Ziekengeldreglement 2017

Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen,

Gelet op artikel 54 van de Ziektewet en artikel 3:16 van de Wet arbeid en zorg;

Besluit:

HOOFDSTUK 1. INLEIDENDE BEPALINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

a. UWV:

Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen;

b. werkgever:

de werkgever in de zin van de Ziektewet en de werkgever in de zin van artikel 3:6 van de Wet arbeid en zorg;

c. verzekerde:

de werknemer in de zin van de Ziektewet, en de werknemer en de gelijkgestelde in de zin van artikel 3:6 van de Wet arbeid en zorg;

d. Wazo-uitkering:

uitkering in verband met zwangerschap en bevalling, adoptie of pleegzorg, als bedoeld in de artikelen 3:7, 3:8 en 3:9 van de Wet arbeid en zorg;

e. ongeschiktheid:

de ongeschiktheid tot het verrichten van zijn arbeid als gevolg van ziekte, bedoeld in artikel 19 van de Ziektewet;

f. wijzigingsformulier:

een door UWV aan de verzekerde ter beschikking gesteld formulier, waarop deze wijziging van de voor de beoordeling van het recht op of de hoogte van het ziekengeld noodzakelijke gegevens vermeldt;

g. formulier inkomstenopgave:

een door UWV aan de verzekerde periodiek ter beschikking gesteld formulier, waarop deze de voor de beoordeling van de hoogte van het ziekengeld noodzakelijke gegevens vermeldt.

HOOFDSTUK 2. DE UITBETALING VAN ZIEKENGELD EN WAZO-UITKERING

Artikel 2. De uitbetaling

  • 1. UWV betaalt het ziekengeld en de Wazo-uitkering aan de verzekerde.

  • 2. Indien dit door UWV met de werkgever is overeengekomen betaalt UWV het ziekengeld en de Wazo-uitkering aan de werkgever van de verzekerde ter doorbetaling aan de verzekerde. Verzet de verzekerde zich tegen deze betalingswijze, dan wordt het ziekengeld en de Wazo-uitkering uitbetaald aan de verzekerde.

Artikel 3. Terugbetaling door de werkgever

  • 1. Ingeval over een tijdvak ziekengeld of Wazo-uitkering aan de werkgever is betaald en, nadat is vastgesteld dat de werkgever het ziekengeld of de Wazo-uitkering niet aan de verzekerde betaalt, over hetzelfde tijdvak ziekengeld of Wazo-uitkering aan de verzekerde wordt betaald, geldt de betaling aan de werkgever als onverschuldigd.

  • 2. De werkgever betaalt het aan hem onverschuldigd betaalde bedrag terug binnen een door UWV te stellen termijn. Onverminderd het bepaalde in de vorige volzin kan UWV het onverschuldigd betaalde bedrag verrekenen met door hem aan de werkgever verschuldigde bedragen.

HOOFDSTUK 3. VERPLICHTINGEN VAN DE WERKGEVER

Artikel 4. Melding van ongeschiktheid van de verzekerde die aanspraak maakt op ziekengeld en van het feit dat de verzekerde een aanvraag doet voor Wazo-uitkering

  • 1. De werkgever meldt de ongeschiktheid van de verzekerde die aanspraak maakt op ziekengeld aan UWV op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd verstrekt de werkgever of diens gemachtigde de verlangde gegevens op een door UWV verstrekt formulier.

  • 2. De werkgever stuurt de aanvraag van Wazo-uitkering van de verzekerde onder opgave van de dag waarop die uitkering moet ingaan op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd verstrekt de werkgever of diens gemachtigde de verlangde gegevens op een door UWV verstrekt formulier.

  • 3. Indien de verzekerde aansluitend aan de Wazo-uitkering ongeschikt of nog ongeschikt is als gevolg van de bevalling of de daaraan voorafgaande zwangerschap, meldt de werkgever of diens gemachtigde dit op de wijze, bedoeld in het eerste lid.

  • 4. De werkgever of diens gemachtigde verstrekt bij of na de melding de door UWV verlangde gegevens.

Artikel 5. Melding van gedeeltelijke werkhervatting

  • 1. De werkgever meldt mede namens de verzekerde aan UWV op een door UWV voorgeschreven wijze de gedeeltelijke werkhervatting van een verzekerde die aanspraak maakt op ziekengeld. Desgevraagd verstrekt de werkgever of diens gemachtigde de verlangde gegevens op een door UWV verstrekt formulier.

  • 2. De melding vindt uiterlijk plaats op de dag volgend op die van de hervatting.

  • 3. De werkgever of diens gemachtigde verstrekt bij of na de melding de door UWV verlangde gegevens.

Artikel 6. Aangifte van ongeschiktheid van werknemer met recht op loon zonder aanspraak op uitbetaling van ziekengeld

De werkgever doet bij UWV op een door UWV voorgeschreven wijze aangifte van ongeschiktheid van de werknemer die bij ongeschiktheid tot het verrichten van zijn arbeid recht heeft op loon terwijl geen aanspraak bestaat op uitbetaling van ziekengeld. Desgevraagd verstrekt de werkgever of diens gemachtigde de verlangde gegevens op een door UWV verstrekt formulier.

Artikel 7. Hersteldmelding

De werkgever doet de hersteldmelding van zijn werknemer die aanspraak maakt op ziekengeld aan UWV op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd verstrekt de werkgever of diens gemachtigde de verlangde gegevens op een door UWV verstrekt formulier.

HOOFDSTUK 4. VERPLICHTINGEN VAN DE VERZEKERDE

Artikel 8. Meldingen door verzekerden zonder werkgever

  • 1. De verzekerde die geen werkgever heeft meldt zijn ongeschiktheid aan UWV op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd verstrekt hij de verlangde gegevens op een door UWV verstrekt formulier.

  • 2. Ingeval de verzekerde die geen werkgever heeft, na een melding van ongeschiktheid, geschikt is tot het verrichten van zijn arbeid, meldt hij de eerste dag van die geschiktheid uiterlijk op de tweede dag van die geschiktheid aan UWV. De melding vindt plaats op de wijze, bedoeld in het eerste lid.

  • 3. De verzekerde die geen werkgever heeft en in aanmerking komt voor een Wazo-uitkering stuurt de aanvraag voor deze uitkering onder opgave van de dag waarop die uitkering moet ingaan aan UWV. De aanvraag vindt plaats op de wijze, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 9. Gegevensverstrekking door verzekerde

  • 1. De verzekerde die aanspraak heeft op ziekengeld geeft onverwijld en uit eigen beweging aan UWV alle feiten en omstandigheden door, waarvan het hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op het ziekengeld. Hij gebruikt hiervoor het door UWV beschikbaar gestelde wijzigingsformulier en stuurt dit formulier aan UWV op een door UWV voorgeschreven wijze. Het voorgaande is niet van toepassing voorzover het inkomen betreft, ontvangen van de eigen werkgever van de verzekerde, waarover UWV al op grond van artikel 5 is ingelicht.

  • 2. De verzekerde als bedoeld in artikel 29 tweede lid, onderdeel d onder 1° van de Ziektewet die aanspraak maakt op ziekengeld overeenkomstig artikel 47, eerste lid, onderdeel b, van de Werkloosheidswet zoals dat luidt vanaf 1 juli 2015, vult maandelijks een formulier inkomstenopgave in. De verzekerde stuurt het formulier zo snel mogelijk na afloop van de kalendermaand, maar uiterlijk voor afloop van de daarop volgende kalendermaand aan UWV op een door UWV voorgeschreven wijze.

  • 3. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing op:

    • a. degene die laatstelijk verzekerd was op grond van artikel 7, onderdeel a of artikel 8, onderdeel a van de Ziektewet en die aanspraak maakt op ziekengeld op grond van nawerking van de verzekering als bedoeld in artikel 46 ZW dat wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 47, eerste lid, onderdeel b, van de Werkloosheidswet zoals dat luidt vanaf 1 juli 2015;

    • b. degene die verzekerd is op grond van artikel 7, onderdeel a of artikel 8, onderdeel a van de Ziektewet en aanspraak maakt op ziekengeld ten gevolge van zwangerschap of bevalling als bedoeld in artikel 29a van de Ziektewet of wegens orgaandonatie als bedoeld in artikel 29, tweede lid onderdeel e van de Ziektewet dat wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 47, eerste lid, onderdeel b, van de Werkloosheidswet zoals dat luidt vanaf 1 juli 2015;

    • c. degene die laatstelijk verzekerd was op grond van artikel 8c, onderdeel a van de Ziektewet en die recht had op een uitkering op grond van artikel 3:7, eerste lid, 3:8 of 3:10, eerste lid, van de Wet arbeid en zorg omdat zij als verzekerde werd aangemerkt op grond van artikel 7, onderdeel a of artikel 8 onderdeel a van de Ziektewet en die aanspraak maakt op ziekengeld ten gevolge van zwangerschap of bevalling als bedoeld in artikel 29a van de Ziektewet dat wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 47, eerste lid, onderdeel b, van de Werkloosheidswet zoals dat luidt vanaf 1 juli 2015.

  • 4. Gedurende de periode, waarover de werknemer de in het tweede lid bedoelde formulieren inkomstenopgave invult en aan UWV stuurt, is hij ontheven van de verplichting bedoeld in het eerste lid, voor zover deze verplichting ziet op het onverwijld en uit eigen beweging doorgeven van de gegevens die op het formulier inkomstenopgave uitgevraagd worden.

HOOFDSTUK 5. SLOTBEPALINGEN

Artikel 10. Onvoorziene gevallen

In alle gevallen waarin dit Ziekengeldreglement niet voorziet, beslist de Raad van bestuur.

Artikel 11. Intrekking

Het besluit Ziekengeldreglement 2004 wordt ingetrokken.

Artikel 12. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 2017.

Artikel 13. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Ziekengeldreglement 2017.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Amsterdam, 15 maart 2017

B.J. Bruins, voorzitter Raad van bestuur UWV

TOELICHTING

Algemeen

Op grond van artikel 54 van de Ziektewet stelt UWV een ziekengeldreglement vast. Met dit ziekengeldreglement wordt een regeling van het (berichten)verkeer tussen enerzijds de werkgever en de verzekerde en anderzijds UWV beoogd. Het vorige ziekengeldreglement dateerde van 2004. Er zijn verschillende ontwikkelingen geweest die nopen tot aanpassing van het vorige reglement.

De aanleiding voor aanpassing van het ziekengeldreglement betreft de wijziging van de Ziektewet als gevolg van de inwerkingtreding van de Wet werk en zekerheid (Stb. 2014, 216). Die introduceert voor de Werkloosheidswet een nieuwe manier van uitkeringsvaststelling. Daarbij wordt de uitkering per kalendermaand berekend op basis van het inkomen in de kalendermaand. Dezelfde systematiek geldt ook voor de verzekerde die vanuit de werkloosheidsuitkering aanspraak maakt op ziekengeld. In verband met de Wet werk en zekerheid is het proces van uitkeringsvaststelling en inkomstenverrekening voor deze verzekerde opnieuw vastgesteld. Dat is beschreven in de toelichting bij het Uitkeringsreglement WW 2015: de uitkering wordt vastgesteld na ommekomst van de maand en elke verzekerde moet opgave doen van zijn inkomsten. Het uitkeringsproces van de Ziektewet sluit hierop aan. Dit betekent dat de verzekerde die vanuit de werkloosheidsuitkering aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b, van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015 op overeenkomstige wijze opgave moet doen van zijn inkomsten1. Datzelfde geldt voor de volgende personen2:

  • De verzekerde die vanuit de werkloosheidsuitkering of een daarmee overeenkomstige uitkering ziekengeld op grond van nawerking van de verzekering aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015.

  • De verzekerde die vanuit de werkloosheidsuitkering of een daarmee overeenkomstige uitkering ziekengeld op grond van artikel 29a van de Ziektewet aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015.

  • De verzekerde die vanuit de werkloosheidsuitkering of een daarmee overeenkomstige uitkering ziekengeld op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel e, van de Ziektewet aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015.

  • De verzekerde die die vanuit de werkloosheidsuitkering of een daarmee overeenkomstige uitkering ziekengeld in de zwangerschaps- en bevallingsuitkering WAZO belandt en vanuit deze uitkering aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015.

Een nadere uitleg over de opgave van inkomsten is opgenomen in de toelichting bij artikel 9.

Daarnaast is sinds 2015 in artikel 32e van de Wet SUWI bepaald dat het verkeer tussen UWV en de burgers uitsluitend plaats vindt langs elektronische weg, tenzij naar het oordeel van UWV sprake is van omstandigheden die zich daartegen verzetten. UWV heeft dat ingevuld in de Beleidsregel elektronische communicatie UWV. In deze beleidsregel is geregeld dat communicatie tussen burgers en UWV in beginsel elektronisch plaats vindt. UWV kan burgers echter toestemming verlenen om langs niet-elektronische weg met UWV te communiceren. Hierbij gaat het vooral om burgers die niet digivaardig zijn of die vanwege een functionele beperking onvoldoende in staat zijn om elektronisch te communiceren. De verplichting om elektronisch te communiceren is tevens beperkt tot de elektronische diensten die genoemd staan in de bijlage bij de Beleidsregel elektronische communicatie UWV. Deze bijlage wordt uitgebreid naarmate meer elektronische diensten beschikbaar komen die geschikt zijn voor (verplicht) elektronisch verkeer.

In dit Ziekengeldreglement is opgenomen in welke gevallen de verzekerde of de werkgever op aanwijzing van UWV met UWV kan communiceren. Er is voor gekozen om niet per verplichting aan te geven welk kanaal daarvoor ter beschikking staat. Hiervoor is gekozen omdat dit geregeld wordt in de beleidsregel elektronische communicatie UWV en de daarbij behorende bijlage die aan wijziging onderhevig kan zijn. In dit verband wordt voorts opgemerkt dat op grond van de Beleidsregel elektronische communicatie UWV en de daarbij behorende bijlage voor de werkgever andere kanalen open kunnen staan dan voor de verzekerde.

Hieronder volgt een overzicht van de verschillende wijzigingen in het Ziekengeldreglement. Daarna worden deze wijzigingen artikelsgewijze toegelicht.

  • Een van de wijzigingen houdt verband met de introductie van een apart formulier inkomstenopgave voor de verzekerde die na een werkloosheidsuitkering of een daarmee overeenkomstige uitkering ziekengeld – al dan niet gevolgd door een zwangerschaps- en bevallingsuitkering WAZO – aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015.

    Op het formulier inkomstenopgave geeft hij periodiek door of hij inkomsten had en wat die inkomsten waren. UWV beoordeelt op grond van dat formulier of er recht is op ziekengeld.

  • Voorts zijn er wijzigingen die verband houden met de wijze waarop een werkgever de ziek- en hersteldmelding kan doen van een verzekerde die aanspraak maakt op ziekengeld. Daarbij is rekening gehouden met de mogelijkheid van een elektronische melding. Datzelfde geldt voor de aanvraag van Wazo-uitkering en voor de melding van gedeeltelijke werkhervatting.

  • Andere wijzigingen houden verband met de wijze waarop een verzekerde zonder werkgever een ziek- en hersteldmelding kan doen. Daarbij is rekening gehouden met de mogelijkheid van een elektronische melding. Datzelfde geldt voor de wijze waarop hij een aanvraag van een Wazo-uitkering kan doen.

  • Daarnaast zijn er enkele technische aanpassingen in verband met het vervallen van artikelen in de Ziektewet. Daardoor zijn enkele daarop gebaseerde bepalingen in het Ziekengeldreglement niet meer van toepassing.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1. Begripsbepalingen

In artikel 1 wordt een aantal in het Ziekengeldreglement voorkomende begrippen gedefinieerd. Strikt genomen is het voor een aantal in de wet vastgelegde begrippen niet noodzakelijk aan te geven wat daaronder wordt verstaan, maar voor alle duidelijkheid is dit wel gebeurd. In de toelichting op artikel 3 wordt nader ingegaan op de begrippen wijzigingsformulier en formulier inkomstenopgave.

Artikel 2. De uitbetaling

Omdat de werknemer als verzekerde recht heeft op ziekengeld wordt de regel vooropgesteld dat UWV in principe het ziekengeld en de Wazo-uitkering aan de werknemer uitbetaalt.

In veel gevallen wordt het ziekengeld echter, op grond van een overeenkomst met de werkgever, uitbetaald aan de werkgever, die het dient door te betalen aan de werknemer. Deze werkgeversbetalingen worden geregeld in het tweede lid. Het gaat bij deze werkgeversbetalingen om

  • Ziekengeld verstrekt aan verzekerden van wie de arbeidsverhouding op grond van artikelen 4 of 5 van de Ziektewet als dienstbetrekking wordt beschouwd (artikel 29, tweede lid, onderdeel a, van de Ziektewet),

  • Ziekengeld verstrekt aan verzekerden die wegens orgaandonatie ongeschikt zijn tot het verrichten van hun arbeid (artikel 29, tweede lid, onderdeel e, van de Ziektewet),

  • Ziekengeld verstrekt aan verzekerden die voorafgaand aan hun zwangerschaps- en bevallingsverlof ongeschikt zijn tot het verrichten van hun arbeid, waarbij die ongeschiktheid haar oorzaak vindt in de zwangerschap (artikel 29a, eerste lid, van de Ziektewet),

  • Ziekengeld verstrekt aan verzekerden die na afloop van hun zwangerschaps- en bevallingsverlof aansluitend ongeschikt zijn tot het verrichten van hun arbeid, waarbij die ongeschiktheid haar oorzaak vindt in de bevalling of de daaraan voorafgaande zwangerschap (artikel 29a, vierde lid, van de Ziektewet),

  • Ziekengeld verstrekt aan verzekerden op basis van de zogeheten no-riskpolis (artikel 29b van de Ziektewet),

  • Ziekengeld verstrekt aan oudere verzekerden die onmiddellijk voorafgaand aan hun dienstbetrekking langdurig werkloos waren en binnen vijf jaren daarna ongeschikt tot werken zijn geworden (artikel 29d van de Ziektewet),

  • Wazo-uitkering verstrekt aan verzekerden die in een arbeidsrelatie staan tot een werkgever.

Artikel 3. Terugbetaling door de werkgever

Indien over dezelfde periode ziekengeld of Wazo-uitkering ten behoeve van dezelfde werknemer rechtstreeks is betaald aan de werknemer en aan de werkgever, wordt de betaling aan de werkgever als onverschuldigd aangemerkt en wordt het bedrag teruggevorderd of verrekend met bedragen die UWV aan de werkgever verschuldigd is.

Artikel 4. Melding van ongeschiktheid van de verzekerde die aanspraak maakt op ziekengeld en van het feit dat de verzekerde een aanvraag doet van Wazo-uitkering

Op grond van artikel 38, tweede lid, artikel 38a, tweede en derde lid, en artikel 38b, tweede en derde lid, van de Ziektewet meldt een werkgever bij UWV de ongeschiktheid van een verzekerde die aanspraak maakt op ziekengeld. In artikel 3:11 Wazo is bepaald dat de verzekerde die in aanmerking wenst te komen voor een Wazo-uitkering de aanvraag daartoe doet door tussenkomst van de werkgever.

Deze bepaling in het Ziekengeldreglement geeft aan dat de werkgever de melding doet op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd doet de werkgever de melding op een door UWV verstrekt formulier. Als de werkgever een papieren formulier gebruikt, dient het door of namens de werkgever volledig ingevuld en ondertekend te zijn. Een elektronische melding is ook mogelijk. Totdat de melding is opgenomen in de bijlage van de Beleidsregel elektronische communicatie UWV, vindt de elektronische melding plaats op basis van overeenkomst tussen UWV en de werkgever. Daarna is de elektronische melding in principe verplicht.

Het eerste lid heeft betrekking op de melding van ongeschiktheid tot werken. Het tweede lid heeft betrekking op de aanvraag van Wazo-uitkering. Het derde lid heeft betrekking op de aangifte van ongeschiktheid, indien de verzekerde na afloop van haar zwangerschaps- en bevallingsverlof nog ongeschikt is als gevolg van de zwangerschap of de bevalling.

Op grond van het vierde lid kan UWV verlangen dat de werkgever de eerste werkdag aangeeft waarop de werknemer wegens ziekte ongeschikt is tot het verrichten van zijn arbeid. Met deze dag wordt bedoeld de dag, genoemd in artikel 29, derde lid, van de Ziektewet of in de op dat lid gebaseerde regels (Regeling bepaling eerste werkdag, Staatscourant 2005, nr. 249). Melding van de datum van uitdiensttreding kan naast de gegevens die behoren tot een eigenlijke ziekteaangifte worden verlangd omdat op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel c, van de Ziektewet na beëindiging van de dienstbetrekking ziekengeld moet worden uitgekeerd indien de dienstbetrekking binnen het tijdvak van 104 weken van ongeschiktheid tot werken eindigt. Ook kan UWV gegevens omtrent het dienstverband verlangen, met het oog op de beoordeling of terecht aanspraak wordt gemaakt op ziekengeld. Deze gegevens zijn nodig bij de vaststelling van het recht op ziekengeld. UWV vraagt deze gegevens uit bij de werkgever omdat ze niet tijdig beschikbaar zijn in de polisadministratie of als er twijfel bestaat over de juistheid daarvan.

Artikel 5. Melding van gedeeltelijke werkhervatting

Op grond van artikel 31 van de Ziektewet is de verzekerde die gedurende de ongeschiktheid tot werken wegens ziekte loon of inkomsten uit arbeid anders dan in dienstbetrekking ontvangt en aanspraak maakt op ziekengeld, verplicht hiervan mededeling te doen aan UWV. Met deze bepaling in het Ziekengeldreglement wordt beoogd de werkgever te verplichten mededeling te doen aan UWV ingeval de werknemer gedeeltelijk hervat in arbeid in dienstbetrekking tot de werkgever. De werkgever moet namelijk beter dan de werknemer in staat worden geacht opgave te doen van het door de werknemer te ontvangen loon. Deze verplichting van de werkgever komt niet in de plaats van de in de Ziektewet neergelegde verplichting van de werknemer tot het melden van zijn inkomsten uit arbeid; aangenomen wordt dat de werkgever zijn mededeling mede namens de werknemer verricht. De werkgever is verplicht de opgave op grond van artikel 5 van dit reglement onverwijld na de hervatting door de werknemer te doen, op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd doet hij de melding op een door UWV ter beschikking gesteld formulier. Als de werkgever een papieren formulier gebruikt, dient het door of namens de werkgever volledig ingevuld en ondertekend te zijn. Een elektronische melding is ook mogelijk. Totdat de melding is opgenomen in de bijlage van de Beleidsregel elektronische communicatie UWV, vindt de elektronische melding plaats op basis van overeenkomst tussen UWV en de werkgever. Daarna is de elektronische melding in principe verplicht. Met de door de werkgever te verstrekken gegevens kan worden vastgesteld of en zo ja, tot welk bedrag het ziekengeld tot uitbetaling kan komen. Daarnaast kunnen de gegevens aanleiding zijn tot een nadere beoordeling van de ongeschiktheid tot werken.

Artikel 6. Aangifte van ongeschiktheid van werknemer met recht op loon zonder aanspraak op uitbetaling van ziekengeld

De werkgever doet aangifte van ongeschiktheid van een werknemer met recht op loondoorbetaling, terwijl geen recht op uitbetaling van ziekengeld bestaat, uiterlijk op de eerste dag nadat de ongeschiktheid van de werknemer 42 weken heeft geduurd, aan UWV (artikel 38, eerste lid, van de Ziektewet). De werkgever doet de aangifte op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd doet de werkgever de aangifte op een door UWV verstrekt formulier. Als de werkgever een papieren formulier gebruikt, dient het door of namens de werkgever volledig ingevuld en ondertekend te zijn. Een elektronische aangifte is ook mogelijk. Totdat de aangifte is opgenomen in de bijlage van de Beleidsregel elektronische communicatie UWV vindt de elektronische aangifte plaats op basis van overeenkomst tussen UWV en de werkgever. Daarna is de elektronische aangifte in principe verplicht. Omdat er geen ziekengeld wordt toegekend, kan in het algemeen volstaan worden met vermelding van slechts enkele gegevens.

Artikel 7. Hersteldmelding

Deze bepaling regelt de hersteldmelding door de werkgever van een verzekerde die aanspraak maakt op ziekengeld. De werkgever doet de melding op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd doet de werkgever de melding op een door UWV verstrekt formulier. Als de werkgever een papieren formulier gebruikt, dient het door of namens de werkgever volledig ingevuld en ondertekend te zijn. Een elektronische melding is ook mogelijk. Totdat de melding is opgenomen in de bijlage van de Beleidsregel elektronische communicatie UWV, vindt de elektronische melding plaats op basis van overeenkomst tussen UWV en de werkgever. Daarna is de elektronische melding in principe verplicht.

De verplichting tot het doen van de hersteldmelding is opgenomen in artikel 38a, vijfde en zesde lid, van de Ziektewet. Daarin is bepaald dat een werkgever na ontvangst van de hersteldmelding van zijn werknemer bij UWV de eerste dag meldt waarop een verzekerde die aanspraak maakt op ziekengeld weer geschikt is tot het verrichten van zijn arbeid.

Artikel 8. Meldingen door verzekerden zonder werkgever

In het eerste lid van dit artikel wordt geregeld op welke wijze de verzekerde die geen werkgever heeft zich ziek moet melden. De verplichting tot ziekmelding is geregeld in artikel 38ab, eerste lid, van de Ziektewet.

Het tweede lid van dit artikel regelt de hersteldmelding door de verzekerde die geen werkgever heeft. Deze verzekerde dient zich bij UWV hersteld te melden, en wel uiterlijk op de tweede dag van zijn geschiktheid (artikel 38ab, tweede lid, van de Ziektewet).

Het derde lid van dit artikel regelt de aanvraag voor een Wazo-uitkering door de verzekerde die geen werkgever heeft. Die moet op grond van artikel 3:12 Wazo de aanvraag rechtstreeks bij UWV doen. Het gaat in dit verband om personen met een WW-, WIA- of Ziektewet-uitkering die in aanmerking komen voor een Wazo-uitkering omdat zij voor de wet zijn gelijkgesteld met een werknemer (artikel 3:6 Wazo).

De verzekerde doet de melding op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd doet de verzekerde de melding op een door UWV verstrekt formulier. Als de melding is opgenomen in de bijlage bij de Beleidsregel elektronische communicatie UWV is de elektronische melding in principe verplicht. De verzekerde die niet-elektronisch met UWV communiceert door middel van een door UWV beschikbaar gesteld papieren formulier, is gehouden het ingevulde formulier te ondertekenen. De verzekerde die elektronisch met UWV communiceert, stuurt het formulier elektronisch aan UWV na elektronische identificatie. Dit formulier wordt niet apart ondertekend.

Artikel 9. Gegevensverstrekking door verzekerde

In artikel 31 van de Ziektewet is bepaald dat de verzekerde die aanspraak maakt op ziekengeld en tevens inkomen geniet, verplicht is hiervan vóór de uitkering van ziekengeld op door UWV te bepalen wijze mededeling te doen. Daarnaast is in artikel 49 van de Ziektewet bepaald dat de verzekerde verplicht is om tijdens de duur van het ziekengeld onverwijld uit eigen beweging (spontaan) of op verzoek van UWV gegevens te verstrekken waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op het recht op of de hoogte van het ziekengeld.

In dit artikel van het ziekengeldreglement is de wijze geregeld waarop de verzekerde daarvan mededeling moet doen, evenals de inhoud van de mededeling. De verzekerde moet gebruik maken van de volgende formulieren: het wijzigingsformulier en het formulier inkomstenopgave.

Het wijzigingsformulier

Het eerste lid heeft betrekking op het wijzigingsformulier. Op het wijzigingsformulier geeft de verzekerde alle wijzigingen op waarvan het hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn, dat zij van invloed kunnen zijn op het recht op of de hoogte van het ziekengeld. Het wijzigingsformulier moet de verzekerde zo spoedig mogelijk insturen. In de toelichting bij de Beleidsregel boete werknemer 2013 (Staatscourant 2013, 31799) is opgenomen dat UWV een melding als tijdig beoordeelt wanneer deze uiterlijk de tweede dag is verzonden. Door het tijdig insturen van het wijzigingsformulier voldoet de werknemer aan zijn spontane mededelingsplicht.

Het formulier inkomstenopgave

Het tweede lid heeft betrekking op het formulier inkomstenopgave. De verzekerde die na een werkloosheidsuitkering aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015, gebruikt het formulier inkomstenopgave voor het op verzoek van UWV doorgeven van de daarop gevraagde informatie.

UWV is voor een compleet beeld van de inkomsten afhankelijk van de informatie van de verzekerde. Daar waar mogelijk maakt UWV gebruik van de inkomsten die in de polisadministratie zijn opgenomen en accordeert de verzekerde die inkomsten. Als inkomsten nog niet in de polisadministratie zijn opgegeven, geeft de verzekerde de inkomsten zelf op. Ten slotte zijn er werkzaamheden die niet in de polisadministratie terechtkomen, zoals werkzaamheden als zelfstandige. Voor dat soort werkzaamheden moeten de gewerkte uren opgegeven worden.

In verband met het proces van uitkeringsvaststelling moet de voornoemde verzekerde op het formulier inkomstenopgave zijn inkomsten opgeven na afloop van de maand. De hoogte van de inkomsten bepaalt de hoogte van het ziekengeld. Dit kan pas na ommekomst van de maand bepaald worden, omdat de verzekerde ook de laatste dagen van een kalendermaand nog inkomsten kan ontvangen. De verzekerde die direct na afloop van de maand zijn inkomsten opgeeft, heeft na afloop van de maand snel zijn uitkering. In de loop van de volgende kalendermaand zijn de loongegevens opgenomen in de polisadministratie en stelt UWV mede op basis van die gegevens het recht op uitkering definitief vast. Deze definitieve vaststelling kan leiden tot een nabetaling of een verrekening. De verzekerde die inkomsten had en die besluit te wachten met het invullen van het formulier inkomstenopgave tot zijn inkomensgegevens beschikbaar zijn in de polisadministratie, kan volstaan met het controleren van de door UWV getoonde gegevens. Zo nodig corrigeert hij deze gegevens of vult hij ze aan. Zo wordt het de verzekerde eenvoudiger gemaakt op zijn inkomsten op te geven.

In het derde lid is geregeld dat het vorenstaande met betrekking tot het formulier inkomstenopgave van overeenkomstige toepassing is op de volgende personen:

  • De verzekerde die vanuit de werkloosheidsuitkering of een daarmee overeenkomstige uitkering ziekengeld op grond van nawerking van de verzekering aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015.

  • De verzekerde die vanuit de werkloosheidsuitkering of een daarmee overeenkomstige uitkering ziekengeld op grond van artikel 29a van de Ziektewet aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015.

  • De verzekerde die vanuit de werkloosheidsuitkering of een daarmee overeenkomstige uitkering ziekengeld op grond van artikel 29, tweede lid, onderdeel e, van de Ziektewet aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015.

  • De verzekerde die die vanuit de werkloosheidsuitkering of een daarmee overeenkomstige uitkering ziekengeld in de zwangerschaps- en bevallingsuitkering WAZO belandt en vanuit deze uitkering aanspraak maakt op ziekengeld conform artikel 47, eerste lid, onderdeel b van de Werkloosheidswet zoals dat luidt na 1 juli 2015.

Door het tijdig insturen van het formulier inkomstenopgave voldoet de verzekerde aan zijn verplichting om op verzoek de door UWV gevraagde bepaalde gegevens te leveren. Hij is dan ontheven van de verplichting om dezelfde gegevens onverwijld en uit eigen beweging aan UWV te melden. Dat is geregeld in het vierde lid. Zonder deze bepaling zou de werknemer op grond van het eerste lid wijzigingen mogelijk eerder moeten melden dan op grond van het tweede lid wordt verlangd. In die situaties prevaleert de termijn die in het tweede lid wordt genoemd en van overeenkomstige toepassing is op het derde lid. Dat ontslaat de verzekerde uiteraard niet van de verplichting om het formulier inkomstenopgave volledig en juist in te vullen. De spontane inlichtingenverplichting blijft gelden voor wijzigingen die zich voordoen en die niet op het formulier inkomstenopgave worden uitgevraagd. De verzekerde zal de overige wijzigingen die niet op het formulier inkomstenopgave worden uitgevraagd zo spoedig mogelijk via het wijzigingsformulier moeten melden.

De verzekerde meldt de gegevens op een door UWV voorgeschreven wijze. Desgevraagd gebruikt de verzekerde daartoe een door UWV verstrekt formulier. Als de melding is opgenomen in de bijlage bij de Beleidsregel elektronische communicatie UWV is de elektronische melding in principe verplicht. De verzekerde die niet-elektronisch met UWV communiceert door middel van een door UWV beschikbaar gesteld papieren formulier, is gehouden het ingevulde formulier te ondertekenen. De verzekerde die elektronisch met UWV communiceert, stuurt het formulier elektronisch aan UWV na elektronische identificatie. Dit formulier wordt niet apart ondertekend.

Artikel 11, 12 en 13 Slotbepalingen.

Het Ziekengeldreglement treedt in werking met ingang van 1 april 2017. Om die reden wordt het Ziekengeldreglement 2004 per dezelfde datum ingetrokken.

B.J. Bruins, voorzitter Raad van bestuur UWV


X Noot
1

In artikel 29, zevende lid, tweede volzin, van de Ziektewet, zoals dat luidt vanaf 1 juli 2015, is de wijze geregeld waarop het ziekengeld van deze verzekerde overeenkomstig de Werkloosheidswet wordt vastgesteld.

X Noot
2

In artikel 29h van de Ziektewet, zoals dat luidt vanaf 1 april 2017, is de wijze geregeld waarop het ziekengeld van deze personen overeenkomstig de Werkloosheidswet wordt vastgesteld.

Naar boven