Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 17 oktober 2017, nr. IENM/BSK-2017/241941, houdende de subsidieverstrekking aan de Stichting CROW over de jaren 2018 tot en met 2022 inzake de OV-Klantenbarometer (Tijdelijke subsidieregeling Stichting CROW inzake de OV-Klantenbarometer 2018–2022)

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, aanhef en onderdeel f, 4, eerste en tweede lid, en 5 van de Kaderwet subsidies I en M en de artikelen 2, eerste lid, 4, 10, tweede lid, 16, 22 en 24, derde en vijfde lid, van het Kaderbesluit subsidies I en M;

BESLUIT:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

minister:

Minister van Infrastructuur en Milieu;

OV-Klantenbarometer:

landelijk klanttevredenheidsonderzoek in het openbaar vervoer;

Stichting CROW:

Stichting CROW, kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte, gevestigd te Ede.

Artikel 2. Doel van de subsidie

De minister kan Stichting CROW jaarlijks gedurende het tijdvak van 1 januari 2018 tot en met 31 december 2022 op aanvraag subsidie verstrekken met als doel klanttevredenheid te onderzoeken in het openbaar vervoer en de resultaten daarvan te publiceren als de OV-Klantenbarometer.

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten

Voor subsidieverstrekking komen in aanmerking:

  • a. activiteiten in het kader van de voorbereiding van het onderzoek, bedoeld in artikel 2, waaronder de activiteiten voor de vaststelling van de onderzoeksgebieden en het aantal te onderzoeken ritten en de vaststelling van de vragenlijst en de onderzoeksmethodiek;

  • b. activiteiten in het kader van het afnemen van de vragenlijsten onder reizigers in het openbaar vervoer;

  • c. activiteiten in het kader van het verwerken en analyseren van de gegevens die voortvloeien uit het onderzoek;

  • d. activiteiten in het kader van de presentatie van de onderzoeksresultaten, waaronder het opstellen van rapporten met landelijke cijfers en deelrapporten voor de afzonderlijke onderzoeksgebieden en het beantwoorden van vragen over de resultaten van het onderzoek en de onderzoeksmethodiek; en

  • e. het opzetten en onderhouden van een website waarmee de gegevens kunnen worden geraadpleegd.

Artikel 4. Subsidieplafond en subsidiabele kosten

  • 1. Het subsidieplafond bedraagt jaarlijks € 200.000,–.

  • 2. Subsidiabel zijn uitsluitend de gemaakte kosten die direct verbonden zijn met de uitvoering van activiteiten die op grond van deze regeling voor subsidieverstrekking in aanmerking komen.

  • 3. Verschuldigde btw komt uitsluitend voor subsidieverstrekking in aanmerking ingeval Stichting CROW de btw niet kan verrekenen met de door haar af te dragen omzetbelasting.

  • 4. De kosten die voor subsidieverstrekking in aanmerking komen worden door Stichting CROW berekend op basis van een voor de minister controleerbare methode, die is gebaseerd op bedrijfseconomische grondslagen en normen die in het maatschappelijk verkeer als aanvaardbaar worden beschouwd.

Artikel 5. Aanvraag tot subsidieverlening

  • 1. Stichting CROW dient de aanvraag tot subsidieverlening schriftelijk in bij de minister, uiterlijk dertien weken voorafgaand aan de aanvang van de subsidiabele activiteiten.

  • 2. De aanvraag bevat de volgende gegevens en bescheiden:

    • a. het bedrag van de gevraagde subsidie;

    • b. een overzicht van de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

    • c. een toelichting op de wijze waarop en de mate waarin de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd een bijdrage leveren aan de doelstellingen van deze regeling;

    • d. een gespecificeerde begroting, die een toereikend inzicht geeft in de kosten van de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

    • e. een tijdsplanning van de activiteit;

    • f. indien voorschotten worden gewenst, een weergave van de liquiditeitsbehoefte gedurende het tijdvak waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

    • g. het bankrekeningnummer waarop het subsidiebedrag dient te worden gestort, inclusief een bewijs dat de bankrekening op naam van Stichting CROW staat; en

    • h. het inschrijfnummer van Stichting CROW bij de Kamer van Koophandel.

  • 3. De aanvraag tot subsidieverlening behoeft niet te worden ingediend met gebruikmaking van een daartoe door de minister beschikbaar gesteld middel.

  • 4. Indien Stichting CROW de subsidiabele activiteiten start in het eerste kwartaal van 2018, dient Stichting CROW, in afwijking van het eerst lid, de aanvraag tot subsidieverlening uiterlijk dertien weken na de dag van inwerkingtreding van deze regeling, in bij de minister.

Artikel 6. Beschikking tot subsidieverlening

  • 1. De minister stelt de beschikking tot subsidieverlening binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag vast.

  • 2. In de beschikking worden vermeld:

    • a. de te subsidiëren activiteiten;

    • b. het tijdstip waarop Stichting CROW gehouden is de activiteiten te hebben afgerond; en

    • c. het bedrag waarop de subsidie ten hoogste kan worden vastgesteld.

  • 3. Voor zover de subsidie wordt verleend ten laste van de nog niet door de Staten-Generaal aangenomen rijksbegroting, onderdeel Infrastructuur en Milieu, wordt in de beschikking tevens vermeld dat de subsidieverlening plaatsvindt onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld in de wet tot vaststelling van de rijksbegroting, onderdeel Infrastructuur en Milieu.

Artikel 7. Verplichtingen met betrekking tot administratie

  • 1. Stichting CROW voert een zodanige administratie dat daaruit te allen tijde de voor de vaststelling van de subsidie van belang zijnde rechten en verplichtingen alsmede de betalingen en ontvangsten kunnen worden nagegaan en dat de betalingen en ontvangsten voor zover deze betreffen het project OV- Klantenbarometer te onderscheiden zijn van de overige activiteiten van Stichting CROW.

  • 2. De administratie en de daartoe behorende bescheiden worden gedurende vijf jaar na de datum van de beschikking tot subsidievaststelling bewaard.

Artikel 8. Informatieverstrekking aan derden

Met het oog op het actief verspreiden van de kennis ten behoeve van de decentrale overheden stelt Stichting CROW alle producten voortvloeiend uit het project aan eenieder gelijkelijk ter beschikking tegen ten hoogste een vergoeding van de verschaffingskosten.

Artikel 9. Verplichtingen met betrekking tot informatieverstrekking aan de minister

  • 1. Stichting CROW doet onverwijld een schriftelijke mededeling aan de minister van alle omstandigheden die van aanmerkelijke invloed kunnen zijn op de subsidie en de rechtmatige aanwending daarvan en in het bijzonder van financiering van activiteiten van het project uit andere bronnen.

  • 2. Stichting CROW verschaft de minister op diens verzoek te allen tijde inlichtingen omtrent de voortgang en de resultaten van de uitvoering van de activiteiten uit het project OV-Klantenbarometer.

  • 3. Stichting CROW stelt de minister vooraf schriftelijk op de hoogte in geval bekendheid wordt gegeven aan activiteiten uit het project met een politiek gevoelig of belangrijk beleidsmatig karakter.

Artikel 10. Overige verplichtingen

Stichting CROW is verplicht de activiteiten waarvoor subsidie is verleend uiterlijk een jaar na de dag van de beschikking tot subsidieverlening uitgevoerd te hebben.

Artikel 11. Betaling en bevoorschotting

  • 1. Aan Stichting CROW wordt een voorschot verleend van honderd procent van het voor een kalenderjaar verleende subsidiebedrag.

  • 2. Het voorschot wordt in termijnen betaald. Deze termijnen worden nader bepaald in de beschikking tot subsidieverlening.

Artikel 12. Aanvraag tot subsidievaststelling

  • 1. Stichting CROW dient uiterlijk dertien weken na afloop van het in artikel 6, tweede lid, onder b, genoemde tijdstip schriftelijk een aanvraag tot subsidievaststelling in bij de minister.

  • 2. Bij de aanvraag, bedoeld in het eerste lid, wordt een activiteitenverslag gevoegd. Het verslag geeft inzicht in het verloop, de uitvoering en de resultaten van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend en toont aan dat aan de verplichtingen verbonden aan de subsidieverstrekking is voldaan.

  • 3. De aanvraag tot subsidievaststelling behoeft niet vergezeld te gaan van een controleverklaring.

  • 4. De aanvraag tot subsidievaststelling behoeft niet te worden ingediend met gebruikmaking van een daartoe door de minister beschikbaar gesteld middel.

Artikel 13. Beschikking tot subsidievaststelling

De minister stelt de beschikking tot subsidievaststelling vast binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag, bedoeld in artikel 12.

Artikel 14. Voorschriften subsidieverstrekking

Met toepassing van artikel 16 van het Kaderbesluit subsidies I en M zijn de regels inzake een subsidie van € 25.000,– tot € 125.000,– van toepassing op aangevraagde en verleende subsidies op grond van deze regeling.

Artikel 15. Evaluatieverslag

Vóór 1 januari 2023 publiceert de minister een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de krachtens deze regeling verstrekte subsidie.

Artikel 16. Inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang 1 januari 2018.

  • 2. Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2023, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op voor die datum aangevraagde en verleende subsidies.

Artikel 17. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke subsidieregeling Stichting CROW inzake OV-Klantenbarometer 2018–2022.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma

TOELICHTING

Algemeen deel

1. Aanleiding en doel van de subsidie

Het openbaar vervoer is een duurzame manier van vervoer die dichtbij de mensen staat. Veel reizigers kiezen al voor het openbaar vervoer en het doel van het ministerie van Infrastructuur en Milieu (hierna: het ministerie) is meer reizigers te stimuleren om van het openbaar vervoer gebruik te maken. Om het openbaar vervoer continu te verbeteren en aan te passen aan de eisen van de tijd is het nodig om de behoeften en wensen van reizigers te kennen en er telkens op in te spelen. Daar hoort ook openheid bij, over de prestaties van het openbaar vervoer en de sociale veiligheid. De OV-Klantenbarometer is daarvoor een belangrijk instrument.

De OV-Klantenbarometer is het klanttevredenheidsonderzoek voor het regionale stads- en streekvervoer. Het onderzoek wordt sinds 2001 in opdracht van Stichting CROW uitgevoerd. Stichting CROW is een onafhankelijke kennisorganisatie op het gebied van infrastructuur, openbare ruimte en verkeer en vervoer. Het is een gerenommeerd instituut dat vanaf het begin de OV-Klantenbarometer tot tevredenheid van betrokken partijen heeft uitgebracht en doorontwikkeld.

De OV-Klantenbarometer wordt door Stichting CROW Europees aanbesteed voor een periode van vijf jaar. In de periode van 2012 tot en met 2016 heeft het ministerie jaarlijks een bijdrage van maximaal € 100.000,– beschikbaar gesteld.

Omdat de voorbereiding van de Europese aanbesteding van de geplande volgende periode van vijf jaar (2017-2021) meer tijd in beslag heeft genomen dan voorzien, is 2017 een tussenjaar. Voor dit jaar is een zgn. anticiperende subsidie verstrekt, op grond van artikel 4:23, derde lid, onderdeel a, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb).

Tot nu toe is de subsidie op grond van artikel 4:23, derde lid, onderdeel d, van de Awb toegekend, dit is een incidentele subsidie. Omdat er voorkeur aan wordt gegeven om de OV-Klantenbarometer nog vijf jaar voort te zetten, is ervoor gekozen om dit in een tijdelijke regeling onder te brengen.

De voorliggende regeling voorziet in de mogelijkheid tot continuering van de subsidie voor de OV-Klantenbarometer voor de nieuwe vijfjarige periode van 2018 tot en met 2022. Het gaat om een bedrag van maximaal € 100.000,– voor het regionale stads- en streekvervoer. Een extra bedrag van € 100.000,– is nodig in verband met de geplande uitbreiding van de OV-Klantenbarometer, met ingang van 2018, met het personenvervoer op het hoofdrailnet. Dit is opgenomen in de hoofdrailnetconcessie (hierna: NS-concessie) en aan de Tweede Kamer toegezegd op grond van de motie van het lid Dik-Faber.1

De OV-Klantenbarometer is een gedeelde verantwoordelijkheid van concessieverlenende overheden (artikel 20 van de Wet personenvervoer 2000) en wordt financieel mogelijk gemaakt door deze overheden. De OV-Klantenbarometer is geen exclusief product dat voor het ministerie wordt gemaakt. Daarom is gekozen voor het subsidie-instrument. De Europese aanbesteding door Stichting CROW brengt mee dat de mededinging op de interne EU-markt niet nadelig wordt beïnvloed. Gelet op de reputatie van Stichting CROW is het niet aannemelijk dat er een risico is dat de financiële middelen niet of verkeerd worden aangewend.

De belangrijkste redenen voor het continueren en uitbreiden van de subsidie zijn:

  • het (financieel) zichtbaar maken van de systeemverantwoordelijkheid van het ministerie voor regionaal stads- en streekvervoer;

  • de toezegging aan de Tweede Kamer dat effecten van decentralisatie en marktwerking voor de reiziger jaarlijks via de OV-Klantenbarometer in de begrotingsverantwoording worden opgenomen;

  • het verzoek van de Tweede Kamer om in de nieuwe periode ook het personenvervoer op het hoofdrailnet in de OV-Klantenbarometer op te nemen.2

De OV-Klantenbarometer verschaft landelijk inzicht in de waardering van de reiziger voor het (regionale) openbaar vervoer en in de ontwikkelingen rond sociale veiligheid in het regionale openbaar vervoer. Daardoor is het mogelijk de klantwaardering te vergelijken tussen concessies. Dit zet vervoerders en concessieverlenende overheden aan tot de doorvoering van verbeteringen voor de reiziger. De concessieverlenende overheden kunnen aan de hand van de resultaten hun beleid bijsturen en de vervoerbedrijven hun performance op straat.

De Tweede Kamer krijgt via de rijksbegroting op hoofdlijnen inzicht in de ontwikkeling van de klanttevredenheid in het openbaar vervoer.

2. Juridisch kader

De Kaderwet subsidies I en M en het Kaderbesluit subsidies I en M (hierna: Kaderbesluit) geven de grondslag om bij ministeriële regeling subsidie te verstrekken voor activiteiten die passen binnen het verkeers- en vervoersbeleid. De onderhavige tijdelijke regeling voorziet in de subsidieverlening voor de jaren 2018 tot en met 2022.

In de onderhavige regeling is ervoor gekozen om gebruik te maken van het subsidieregime voor subsidies tussen € 25.000,– en € 125.000,–. Van deze optie van artikel 16 van het Kaderbesluit is gebruik gemaakt omdat de maximale subsidie € 200.000,– kan zijn, maar de daadwerkelijke subsidie door omstandigheden lager dan € 125.000,– kan uitvallen. Het is niet gewenst om Stichting CROW in dat geval met onnodig hoge administratieve lasten op te zadelen.

Naast de subsidieregels in de Algemene wet bestuursrecht zijn een aantal artikelen uit het Kaderbesluit van toepassing op de subsidie op grond van deze regeling. Zo is artikel 5 van dat besluit van toepassing op subsidies van andere bestuursorganen. Het bedrag dat een ander bestuursorgaan al heeft verstrekt, wordt in mindering gebracht op de subsidie waarvoor de aanvrager krachtens de onderhavige regeling in aanmerking komt. Dit geldt niet indien het gaat om de afgesproken bijdragen van één van de andere concessieverlenende overheden, hiermee is bij de hoogte van de subsidie reeds rekening gehouden. Op grond van de artikelen 11 en 12 van het Kaderbesluit is de minister verplicht om de aanvraag af te wijzen indien de aanvraag niet voldoet aan de in het Kaderbesluit en in onderhavige regeling opgenomen regels, of wanneer er zich één van de in artikel 12 genoemde situaties voordoet. Daarnaast zijn de in de artikelen 17 en 18 van het Kaderbesluit opgenomen verplichtingen voor de subsidieontvanger onverminderd van toepassing. Deze artikelen bepalen onder andere dat de subsidieontvanger verplicht is de activiteiten uit te voeren zoals die zijn omschreven in de beschikking tot subsidieverlening of tot subsidievaststelling. De activiteiten moeten worden uitgevoerd binnen de periode die in de beschikking is vermeld.

3. Administratieve lasten en gevolgen

De onderhavige regeling brengt geen ingrijpende veranderingen teweeg in de rechten en plichten van burgers, bedrijven of instellingen. Evenmin heeft de regeling ingrijpende gevolgen voor de uitvoeringspraktijk. Daarom heeft er geen internetconsultatie plaatsgevonden.

4. Risicoanalyse

De regeling is getoetst aan de uitkomsten van de risicoanalyse die ingevolge de Aanwijzingen voor de subsidieverstrekking verplicht is (aanwijzing 20). In deze analyse is niet gebleken van risico’s die tot aanvullende maatregelen leiden.

Artikelsgewijs

Artikel 2. Doel van de subsidie

De OV-Klantenbarometer is een klanttevredenheidsonderzoek voor het regionale stads- en streekvervoer. Door dit onderzoek worden de behoeften en wensen van reizigers bekend en kan het openbaar vervoer steeds verder verbeterd worden. Hierdoor kunnen meer reizigers gestimuleerd worden om met het openbaar vervoer te reizen.

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten

In dit artikel zijn de activiteiten opgenomen die gesubsidieerd kunnen worden. Het gaat om activiteiten die verbonden zijn aan verschillende stadia van het onderzoek. Zo kan er bekostiging plaatsvinden voor het bepalen waar en welke ritten onderzocht worden, het opstellen van vragenlijsten voor de passagiers en het vaststellen van een onderzoeksmethodiek (bijvoorbeeld werken met een tablet in plaats van papieren vragenlijsten). Dit is het voorbereidend werk. Maar ook activiteiten in het kader van de uitvoering en het verwerken en analyseren van de resultaten komen in aanmerking. Stichting CROW zal er ook voor zorgen dat de resultaten openbaar worden. Dit doet zij onder andere door het opstellen van rapporten met landelijke cijfers en deelrapporten per onderzoeksgebied. Daarnaast zal zij ook vragen over de resultaten en de onderzoeksmethodiek beantwoorden en zorgen voor een website waar geïnteresseerden zelf hun eigen analyse kunnen maken.

Artikel 4. Subsidieplafond en subsidiabele kosten

Het maximale bedrag dat Stichting CROW jaarlijks aan subsidie kan ontvangen is € 200.000,–. Zoals in de algemene toelichting is te lezen, kan de hoogte worden bepaald door de scope van het onderzoek. De subsidie kan toegekend worden voor de kosten die direct verbonden zijn aan de activiteiten genoemd in artikel 3. De kosten die voor subsidie in aanmerking komen zullen door Stichting CROW moeten worden onderbouwd met een specificatie van de kosten die zijn toe te rekenen aan de gesubsidieerde activiteit en berekend op basis van bedrijfseconomische grondslagen en normen die in het maatschappelijke verkeer als aanvaardbaar worden beschouwd.

Verschuldigde btw komt alleen voor subsidie in aanmerking ingeval Stichting CROW de btw niet kan verrekenen met de door haar af te dragen omzetbelasting.

Artikel 5. Aanvraag tot subsidieverlening

In dit artikel wordt vastgesteld wanneer Stichting CROW haar aanvraag voor subsidieverlening moet indienen. De aanvraag moet uiterlijk dertien weken voor de start van de activiteiten zijn ontvangen door de minister. Deze heeft vervolgens dertien weken de tijd om te beslissen.

De aanvraag hoeft niet te worden ingediend met gebruikmaking van een door de minister beschikbaar gesteld formulier. Stichting CROW kan de aanvraag middels een brief doen. In deze brief worden de in artikel 5 verplicht gestelde gegevens opgenomen. Ook worden daaraan de verplicht gestelde bescheiden bijgevoegd.

Voor het jaar 2018 geldt een afwijkende aanvraagtermijn indien stichting CROW in het eerste kwartaal van 2018 zal gaan starten met de subsidiabele activiteiten. In dat geval dient Stichting CROW de aanvraag uiterlijk 13 weken na de dag waarop onderhavige regeling inwerking treedt in.

Artikel 6. Beschikking tot subsidieverlening

In het eerste lid is bepaald dat de minister dertien weken de tijd heeft om te beslissen op de aanvraag. In de artikelen 11 en 12 van het Kaderbesluit staan gronden waarop de beschikking eventueel afgewezen zou kunnen worden.

Het tweede lid bepaalt wat er in de beschikking wordt opgenomen. Hierin zal onder andere komen te staan wat de te subsidiëren activiteiten zijn, het tijdstip wanneer deze moeten zijn afgerond en het maximale bedrag dat aan subsidie kan worden toegekend bij de vaststelling.

Artikel 7. Verplichtingen met betrekking tot administratie

In dit artikel zijn vereisten opgenomen over de administratie die Stichting CROW behoort te voeren. Hieruit moeten van belang zijnde rechten en verplichtingen voor de vaststelling van de subsidie kunnen worden bepaald. Daarnaast moeten de gegevens over betalingen en ontvangsten die behoren bij de OV-Klantenbarometer, te onderscheiden zijn van de betalingen en ontvangsten van andere activiteiten van Stichting CROW. Deze gegevens moeten tot vijf jaar na de datum van de beschikking tot subsidievaststelling, worden bewaard.

Artikel 8. Informatieverstrekking aan derden

Stichting CROW stelt de producten (bijvoorbeeld de onderzoeksresultaten) die voortvloeien uit dit project gratis ter beschikking aan derden, zij mag daarbij hoogstens een vergoeding vragen voor de verschaffingskosten.

Artikel 9. Verplichtingen met betrekking tot informatieverstrekking aan de minister

Naast de informatieverplichtingen die zijn opgenomen in het Kaderbesluit zijn in dit artikel nog een aantal specifieke meldingsverplichtingen voor Stichting CROW opgenomen. Het gaat om:

  • De omstandigheden die van invloed kunnen zijn op de subsidie en de rechtmatige aanwending daarvan.

  • Informatie over de voortgang en resultaten van de uitvoering van de activiteiten.

  • Het vooraf op de hoogte stellen wanneer er politiek gevoelige of beleidsmatige gegevens bekend worden gemaakt.

Artikel 10. Overige verplichtingen

Stichting CROW is verplicht om de activiteiten binnen een jaar na de datum van de beschikking tot subsidieverlening uitgevoerd te hebben. In de beschikking zal de exacte einddatum worden opgenomen.

Artikel 11. Betaling en bevoorschotting

De subsidie zal per kalenderjaar voor honderd procent worden bevoorschot aan Stichting CROW. Dit zal gebeuren in termijnen, deze termijnen worden opgenomen in de beschikking tot subsidieverlening.

Artikel 12. Aanvraag tot subsidievaststelling

Stichting CROW dient haar aanvraag tot subsidievaststelling uiterlijk dertien weken na afloop van het kalenderjaar waarbinnen de activiteiten moeten zijn verricht in bij de minister. Als de activiteiten eerder zijn afgerond, mag de aanvraag ook eerder worden ingediend. Het tweede lid van dit artikel bepaalt welke informatie bij deze aanvraag moet worden gevoegd. In een verklaring geeft Stichting CROW in ieder geval aan:

  • Dat de activiteiten zijn verricht inclusief een korte toelichting.

  • Dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

  • Wat het totale bedrag van de gerealiseerde subsidiabele kosten is.

  • Wat het totale bedrag van de gerealiseerde opbrengsten is, inclusief bijdragen van derden.

Artikel 13. Beschikking tot subsidievaststelling

De minister beschikt binnen dertien weken na ontvangst van de aanvraag. Het Kaderbesluit komt op dit punt niet geheel overeen met de Aanwijzingen voor subsidieverstrekking, waarin een termijn van maximaal tweeëntwintig weken is opgenomen.

Artikel 14. Voorschriften subsidieverstrekking

Zoals in het algemene deel van de toelichting (juridisch kader) is toegelicht, is er gekozen om gebruik te maken van de mogelijkheid in artikel 16 van het Kaderbesluit om te kiezen voor het subsidieregime voor subsidies tussen de € 25.000,– en € 125.000,–.

Artikel 15. Evaluatieverslag

De minister zal de regeling evalueren voor 1 januari 2023. De uitkomst hiervan zal gepubliceerd worden. In deze evaluatie zal onder andere gekeken worden naar de doeltreffendheid en de doelmatigheid van de subsidieregeling.

Artikel 16. Inwerkingtreding

De regeling treedt op 1 januari 2018 inwerking. In verband met de opgenomen horizonbepaling zal deze regeling op 1 januari 2023 vervallen. Op de afwikkeling van de subsidie blijft de regeling daarna nog wel van toepassing.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, S.A.M. Dijksma


X Noot
1

Kamerstukken II 2013/14, 29 984, nr. 502.

X Noot
2

Kamerstukken II 2013/14, 29 984, nr. 502.

Naar boven