Bestuursovereenkomst Overwegproject onderdoorgang Stationslaan/Elspeterweg te Nunspeet

Partijen:

1. De staatsecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, handelend als bestuursorgaan en als rechtsgeldig vertegenwoordiger van de Staat der Nederlanden, gezeteld te 's-Gravenhage, namens deze staatsecretaris S. van Veldhoven, hierna te noemen: het Rijk;

2. Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Nunspeet, handelend als bestuursorgaan, ter uitvoering van het collegebesluit 20 april 2021, namens deze de wethouder mevrouw M.W. Storteboom, tevens handelend als rechtsgeldig vertegenwoordiger van de publiekrechtelijke rechtspersoon de gemeente Nunspeet, hierna te noemen: de gemeente;

gezamenlijk te noemen 'partijen':

Overwegende

• 1. Het Landelijk Verbeterprogramma Overwegen (LVO)¹ heeft als doel het samen met betrokken partijen bevorderen van een veilige en vlotte doorstroming van weg- en spoorverkeer op overwegen met slimme, innovatieve en kosteneffectieve maatregelen, zodat het aantal incidenten of de kans daarop vermindert.

• 2. Voor specifieke lokale overwegprojecten met een hoog verbeterpotentieel waar maatwerk is vereist en die voldoen aan de uitgangspunten en randvoorwaarden van het LVO, geldt een jaarlijkse tranchegewijze aanpak.

• 3. Een van de uitgangspunten voor toelating tot een tranche is dat de te treffen maatregelen plaatsvinden in cofinanciering met de decentrale overheden, waarbij vanuit het Rijk een maximale bijdrage van 50% aan de meest kosteneffectieve oplossing kan worden verstrekt.

• 4. Bij brief intakebeslissing LVO Nunspeet van 12 juni 2018, kenmerk IENM/BSK-2018/124464, heeft de staatsecretaris van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat de overweg Stationslaan/Elspeterweg te Nunspeet tot de vijfde tranche van het LVO toegelaten.

• 5. Partijen hebben een gedeeld beeld over de problematiek en over de te treffen maatregelen, zijn het eens over de cofinanciering en willen uitvoering geven aan de realisatie van het Overwegproject in de verwachting dat dit positieve effecten heeft op de doorstroming en veiligheid op de omliggende (hoofd)wegen van Nunspeet.

• 6. Partijen beperken gezamenlijk de risico's van het Overwegproject.

• 7. Als eerste stap in het kader van het realiseren van het Overwegproject leggen partijen de tussen hen gemaakte afspraken vast in deze bestuursovereenkomst. De gemeente beoogt aansluitend nadere afspraken te maken met ProRail over de te nemen vervolgstappen met inachtneming van de bestuursovereenkomst.

Komen het volgende overeen:

Artikel 1. Definities

In deze bestuursovereenkomst wordt verstaan onder:

Overwegproject:

geheel aan verplichtingen, maatregelen en werkzaamheden die zijn genoemd of voortvloeien uit de bij of krachtens deze bestuursovereenkomst gemaakte afspraken ter realisatie van verbetering van de veiligheid en doorstroming bij de huidige spoorwegovergang Stationslaan/Elspeterweg te Nunspeet, meer in het bijzonder de maatregelen, opgenomen in het opgestelde rapport 'WP2a/b Integrale probleemanalyse Nunspeet Stationslaan/Elspeterweg–Landelijk Verbeterprogramma overwegen' met kenmerk 079434683 E van 28 maart 2018 van het rapport. Partijen beogen een ongelijkvloerse kruising te maken.

BOV-kosten:

de kosten voor het beheer, het onderhoud en de vervanging van het Overwegproject.

P85-waarde:

de aan de hand van de kostenraming berekende kans dat 85% van de werkelijke kosten op of binnen die waarde valt.

Artikel 2. Doel bestuursovereenkomst

Deze bestuursovereenkomst strekt ertoe afspraken vast te leggen over:

• a. het in cofinanciering realiseren van het Overwegproject;

• b. het beheer, onderhoud en de vervanging van het gerealiseerde Overwegproject.

Artikel 3. Reikwijdte

De bestuursovereenkomst heeft betrekking op het realiseren, financieren en de BOV-kosten van het Overwegproject inclusief verwijderen van de installatie op het overpad.

Artikel 4. Financiering en risico's

• 1. Met inachtneming van de afspraak over betaling van eventuele risico's zoals verwoord in het derde lid van dit artikel, verstrekt het Rijk een bijdrage voor het Overwegproject van € 8.935.504,– miljoen (exclusief Btw) prijspeil 2021. Dit is een financiële kosteneffectieve LVO bijdrage voor het dekken van de projectkosten en voor afkoop van de project- procedure- en overige risico's voor het Overwegproject. De gemeente draagt zorg voor de uitvoering van het Overwegproject.

• 2. Het Rijk verstrekt de gemeente een kostenvergoeding voor het verwijderen van de installatie op het perronoverpad conform de toezegging in brief d.d. 28-11-2019 met kenmerk IENW/BSK-2019/247140.

• 3. Het Rijk betaalt de BTW overeenkomstig de Wet op het BTW-compensatiefonds en daarop gebaseerde regelgeving uit aan de gemeente nadat door de gemeente een Object­/Projectovereenkomst is gesloten met ProRail en de gemeente aan het Rijk het te compenseren BTW bedrag heeft kenbaar gemaakt. Daarbij dient de gemeente een raming van de daarmee gemoeid gaande kosten met de Btw-tarieven aan te geven.

• 4. Voorafgaand aan de start van de werkzaamheden sluit de gemeente met ProRail in de rol van hoofdspoorweginfrastructuurbeheerder en daartoe gemachtigd door het Rijk op basis van de Spoorwegwet, ten behoeve van het Overwegproject, een met betrekking tot het spoor gebruikelijke object -/projectovereenkomst. Deze bestuursovereenkomst dient daarbij als uitgangspunt. Bij het opstellen van deze object-/projectovereenkomst worden de afspraken over derden werken tussen het Rijk en het Interprovinciaal Overleg gevolgd. Na overleg met het Rijk kan van de object-/ projectovereenkomst worden afgeweken. Deze object-/projectovereenkomst bevat in ieder geval afspraken over:

  • Voorbereiding, aanbesteding en realisatie

  • Werkplanning;

  • Verrekening van de bijdragen, bedoeld in artikel 4;

  • Wijze van overleg en besluit vorming over de in de in dit artikel genoemde onderwerpen, met inbegrip van de wijze van betrokkenheid van de gemeente hierbij;

  • Eigendom, beheer, onderhoud en vervanging;

  • Oplevering en overdracht;

  • Aansprakelijkheid en schade.

• 5. Betaling van het Rijk aan de gemeente ten behoeve van het Overwegen project vinden plaats in het jaar waarin de bouw wordt gestart (1/2 deel) en in het daaropvolgende jaar (1/2 deel).

• 6. De taakstellende bijdrage van de gemeente volgt uit het realisatiebesluit d.d. 28 mei 2020 waarbij de gemeente als opdrachtgever van het project verantwoordelijk is voor het gehele project en garant staat voor de kosten van het project.

• 7. Wanneer de gemeente en het Rijk gezamenlijk besluiten een onderdeel van het Overwegproject niet te realiseren, worden de eerder verstrekte bijdragen naar rato terugbetaald aan het Rijk. Partijen treden hiertoe eerst in overleg.

• 8. Als afsluiting van de contractuitwerkingsfase wordt in opdracht van de gemeente door ProRail een Projectovereenkomst opgesteld. Bij het opstellen van de Projectovereenkomst worden de afspraken over derdenwerken² tussen het Rijk en het Interprovinciaal Overleg (zoals vastgelegd in het afsprakenkader) gevolgd. Indien bij de beslissing over de Projectovereenkomst voor het Overwegproject blijkt dat de waarde voorde P85 raming afwijkt van het beschikbare budget bij het opstellen van deze bestuursovereenkomsttreden partijen met elkaar in overleg.

• 9. Indien als gevolg van de omvorming van ProRail tot een zelfstandig bestuursorgaan een wijziging optreedt in de positie van ProRail met betrekking tot de verplichtingen uit de Wet op de omzetbelasting 1968 en als gevolg van deze wijziging de kosten van het Overwegproject voor de gemeente stijgen, zullen partijen in overleg treden over de wijze waarop het Rijk deze kosten zal compenseren conform de toezegging van de Minister voor Milieu en Wonen (Kamerbrief d.d. 17 februari 2020, TK 2019-2020 35 396, nr. 5)

• 10. Alle bijdragen zijn berekend naar prijspeil 2021. Zij worden bij uitbetaling geïndexeerd op basis van de dan actuele Index Bruto Overheidsinvesteringen (IBOI) zoals die door het CBS is gepubliceerd. Het Rijk zal voor haar bijdrage jaarlijks het indexcijfer vaststellen, rekening houdend met de Index Bruto Overheidsinvesteringen (IBOI) en de indexatie zoals deze beschikbaar wordt gesteld door het Ministerie van Financiën.

Artikel 5. Planning

• 1. Partijen streven ernaar dat de werkzaamheden ten behoeve van de realisatie van het Overwegproject volledig, dus tot en met de afhandeling van eventuele restpunten en financiële afronding, uiterlijk op 31 december 2025 afgerond zijn. Het moment van indienststelling is daarbij voorzien in 2025. Partijen treden voor het eerst na de zomer 2021 met elkaar in overleg over de planning en verder indien zich omstandigheden voordoen waardoor de planning niet haalbaar is.

• 2. De gemeente rapporteert jaarlijks voor 1 december schriftelijk aan het Rijk en ProRail over de stand van zaken en voortgang (concreet: van de scope, de planning, financiën en risico's) van het Overwegproject.

Artikel 6. Beheer, Onderhoud en Vervangingskosten

• 1. Het beheer, het onderhoud en de vervanging van het spoorse deel van het Overwegproject (inclusief constructief onderhoud aan de spoorkruisende betonconstructie) worden in opdracht van het ministerie van het Rijk uitgevoerd door de spoorwegbeheerder, waarbij kosten voor onderhoud en vervanging voor rekening van het Rijk zijn.

• 2. Het beheer, het onderhoud en de vervanging van de (toeleidende) weggedeelten c.q. bakken van de onderdoorgang (met uitzondering van constructief onderhoud aan de spoorkruisende betonconstructie en overige spoorse delen) van het Overwegproject, met inbegrip van onder meer voegconstructies, asfaltering, tegels, alle tunneltechnische installaties, waaronder pompinstallatie en verlichting, wordt door en voor rekening van de gemeente als wegbeheerder uitgevoerd.

Artikel 7. Publiekrechtelijke verplichtingen

• 1. Partijen bevorderen zoveel mogelijk, met inachtneming van wettelijke procedures en de te betrachten zorgvuldigheid jegens derden, dat de procedures tot het nemen van publiekrechtelijke besluiten met voortvarendheid worden doorlopen.

• 2. Indien de in het eerste lid bedoelde procedures ertoe leiden dat uitvoering van de bestuursovereenkomst niet of althans niet op de door partijen bij het aangaan ervan voorgestane wijze kan worden uitgevoerd, bezien partijen of de bestuursovereenkomst wijziging of (gedeeltelijke) beëindiging behoeft. Artikel 9 wordt hierbij in acht genomen.

Artikel 8. Onvoorziene omstandigheden

• 1. Partijen treden met elkaar in overleg indien zich onvoorziene omstandigheden voordoen, die van dien aard zijn dat naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van deze bestuursovereenkomst niet mag worden verwacht.

• 2. Het overleg vindt plaats binnen vier weken nadat een partij daartoe mededeling heeft gedaan aan de andere partij. Partijen bezien in goed overleg of deze bestuursovereenkomst wijziging of (gedeeltelijke) beëindiging behoeft. Artikel 9 wordt hierbij in acht genomen.

Artikel 9. Wijziging

• 1. Een partij kan de andere partij schriftelijk verzoeken de bestuursovereenkomst te wijzigen of (gedeeltelijk) te beëindigen. De wijziging, of beëindiging behoeft de instemming van partijen.

• 2. Partijen treden in overleg binnen vier weken nadat een partij de wens daartoe aan de andere partijen schriftelijk heeft meegedeeld.

• 3. De wijziging, of beëindiging en de verklaring tot instemming worden als bijlagen aan de bestuursovereenkomst gehecht. De wijzing van de Bestuursovereenkomst wordt gepubliceerd in de Staatscourant.

Artikel 10. Geschillen

• 1. Deze bestuursovereenkomst is in rechte afdwingbaar.

• 2. Er is sprake van een geschil indien een van de partijen daarvan schriftelijk en gemotiveerd melding maakt aan de andere partijen, waarna partijen binnen twintig werkdagen na een zodanige melding eerst met elkaar in overleg treden om te bezien of in der minne een oplossing van het geschil kan worden gevonden.

• 3. Indien binnen twee maanden na melding van het geschil, bedoeld in het eerste lid, tussen partijen geen overeenstemming is bereikt, staat het ieder van de partijen vrij het geschil voor te leggen aan de bevoegde rechter te Den Haag.

SLOTBEPALINGEN

Artikel 11. Inwerkingtreding en looptijd

• 1. Deze bestuursovereenkomst treedt in werking met ingang van de dag na ondertekening door iedere partij en eindigt als de ter uitvoering van deze bestuursovereenkomst te realiseren infrastructuur in dienst is gesteld en de financiële afronding gereed is. De bestuursovereenkomst eindigt, met inachtneming van artikel 5 lid 1, op 31 december 2026.

• 2. Rechtsgevolgen die voortvloeien uit deze bestuursovereenkomst en die naar hun aard geacht worden door te werken of eventueel ontstaan na de beëindiging van deze bestuursovereenkomst, worden afgehandeld in overeenstemming met deze bestuursovereenkomst.

Artikel 12. Geheimhouding

Partijen verbinden zich over en weer de in het kader van de uitvoering van deze bestuursovereenkomst uitgewisselde dan wel uit te wisselen informatie geheim te houden en deze geheel noch gedeeltelijk aan enige derde bekend te maken, behoudens voor zover een verplichting tot openbaarmaking voortvloeit uit de wet, een rechterlijke uitspraak of deze bestuursovereenkomst.

Artikel 13 Toepasselijk recht

Op deze bestuursovereenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.

Artikel 14 Publicatie in de Staatscourant

Binnen tien werkdagen na ondertekening van deze bestuursovereenkomst wordt de tekst daarvan door het Rijk gepubliceerd in de Staatscourant.

Artikel 15. Ontbindende voorwaarden

Deze bestuursovereenkomst komt tot stand onder de ontbindende voorwaarden dat:

• 1. De gemeente op basis van de uitkomst van de contractuitwerkingsfase besluit niet in te stemmen met het beschikbaar stellen van de gemeentelijke bijdrage, of;

• 2. De overeenkomst, bedoeld in artikel 4, vierde lid, niet tot stand komt.

• 3. Indien de overeenkomst wordt ontbonden in verband met het eerste of tweede lid, treden partijen met elkaar in overleg ten aanzien van de verdeling van de tot dat moment gemaakte kosten voor het Overwegproject. Uitgangspunt is dat de kosten worden betaald door het Rijk en de gemeente Nunspeet in dezelfde verhouding als beschreven in artikel 4 van deze overeenkomst.

Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend,

Den Haag 16 juli 2021

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, namens deze, Staatssecretaris S. van Veldhoven

Nunspeet 16 augustus 2021

De gemeente Nunspeet, namens deze, de wethouder M.W. Storteboom

---

1 Brief aan de Tweede Kamer van 24 juni 2013; Kamerstukken II 2012/13, 29 893, nr. 148