lange termijn kan inzetten om te werken aan zijn wendbaarheid en duurzame inzetbaarheid. Hierbij worden in ieder geval de (on)mogelijkheden beschreven voor de deelnemer om middels om- of bijscholing de arbeidsmarktpositie te verbeteren.

Tevens wordt in het ontwikkelplan beschreven waar de deelnemer terecht kan om (financiële) ondersteuning te krijgen bij de uitvoering van zijn ontwikkelplan.

Punten die in elk geval aan de orde moeten komen in het ontwikkelplan zijn:

  • Wie onderneemt welke acties op de korte en de lange termijn om beter voorbereid te zijn op de toekomst?

  • Wanneer en hoe kan er actie worden ondernomen?

  • Mogelijkheden om persoonlijke ontwikkelvraagstukken en huidige beperkingen in bijvoorbeeld energieniveau, financiële sfeer, de persoonlijke of gezinssfeer, leren en taalvaardigheid aan te pakken.

    • Indien van toepassing: suggesties voor het inzetten van andere experts om bovenstaande belemmeringen te verhelpen.

  • Welke mogelijkheden er zijn om door middel van om- of bijscholing de arbeidsmarktpositie te verbeteren?

BIJLAGE II

Voorschriften administratie

De subsidieaanvrager moet voor elk ontwikkeladviestraject waarvoor subsidie wordt aangevraagd een administratie bijhouden, aan de hand waarvan kan worden vastgesteld of voldaan is aan de voorwaarden voor subsidieverstrekking, of het ontwikkeladviestraject gegeven is en of het traject voldoet aan de inhoudelijke voorwaarden. In geval van controle op de rechtmatigheid van de subsidie moet de subsidieaanvrager deze administratie desgevraagd overhandigen.

De administratie van een ontwikkeladviestraject moet zeven jaar worden bewaard.

In de administratie moeten de volgende stukken zijn opgenomen:

  • het ingevulde en ondertekende formulier Eigen verklaringen deelnemer ontwikkeladvies STAP;

  • het ingevulde en ondertekende formulier Gespreksverslag ontwikkeladviestraject;

  • het ingevulde en ondertekende formulier Ontwikkelplan;

  • het ingevulde en ondertekende formulier Prestatieverklaring ontwikkeladvies STAP;

  • een kopie, scan of foto van een wettig identiteitsbewijs (voor- en achterkant) van de loopbaanadviseur;

  • bewijsstukken waaruit blijkt dat loopbaanadviseur minimaal drie jaar relevante werkervaring heeft op het moment van het indienen van de aanvraag, zoals een cv (curriculum vitae);

  • indien van toepassing: een bewijs waaruit blijkt dat de loopbaanadviseur beschikt over de certificering, genoemd in artikel 5, tweede lid, en als de loopbaanadviseur niet beschikt over zo’n certificering, bewijsstukken waaruit blijkt dat hij een mens- of organisatiegerichte opleiding heeft afgerond op minimaal hbo-niveau, of minimaal een hbo-opleiding in een andere richting heeft afgerond en aanvullende mens- of organisatiegerichte cursussen en trainingen heeft afgerond;

  • factuur en betaalbewijs van de arbeidsmarkt- of ondernemersscan per deelnemer waarvan het ontwikkeladvies is gedeclareerd;

  • in geval de loopbaanadviseur niet beschikt over een factuur van de arbeidsmarkt- of ondernemersscan per deelnemer, volstaat een verzamelfactuur die voorzien is van unieke verwijzingen naar die deelnemer, te weten de registratiecode die voor die deelnemer is verkregen op www.ontwikkeladviesportaal.nl, de naam van die deelnemer of het BSN van die deelnemer;

  • in geval de aanvraag wordt gedaan door de werkgever van de loopbaanadviseur: documentatie waaruit blijkt dat de desbetreffende loopbaanadviseur in dienst van deze werkgever is op het moment van het indienen van de aanvraag, bijvoorbeeld een salarisstrook;

  • in geval de aanvraag wordt gedaan door de opdrachtgever van de loopbaanadviseur: het ingevulde en ondertekende formulier Verklaring opdrachtgever van loopbaanadviseur, alsmede documentatie waaruit blijkt dat de desbetreffende loopbaanadviseur is ingehuurd door de opdrachtgever (bijvoorbeeld een kopie van de overeenkomst van opdracht of de opdrachtbevestiging) en documentatie waaruit blijkt welk tarief daadwerkelijk betaald is met de desbetreffende factuur met betaalbewijs;

  • indien van toepassing: het ingevulde en ondertekende Machtigings- en toestemmingsformulier.

TOELICHTING

Algemeen

1. Aanleiding

Het belang van leven lang ontwikkelen (LLO) neemt de komende jaren alleen maar toe. Als gevolg van technologische ontwikkelingen neemt de snelheid toe waarmee banen verdwijnen, maar ook de inhoud van banen verandert en er ontstaan nieuwe banen. Deze veranderingen treffen met name werkenden en werkzoekenden aan de onderkant van de arbeidsmarkt, in het bijzonder daar waar taken vooral bestaan uit routinematig werk.

Investeren in de eigen inzetbaarheid maakt mensen minder kwetsbaar op de steeds veranderende arbeidsmarkt, het verkleint het risico op werkloosheid en het vergroot het aanpassingsvermogen. Na het verlaten van het initieel onderwijs is daarom gedurende de hele loopbaan aandacht nodig voor ontwikkeling en duurzame inzetbaarheid.

2. Doel van ontwikkeladvies STAP

Het doel is om met de Subsidieregeling STAP-budget een leercultuur te stimuleren waarin mensen zich kunnen blijven ontwikkelen en waarmee mensen regie krijgen op hun eigen loopbaan doordat zij zelf de beschikking krijgen over een leer- en ontwikkelbudget. Door het bieden van een financiële tegemoetkoming wordt post-initiële scholing bevorderd en toegankelijk gemaakt. Het STAP-budget is vormgegeven als een uitgavenregeling om, ten opzichte van de eerder gehanteerde fiscale aftrek van scholingsuitgaven, meer evenredig alle doelgroepen in de samenleving ondersteuning te bieden door laagdrempelig te zijn voor zowel praktisch als voor theoretisch opgeleiden en voor hogere en lagere inkomens.

Tegelijkertijd realiseert het kabinet zich dat met name lager en praktisch opgeleiden drempels kunnen ondervinden om eigen regie te nemen dan wel deel te nemen aan (bij)scholing. Daarom wordt naast scholing via het STAP-budget als flankerend beleid het ontwikkeladvies STAP ingezet. Om mensen op weg te helpen bij het bepalen van hun kansen en mogelijkheden wordt de mogelijkheid voor een ontwikkeladviesgesprek geboden. Dit ontwikkeladvies STAP richt zich specifiek op praktisch opgeleiden met een opleidingsniveau van maximaal MBO-2. Juist voor deze groep geldt dat zij minder inzetten op post-initiële scholing.

Gezien de gekozen doelgroep is het echter niet vanzelfsprekend dat scholing direct de eerst te nemen stap is in de persoonlijke ontwikkeling. Om geen verplichting op te leggen dat elk ontwikkeladvies STAP tot een scholingstraject leidt (en daarmee beslag legt op het beschikbare STAP-budget), ook als dit gezien de persoonlijke situatie (nog) niet aan de orde is, geldt geen vereiste om tot een scholingsadvies te komen. Hiermee draagt het ontwikkeladvies STAP, waarin, naast scholing, ook een andere loopbaanstap kan worden geschetst dan het volgen van scholing, bij aan een efficiënte inzet van het STAP-budget.

Indien scholing gericht op loopbaanstappen op dit moment nog een te grote stap is, dan kan het ontwikkeladvies STAP ook inzicht geven in andere stappen op gebied van persoonlijke ontwikkeling. Bijvoorbeeld als mensen belemmeringen ervaren, bijvoorbeeld door de gezinssituatie of de situatie op het werk, door psychologische barrières of juist praktische, zoals de benodigde (tijds)investering. De ontwikkeladviezen zijn gericht op het bewust maken van het belang van ontwikkeling en wendbaarheid op de arbeidsmarkt, het inzichtelijk maken welke mogelijkheden er gegeven iemands kennis en ervaring en de actuele kansen op de arbeidsmarkt zijn en het handvatten geven om eventuele barrières weg te nemen en concrete stappen te zetten om aan de slag te gaan met ontwikkeling.

Indien uit het ontwikkeladvies concrete mogelijkheden voor arbeidsmarktgerichte scholing voortkomen, dan kan deze scholing worden ingekocht met inzet van het STAP-budget. Indien nodig kan de loopbaanadviseur de deelnemer behulpzaam zijn bij het aanvragen van het STAP-budget.

3. Ontwikkeladvies STAP

Om de uitvoering zoveel mogelijk in staat te stellen de reeds bestaande werkwijze voort te zetten, is er voor gekozen om met de vormgeving van het ontwikkeladvies STAP zo veel mogelijk aan te sluiten bij de Tijdelijke subsidieregeling NL leert door met inzet van ontwikkeladvies (NLLD OA), die tot 1 januari 2022 heeft gegolden. Omdat het hier flankerend beleid bij de regeling STAP betreft, waarmee wordt beoogd juist inzicht te bieden aan mensen die uit zichzelf niet snel de weg naar persoonlijke ontwikkeling en/of scholing vinden is de voornaamste aanpassing ten opzichte van NLLD OA de doelgroep afbakening.

Algemeen

Om mensen op weg te helpen bij het bepalen van hun kansen en mogelijkheden wordt ondersteunend aan de subsidieregeling STAP-budget de mogelijkheid voor een ontwikkeladviesgesprek geboden. Een ontwikkeladvies STAP kan bijdragen aan het wegnemen van drempels voor groepen die weinig bijscholen, weinig scholingsmogelijkheden hebben of het meeste baat hebben bij scholing.

Het ontwikkeladvies STAP biedt de mogelijkheid om door middel van een (digitaal) advies te worden ondersteund bij het inzichtelijk maken van een persoonsprofiel (wie ben ik, wat kan ik en wat wil ik) en het in beeld brengen van de ontwikkelmogelijkheden voor het individu. Daarbij ligt in eerste aanleg in het adviesgesprek de focus op de keuze van passende scholing. Door te laten zien waar goede ontwikkelkansen liggen op de arbeidsmarkt en welke scholing daarvoor nodig en haalbaar is, kan een adviestraject een bijdrage leveren in de keuze voor arbeidsmarktrelevante scholing voor het betreffende individu.

Het uitgangspunt van het ontwikkeladvies in relatie tot het STAP-budget is dat het ondersteunend moet zijn aan individuen die eigen regie willen nemen. Dat wil zeggen dat het ontwikkeladvies laagdrempelig is, uit vrije wil wordt gevolgd en geen voorwaarde is voor het aanvragen van het STAP-budget.

Doelgroep

Het ontwikkeladvies STAP richt zich op groepen mensen die weinig bijscholen, weinig scholingsmogelijkheden hebben of het meeste baat hebben bij scholing.

Uit evaluaties van eerder ingezette ontwikkeladvies regelingen en de evaluatie van de aftrekpost scholingsuitgaven blijkt dat met name praktisch geschoolden verhoudingsgewijs weinig gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheden die deze regelingen voor hen boden.

Zowel uit de evaluatie van het Ontwikkeladvies 45plus en het ontwikkeladvies Nederland Leert Door blijkt dat deze vooral zijn ingezet voor middelbaar- en hoger opgeleiden. Circa 7% van de deelnemers heeft geen startkwalificatie, circa 25% heeft een startkwalificatie en is middelbaar opgeleid (MBO 2/3/4, havo of vwo) en circa 68% is hoogopgeleid. Ook uit de evaluatie van de aftrekpost scholingsuitgaven blijkt dat theoretisch geschoolden oververtegenwoordigd waren bij het gebruik van de aftrekpost en praktisch geschoolden juist minder vaak gebruik maakten van de regeling.

Om eraan bij te dragen dat het STAP-budget meer evenredig wordt ingezet dan de aftrekpost scholingsuitgaven wordt het ontwikkeladvies STAP ingezet voor mensen met een hoogst genoten opleiding op MBO-2 niveau. Om het opleidingsniveau te controleren, wordt een eigen verklaring van de deelnemer gevraagd. Hiermee kunnen ook mensen met een opleiding genoten in het buitenland deelnemen aan ontwikkeladviezen.

Het gaat om mensen met als hoogst genoten opleiding:

  • geen opleiding afgerond;

  • basisonderwijs;

  • vmbo;

  • MBO-1 / MBO-entree;

  • MBO-2.

Voor de duidelijkheid wordt vermeld dat een afgeronde havo of vwo-opleiding hier niet aan voldoet.

Om deze specifieke doelgroep voor de ontwikkeladviezen te bereiken, wordt ingezet op communicatie en gebruik gemaakt van bestaande kanalen en externe stakeholders, waaronder ook begrepen sociale partners en Leerwerkloketten.

Inhoud ontwikkeladviestraject

Het ontwikkeladvies STAP is een integraal en persoonlijk advies, gericht op mogelijkheden voor post-initiële scholing waarmee de deelnemer zijn kansen op de arbeidsmarkt vergroot. Als uit het ontwikkeladviestraject blijkt dat scholing op dit moment voor de deelnemer nog een te grote stap is, kunnen ook andere vormen voor ontwikkelmogelijkheden worden geschetst.

Het advies wordt door onafhankelijke en professionele loopbaanadviseurs uitgevoerd. Zij zorgen voor een kwalitatief goed ontwikkeladviestraject. Het ontwikkeladviestraject moet de deelnemer bewust maken van het belang en de noodzaak van ontwikkeling en inzicht bieden in zijn of haar arbeidsmarktpositie. Daarnaast moet het traject ook handvatten bieden aan de deelnemer, in de vorm van loopbaankansen. De deelnemer krijgt inzicht in wie hij is en wat hij kan. Aanvullend worden de mensen gecoacht, waarbij informatie wordt verstrekt over kansberoepen en de kanssectoren en er advies wordt gegeven over welke bij- of omscholing daarvoor noodzakelijk is. Ook wordt inzicht gegeven in de middelen en instrumenten die ter beschikking staan voor bijvoorbeeld bij- of omscholing en wat eventuele financiële en arbeidsrechtelijke consequenties zijn van een baanwisseling. Bij de opzet van het adviestraject is gebruik gemaakt van de opzet die bij NLLD OA werd gehanteerd.

Situatieschets

In het eerste gesprek werkt de loopbaanadviseur met de deelnemer aan een situatieschets. In die schets komen vragen aan de orde als: wie ben ik, wat kan ik en wat wil ik?

Hoewel elk adviestraject start vanuit de situatieschets kan de situatieschets verschillend zijn voor verschillende deelnemers. Werkenden (waaronder werknemers, flexwerkers en zelfstandigen) en niet werkenden kunnen allen een beroep doen op de beschikbare ontwikkeladviezen, omdat deze trajecten voor hen allemaal waardevol en relevant zijn. De uitgangspositie van deze verschillende groepen is echter anders en daarmee kan de situatieschets per groep anders worden ingevuld. Zo kan er voor werkenden bijvoorbeeld wat meer aandacht besteed worden aan de vraag hoe de deelnemer op zijn huidige werkplek zit. Voor niet werkenden kan bijvoorbeeld meer nadruk worden gelegd op de vraag waar hij of zij naartoe wil en welke actuele mogelijkheden daarvoor bestaan. Voor zelfstandigen kan bijvoorbeeld aan de orde zijn of zij wellicht in plaats van of aanvullend op het ondernemerschap in dienstverband zouden willen werken. Het is aan de loopbaanadviseur om in te spelen op de actuele situatie van de deelnemer. De loopbaanadviseur heeft de deelnemer voor zich en kan het beste inschatten wat nodig is gegeven de wensen en mogelijkheden van de deelnemer en de kansen op de arbeidsmarkt. De loopbaanadviseur is dan ook vrij om in overleg met de deelnemer te bepalen om aan bepaalde onderdelen meer aandacht te besteden dan aan andere. Op deze manier kan de professional in het adviseren van de deelnemer maatwerk bieden. Voorwaarde is echter wel dat alle onderdelen die beschreven zijn aan de orde komen.

Arbeidsmarkt- of ondernemersscan

Het adviestraject bevat een arbeidsmarkt- of ondernemersscan om op de persoon toegesneden kansrijke mogelijkheden op de arbeidsmarkt en/of ondernemerskansen in kaart te brengen op basis van iemands kennis, vaardigheden, competenties, houdingsaspecten, drijfveren en leervermogen. De arbeidsmarkt- of ondernemersscan is een verplicht onderdeel van het ontwikkeladvies STAP en moet dus voor elke deelnemer worden ingekocht. Uit de administratie moet duidelijk blijken voor welke deelnemer de betreffende arbeidsmarkt- of ondernemersscan is ingekocht, bijvoorbeeld doordat de naam van de deelnemer op de factuur is opgenomen.

Hoewel een arbeidsmarkt- of ondernemersscan verplicht is, geldt er geen voorgeschreven standaard. Er zijn verschillende scans beschikbaar en elke adviseur heeft zijn eigen voorkeuren. De loopbaanadviseur is vrij om te kiezen welk instrument hij of zij inkoopt en inzet, zo lang de gebruikte scan duidelijk in kaart brengt wat de arbeidsmarktpositie van de deelnemer is en welke kansen en mogelijkheden er voor de deelnemer liggen.

De arbeidsmarkt- of ondernemersscan geeft daarmee belangrijke informatie voor de kansen op de arbeidsmarkt en daarmee ook welke scholing kan bijdragen aan het verbeteren van de arbeidsmarktpositie. De scan kan op elk willekeurig moment in het traject worden ingevuld, als deze maar op zodanig tijdstip gereed is dat deze nog vóór het einde van het traject in het ontwikkeladviesgesprek aan de orde komt. Daarom moet de arbeidsmarktscan ruim voor het laatste gesprek zijn ingevuld, zodat de resultaten kunnen worden gebruikt in het ontwikkeladviestraject.

In de administratie moet een factuur en betaalbewijs worden bewaard waaruit blijkt dat de scan is ingekocht.

Persoonsprofiel

Naast de situatieschets wordt in het adviestraject een persoonsprofiel opgesteld, waarbij in kaart wordt gebracht wat de competenties, kwaliteiten en vaardigheden van de deelnemer zijn. Daarna volgt een toekomstoriëntatie: wat zou ik willen, hoe kan ik dat realiseren en hoe zorg ik dat ik duurzaam inzetbaar en wendbaar ben of blijf op de arbeidsmarkt? Hierbij wordt bezien in hoeverre post-initiële scholing noodzakelijk is en welke scholing het best aansluit bij de arbeidsmarktkansen.

Tot slot geeft de loopbaanadviseur een advies over financiële, persoonlijke en rechtspositionele consequenties en geeft de adviseur zicht op instanties of websites waar de deelnemer meer kennis over deze zaken kan vinden.

Het adviestraject bestaat uit meerdere adviesgesprekken, die in totaal opgeteld minimaal 4 uren duren. De loopbaanadviseur legt verantwoording af over het aantal contactmomenten per deelnemer en de duur daarvan. Hierbij dient de loopbaanadviseur ermee rekening te houden dat hij, ongeacht het aantal deelnemers waarmee hij op een dag adviesgesprekken heeft, per werkdag niet meer uren vastlegt dan een in het maatschappelijk verkeer als normaal te achten aantal uren (een aantal uren dat ligt tussen de 8 en 12 uur per dag kan nog als een normaal te achten werkdag worden aangemerkt).

Van elk gesprek wordt een gespreksverslag opgesteld door adviseur en deelnemer, volgens het daarvoor beschikbare formulier Gespreksverslag ontwikkeladviestraject.

Uiteindelijk moet dit alles uitmonden in een ontwikkelplan dat door de deelnemer alleen of in samenwerking met de loopbaanadviseur is opgesteld. In dit ontwikkelplan worden kort en bondig acties beschreven die de deelnemer op de korte of lange termijn kan inzetten. Hiervoor is een standaardformulier, het formulier Ontwikkelplan gemaakt.

Eisen loopbaanadviseur

De deelnemer kan zelf kiezen welke loopbaanadviseur hij of zij wil inschakelen. Wel moet de loopbaanadviseur, al dan niet in loondienst bij een rechtspersoon, voldoen aan de in de regeling opgenomen kwaliteitscriteria. Zo moet de loopbaanadviseur kunnen aantonen een mensgerichte opleiding te hebben afgerond op minimaal hbo-niveau en moet de adviseur ten minste 3 jaar relevante werkervaring hebben. Noloc gecertificeerde Loopbaanprofessionals worden geacht te voldoen aan de opleidingseis en de gedragscode.

Hoogte van de subsidie per afgerond traject

De loopbaanadviseur, werkgever of opdrachtgever kan per afgerond ontwikkeladviestraject subsidie aanvragen. Omdat de inhoud van het ontwikkeladviestraject sterk lijkt op het ontwikkeladvies Nederland Leert Door, ligt het voor de hand om die vergoeding als uitgangspunt te nemen voor dit adviestraject. Daarom wordt het subsidiebedrag per afgerond ontwikkeladviestraject voor deze regeling vastgesteld op € 700,– (inclusief btw). Hiervan wordt € 100,– toegerekend aan de inkoop van de arbeidsmarkt- of ondernemersscan en € 600,– aan de overige onderdelen van het ontwikkeladviestraject.

Aanvraag, rangschikking, vaststelling en betaling

De aanvraag van de subsidie zal via de loopbaanadviseur, werkgever of opdrachtgever verlopen. Dit zorgt er namelijk voor dat de uitvoeringslast van de deelnemer zoveel mogelijk wordt beperkt en daarmee wordt de drempel om deel te nemen aan een ontwikkeladvies STAP verlaagd.

Voordat de loopbaanadviseur start met het traject, moet hij het traject registreren op de website www.ontwikkeladviesportaal.nl. Deze registratie is bedoeld om bij te houden hoeveel ontwikkeladviestrajecten zijn aangemeld. Het is uitdrukkelijk de bedoeling dat een traject pas wordt geregistreerd als de loopbaanadviseur daadwerkelijk een potentiële deelnemer voor het ontwikkeladviestraject heeft. Daarom moet de loopbaanadviseur de persoonsgegevens (de volledige naam en de geboortedatum) en het e-mailadres van de deelnemer opgeven. De geregistreerde persoonsgegevens van de deelnemer kunnen door de loopbaanadviseur niet meer gewijzigd worden. Dit betekent dat uitsluitend voor geregistreerde deelnemers een subsidieaanvraag kan worden ingediend. Na de registratie gaat er een e-mail naar de deelnemer, die de registratie binnen twee weken moet bevestigen. Registraties die niet binnen de termijn van twee weken worden bevestigd door de deelnemer, komen te vervallen. De deelnemer kan de registratie ook afwijzen indien de deelnemer niet voornemens is een ontwikkeladviestraject te volgen dan wel ten onrechte is geregistreerd.

Na de bevestiging door de deelnemer krijgt de loopbaanadviseur een registratiecode. In geval de deelnemer de registratie afwijst, wordt geen registratiecode afgegeven en kan geen subsidie worden aangevraagd.

Een registratie is nadrukkelijk iets anders dan toekenning van de subsidie. Het aantal registraties wordt bijgehouden om te monitoren hoeveel ontwikkeladviestrajecten gaan worden ingezet en om te kunnen vaststellen of het subsidieplafond is bereikt. Op het moment dat het aantal geregistreerde trajecten aanleiding geeft te veronderstellen dat het subsidieplafond wordt bereikt zal de registratiemogelijkheid worden afgesloten en kunnen geen nieuwe deelnemers worden geregistreerd.

Bij de uiteindelijke aanvraag moet de loopbaanadviseur, zijn werkgever of opdrachtgever ook de registratiecode (of de registratiecodes) opgeven van het traject (of trajecten) waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

Voor ieder geregistreerd, bevestigd en vervolgens afgerond adviestraject kan subsidie worden aangevraagd. Hiertoe wordt een aanvraagformulier beschikbaar gesteld. Per aanvraagformulier kan voor maximaal vijf afgeronde trajecten subsidie worden aangevraagd. Op grond van deze regeling kan per unieke deelnemer één ontwikkeladviestraject worden gevolgd. Dit betekent dat als een deelnemer al eerder op grond van deze regeling een ontwikkeladviestraject heeft gevolgd de subsidieaanvraag wordt geweigerd.

De aanvraag moet vergezeld gaan van het volledig ingevulde en ondertekende formulier Prestatieverklaring ontwikkeladvies STAP. Indien er sprake is van een inhuurconstructie moet daarnaast het formulier Verklaring opdrachtgever van loopbaanadviseur, ingevuld en ondertekend, bij de aanvraag gevoegd worden. Daarnaast moet nog worden zorggedragen voor een aantal andere formulieren. Wanneer deze formulieren niet of niet allemaal zijn bijgevoegd, kan geen subsidie worden verstrekt. Deze formulieren zijn te vinden op de website www.uitvoeringvanbeleidszw.nl.

De aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst. De subsidie wordt toegekend aan de loopbaanadviseur die het ontwikkeladviestraject heeft uitgevoerd, aan zijn werkgever of aan zijn opdrachtgever. Het risico van het niet voldoen aan de subsidiecriteria, en daarmee afwijzing van de subsidieaanvraag, ligt bij de loopbaanadviseur dan wel zijn werkgever of opdrachtgever.

De loopbaanadviseur moet er zelf op toezien dat aan alle subsidiecriteria is en wordt voldaan. Dit betekent dat de loopbaanadviseur voor aanvang van het traject de verplichting heeft bij de deelnemer te informeren of deze voldoet aan de in de regeling genoemde eisen (en bij voorkeur al voorafgaand aan de registratie van de deelnemer). Hierbij is onder meer van belang dat de loopbaanadviseur de identiteit van de deelnemer vaststelt aan de hand van een geldend identiteitsbewijs (hierbij wordt er geen kopie gemaakt van het identiteitsbewijs). En dat de loopbaanadviseur het formulier Eigen verklaringen deelnemer ontwikkeladvies STAP laat invullen en ondertekenen door de deelnemer, waarmee onder meer wordt vastgesteld dat de hoogst genoten opleiding MBO-2 niveau of lager is.

De aanvraag die door de loopbaanadviseur, zijn werkgever of opdrachtgever wordt ingediend, wordt gecontroleerd op volledigheid. Als het formulier niet juist en volledig is ingevuld en niet alle benodigde bijlagen zijn bijgevoegd (ook nadat gelegenheid is gegeven tot herstel of aanvulling), kan de aanvraag niet in behandeling worden genomen. Gelet op de hoogte van het subsidiebedrag wordt de subsidie direct vastgesteld, zonder voorafgaande verlening. De beslissing over een subsidieaanvraag wordt zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen 13 weken genomen. Voor aanvragers die niet gevestigd zijn in Nederland geldt dat er een handmatig uitvoeringsproces wordt ingericht en dit brengt mee dat de afhandeling van de aanvraag en betaling van de subsidie langer in beslag kan nemen dan voor aanvragers die wel in Nederland gevestigd zijn. Nadat de subsidie is vastgesteld zullen nog controles op rechtmatigheid plaatsvinden, om te controleren of de gedeclareerde trajecten echt hebben plaatsgevonden en of er wordt voldaan aan de overige voorschriften die deze regeling stelt.

Gemachtigde

De subsidieaanvrager kan zelf de trajecten registreren, de aanvraag indienen en voldoen aan de administratieve verplichtingen die bij de aanvraag komen kijken. Het is echter mogelijk dat een subsidieaanvrager de administratieve taken die komen kijken bij de subsidie uitbesteedt. In dat geval kan de subsidieaanvrager een andere partij machtigen om namens hem te handelen conform deze regeling. Het risico van het niet voldoen aan de subsidiecriteria, en daarmee afwijzing van de subsidieaanvraag, blijft in dat geval bij de subsidieaanvrager liggen.

Inhuurconstructie

Het is mogelijk dat een zelfstandig loopbaanadviseur wordt ingehuurd door een ander bedrijf (de opdrachtgever) en dat de loopbaanadviseur in opdracht van dit bedrijf ontwikkeladviestrajecten verzorgt. In dat geval is de opdrachtgever de subsidieaanvrager.

Het subsidiebedrag moet dan worden verdeeld tussen de opdrachtgever en de loopbaanadviseur. Bij de afspraken over verdeling van het subsidiegeld is het dan van groot belang dat partijen rekening houden met de kwaliteit van het traject. Om de kwaliteit van het ontwikkeladviestraject te borgen is het belangrijk dat een zelfstandig loopbaanadviseur een vergoeding ontvangt die in verhouding staat tot de inspanningen die hij moet verrichten om een kwalitatief goed ontwikkeladviestraject te leveren. Rekening houdend met een gangbaar tarief van circa € 90,– per uur (met minimaal 4 contacturen en circa 1 uur voorbereiding en verslaglegging) dient de loopbaanadviseur daarom minimaal een bedrag van € 450,– (inclusief btw) te ontvangen voor zijn inspanningen. Als de loopbaanadviseur ook de arbeidsmarkt- of ondernemersscan inkoopt is € 550,– (inclusief btw) of meer een adequaat bedrag om aan de loopbaanadviseur te betalen.

Indien niet minimaal dit tarief door de opdrachtgever aan de loopbaanadviseur wordt betaald wordt niet aan de voorwaarden van de regeling voldaan.

In dat geval kan de subsidie worden teruggevorderd van de opdrachtgever.

Om te benadrukken dat er met inachtneming van de gewenste kwaliteit van ontwikkeladviestrajecten een minimumtarief aan de loopbaanadviseur betaald moet worden, moeten in geval van inhuur de opdrachtgever en loopbaanadviseur het formulier Verklaring opdrachtgever van loopbaanadviseur invullen en ondertekenen. Daarin vermeldt de opdrachtgever welke loopbaanadviseur is ingehuurd en dat het minimumbedrag aan de loopbaanadviseur wordt betaald. Via een risicogerichte controle worden de tariefafspraken achteraf gecontroleerd. Het is dan ook belangrijk dat de administratie van de opdrachtgever documenten bevat waaruit deze afspraken blijken (zoals opdrachtbevestiging en de factuur met betaalbewijs).

Administratieve lasten, verantwoording en dossiervorming

Voor relatief kleine subsidies zoals de subsidies die op grond van deze regeling worden verstrekt voor ontwikkeladviezen, geldt dat de administratieve lasten tot een minimum worden beperkt. De bij het aanvragen van de subsidie vereiste op te sturen documenten en informatie is daarom tot een minimum beperkt. Dit ontslaat de loopbaanadviseur er niet van de rechtmatigheid van de verstrekte subsidies desgevraagd aan te tonen aan de uitvoerder van de subsidieregeling. SZW heeft de bevoegdheid te controleren en maatregelen te nemen om fraude of oneigenlijk gebruik te voorkomen en op te sporen. De loopbaanadviseur, zijn werkgever of de opdrachtgever moet er zorg voor dragen dat er een deugdelijke administratie wordt bijgehouden, op basis waarvan gecontroleerd kan worden of het ontwikkeladviestraject gegeven is en aan alle voorwaarden wordt voldaan. In bijlage II is een overzicht opgenomen van de documenten die de administratie moet bevatten.

Toepassing in Caribisch Nederland

De regeling is niet van toepassing in Caribisch Nederland. Het ontwikkeladvies STAP wordt specifiek ingezet als flankerend beleid bij de subsidieregeling STAP-budget. Omdat deze regeling niet van toepassing is in Caribisch Nederland is het ontwikkeladvies STAP evenmin van toepassing in Caribisch Nederland.

4. Uitvoering, handhaving en evaluatie

Uitvoerbaarheid

De regeling wordt namens de minister uitgevoerd door Uitvoering van Beleid (UvB), onderdeel van de directie Dienstverlening, Samenwerkingsverbanden en Uitvoering van het Ministerie van Sociale zaken en werkgelegenheid. Deze directie heeft tot voor kort een vergelijkbare subsidieregeling voor ontwikkeladviezen uitgevoerd en beschikt daarom over de expertise die nodig is voor het uitvoeren van deze regeling. UvB heeft deze regeling beoordeeld op uitvoerbaarheid.

UvB acht de regeling uitvoerbaar. UvB kan de regeling per 1 mei 2022 uitvoeren. Vanaf die datum is het portaal voor het indienen van de subsidieaanvragen gereed. De regeling kan wel per 1 april 2022 in werking treden, zodat vanaf die datum gestart kan worden met het registreren en uitvoeren van de ontwikkeladviestrajecten.

Misbruik, oneigenlijk gebruik en handhaving

Bij de totstandkoming van deze regeling is nadrukkelijk gekeken naar mogelijke risico’s van misbruik en oneigenlijk gebruik van subsidies op basis van deze regeling. Er zijn verschillende maatregelen genomen om de risico’s op misbruik en oneigenlijk gebruik te detecteren en zo veel mogelijk te beperken. Zo zijn er aanpassingen in het registratieportaal doorgevoerd zodat al direct bij registratie de deelnemer moet worden geregistreerd die het loopbaanadviestraject gaat volgen en waarvoor subsidie wordt aangevraagd (deze deelnemer kan door de loopbaanadviseur niet meer worden vervangen door een andere deelnemer). Ook moeten zowel de deelnemer als de loopbaanadviseur verplicht de prestatieverklaring invullen en ondertekenen waarmee ze verklaren dat het ontwikkeladviestraject voldoet aan de daaraan gestelde eisen. In geval een opdrachtgever een loopbaanadviseur inhuurt, moeten zij beiden het formulier Verklaring opdrachtgever van loopbaanadviseur invullen en ondertekenen. Daarmee verklaren zij dat de loopbaanadviseur ten minste het in de regeling opgenomen minimumtarief betaald krijgt voor zijn inspanningen. Verder kunnen achteraf risicogerichte deelcontroles worden uitgevoerd om te controleren of wordt voldaan aan de overige voorschriften die deze regeling aan de subsidieaanvraag stelt.

Evaluatie

Deze regeling zal worden geëvalueerd. De evaluatie zal binnen 3 jaar na het aflopen van de regelingen worden gedaan.

5. Financiering en financiële effecten

De middelen voor deze subsidieregeling zijn afkomstig van het budget dat beschikbaar is gesteld voor de Subsidieregeling STAP-budget. Er is voor ontwikkeladviestrajecten op grond van deze regeling een budget beschikbaar van € 10,5 miljoen. Met een subsidiebedrag van € 700,– per adviestraject kunnen 15.000 ontwikkeladviestrajecten worden gesubsidieerd.

De uitvoeringskosten worden geraamd op € 1,5 miljoen.

Artikelsgewijs

Algemeen

Deze subsidieregeling is gebaseerd op de Kaderwet SZW-subsidies. Dit betekent dat ook de op die wet gebaseerde Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS (hierna: Kaderregeling) van toepassing is. Dit betekent dat een aantal zaken niet in deze subsidieregeling is opgenomen, omdat dat te vinden is in de Kaderregeling. Zo is bijvoorbeeld SZW bevoegd om bij terugvordering van ten onrechte betaalde subsidies gemaakte kosten en verschuldigde wettelijke rente in rekening te brengen (artikel 1.8 van de Kaderregeling). Op enkele onderdelen wordt ook van de Kaderregeling afgeweken. Dat betreft de artikelen 3.1, 5.2, derde lid, en 7.1. Hetzelfde geldt voor de bepalingen rond de subsidieaanvraag en de subsidieverstrekking. Waar de Algemene wet bestuursrecht regels stelt, gelden die regels en vullen de in deze regeling opgenomen bepalingen die regels aan.

Artikel 1. Begripsbepalingen

Artikel 1 bevat een aantal begripsbepalingen, waarbij in verband met de vindbaarheid is gekozen om deze alfabetisch de ordenen. Enkele daarvan worden hier nader toegelicht. Degenen die in aanmerking komen voor subsidie op grond van deze regeling zijn de loopbaanadviseur, de rechtspersoon tot wie de loopbaanadviseur in privaatrechtelijke of publiekrechtelijke dienstbetrekking staat (werkgever) of de persoon die uit hoofde van een overeenkomst van opdracht (artikel 7:400 Burgerlijk Wetboek) de opdrachtgever is van de loopbaanadviseur. Deze drie staan genoemd in de begripsbepalingen.

Het begrip deelnemer is ruim. Het gaat om alle natuurlijke personen die verbonden zijn met de Nederlandse arbeidsmarkt, met maximaal MBO-2 als opleidingsniveau en tussen de 18 jaar en de leeftijd waarop de AOW ingaat, oud zijn. Ondanks de ruime omschrijving van de doelgroep is het van belang om op te merken dat de regeling vooral bedoeld is voor personen voor wie om- of bijscholing aangewezen lijkt om stappen te zetten in hun loopbaanontwikkeling.

Voor het begrip MBO-2 is gekozen omdat de basisberoepsopleiding zich richt op de kwalificatie voor het tweede niveau van beroepsuitoefening. Dat staat in het derde lid van artikel 7.2.2 van de Wet educatie en beroepsonderwijs. Vanzelfsprekend zijn vroegere opleidingen, geldend vóór de MBO-structuur, die gelijkstaan aan dit niveau van beroepsopleiding, hier ook onder begrepen.

Verder is beschreven wat onder een loopbaanadviseur wordt verstaan. Artikel 5 stelt nadere eisen aan de loopbaanadviseur die subsidie wil aanvragen. Naast de loopbaanadviseur kan ook de werkgever van de loopbaanadviseur of de opdrachtgever subsidie aanvragen voor een door de loopbaanadviseur uitgevoerd ontwikkeladviestraject. De opdrachtgever is de persoon of organisatie die een overeenkomst van opdracht afsluit met de loopbaanadviseur, waarbij hij de opdrachtgever is. Dat betreft de overeenkomst zoals omschreven in artikel 7:400 van het Burgerlijk Wetboek.

Artikel 2. Toepasselijkheid Kaderregeling en benodigde formulieren

De Kaderregeling is op een aantal onderdelen niet van toepassing in deze regeling. Dat geldt de formulieren voor het aanvragen van subsidie en de subsidievaststelling en daarnaast de bewaartermijn van de stukken die in deze regeling worden verstrekt. Overeenkomstig artikel 52, vierde lid, van de Algemene Wet inzake Rijksbelastingen wordt een termijn van zeven jaar aangehouden.

Bij de subsidieaanvraag moeten enkele formulieren worden bijgevoegd. In artikel 8, derde lid, wordt nader ingegaan op de desbetreffende formulieren. Ten aanzien van enkele andere formulieren geldt dat de subsidieaanvrager deze in zijn administratie dient te bewaren.

Artikel 3. Doel van de regeling

In dit artikel wordt het doel van deze regeling geformuleerd. Het doel van de subsidieregeling wordt nader toegelicht in het algemeen deel van de toelichting. De doelstelling is richtinggevend voor de uitvoering en de evaluatie van de subsidieregeling en de acties die daaruit voortvloeien.

Artikel 4. Subsidiabele activiteiten

Op grond van deze regeling wordt subsidie verstrekt voor ontwikkeladviestrajecten voor deelnemers. Het betreft die ontwikkeladviestrajecten die zijn gerelateerd aan het volgen van scholing op grond van de Subsidieregeling STAP-budget. De bedoeling van het volgen van het ontwikkeladviestraject is om te bepalen of, en zo ja welke, scholing ertoe kan leiden dat kansen op de arbeidsmarkt voor de deelnemer in betekenende mate worden vergroot. Bijlage I bij deze regeling geeft een beschrijving van de eisen waaraan een ontwikkeladviestraject moet voldoen. Zoals al in het algemeen deel van de toelichting is vermeld, geldt overigens niet dat een ontwikkeladviestraject moet leiden tot een scholingsadvies. Het ontwikkelplan dat wordt opgesteld kan ook andere loopbaanstappen aangeven als deze meer zijn aangewezen voor een deelnemer.

Artikel 5. Eisen aan loopbaanadviseur

Een loopbaanadviseur komt in aanmerking voor subsidie als hij aan een aantal kwaliteitseisen voldoet. Vereist is dat hij een mens- of organisatiegerichte opleiding heeft afgerond op minimaal hbo-niveau, of minimaal een hbo-opleiding in een andere richting heeft afgerond en aanvullende mens- of organisatiegerichte cursussen en trainingen heeft afgerond, minimaal drie jaar relevante werkervaring heeft en zich verklaart conform de Noloc-gedragscode te handelen. Als de loopbaanadviseur bij Noloc als Register Loopbaanprofessional is geregistreerd wordt hij geacht aan de eisen in het eerste lid, onderdelen a en c te hebben voldaan. Wanneer een loopbaanadviseur niet als Register Loopbaanprofessional is opgenomen in het Beroepsregister van Noloc, gelden de eisen in het eerste lid.

Een loopbaanadviseur moet over de vereiste opleidingen en kennis beschikken om het loopbaantraject naar behoren te kunnen uitvoeren. Dit zijn in ieder geval opleidingen en trainingen die als relevant worden aangemerkt voor opname als Register Loopbaanprofessional in het Beroepsregister van Noloc. Desgevraagd toont de loopbaanadviseur aan dat hij aan de opleidingseisen bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, heeft voldaan door het overleggen van diploma’s en certificaten.

De door Noloc geregistreerde adviseurs en alle niet-geregistreerde adviseurs, moeten kunnen aantonen dat zij minimaal drie jaar relevante werkervaring hebben.

De drie jaar relevante werkervaring kan de loopbaanadviseur desgevraagd aantonen door middel van bijvoorbeeld zijn LinkedIn profiel, zijn zakelijke website, zijn cv, het verstrekken van referenties of een schriftelijke verklaring over de relevante werkervaring. Een andere manier om relevante werkervaring aan te tonen is door middel van facturen aan cliënten en hun werkgevers. Een aspect dat ook kan meewegen is het gegeven dat de loopbaanadviseur de afgelopen drie jaren gemiddeld vijfentwintig cliënten of meer per jaar heeft begeleid in individuele trajecten.

Een loopbaanadviseur kan, mits hij aan de relevante voorwaarden voldoet, ongeacht waar hij binnen de Europese Unie of de EER is gevestigd, subsidie aanvragen op grond van deze regeling.

Artikel 6. Subsidieplafond

Dit artikel geeft het totaal beschikbare budget weer dat openstaat voor de ontwikkeladviestrajecten op grond van deze regeling. Dit subsidieplafond hoort uiteraard in deze regeling te worden opgenomen, maar is mede van belang voor de uiteindelijke subsidievaststelling, aangezien subsidieaanvragen slechts kunnen worden gehonoreerd tot het maximumbedrag van € 10,5 miljoen dat in dit artikel is vermeld (zie verder artikel 10).

Artikel 7. Registratiefase

Voordat het ontwikkeladviestraject kan starten en de subsidieaanvraag kan worden gedaan vindt de registratiefase plaats. Een loopbaanadviseur registreert de deelnemers aan wie hij ontwikkeladvies STAP zal gaan geven. In deze fase registreert hij elke deelnemer apart en krijgt vervolgens voor deze deelnemer een registratiecode. Voor deze deelnemer mogen vervolgens geen registraties meer worden gedaan. Er is dus per deelnemer één registratiecode en deze registratiecode kan niet overgaan op een andere persoon. Registratie vindt plaats op de website www.ontwikkeladviesportaal.nl. Om het totale proces van registratie van ontwikkeladviezen meer geleidelijk aan te doen verlopen is er een maximum gesteld aan het aantal registraties per dag. Elke loopbaanadviseur kan maximaal 25 trajecten per dag registreren. Hiermee wordt voorkomen dat grote aantallen trajecten tegelijkertijd worden geregistreerd en krijgen ook andere mensen de tijd om zich te oriënteren op een gesprek en het vinden van een loopbaanadviseur.

De deelnemer dient de registratie te bevestigen, zodat duidelijk is dat er ook daadwerkelijk een deelnemer is geregistreerd die een ontwikkeladviestraject wil gaan volgen en de gegevens van die deelnemer ook vaststaan. Na de registratie kunnen de gegevens van de deelnemer niet meer gewijzigd worden. Zo kan een subsidieaanvrager dus niet een andere persoon in deze registratie invoeren.

Dit betekent dat als een deelnemer alsnog afziet van deelname aan het ontwikkeladviestraject of zijn deelname eindigt om een andere reden, de registratiecode vervalt. Heeft de subsidieaanvrager een nieuwe deelnemer voor het ontwikkeladviestraject dan dient hij voor deze deelnemer een nieuwe registratie aan te maken.

Met de registratiecode kan de subsidieaanvrager, na afronding van het ontwikkeladviestraject, de subsidieaanvraag voor dit traject doen. De subsidieaanvrager dient er alert op te zijn dat hij zijn aanvraag bijtijds, dat wil zeggen uiterlijk 15 december 2022 (zie artikel 9), indient. Voorts geldt dat als het subsidieplafond van € 10,5 miljoen wordt overschreden, daarna binnengekomen subsidieaanvragen worden afgewezen (zie artikel 13). Deze kans dat dit gebeurt is overigens gering omdat het subsidieplafond wordt gemonitord aan de hand van het aantal bevestigde registraties.

De registratiefase start 1 april 2022 om 9.00 uur en eindigt 30 november 2022 om 17.00 uur. Mogelijk loopt echter de registratietermijn eerder af. Dat kan als blijkt dat er een zodanig aantal trajecten is geregistreerd, dat met een overeenkomstig aantal ontwikkeladviestrajecten het subsidieplafond naar verwachting zal worden bereikt.

Artikel 8. Eisen aan de subsidieaanvraag

Een subsidieaanvraag wordt ingediend door middel van een vooraf vastgesteld elektronisch aanvraagformulier dat op de website www.mijnuitvoeringvanbeleidszw.nl is te vinden. Bij de aanvraag dient een aantal stukken worden opgeleverd en overige relevante informatie worden verstrekt. Deze staan alle in het tweede en derde lid.

In het tweede en derde lid staan de formulieren die de subsidieaanvrager bij zijn aanvraag om subsidievaststelling moet meezenden. Het gaat om formulieren die door deelnemer of door loopbaanadviseur of subsidieaanvrager correct moeten zijn ingevuld en ondertekend. Het derde lid noemt vier formulieren die, ondertekend, bij de aanvraag moeten worden gevoegd. Deze verplichting geldt uiteraard voor zover deze van toepassing is. Zo is het formulier Verklaring opdrachtgever van loopbaanadviseur uitsluitend van belang als er sprake is van een opdrachtgever-opdrachtnemer verhouding.

Het vierde lid bepaalt als voorwaarde dat een opdrachtgever die een loopbaanadviseur inhuurt voor het geven van ontwikkeladviestrajecten, een adequate vergoeding dient te verstrekken. Deze vergoeding is € 450,– (inclusief btw) of € 550,– (inclusief btw) afhankelijk van de vraag of de opdrachtgever of de loopbaanadviseur de arbeidsmarktscan of ondernemersscan heeft ingekocht. In het algemeen deel van deze toelichting is uitgebreider ingegaan op deze bepaling.

Een subsidieaanvraag kan, zoals gemeld, eveneens worden gedaan door een buiten Nederland gevestigde loopbaanadviseur. Relevante opleiding, registratie en ervaring, in een ander land binnen de EU/EER of Zwitserland verworven, kan worden aangemerkt als relevant voor het geven van ontwikkeladvies aan de doelgroep deelnemers van deze regeling.

Om de regeling goed te kunnen uitvoeren zijn gegevens van de loopbaanadviseur nodig, alsmede gegevens van de deelnemer.

Artikel 3, vierde lid, van de Kaderwet SZW-subsidies schrijft voor dat de subsidieontvanger bij het verstrekken van persoonsgegevens aan de minister in verband met de besteding van de subsidie het BSN vermeldt van de persoon op wie de persoonsgegevens betrekking hebben. Voor de loopbaanadviseur geldt dat er informatie moet zijn over diens naam en BSN, onder andere om inzicht te krijgen over het aantal registraties dat heeft plaatsgevonden en de hoeveelheid registratiecodes die met zijn aanvraag zijn meegezonden. Voorts kan in dit verband er nog eens op worden gewezen dat de administratie van de loopbaanadviseur in orde dient te zijn om te voorkomen dat tegen een weigering wordt aangelopen (artikel 13).

Alleen volledige aanvragen kunnen in behandeling worden genomen. Wanneer dit, ook nadat gelegenheid is gegeven tot herstel of aanvulling, niet is gebeurd binnen de voorgeschreven termijn, zal de aanvraag buiten behandeling worden gelaten op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht en kan het ontwikkeladviestraject niet meer in aanmerking komen voor subsidie.

Artikel 9. Aanvraagtijdvak subsidie

Subsidieaanvragen kunnen worden ingediend vanaf 1 mei 2022 om 09.00 uur. De laatste dag waarop subsidieaanvragen kunnen worden ingediend is op donderdag 15 december 2022 om 17.00 uur. Daarna ingediende subsidieaanvragen worden niet in behandeling genomen.

Artikel 10. Rangschikking

De subsidie wordt toegekend op basis van volgorde van ontvangst van de aanvragen. Op grond van artikel 2.3 van de Kaderregeling geldt dat wanneer de subsidieaanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht in de gelegenheid is gesteld om zijn onvolledige subsidieaanvraag aan te vullen, het tijdstip van ontvangst van de volledige subsidieaanvraag geldt als het tijdstip van ontvangst van de aanvraag.

Artikel 11. Subsidiebedrag

Het genoemde bedrag van € 700,– is het vastgestelde subsidiebedrag per ontwikkeladviestraject dat is afgerond en per deelnemer.

Artikel 12. Subsidievaststelling zonder verlening

De minister stelt de subsidie vast zonder voorafgaande verlening. De subsidievaststelling na een volledige aanvraag zal enkele weken in beslag nemen. In elk geval zal de subsidievaststelling binnen de in artikel 4.1, eerste lid, van de Kaderregeling genoemde termijn van 13 weken plaatsvinden.

Artikel 13. Weigering van de subsidie

In artikel 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht is een aantal gronden opgenomen op grond waarvan subsidie in elk geval kan worden geweigerd. Dat artikel is van overeenkomstige toepassing op het proces van subsidievaststelling, waar het in dit artikel om gaat. Weigeringsgrond is onder andere aanwezig in geval er onjuiste of onvolledige informatie is verstrekt. Daarnaast kan op grond van artikel 4:48 van de Algemene wet bestuursrecht de subsidievaststelling worden ingetrokken of ten nadele van de subsidieontvanger worden gewijzigd.

Dat geldt onder andere als het ontwikkeladviestraject waarvoor subsidie wordt aangevraagd, niet heeft plaatsgevonden, als er geen sprake is van een behoorlijke wijze van rekening en verantwoording of als in het kader van de aanvraag onjuiste of onvolledige gegevens worden verstrekt.

In deze regeling worden vier aanvullende weigeringsgronden opgenomen.

Ten eerste wordt de subsidie geweigerd als de subsidieaanvraag niet voldoet aan de daaraan in of op grond van de Kaderwet SZW-subsidies en de bij deze regeling gestelde eisen. Tweede grond voor weigering is als voor de desbetreffende deelnemer al subsidie is aangevraagd. Derde grond voor weigering is wanneer het subsidieplafond is bereikt. Ten slotte wordt subsidie geweigerd, wanneer onvoldoende zeker is dat de administratie van de subsidieontvanger voldoet aan de gebruikelijke eisen. Met ‘gebruikelijke eisen’ wordt gedoeld op de eisen die onder meer voortvloeien uit de artikelen 2:10 en 3:15i van het Burgerlijk Wetboek. Bijlage II vermeldt een aantal terzake geldende eisen.

De administratie moet, kort gezegd, zo zijn ingericht dat daaruit te allen tijde de rechten en verplichtingen kunnen worden gekend en moet gedurende zeven jaren worden bewaard (overeenkomstig artikel 52, vierde lid, van de Algemene Wet inzake Rijksbelastingen). Afdeling 4.2.6 (artikelen 4:48 en volgende) van de Algemene wet bestuursrecht geeft bepalingen over intrekking en wijziging van subsidiebeschikkingen. Op basis van deze artikelen kan terugvordering plaatsvinden van subsidie als blijkt dat niet aan de voorwaarden voor subsidieverstrekking wordt voldaan.

Artikel 14. Wijziging subsidievaststelling

Dit artikel vindt toepassing als duidelijk is dat door het handelen van de loopbaanadviseur, zijn werkgever of de opdrachtgever er subsidie is verstrekt voor een doel dat niet overeenkomt met de doelstelling van deze regeling, zoals die is verwoord in artikel 3, te weten het door middel van subsidie deelnemers kunnen aanbieden gratis ontwikkeladviestrajecten te volgen, gericht op het vergroten van hun kansen en mogelijkheden op de arbeidsmarkt door het nemen van een volgende stap, scholing of een andere voorziening. Als aan deze kernelementen niet wordt voldaan door de gedragingen van de loopbaanadviseur, kan de subsidievaststelling worden ingetrokken of in zijn nadeel worden gewijzigd. Evenzeer geldt dat als niet aan de voorschriften van de regeling wordt voldaan de subsidievaststelling kan worden gewijzigd. Alsdan wordt de subsidie geheel of gedeeltelijk teruggevorderd. De kosten hiervan zijn voor rekening van de subsidieontvanger. Ook kan wettelijke rente in rekening worden gebracht over het terug te betalen bedrag (artikel 1.8 van de Kaderregeling).

Artikel 15. Melding fraude

Als er een redelijk vermoeden bestaat dat een subsidieaanvrager fraude heeft gepleegd bij het verkrijgen van subsidie, kan de minister hiervan melding maken bij het Openbaar Ministerie. Wanneer de loopbaanadviseur bij Noloc is geregistreerd als Register Loopbaanprofessional, kan ook melding worden gedaan bij Noloc.

Artikel 16. Meewerken aan controle en onderzoek

In het eerste lid, onderdelen a en b, is geregeld dat de loopbaanadviseur meewerkt aan een controle door SZW. Dit kan een controle zijn om vast te stellen of subsidie kan worden verstrekt, of om achteraf na te gaan of de subsidie terecht is verstrekt. Wanneer blijkt dat de subsidie ten onrechte is verstrekt, wordt deze geheel of gedeeltelijk teruggevorderd. De kosten hiervan zijn voor rekening van de subsidieontvanger. Ook kan verschuldigde wettelijke rente in rekening worden gebracht over het terug te betalen bedrag (artikel 1.8 van de Kaderregeling).

Het is van belang om inzicht te verkrijgen in de realisatie van het beleid. Aan de hand van dat inzicht kan het beleid verder ontwikkeld worden. Een subsidieontvanger heeft baat bij deze regeling doordat hij, met hulp van subsidie, een ontwikkeladviestraject kan bieden die de deelnemer profijt kan opleveren in zijn verdere loopbaan. Van subsidieontvangers mag daarom ook worden verwacht dat zij meewerken aan onderzoek ten behoeve van de verdere ontwikkeling van het (scholings)beleid. Daar hoort dan ook bij dat er vragen kunnen worden gesteld en inlichtingen kunnen worden gevraagd die nodig zijn voor de evaluatie van het beleid. Ook de deelnemer verleent medewerking aan ingezet onderzoek door middel van informatie van zijn kant.

Artikel 17. Evaluatie

Binnen drie jaar nadat deze regeling in werking is getreden, wordt een evaluatie uitgevoerd, waarin de doelstellingen van het beleid en de doeltreffendheid en doelmatigheid van het beleid worden onderzocht.

Artikel 18. Inwerkingtreding en vervaldatum

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 april 2022 en vervalt met ingang van 1 januari 2023. De regeling blijft vanaf de datum van 1 januari 2023 gelden voor de afwikkeling van alle subsidieaanvragen die tot en met 15 december 2022, 17.00 uur zijn ingediend.

Artikel 19. Citeertitel

Met de titel Tijdelijke subsidieregeling ontwikkeladvies STAP is de verbondenheid met de Subsidieregeling STAP-budget tot uitdrukking gebracht.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip


X Noot
1

Waar in deze tekst over loopbaanadviseur wordt gesproken, wordt daarmee, indien van toepassing, opdrachtgever of werkgever gelijkgesteld.

Naar boven