Afwijzing inleidende verzoeken voor referenda

De voorzitter van de Kiesraad, in zijn hoedanigheid van voorzitter van het centraal stembureau voor het houden van een referendum, maakt bekend dat de inleidende verzoeken tot het houden van een referendum over de volgende wetten niet zijn toegelaten, omdat hiervoor niet het wettelijk voorgeschreven aantal verzoeken is ingediend.

Wet	Aantal verzoeken
Wet van 14 maart 2018 tot wijziging van de Telecommunicatiewet en van de Mediawet 2008 (gebruiksbeperking frequentieruimte en digitale radio-omroep) (Stb. 2018, 87)	2
Rijkswet inzake goedkeuring van de op 18 oktober 2013 te Londen tot stand gekomen wijzigingen van het Protocol van 1996 bij het Verdrag inzake de voorkoming van verontreiniging van de zee ten gevolge van het storten van afval en andere stoffen van 1972, zoals opgenomen in Resolutie LP.4(8) (Trb. 2014, 46 en 144).	1

Ingevolge artikel 32, tweede lid, van de Wet raadgevend referendum zijn 10.000 geldige verzoeken vereist. Het aantal ontvangen verzoeken is opgenomen in bovenstaande tabel.

's-Gravenhage, 20 april 2018

De voorzitter van de Kiesraad, namens deze, de secretaris-directeur, M. Bakker

De processen-verbaal inzake de beoordeling van de inleidende verzoeken liggen gedurende twee weken na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze bekendmaking is opgenomen ter inzage bij de Kiesraad, Muzenstraat 85, 2511 WB Den Haag.

Gedurende zes dagen na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze bekendmaking is opgenomen, kan een belanghebbende tegen de besluiten beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA 's-Gravenhage.