Wet van 8 juli 2020 tot wijziging van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de noodzaak is gebleken van een wijziging van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2020;

Zo is het, dat Wij, met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2020 wordt gewijzigd, zoals blijkt uit de desbetreffende bij deze wet behorende staat.

Artikel 2

De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro’s.

Artikel 3

Het verplichtingenbedrag bedoeld in artikel 5, eerste lid van de Financiëleverhoudingswet (Fvw) ter zake van de algemene uitkering wordt voor het uitkeringsjaar 2020 vastgesteld op  2.286.685.000. De verplichtingenbedragen bedoeld in artikel 5, tweede lid van de Financiëleverhoudingswet ter zake integratie-uitkeringen en decentralisatieuitkeringen zijn respectievelijk € 0 en € 237.981.000.

Artikel 4

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 mei 2020.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.histnoot

Gegeven te ’s-Gravenhage, 8 juli 2020

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

De Staatssecretaris van Financiën, J.A. Vijlbrief

Uitgegeven de drieëntwintigste september 2020

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

Wijziging begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2020 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x €1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

 

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

Verplichtingen

Uitgaven

Ontvangsten

TOTAAL

2.480.413

2.480.413

2.480.413

44.353

76.437

76.437

Artikel 01 provinciefonds

2.480.413

2.480.413

2.480.413

44.353

76.437

76.437


XHistnoot
histnoot

Kamerstuk 35 450 C

Naar boven