Convenant ten behoeve van de uitvoering van de machtiging ten behoeve van de intrekking van het Nederlanderschap, bedoeld in artikel 14, tweede lid, onderdeel b, en vierde lid, van de Rijkswet op het Nederlanderschap

Partijen,

De Justitiële Informatiedienst,

Namens deze de Algemeen directeur,

Dhr. W Lodder,

en

De Immigratie en naturalisatie dienst,

Namens deze de Hoofddirecteur,

Dhr. A. van Berckel-van de Langemheen

Gelet op:

De machtiging die op grond van artikel 14 van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens is opgesteld door de Minister van Justitie en Veiligheid van 12 februari 2019, nr. 2458243 voor de verstrekking van bepaalde justitiële gegevens door Justid aan de IND totdat er een correcte grondslag in het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens is opgenomen;

Overwegen het volgende,

Dat de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens (Wjsg) en het Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens (Bjsg) niet voorzien in de structurele verstrekking van justitiële gegevens aan de Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) ten behoeve van de uitvoering van hun wettelijke taak ingevolge artikel 14, tweede lid, onderdeel b, en vierde lid, van de Rijkswet op het Nederlanderschap;

Dat in bijzondere gevallen de Minister van Justitie en Veiligheid toestemming kan geven aan Justid tot verstrekking van justitiële gegevens met het oog op een zwaarwegend algemeen belang en voor bijzondere doeleinden ex artikel 14 Wjsg;

Dat de IND door de verstrekking van bepaalde justitiële gegevens uitvoering kan geven aan het in artikel 14, tweede lid, onder b, en vierde lid, van de Rijkswet op het Nederlanderschap bepaalde (de intrekking van het Nederlanderschap) en dat hiermee een zwaarwegend algemeen belang wordt gediend omdat wordt bijgedragen aan de bescherming van openbare orde en de nationale veiligheid;

Dat aan de verstrekking nadere voorwaarden worden verbonden die door de Justitiële Informatiedienst (Justid) en IND in dit Convenant zijn vastgelegd;

Spreken het volgende af,

Artikel 1 Definities

In dit convenant wordt verstaan onder:

a. Bjsg:

Besluit justitiële en strafvorderlijke gegevens;

b. JDS:

Justitieel Documentatie Systeem: het systeem waarin misdrijven en overtredingen staan geregistreerd aangaande natuurlijke en rechtspersonen, zoals benoemd in de Wjsg;

c. Terroristische misdrijven:

hetgeen daaronder wordt verstaan in de artikelen zoals genoemd in artikel 3, vierde lid, van dit convenant;

d. Wjsg:

Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens.

Artikel 2 Doel

Het doel van dit convenant is om afspraken vast te leggen over de levering van justitiële gegevens uit JDS door Justid aan de IND met betrekking tot een veroordeling wegens een terroristisch misdrijf of een misdrijf met een terroristisch oogmerk, ten behoeve van de intrekking van het Nederlanderschap.

Artikel 3 Verantwoordelijkheid Justid

  • 1. Justid draagt zorg dat de in het tweede en derde lid van dit artikel genoemde gegevens tijdig aan de IND worden verstrekt. In dat kader draagt Justid zorg voor de controle op nieuwe gegevens in de justitiële documentatie op basis waarvan vervolgingen op grond van terroristische misdrijven worden herkend.

  • 2. In eerste instantie wordt door Justid van personen die worden verdacht, dan wel zijn veroordeeld op grond van de artikelen, genoemd in het vierde lid, slechts de justitiële gegevens uit artikel 6, eerste lid, van het Bjsg verstrekt aan de IND ter bepaling van het bestaan van een dubbele nationaliteit van een persoon.

  • 3. Als sprake is van een dubbele nationaliteit geeft de IND dit aan Justid aan en verstrekt Justid ten aanzien van die persoon ook de justitiële gegevens uit artikel 7, eerste lid, onderdelen b en j, sub 1 tot en met 3, van het Bjsg.

  • 4. Justid zorgt wekelijks voor het doorzoeken van het JDS op de volgende artikelen:

    • a. artikel 83 Wetboek van Strafrecht;

    • b. artikel 134a Wetboek van Strafrecht;

    • c. artikel 205 Wetboek van Strafrecht.

  • 5. Justid verstrekt de gegevens als bedoeld in het tweede en derde lid aan de IND bij de volgende beslissingen in het JDS:

    • a. zaak in eerste aanleg:

      • 1. vonnis rechtbank

      • 2. zaak onherroepelijk

      • 3. zaak in appel

    • b. zaak in appel:

      • 1. arrest hof

      • 2. zaak onherroepelijk

      • 3. zaak in cassatie

    • c. zaak in cassatie:

      • 1. beslissing Hoge Raad

      • 2. zaak onherroepelijk.

  • 6. Mutaties worden wekelijks aan IND verzonden.

Artikel 4 Verantwoordelijkheid IND

  • 1. De IND draagt zorg en is verantwoordelijk voor de eerste beoordeling van de door Justid aangeleverde gegevens op grond van artikel 3, tweede lid van dit convenant. De IND bepaalt vervolgens of het gaat om een persoon die in het bezit is van een dubbele nationaliteit. Is dit niet het geval dan stelt de IND Justid hiervan in kennis en vernietigt de IND terstond de aan haar geleverde gegevens.

  • 2. Beschikt een persoon wel over een dubbele nationaliteit dan worden de door Justid verstrekte aanvullende gegevens als bedoeld in artikel 3, derde lid van dit convenant in het IND dossier opgeslagen.

  • 3. De IND vraagt op basis van de verstrekte gegevens uit het tweede lid van dit artikel bij de desbetreffende gerechtelijke instantie het vonnis op van de betrokken persoon.

OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 5 Gewijzigde of onvoorziene omstandigheden

  • 1. Partijen treden met elkaar in overleg indien zich onvoorziene omstandigheden voordoen, die van dien aard zijn dat naar de maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van dit convenant niet mag worden verwacht (of: onvoorziene omstandigheden voordoen die wezenlijke gevolgen hebben voor de uitvoering van dit convenant).

  • 2. Dit overleg vindt plaats binnen één maand nadat een partij de wens hiertoe aan de andere partij schriftelijk kenbaar heeft gemaakt.

  • 3. Wordt geen overeenstemming bereikt door vertegenwoordigers van beide partijen, dan wordt geëscaleerd naar directieniveau.

Artikel 6 Wijziging

  • 1. Elke partij kan de andere partij schriftelijk verzoeken het convenant te wijzigen. De wijziging behoeft de schriftelijke instemming van beide partijen.

  • 2. Partijen treden in overleg binnen één maand nadat een partij de wens daartoe aan de andere partij schriftelijk heeft meegedeeld.

  • 3. De wijziging en de verklaring(en) tot instemming worden als bijlage aan het convenant gehecht.

SLOTBEPALINGEN

Artikel 7 Inwerkingtreding en looptijd

Dit convenant treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin de bovenliggende machtiging wordt geplaatst en vervalt op de dag dat in het Bjsg in deze verstrekking van justitiële gegevens wordt voorzien.

Artikel 8 Publicatie in Staatscourant

  • 1. Binnen één maand na ondertekening van dit convenant wordt de tekst daarvan gepubliceerd in de Staatscourant.

  • 2. Bij wijzigingen in het convenant vindt het eerste lid overeenkomstige toepassing.

  • 3. Van toetreden, uittreden, opzeggen of ontbinden wordt melding gemaakt in de Staatscourant.

Artikel 9 Titel

Dit convenant wordt aangehaald als: Convenant ten behoeve van de uitvoering van de machtiging ten behoeve van de intrekking van het Nederlanderschap, bedoeld in artikel 14, tweede lid, onderdeel b, en vierde lid, van de Rijkswet op het Nederlanderschap.

Aldus overeengekomen en ondertekend,

Den Haag, 27 februari 2019

De IND, namens deze de Hoofddirecteur, A. van Berckel-van de Langemheen

Den Haag, 7 maart 2019

Justid, namens deze de Algemeen directeur, W. Lodder

Naar boven