Gemeente Den Haag, verkeersbesluit: aanwijzen parkeerplaatsen als oplaadpunt voor elektrische voertuigen (49e serie, 12 locaties in de stad)

Logo 's-Gravenhage

[BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DEN HAAG,

gelezen de op 6 september 2016 ingekomen aanvraag van de heer A. Popov van het Ingenieurs-

bureau Den Haag, ingediend namens de heer H. Welleweerd van de Dienst Stadsbeheer/

Opdrachtgeving/UP van de gemeente Den Haag, tot het nemen van een verkeersbesluit voor

het aanwijzen van een aantal parkeerplaatsen als oplaadpunt voor elektrische voertuigen

(door middel van plaatsing van het bord E08 met onderbord met de tekst “opladen elektrische

voertuigen”) op in totaal 12 verschillende locaties in de gemeente Den Haag;

gelezen de op 19 oktober 2016 ontvangen brief van de politiechef van eenheid Den Haag,

namens de korpschef van politie, kenmerk 2016/-;

overwegende,

dat de gemeente Den Haag (coalitieakkoord 2014-2018) het gebruik van elektrische voertuigen

wil stimuleren en dat in 2012 reeds is gestart met het plaatsen van openbare oplaadpunten;

dat de oplaadpalen worden geplaatst op basis van de tot nu toe ingekomen verzoeken/meldingen

van particulieren en bedrijven die in het bezit zijn van een elektrisch voertuig of dat binnenkort

zullen zijn, dit met inachtneming van een voldoende spreiding daarvan over de stad, waarbij de

gemeente Den Haag alleen openbare oplaadpunten plaatst;

dat de gemeente deze verzoeken/meldingen toetst aan de criteria voor plaatsing van oplaad-

punten en daarbij heeft vastgesteld dat de onderhavige locaties in ieder geval voldoen aan het afstandscriterium van een maximale loopafstand van 200 meter van het woonadres van de verzoeker/melder naar het oplaadpunt;

dat ook de parkeerdruk ter plaatse bij de afweging van belangen wordt betrokken en dat indien

sprake is van een hoge parkeerdruk (meer dan 90%) een venstertijd (10.00 – 22.00 uur) aan de

parkeervoorziening kan worden verbonden, hetgeen dan hierna bij de betreffende adressen

wordt aangegeven, te weten bij de hierna onder I. genoemde locaties;

dat voor vrijwel elk van deze oplaadpunten reeds nu twee parkeerplaatsen worden aangewezen

maar dat niet voor al deze locaties ook al twee parkeerplaatsen worden ingericht aangezien

daarvoor sprake moet zijn van ten minste twee aanvragers/gebruikers binnen een straal van 200

meter van het oplaadpunt;

dat gezien de steeds sneller groeiende behoefte aan elektrisch laden in de openbare ruimte de

oplaadpalen wel al met twee laad-aansluitingen worden uitgevoerd;

dat de oplaadpunten worden ingericht door middel van een kruismarkering en de plaatsing van

het bord E08 met zowel een onderbord met de tekst “opladen elektrische voertuigen” als een

onderbord voorzien van een symbool voor een elektrisch oplaadpunt;

dat gezien het gestelde in artikel 21 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het

wegverkeer juncto artikel 2 Wegenverkeerswet kan worden opgemerkt dat met het nemen

van de onderhavige verkeersmaatregel(en) het volgende wordt nagestreefd:

- het instandhouden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan;

- het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade

voor de woonomgeving;

dat het voornemen om deze verkeersmaatregel(en) in te stellen op de voorgeschreven wijze

is gepubliceerd en gedurende een periode van vier weken ter inzage heeft gelegen teneinde

belanghebbenden in de gelegenheid te stellen een zienswijze daarop kenbaar te maken;

dat geen reactie is ingekomen;

dat ten aanzien van de onderhavige verkeersmaatregel(en) het overleg als bedoeld in artikel 24

van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer heeft plaatsgevonden;

dat de betreffende weggedeelten in beheer zijn bij de gemeente Den Haag en zijn gelegen

binnen de bebouwde kom van die gemeente;

gelet op de mandaatregeling van burgemeester en wethouders van Den Haag en het daarop

gebaseerde ondermandaatbesluit;

gelet op artikel 18 eerste lid onder d van de Wegenverkeerswet 1994, juncto artikel 1, artikel 4

eerste lid, artikel 12 onder a en b, artikel 18, artikel 21 en 24 van het Besluit administratieve

bepalingen inzake het wegverkeer (Stb. 460, 1990);

BESLUITEN:

I. door het plaatsen van een bord volgens model E08 van Bijlage 1 van het Reglement

verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb. 459, 1990) met een onderbord met de tekst:

“opladen elektrische voertuigen”, een onderbord voorzien van een symbool voor een

elektrisch oplaadpunt en een onderbord met de tekst “10.00 – 22.00 uur”, alsmede het

aanbrengen van een kruismarkering, het onderstaande weggedeelte aan te wijzen als een

parkeergelegenheid alleen bestemd voor de voertuigcategorie of groep die op het bord is

aangegeven (tevens inhoudende een parkeerverbod voor andere voertuigcategorieen), dit

gedurende de genoemde uren en zoals aangegeven op de hierna genoemde situatietekening:

I.01: Graspieperlaan 39 (2 langsparkeervakken)/Leidschenveen-Ypenburg;

I.02: Van Boetzelaerlaan 1 (2 langsparkeervakken)/Scheveningen;

I.03: Columbusstraat 1 (2 langsparkeervakken)/Segbroek;

I.04: Acaciastraat 178A (2 langsparkeervakken)/Segbroek;

II. door het plaatsen van een bord volgens model E08 van Bijlage 1 van het Reglement

verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb. 459, 1990) met een onderbord met de tekst:

“opladen elektrische voertuigen” en een onderbord voorzien van een symbool voor een

elektrisch oplaadpunt, alsmede het aanbrengen van een kruismarkering, de onderstaande

weggedeelten aan te wijzen als parkeergelegenheid alleen bestemd voor de voertuig- 

categorie of groep die op het bord is aangegeven (tevens inhoudende een parkeerverbod

voor andere voertuigcategorieen), dit zoals aangegeven op de hierna genoemde

situatietekeningen:

II.01: Dr. Lelykade 42 (2 insteekparkeervakken)/Scheveningen;

II.02: Lippe-Biesterfeldweg 1 (2 insteekparkeervakken)/Loosduinen;

II.03: Westvlietweg 41 (2 langsparkeervakken)/Leidschenveen-Ypenburg;

II.04: Middenweg 98 (2 insteekparkeervakken)/Escamp;

II.05: Pastoorswarande to 4 (2 langsparkeervakken)/Centrum;

II.06: Wilde Gagel to 7 (2 insteekparkeervakken)/Leidschenveen-Ypenburg;

II.07: Zevenwoudenlaan hoek Oostergosingel 44 (2 langsparkeervakken)/Escamp;

II.08: Badhuisweg to 179 (2 langsparkeervakken)/Scheveningen;

III. dat als gevolg van de bovenomschreven verkeersmaatregel(en) alle eerder genomen

verkeersmaatregelen/-besluiten die hierop betrekking hebben, worden ingetrokken

(en de daarmee samenhangende verkeerstekens worden verwijderd) en wel voor

zover het gestelde daarin direct betrekking heeft op hetgeen thans opnieuw wordt

geregeld;

IV. dat bovengenoemde verkeersmaatregel(en) gelden op de wijze als aangegeven op de bij

dit besluit behorende en daar onlosmakelijk deel van uitmakende situatietekening, die kan

worden ingezien bij de Dienst Stadsbeheer, Handhavingsorganisatie/ Vergunningen en

Handhaving, Loudonstraat 95, Den Haag

 

Naar boven