Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 december 2010, nr. HO&S/CBV/249513, tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken, Landbouw, en Innovatie;

Gelet op artikel 7.52, vijfde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, en de artikelen 4.10 en 4.19 van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling financiën hoger onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

A

Bijlagen 3 en 5 komen als volgt te luiden:

BIJLAGE 3 BIJ ARTIKEL 3, EERSTE LID, ONDERDEEL A

Bedragen onderwijsopslag universiteiten, bedoeld in artikel 4.10, onderdeel a van het besluit

Universiteit

 

totaalbedrag

kwaliteit

kwetsbare opleidingen

bijzondere voorzieningen

21PB

Universiteit Leiden

€ 6.429.951

€ 18.066.054

€ 918.778

€ 25.414.783

21PC

Rijksuniversiteit Groningen

€ 8.500.992

€ 28.813.681

€ 2.610.924

€ 39.925.597

21PD

Universiteit Utrecht

€ 11.016.001

€ 47.581.060

€ 1.121.378

€ 59.718.439

21PE

Erasmus Universiteit Rotterdam

€ 5.814.406

€ 23.263.929

€ 8.910.499

€ 37.988.834

21PF

Technische Universiteit Delft

€ 6.437.272

 

€ 8.874.409

€ 15.311.681

21PG

Technische Universiteit Eindhoven

€ 3.429.087

 

€ 260.571

€ 3.689.658

21PH

Universiteit Twente

€ 3.449.396

€ 12.696.286

€ 15.103.144

€ 31.248.826

21PJ

Universiteit Maastricht

€ 5.222.069

€ 20.963.121

€ 1.130.789

€ 27.315.979

21PK

Universiteit van Amsterdam

€ 9.137.354

€ 23.907.932

€ 1.772.694

€ 34.817.980

21PL

Vrije Universiteit Amsterdam

€ 6.956.928

€ 22.666.364

€ 1.141.760

€ 30.765.052

21PM

Radboud Universiteit Nijmegen

€ 6.650.981

€ 25.107.098

€ 1.569.463

€ 33.327.542

21PN

Universiteit van Tilburg

€ 3.417.953

€ 290.583

€ 3.318.473

€ 7.027.009

22NC

Open Universiteit

€ 596.957

€ 150.000

€ 16.766.434

€ 17.513.391

00DV

Protestantse Theologische Universiteit

€ 36.253

 

€ 4.503.876

€ 4.540.129

21QO

Theologische Universiteit Apeldoorn

€ 12.756

 

€ 674.645

€ 687.401

23BF

Universiteit voor Humanistiek

€ 65.640

 

€ 1.427.232

€ 1.492.872

25AV

Theologische Universiteit Kampen

  

€ 794.634

€ 794.634

 

Totaal

€ 77.173.996

€ 223.506.108

€ 70.899.703

€ 371.579.807

Bedragen onderwijsopslag universiteiten met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.10, onderdeel a van het besluit

Universiteit

 

totaalbedrag

kwaliteit

kwetsbare opleidingen

bijzondere voorzieningen

21PI

Wageningen University

€ 6.551.845

€ 15.000

 

€ 6.566.845

BIJLAGE 5 BIJ ARTIKEL 3, TWEEDE LID, ONDERDEEL A

Bedragen onderwijsopslag hogescholen, bedoeld in artikel 4.19, onderdeel a van het besluit

Hogeschool

 

totaalbedrag

kwaliteit

kwetsbare opleidingen

bijzondere voorzieningen

00BH

Saxion Hogeschool IJselland

€ 2.740.689

 

€ 690.867

€ 3.431.556

00IC

Katholieke PABO Zwolle

€ 428.288

 

€ 52.977

€ 481.265

00MF

Hogeschool voor de Kunsten Utrecht

€ 2.829.598

 

€ 684.380

€ 3.513.978

01VU

Christelijke Hogeschool Windesheim

€ 7.946.249

 

€ 1.198.195

€ 9.144.444

02BY

Gerrit Rietveld Academie

€ 797.332

 

€ 416.621

€ 1.213.953

02NR

Hotelschool Den Haag

€ 927.221

 

€ 209.331

€ 1.136.552

02NT

Design Academy Eindhoven

€ 430.192

 

€ 222.800

€ 652.992

04CS

Hogeschool Helicon

€ 303.581

 

€ 55.051

€ 358.632

07GR

Avans Hogeschool

€ 6.007.696

 

€ 1.062.507

€ 7.070.203

08OK

Hogeschool De Kempel

€ 563.678

 

€ 69.017

€ 632.695

08YJ

Hogeschool Edith Stein

€ 654.461

 

€ 80.054

€ 734.515

09OR

Hogeschool Domstad

€ 623.780

 

€ 77.008

€ 700.788

09OT

Iselinge Hogeschool

€ 350.439

 

€ 43.781

€ 394.220

10IZ

Marnix Academie

€ 734.132

 

€ 88.892

€ 823.024

10KK

Fontys PABO Eindhoven

€ 650.207

 

€ 79.768

€ 729.975

14NI

Codarts, Hogeschool voor de Kunsten

€ 1.471.623

 

€ 600.266

€ 2.071.889

15BK

Christelijke Hogeschool Driestar

€ 786.317

 

€ 103.866

€ 890.183

15CL

Fontys Hogescholen Eindhoven

€ 6.361.505

€ 636.902

€ 1.481.329

€ 8.479.736

17XA

Fontys PABO Limburg

€ 368.230

 

€ 44.701

€ 412.931

21IY

Stenden Hogeschool (Emmen)

€ 1.170.342

 

€ 343.210

€ 1.513.552

21MI

Hogeschool Zeeland

€ 1.933.824

 

€ 532.027

€ 2.465.851

21QA

Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

€ 3.864.481

 

€ 1.203.349

€ 5.067.830

21QL

Avans Hogeschool ’s-Hertogenbosch

€ 3.831.699

 

€ 610.291

€ 4.441.990

21RI

Hogeschool Leiden

€ 3.116.788

€ 472.603

€ 474.393

€ 4.063.784

21UG

Hogeschool IPABO

€ 1.018.487

 

€ 125.267

€ 1.143.754

21UI

NHTV internationale hogeschool Breda

€ 3.221.542

 

€ 618.665

€ 3.840.207

21WN

NHL Hogeschool

€ 4.190.878

 

€ 2.563.086

€ 6.753.964

21WO

Fontys Hogescholen Venlo

€ 1.228.221

 

€ 248.124

€ 1.476.345

22BO

Fontys Hogescholen Tilburg

€ 7.952.823

 

€ 1.351.798

€ 9.304.621

22BP

Fontys PABO ’s-Hertogenbosch

€ 330.820

 

€ 39.987

€ 370.807

22BQ

Fontys Hogescholen Sittard

€ 580.644

 

€ 83.943

€ 664.587

22EX

Stenden Hogeschool (Leeuwarden)

€ 3.521.581

 

€ 1.030.298

€ 4.551.879

22HH

Gereformeerde Hogeschool voor Beroepsonderwijs

€ 751.877

 

€ 104.197

€ 856.074

22JA

Fontys Pedagogisch Technische Hogeschool

€ 350.474

 

€ 48.991

€ 399.465

22OJ

Hogeschool Rotterdam

€ 15.675.835

€ 4.117.253

€ 2.452.961

€ 22.246.049

23AH

Saxion Hogeschool Enschede

€ 5.818.575

€ 365.383

€ 1.156.415

€ 7.340.373

23KJ

Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Den Haag

€ 1.667.656

 

€ 3.757.230

€ 5.424.886

25BA

Christelijke Hogeschool Ede

€ 1.948.126

 

€ 286.443

€ 2.234.569

25BE

Hanzehogeschool Groningen

€ 10.832.548

€ 1.105.146

€ 2.152.353

€ 14.090.047

25DW

Hogeschool Utrecht

€ 17.602.037

€ 1.992.275

€ 2.726.697

€ 22.321.009

25JX

Hogeschool Zuyd

€ 7.541.552

€ 3.792.236

€ 1.544.839

€ 12.878.627

25KB

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

€ 12.848.936

€ 1.568.819

€ 2.462.461

€ 16.880.216

27NF

ArtEZ hogeschool

€ 3.168.072

 

€ 814.191

€ 3.982.263

27PZ

Hogeschool INHolland

€ 16.839.188

€ 6.630.325

€ 3.123.920

€ 26.593.433

27UM

Haagse Hogeschool

€ 10.229.394

 

€ 2.044.117

€ 12.273.511

28DN

Hogeschool van Amsterdam

€ 20.412.785

 

€ 3.148.231

€ 23.561.016

 

Totaal

€ 196.624.3403

€ 20.680.942

€ 42.308.895

€ 259.614.240

Bedragen onderwijsopslag van hogescholen met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.19, onderdeel a van het besluit

Hogeschool

kwaliteit

kwetsbare opleidingen

bijzondere voorzieningen

totaalbedrag

01DZ

STOAS Hogeschool

€ 363.894

€ 13.614

€ 261.291

€ 638.799

01MY

Christelijke Agrarische Hogeschool Dronten

€ 622.257

  

€ 622.257

21CW

HAS Den Bosch

€ 927.952

  

€ 927.952

22ND

Internationale Agrarische Hogeschool Larenstein

€ 862.745

  

€ 862.745

24LE

Van Hall Instituut

€ 916.117

  

€ 916.117

27PZ

Hogeschool INHolland

€ 241.034

  

€ 241.034

 

Totaal

€ 3.933.999

€ 13.614

€ 261.291

€ 4.208.904

B

Artikel 15, vijfde lid, vervalt

ARTIKEL II

De Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 4 augustus 2010, nr. HO&S/CVB/215273, tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs, van de Tijdelijke regeling subsidie experimenten open bestel en van de Subsidieregeling postinitiële masteropleidingen hoger onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

Artikel III Wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs per 1 januari 2011 wordt als volgt gewijzigd:

A

Onderdeel G komt te luiden:

In artikel 15, tweede, derde en zesde lid, en artikel 17, eerste lid, wordt ‘bijlage 10’ vervangen door: bijlage 8.

B

Onderdeel I wordt gewijzigd als volgt:

1. Bijlagen 1 en 3 worden vervangen door de onderstaande bijlagen:

BIJLAGE 1 BIJ ARTIKEL 3, EERSTE LID, ONDERDEEL A

Bedragen onderwijsopslag universiteiten, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid van het besluit

Universiteit

 

totaalbedrag

kwaliteit

kwetsbare opleidingen

bijzondere voorzieningen

21PB

Universiteit Leiden

€ 7.018.635

€ 2.153.683

-€ 111.401

€ 9.060.917

21PC

Rijksuniversiteit Groningen

€ 8.065.594

€ 3.037.819

€ 2.326.926

€ 13.430.339

21PD

Universiteit Utrecht

€ 11.536.302

€ 3.684.344

-€ 2.472.545

€ 12.748.101

21PE

Erasmus Universiteit Rotterdam

€ 7.303.707

€ 1.343.223

€ 6.884.680

€ 15.531.610

21PF

Technische Universiteit Delft

€ 6.411.455

€ 255.500

€ 10.706.807

€ 17.373.762

21PG

Technische Universiteit Eindhoven

€ 2.966.997

€ 185.000

€ 245.923

€ 3.397.920

21PH

Universiteit Twente

€ 4.096.876

€ 1.110.492

€ 15.450.398

€ 20.657.766

21PJ

Universiteit Maastricht

€ 5.469.111

€ 1.010.391

€ 9.431.574

€ 15.911.076

21PK

Universiteit van Amsterdam

€ 9.984.313

€ 2.514.288

-€ 955.875

€ 11.542.726

21PL

Vrije Universiteit Amsterdam

€ 7.869.183

€ 1.475.092

€ 1.673.012

€ 11.017.287

21PM

Radboud Universiteit Nijmegen

€ 6.692.459

€ 2.136.544

€ 2.423.738

€ 11.252.741

21PN

Universiteit van Tilburg

€ 3.186.902

€ 258.082

€ 7.987.314

€ 11.432.298

22NC

Open Universiteit

€ 1.354.554

€ 233.333

€ 2.024.626

€ 3.612.513

00DV

Protestantse Theologische Universiteit

€ 266.373

 

€ 4.402.473

€ 4.668.846

21QO

Theologische Universiteit Apeldoorn

€ 48.434

 

€ 564.083

€ 612.517

23BF

Universiteit voor Humanistiek

€ 137.009

 

€ 1.124.538

€ 1.261.547

25AV

Theologische Universiteit Kampen

€ 41.589

 

€ 797.438

€ 839.027

 

Totaal

€ 82.449.493

€ 19.397.791

€ 62.503.709

€ 164.350.993

Bedragen onderwijsopslag universiteiten met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid van het besluit

Universiteit

 

totaalbedrag

kwaliteit

kwetsbare opleidingen

bijzondere voorzieningen

21PI

Wageningen University

€ 6.551.845

€ 15.000

 

€ 6.566.845

BIJLAGE 3 BIJ ARTIKEL 3, TWEEDE LID, ONDERDEEL A

Bedragen onderwijsopslag hogescholen, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid, van het besluit

Hogeschool

 

totaalbedrag

kwaliteit

kwetsbare opleidingen

bijzondere voorzieningen

00BH

Saxion Hogeschool IJselland

€ 2.412.260

 

€ 371.047

€ 2.783.307

00IC

Katholieke PABO Zwolle

€ 376.693

 

€ 48.774

€ 425.467

01DZ

Stoas Hogeschool

€ 9.636

 

€ 1.482

€ 11.118

00MF

Hogeschool voor de Kunsten Utrecht

€ 2.789.976

 

€ 1.432.306

€ 4.222.282

01VU

Christelijke Hogeschool Windesheim

€ 8.002.300

 

€ 1.385.883

€ 9.388.183

02BY

Gerrit Rietveld Academie

€ 761.837

 

€ 1.306.516

€ 2.068.353

02NR

Hotelschool Den Haag

€ 937.651

 

€ 207.166

€ 1.144.817

02NT

Design Academy Eindhoven

€ 430.891

 

€ 214.101

€ 644.992

04CS

Hogeschool Helicon

€ 253.081

 

€ 48.043

€ 301.124

07GR

Avans Hogeschool

€ 6.331.920

 

€ 1.127.179

€ 7.459.099

08OK

Hogeschool De Kempel

€ 507.344

 

€ 130.459

€ 637.803

08YJ

Hogeschool Edith Stein

€ 586.811

 

€ 382.440

€ 969.251

09OR

Hogeschool Domstad

€ 358.608

 

€ 55.160

€ 413.768

09OT

Iselinge Hogeschool

€ 283.686

 

€ 59.478

€ 343.164

10IZ

Marnix Academie

€ 658.739

 

€ 174.445

€ 833.184

10KK

Fontys PABO Eindhoven

€ 395.444

 

€ 60.826

€ 456.270

14NI

Codarts, Hogeschool voor de Kunsten

€ 1.326.589

 

€ 443.942

€ 1.770.531

15BK

Christelijke Hogeschool Driestar

€ 701.450

 

€ 208.039

€ 909.489

15CL

Fontys Hogescholen Eindhoven

€ 8.291.064

€ 403.058

€ 3.891.808

€ 12.585.930

17XA

Fontys PABO Limburg

€ 199.315

 

€ 30.658

€ 229.973

21IY

Stenden Hogeschool (Emmen)

€ 926.534

 

€ 142.517

€ 1.069.051

21MI

Hogeschool Zeeland

€ 1.974.201

 

€ 549.600

€ 2.523.801

21QA

Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

€ 3.542.160

 

€ 1.665.596

€ 5.207.756

21QL

Avans Hogeschool ’s-Hertogenbosch

€ 3.574.121

 

€ 549.761

€ 4.123.882

21RI

Hogeschool Leiden

€ 3.293.616

€ 312.045

€ 590.614

€ 4.196.275

21UG

Hogeschool IPABO

€ 909.373

 

€ 681.544

€ 1.590.917

21UI

NHTV internationale hogeschool Breda

€ 3.020.025

 

€ 822.384

€ 3.842.409

21WN

NHL Hogeschool

€ 4.314.359

 

€ 2.577.834

€ 6.892.193

21WO

Fontys Hogescholen Venlo

€ 1.242.284

 

€ 191.084

€ 1.433.368

22BO

Fontys Hogescholen Tilburg

€ 5.774.180

 

€ 888.169

€ 6.662.349

22BP

Fontys PABO ’s-Hertogenbosch

€ 206.843

 

€ 31.816

€ 238.659

22BQ

Fontys Hogescholen Sittard

€ 453.661

 

€ 69.781

€ 523.442

22EX

Stenden Hogeschool (Leeuwarden)

€ 3.742.818

 

€ 1.201.087

€ 4.943.905

22HH

Gereformeerde Hogeschool voor Beroepsonderwijs

€ 666.995

 

€ 295.902

€ 962.897

22JA

Fontys Pedagogisch Technische Hogeschool

€ 347.366

 

€ 49.545

€ 396.911

22OJ

Hogeschool Rotterdam

€ 15.814.332

€ 722.203

€ 2.463.277

€ 18.999.812

23AH

Saxion Hogeschool Enschede

€ 6.133.945

€ 234.034

€ 1.447.315

€ 7.815.294

23KJ

Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Den Haag

€ 1.839.673

 

€ 958.742

€ 2.798.415

25BA

Christelijke Hogeschool Ede

€ 1.798.918

 

€ 1.103.183

€ 2.902.101

25BE

Hanzehogeschool Groningen

€ 10.831.061

€ 683.198

€ 2.017.364

€ 13.531.623

25DW

Hogeschool Utrecht

€ 17.607.813

€ 1.178.455

€ 5.866.798

€ 24.653.066

25JX

Hogeschool Zuyd

€ 7.795.346

€ 247.036

€ 1.508.819

€ 9.551.201

25KB

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

€ 12.622.570

€ 921.179

€ 2.415.569

€ 15.959.318

27NF

ArtEZ hogeschool

€ 2.988.879

 

€ 788.015

€ 3.776.894

27PZ

Hogeschool INHolland

€ 16.756.330

€ 707.625

€ 3.005.595

€ 20.469.550

27UM

Haagse Hogeschool

€ 10.469.500

 

€ 2.030.384

€ 12.499.884

28DN

Hogeschool van Amsterdam

€ 20.511.793

 

€ 3.148.466

€ 23.660.259

 

Totaal

€ 194.773.991

€ 5.408.833

€ 48.640.513

€ 248.823.337

Bedragen onderwijsopslag van hogescholen met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid, van het besluit

Hogeschool

kwaliteit

kwetsbare opleidingen

bijzondere voorzieningen

totaalbedrag

01DZ

Stoas Hogeschool

€ 312.742

€ 13.614

€ 918.892

€ 1.245.249

01MY

Christelijke Agrarische Hogeschool Dronten

€ 537.114

 

€ 1.333.355

€ 1.870.469

21CW

HAS Den Bosch

€ 741.737

 

€ 2.165.469

€ 2.907.206

22ND

Internationale Agrarische Hogeschool Larenstein

€ 848.847

 

€ 1.892.070

€ 2.740.918

24LE

Van Hall Instituut

€ 615.880

 

€ 1.397.879

€ 2.013.758

27PZ

Hogeschool INHolland

€ 211.680

 

€ 874.430

€ 1.086.110

 

Totaal

€ 3.268.000

€ 13.614

€ 8.582.096

€ 11.863.710

2. In bijlage 4 bij artikel 3, tweede lid onderdeel b, komen de percentages bij Hogeschool Domstad en Hogeschool Utrecht als volgt te luiden.

09OR

Hogeschool Domstad

0,00000%

25DW

Hogeschool Utrecht

3,18213%

ARTIKEL III

De Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 4 augustus 2010, nr. HO&S/CVB/215273, tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs, van de Tijdelijke regeling subsidie experimenten open bestel en van de Subsidieregeling postinitiële masteropleidingen hoger onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

Artikel V Wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs per 1 september 2011 wordt als volgt gewijzigd:

A

Onderdeel A wordt gewijzigd als volgt:

Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het vijfde lid komt te luiden:

  • 5. Een student die woont in Nederland, als bedoeld in artikel 1.1 van het besluit, wordt geacht te zijn geregistreerd in de basisadministratie persoonsgegevens.

2. Na het zevende lid wordt een achtste lid toegevoegd, luidende:

  • 8. Instellingsbesturen verstrekken bij wijziging van de gegevens, bedoeld in artikel 4.3 van het besluit, na het verstrekken van een verklaring van een accountant, bedoeld in artikel 4.4. van het besluit, een aanvullende verklaring van een accountant waarin staat dat deze nadere correctie gerechtvaardigd is.

ARTIKEL IV

De Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 8 oktober 2010, nr. HO&S/CBV/233197, tot wijziging van de Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 4 augustus 2010, nr. HO&S/CVB/215273, tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs, van de Tijdelijke regeling subsidie experimenten open bestel en van de Subsidieregeling postinitiële masteropleidingen hoger onderwijs wordt ingetrokken.

ARTIKEL V INWERKINGTREDING

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van 8 december 2010.

  • 2. Artikel I werkt terug tot en met 1 januari 2010.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

H. Zijlstra.

TOELICHTING

1. Algemeen

De regeling strekt tot uitvoering van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008. In deze regeling is een aanpassing voorzien van de onderwijsopslag van universiteiten en hogescholen vanwege enkele specifieke maatregelen en een technische aanpassing inzake een bepaling rond CRIHO.

1.1 Wijzigingen vanwege aanpassing berekening rijksbijdrage

In verband met de herberekening van de rijksbijdrage 2010 wordt bijlage 3 inzake de onderwijsopslag bedragen van universiteiten om de volgende redenen aangepast, te weten:

  • a. Vanwege het advies van het Regieorgaan Geesteswetenschappen inzake Implementatie Duurzame Geesteswetenschappen van 21 oktober 2010 en het voorstel dat daarin is gedaan voor 2010 is eenmalig een bedrag van € 463.581 beschikbaar gesteld voor uitvoering van dat advies en de onderwijsopslag van enkele universiteiten aangepast, te weten: bij Universiteit Leiden met € 81.499, Rijksuniversiteit Groningen € 87.083, Universiteit Utrecht € 55.166, Erasmus Universiteit Rotterdam € 12.667, Universiteit Maastricht € 11.667, Universiteit van Amsterdam € 95.333, Vrije Universiteit Amsterdam € 44.083, Radboud Universiteit Nijmegen € 54.500, Universiteit van Tilburg € 11.583 en bij Open Universiteit met € 10.000.

  • b. Vanwege wijziging van het onderwijsdeel wo en derhalve van de verdeling van middelen gerelateerd aan de kwaliteitsimpuls is de onderwijsopslag van universiteiten aangepast conform het bepaalde bij de Regeling financiën hoger onderwijs (gepubliceerd in de Staatscourant van 18 juni 2008).

In verband met de herberekening van de rijksbijdrage 2010 wordt bijlage 5 inzake de onderwijsopslag bedragen van hogescholen om de volgende redenen aangepast, te weten:

  • c. Conform de brief van 29 oktober 2010 met kenmerk HO&S/247557 over voortrajecten muziek en dans is voor 2010 een bedrag van in totaal € 900.000 beschikbaar, dat wordt verdeeld over de hogescholen naar rato van het aantal bacheloropleidingen muziek en dans dat zij verzorgen. Dit komt neer op een bedrag van € 60.000 per opleiding en aanpassing van de onderwijsopslag bedragen van de betreffende hogescholen.

  • d. Vanwege wijziging van het onderwijsdeel hbo en derhalve van de verdeling van middelen gerelateerd aan de kwaliteitsimpuls en functiemix is de onderwijsopslag van hogescholen aangepast conform het bepaalde bij de Regeling financiën hoger onderwijs (gepubliceerd in de Staatscourant van 18 juni 2008).

In verband met de herberekening van de rijksbijdrage 2011 wordt bijlage 1 inzake de onderwijsopslag bedragen van universiteiten om de volgende redenen aangepast, te weten:

  • e. Vanwege het advies van het Regieorgaan Geesteswetenschappen inzake Implementatie Duurzame Geesteswetenschappen van 21 oktober 2010 en de besluitvorming over het voorstel dat daarin is gedaan is voor 2011 een bedrag van € 567.414 en voor de jaren 2012-2015 een bedrag van jaarlijks € 316.665 beschikbaar gesteld voor uitvoering van dat advies. De onderwijsopslag voor 2011 is van enkele universiteiten aangepast, te weten: bij Universiteit Leiden met € 79.851, Rijksuniversiteit Groningen € 51.401, Universiteit Utrecht € 250.995, Erasmus Universiteit Rotterdam € 8.001, Universiteit Maastricht € 5.001, Universiteit van Amsterdam € 121.555, Vrije Universiteit Amsterdam € 12.249, Radboud Universiteit Nijmegen € 33.653 en Universiteit van Tilburg € 4.749. Voor de periode 2012-2015 gaat het om de volgende verhoging, ten opzichte van het eerder voor 2011 bepaalde, te weten: bij Universiteit Leiden met € 35.352, Rijksuniversiteit Groningen € 15.152, Universiteit Utrecht € 195.455, Universiteit van Amsterdam € 55.555 en Radboud Universiteit Nijmegen € 15.152. Voor Universiteit Utrecht is een bedrag van € 150.000 van deze verhoging in de periode 2011-2015 bedoeld voor onkosten van het Regieorgaan Geesteswetenschappen.

  • f. Gelet op het voorgaande wijzigt de verdeling van middelen gerelateerd aan de kwaliteits-impuls en is de onderwijsopslag van universiteiten aangepast conform het bepaalde bij de Regeling financiën hoger onderwijs (gepubliceerd in de Staatscourant van 18 juni 2008).

In verband met de herberekening van de rijksbijdrage 2011 wordt bijlage 3 inzake de onderwijsopslag bedragen van hogescholen om de volgende redenen aangepast, te weten:

  • g. In verband met de voorbereiding van de fusie van Hogeschool Utrecht en Hogeschool Domstad per 1 september 2011 zijn de niet-variabele bedragen die onderdeel zijn van de opslag van Hogeschool Domstad toegevoegd aan de onderwijsopslag van Hogeschool Utrecht: het gaat om bedragen gerelateerd aan taal en rekenen, summercourse po en de compensatieregeling 2011. Voor Hogeschool Utrecht is daarmee sprake van de onder-staande reeks voor de compensatieregeling als bedoeld in de Regeling van 4 augustus 2010 tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs (Staatscourant van 11 augustus 2010) onder artikel III, onderdeel I, bijlage 3 (nieuw), onder j.

    2011

    2012

    2013

    2014

    € 3.145.486

    € 1.207.632

    € 452.073

    € 380.656

  • h. Het bedrag van € 1.729.499 dat onder de noemer bijzondere voorzieningen onterecht was opgenomen bij Stenden Hogeschool te Leeuwarden is nu opgenomen bij de opslag bij de NHL Hogeschool eveneens te Leeuwarden, zoals dat was voorzien conform de Regeling financiën hoger onderwijs gepubliceerd in de Staatscourant van 18 juni 2008.

  • i. Vanwege correctie van technische onvolkomenheden bij de berekening van de compensatie-bedragen 2011 is de reeks voor Gerrit Rietveld Academie aangepast. Tevens is voor 2011 vanwege de specifieke overgangsproblematiek voor deze instelling een bedrag aan de onderwijsopslag van deze hogeschool toegevoegd van € 491.656. Voor Gerrit Rietveld Academie is daarmee sprake van de onderstaande reeks voor de compensatieregeling als bedoeld in de Regeling van 4 augustus 2010 tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs (Stc. van 11 augustus 2010) onder artikel III, onderdeel I, bijlage 3, onder j.

    2011

    2012

    2013

    2014

    2015

    € 911.882

    € 323.136

    € 226.046

    € 128.955

    € 31.865

  • j. Vanwege het bepaalde in Regeling praktijkleren en versterking primaire opleidingen groen onderwijs (Staatscourant van 31 mei 2010) is in 2011 in totaal een bedrag beschikbaar van € 6.980.651 en is de onderwijsopslag van enkele hogescholen aangepast, te weten: bij Stoas Hogeschool met € 608.024, Christelijke Agrarische Hogeschool Dronten €1.241.132, Hogeschool HAS Den Bosch €1.635.614, Internationale Agrarische Hogeschool Larenstein € 3.038.453 en Hogeschool Inholland € 475.428.

  • k. Gelet op het voorgaande en vanwege een correctie van een eerder gemaakte technische fout in de statustoekenning van Hogeschool Utrecht wijzigt de verdeling van middelen gerelateerd aan de kwaliteitsimpuls en functiemix in de onderwijsopslag van hogescholen conform de verdelingssystematiek opgenomen in de Regeling van 4 augustus 2010 tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs (gepubliceerd in de Staatscourant van 11 augustus 2010).

Tot slot is in verband met de herberekening van de rijksbijdrage 2011 bijlage 4 inzake de onderwijsopslagen percentages hogescholen aangepast in verband met de fusie van Hogeschool Utrecht en Hogeschool Domstad per 1 september 2011.

1.2 Overige wijzigingen

In de Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 4 augustus 2010, nr. HO&S/CBV/215273, tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs, van de Tijdelijke regeling subsidie experimenten open bestel en van de Subsidieregeling postinitiële masteropleidingen hoger onderwijs (hierna wijzigingsregeling)is bepaald dat per 1 september 2010 een student die woont in Nederland, als bedoeld in artikel 1.1 van het besluit, wordt geacht te zijn geregistreerd in de basisadministratie persoonsgegevens. Deze woonplaats is onder meer van belang voor het vaststellen of een student het wettelijk of instellingscollegegeld is verschuldigd. Indien een student niet woonachtig is in Nederland, België, Luxemburg, Neder-Saksen, Bremen of Noord-Rijnland-Westfalen is het instellingscollegegeld verschuldigd. Met deze wijzigingsregeling is de mogelijkheid vervallen dat een instelling in het Centraal register inschrijving hoger onderwijs eigenstandig een niet in deze basisadministratie opgenomen adres laat registreren van een student die in Nederland verblijft. Een student die in Nederland verblijft maar niet in de basisadministratie is geregistreerd is daarmee het instellingscollegegeld verschuldigd. Bij de uitvoering van deze maatregel is gebleken dat instellingen onvoldoende tijd hebben gehad om met name studenten afkomstig uit het buitenland tijdig voor 1 september 2010 te informeren over de in relatie tot het collegegeld noodzakelijke registratie in de basis-administratie. Om de instellingen deze tijd alsnog te geven wordt de aanpassing per 1 september 2010 met terugwerkende kracht ongedaan gemaakt en treedt deze per 1 september 2011 in werking. Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om een geconstateerde verschrijving in de wijzigingsregeling te corrigeren.

De wijzigingen in deze regeling hebben geen gevolgen voor de Rijksbegroting. Bedragen en percentages zijn gebaseerd op de besluitvorming inzake de Rijksbegroting zoals bekend op het moment van vaststelling van deze regeling. Wijziging van de (ontwerp-) begrotingen 2011 van de ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (hoofdstuk VIII van de Rijksbegroting) en van (voorheen) Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hoofdstuk XIV van de Rijksbegroting) kan leiden tot nadere bepaling van de in deze regeling opgenomen bedragen en percentages.

De regeling heeft geen structurele gevolgen voor administratieve lasten.

DUO heeft gemeld dat deze aanpassing uitvoerbaar is. Aangezien de regeling uitvoering geeft aan eerder gemaakte afspraken en specifieke besluiten is een ontwerp van deze regeling niet aan VSNU, HBO-raad en NFU ter kennis gebracht gericht op bestuurlijke oordeelsvorming.

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

H. Zijlstra.

Naar boven