Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 18 maart 2019, nr. IENW/BSK-2019/34722, tot wijziging van de Tijdelijke subsidieregeling Milieu Centraal 2018–2021 in verband met de verhoging van de subsidieplafonds

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 4, tweede lid, van de Kaderwet subsidies I en M en artikel 8, eerste lid, van het Kaderbesluit subsidies I en M;

BESLUIT:

ARTIKEL I

Artikel 4 komt te luiden:

Artikel 4. Subsidieplafond

  • a. Het subsidieplafond voor de activiteiten, bedoeld in artikel 2, tweede lid, aanhef en onder a, bedraagt € 350.000,– voor 2018 en voor elk van de kalenderjaren 2019 tot en met 2021 € 425.000,–

  • b. Het subsidieplafond voor de activiteiten, bedoeld in artikel 2, tweede lid, aanhef en onder b, bedraagt € 725.000,– voor 2018 en voor elk van de kalenderjaren 2019 tot en met 2021 € 1.400.000,–.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

TOELICHTING

1. De wijziging

Met deze wijziging van de Tijdelijke subsidieregeling Milieu Centraal 2018–2021 worden voor de jaren 2019–2021 de subsidieplafonds verhoogd voor de kernactiviteiten en de aanvullende activiteiten van Milieu Centraal. Als gevolg van de ontwikkelingen rond circulaire economie, microplastics en duurzame mobiliteit is op deze beleidsterreinen een grotere behoefte ontstaan aan inzet van Milieu Centraal. Op deze drie beleidsterreinen is duidelijk geworden dat gedragsverandering van de consument een belangrijke rol speelt. Bij het bevorderen van die gedragsverandering is de inzet van Milieu Centraal wenselijk. Milieu Centraal heeft laten zien een professionele organisatie te zijn die alle informatie en adviezen aan consumenten en hun intermediaire organisaties baseert op wetenschappelijk onderzoek. Naar aanleiding van het beschikbaar komen van extra middelen voor de hiervoor genoemde drie beleidsterreinen, o.a. vanuit het Deltafonds, is besloten om het subsidieplafond voor de kernactiviteiten voor de genoemde jaren te verhogen tot € 425.000,– per jaar en het subsidieplafond voor de aanvullende activiteiten voor de genoemde jaren te verhogen tot € 1.400.000,– per jaar.

2. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2019. Hierbij wordt afgeweken van aanwijzing voor de regelgeving 4.17 voor zowel het vaste verandermoment als de invoeringstermijn vanwege het belang aanmerkelijke publieke nadelen te voorkomen, gelegen in het belang van continuïteit van gevalideerde milieu-informatie teneinde bij te dragen aan duurzaam consumentengedrag op deze prioritaire beleidsterreinen. De regeling werkt terug tot en met 1 januari 2019 omdat de verhoogde subsidieplafonds voor het eerst voor het jaar 2019 van kracht worden.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

Naar boven