Tijdelijke subsidieregeling culturele organisaties Breda 2023

Bekendmaking

Burgemeester en wethouders van Breda maken bekend dat zij op 30 mei 2023 de Tijdelijke subsidieregeling culturele organisaties Breda 2023 hebben vastgesteld.

 

Inwerkingtreding

De tijdelijke subsidieregeling wordt van kracht met ingang van de eerste dag na die van deze bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2023.

 

Rechtsmiddelen

Tegen het besluit tot vaststelling van de tijdelijke subsidieregeling is geen bezwaar of beroep mogelijk.

 

Tekst subsidieregeling

Burgemeester en wethouders van Breda,

 

Gelet op artikel 1:3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Breda 2017;

 

Gelet op de algemene regels van de Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Breda 2017;

 

Besluiten vast te stellen: de Tijdelijke subsidieregeling energiepakket Culturele Organisaties 2023.

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

 

Asv: Algemene subsidieverordening Breda 2017.

 

Culturele organisatie: een organisatie met een in de statuten verankerde culturele doelstelling, die niet valt onder de bepaling van een culturele amateurkunstorganisatie. Deze organisatie produceert zelf geen kunst maar bemiddelt tussen publiek en artiest en organiseert presentatiemogelijkheden en andere culturele activiteiten.

 

Professionele kunsten: werk dat primair gericht is op het vervaardigen, produceren van kunstproducten door kunstenaars die artistiek-inhoudelijk actief zijn in de kunsten en in die hoedanigheid aantoonbaar geïntegreerd zijn in de professionele kunstpraktijk van tenminste Breda en BrabantStad.

 

Culturele amateurkunstorganisatie: een organisatie met een artistiek inhoudelijke doelstelling waarvan de deelnemers een bepaalde kunstvorm beoefenen op niet-beroepsmatige basis.

 

College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda.

 

Energielasten: kosten van energieverbruik van elektriciteit- en/of gas en/of warmte voor gebruik van de accommodatie door een organisatie in de culturele sector.

 

Organisaties in de culturele sector: culturele organisaties, professionele kunsten of culturele amateurkunstorganisaties.

Artikel 2: Doel

Deze regeling heeft als doel het tegemoetkomen van organisaties in de culturele sector, met een locatie in de gemeente Breda waarvoor energielasten verschuldigd zijn, al dan niet via het huurcontract, die (financiële) problemen ervaren als gevolg van de gestegen energielasten.

Artikel 3: voor wie

  • 1.

    Subsidie op grond van deze regeling is bedoeld voor:

    • a.

      Culturele organisaties;

    • b.

      Professionele kunsten;

    • c.

      Culturele amateurkunstorganisaties.

Artikel 4: De aanvraag

  • 1.

    Subsidie kan worden aangevraagd over de periode van 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023.

  • 2.

    Per organisatie als bedoeld in artikel 3 kan slechts één aanvraag op grond van deze regeling worden ingediend.

  • 3.

    Het College beslist uiterlijk binnen 13 weken, na ontvangst van een volledige aanvraag, voorzien van alle vereiste bijlagen zoals bedoeld in artikel 8 van deze regeling.

  • 4.

    Aanvragen worden beoordeeld op volgorde van binnenkomst van volledige aanvragen tot het vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

Artikel 5: Subsidiecriteria en beoordeling aanvragen

  • 1.

    Om als organisatie, als bedoeld in artikel 3, voor subsidie in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende subsidiecriteria:

    • a.

      De organisatie is een rechtspersoon zonder winstoogmerk en is in Breda gevestigd, blijkende uit de inschrijving bij de Kamer van Koophandel;

    • b.

      De organisatie heeft een eigen energiecontract of een huurcontract waar de betaling van de energiekosten in is opgenomen en, waarvan de aansluiting is gevestigd in de gemeente Breda;

    • c.

      Aanspraak op gemeentelijk financiële steun ontstaat niet eerder dan 1 januari 2023 en vanaf de ingangsdatum van een nieuw energietarief.

  • 2.

    Om als culturele organisatie voor subsidie in aanmerking te komen dient bij de aanvraag te worden gemotiveerd dat zij door de gestegen energielasten zonder ingrijpende handelingen in (eigen) bedrijfsvoering niet kunnen voortbestaan.

Artikel 6: Subsidiebedrag

  • 1.

    De organisatie, als bedoeld in artikel 3, kan maximaal 75% procent van de gestegen energielasten exclusief btw, na aftrek van reeds ontvangen bedragen uit voorliggende voorzieningen en/of andere wijzen van compensatie, over een periode van maximaal 12 maanden (1 januari 2023 tot en met 31 december 2023) aanvragen.

  • 2.

    De gestegen energielasten worden berekend op basis van het verschil tussen het gemiddelde tarief van de jaarafrekening (referentiejaar 2021) voorafgaand aan de stijging van de energieprijzen en het gemiddelde tarief over de maanden waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

  • 3.

    De subsidie wordt berekend aan de hand van de formule: gestegen energiekosten per maand x 75% x aantal maanden.

  • 4.

    Voor de uitvoering van deze regeling heeft het College een subsidieplafond van € 1.500.000 vastgesteld.

Artikel 7: Weigeringsgronden

  • 1.

    De subsidie wordt in ieder geval geweigerd aan:

    • a.

      Organisaties niet vallen onder de begripsbepalingen opgenomen in artikel 1 en 3 van deze regeling;

    • b.

      Organisaties die niet voldoen aan één of meerdere van de voorwaarden als genoemd in artikel 5.

  • 2.

    De subsidie kan voorts geheel of gedeeltelijk worden geweigerd en/of lager worden vastgesteld indien:

    • a.

      Organisaties een beroep hebben gedaan op voorliggende voorzieningen, zoals (boven)lokale steunmaatregelen die zijn ingesteld naar aanleiding van ondersteuning stijgende energiekosten, tenzij zij kunnen motiveren waarom zij daarvoor niet in aanmerking zijn gekomen.

Artikel 8: Bij de aanvraag in te dienen stukken

  • 1.

    De subsidie wordt digitaal aangevraagd via www.breda.nl door middel van een volledig ingevuld en digitaal ondertekend aanvraagformulier.

  • 2.

    Bij de aanvraag moeten de volgende stukken gevoegd zijn:

    • a.

      Het huidige leveringscontract energie (gas, elektriciteit en/of warmte) of een specificatie van de verhuurder van onroerend goed wanneer (hogere) energielasten direct doorbelast worden in de huurverhoging;

    • b.

      afschrift van de laatste jaarafrekening waaruit het oude verbruik en tarief staan benoemd (de m3, kWh en/of GJ blijkt);

    • c.

      rekeningafschrift waaruit de betaling van het (nieuwe) maandvoorschot blijkt, inclusief nieuwe tarieven per m3, kWh en/of GJ;

    • d.

      indien van toepassing; een overzicht van overige aangevraagde- en verkregen voorliggende voorzieningen, zoals Rijksregelingen die zijn ingesteld naar aanleiding van ondersteuning stijgende energiekosten;

    • e.

      Voor zover de aanvrager een culturele organisatie betreft, de motivatie waaruit blijkt dat zij door de gestegen energielasten zonder ingrijpende handelingen in (eigen) bedrijfsvoering niet kan voortbestaan.

  • 3.

    Voor zover de rechtspersoon nog geen subsidierelatie met de gemeente Breda heeft, dienen aanvullend de volgende bijlagen bij de aanvraag te worden gevoegd:

    • a.

      Exemplaar van de oprichtingsakte of de statuten;

    • b.

      Een uittreksel van de kamer van koophandel niet ouder dan 1 jaar;

    • c.

      Een jaarverslag 2021, de jaarrekening en balans 2021;

    • d.

      Een jaarverslag 2022, de jaarrekening en balans 2022;

    • e.

      Een zo recent mogelijke kopie van een bankafschrift/bankpas.

Artikel 9: Verantwoording en vaststelling subsidie

  • 1.

    In aanvulling op hoofdstuk 7 van de Asv en artikel 1:9 van de Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Breda 2017 dient een aanvrager, voor zover van toepassing, inzicht te geven in een overzicht van overige aangevraagde en verkregen voorliggende voorzieningen;

  • 2.

    Wanneer subsidieontvanger gebruik heeft kunnen maken of gebruik heeft gemaakt van een voorliggende voorziening kan de subsidie lager vastgesteld worden en teruggevorderd worden;

  • 3.

    Bij de subsidievaststelling worden afgerekend op werkelijk gerealiseerde kosten.

Artikel 10: Hardheidsclausule

  • 1.

    Het college kan, in bijzondere gevallen een of meerdere artikelen van deze subsidieregeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheden van overwegende aard;

  • 2.

    Toepassing van het vorige lid wordt gemotiveerd in het besluit.

Artikel 11: Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling kan worden aangehaald als: Tijdelijke subsidieregeling culturele organisaties Breda 2023 Breda.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2023.

  • 3.

    Deze regeling vervalt van rechtswege op 1 januari 2024, maar blijft van toepassing op aanvragen die vóór 1 januari 2024 zijn ingediend, totdat het besluit op de aanvraag onherroepelijk is geworden.

[Artikel 11 lid 1 bevat een kennelijke verschrijving, hier wordt bedoeld: Deze regeling kan worden aangehaald als: Tijdelijke subsidieregeling culturele organisaties Breda 2023.]

Aldus besloten door burgemeester en wethouders van Breda in de vergadering van 30 mei 2023

,burgemeester

, gemeentesecretaris

Naar boven