Rectificatie: Besluit van Provinciale Staten van Noord-Holland van 10 december 2018, tot vaststelling van het voorbereidingsbesluit Geitenhouderij en volksgezondheid

Provinciale Staten van Noord-Holland;

Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 4 december 2018;

Overwegende dat:

  • het met de huidige kennis van zaken over de gezondheidseffecten van geitenhouderijen op de kwaliteit van de leefomgeving noodzakelijk wordt geacht om in vigerende bestemmingsplannen of beheersverordeningen opgenomen mogelijkheden voor de vestiging en uitbreiding van geitenhouderijen, alsmede de omschakeling van bestaande agrarische bedrijven naar geitenhouderijen, te beëindigen;

  • vanwege de betekenis van het voorzorgsbeginsel, in samenhang met de provinciale zorg voor een goede ruimtelijke ordening en de daarmee verbonden bevordering van de kwaliteit van de leefomgeving, waarvan ook gezondheidsaspecten deel uitmaken, het noodzakelijk wordt geacht om deze beëindiging op dit moment te verwezenlijken door middel van het stellen van algemene regels als bedoeld in artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening;

  • vooruitlopend op de totstandkoming van deze algemene regels een verklaring als bedoeld in artikel 4.1, vijfde lid, van de Wet ruimtelijke ordening, wordt genomen.  

Gelet op artikel 4.1, vijfde lid, juncto artikel 3.7 van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 191, tweede lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

 

Besluiten:

  • 1.

    te verklaren dat een verordening zoals bedoeld in artikel 4.1 van de Wet ruimtelijke ordening wordt voorbereid ("verklaring") voor het gehele grondgebied van de provincie Noord-Holland, zoals is vastgelegd op de bij dit besluit behorende verbeelding;

  • 2.

    te bepalen dat het verboden is het aantal geiten op een agrarisch bedrijf uit te breiden, tenzij er geen sprake is van een meldingsplicht als bedoeld in artikel 1.18, tweede lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer;

  • 3.

    te bepalen dat de aanhoudingsverplichting die volgt uit artikel 3.3, lid 1, onder c, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht uitsluitend geldt voor aanvragen om een omgevingsvergunning voor de activiteiten bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder a, van die wet voor zover deze activiteit betrekking heeft op de vestiging of uitbreiding van geitenhouderijen, of de al dan niet gedeeltelijke omschakeling van bestaande agrarische bedrijven naar geitenhouderijen.

  • 4.

    dat het voorbereidingsbesluit met ingang van de dag na datum van publicatie in het provinciaal blad in werking treedt.

Het is niet mogelijk om bezwaar te maken of beroep in te stellen tegen het voorbereidingsbesluit.

  

Haarlem, 10 december 2018.

Provinciale Staten van Noord-Holland,

J.W. Remkes, voorzitter

K. Bolt, statengriffier

 

Naar boven