Referendabiliteitsbesluit Wijziging van de Wet ruimtelijke ordening en de Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening (afschaffing actualiseringsplicht bestemmingsplannen en beheersverordeningen)

Mededeling

De Minister van BZK,

Deelt mee dat het volgende wetsvoorstel is bekrachtigd en dat daarover het onderstaande besluit is genomen:

Titel: Wijziging van de Wet ruimtelijke ordening en de Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening (afschaffing actualiseringsplicht bestemmingsplannen en beheersverordeningen)

Vindplaats: Kamerstukken II 2016/17, 34 666, nr. 2

Referendum mogelijk? Ja

Binnen vier weken na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin deze mededeling is geplaatst, kan iedere kiesgerechtigde met betrekking tot een wet waarvan is vastgesteld dat daarover een referendum kan worden gehouden, een verzoek tot het houden van een referendum indienen. Een verzoek wordt ingediend door het tekenen van de lijst die voor deze wet beschikbaar wordt gesteld door de Kiesraad. De lijst wordt ingediend bij de Kiesraad.

Besluit

Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 19 april 2018, nr. 2018-0000242846 houdende het besluit of over de Wijziging van de Wet ruimtelijke ordening en de Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening (afschaffing actualiseringsplicht bestemmingsplannen en beheersverordeningen) een referendum kan worden gehouden.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in overeenstemming met de Minister van Justitie en Veiligheid,

Gelet op artikel 6, eerste lid, van de Wet raadgevend referendum;

Besluit:

Over de Wijziging van de Wet ruimtelijke ordening en de Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening (afschaffing actualiseringsplicht bestemmingsplannen en beheersverordeningen) (Kamerstukken II 2016/17, 34 666, nr. 2)

kan een referendum worden gehouden op grond van artikel 4 van de Wet raadgevend referendum

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Gedurende zes dagen na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin dit besluit is geplaatst, kan een belanghebbende tegen het besluit beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Naar boven