Nadere regels voor het tijdelijk plaatsen van bouwobjecten in de openbare ruimte

 

 

Het college van Papendrecht;

 

gelet op artikel 2:10 lid 3 van de Algemene Plaatselijke Verordening;

 

overwegende dat het college in het belang van de openbare orde of de woon- en leefomgeving nadere regels kan stellen ten aanzien van terrassen, uitstallingen, reclameborden, containers en hoogwerkers;

besluit vast te stellen de Nadere regels voor het tijdelijk plaatsen van bouwobjecten in de openbare ruimte

 

Artikel I Toepassingsbereik

Deze regels zijn van toepassing op containers, bouwsteigers, kraanwagens en overige bouwgerelateerde objecten (hierna te noemen: bouwobjecten), zoals bedoeld in artikel 2:10 van de APV, die noodzakelijkerwijze op de weg of een weggedeelte worden geplaatst ten behoeve van (bouw)werkzaamheden.

 

Alleen als aan alle in artikel 2 en 4 genoemde voorschriften wordt voldaan is geen ontheffing nodig, maar kan worden volstaan met een melding door middel van een digitaal meldingsformulier.

 

Artikel II Melding

Als één of meer bouwobjecten worden geplaatst die aan de onderstaande voorwaarden voldoen, dan hoeft geen ontheffing te worden aangevraagd, maar kan worden volstaan met een melding. Na de melding wordt gecontroleerd of de betreffende locatie vrij is en volgt een ontvangstbevestiging.

 

Een melding dient 5 werkdagen voor aanvang van de plaatsing via de gemeentelijke website te worden gedaan.

 

Een melding dient altijd te voldoen aan de algemene voorwaarden van artikel 4.

  • 1.

    Voor het plaatsen van 1 (bouw)container met een oppervlakte van maximaal 12 m2. De container blijft niet langer dan 14 achtereenvolgende dagen staan en er wordt niet meer dan 1 parkeerplaats ingenomen.

  • 2.

    Voor steigers wanneer deze niet op de rijweg of in gemeentelijke groenstroken worden geplaatst en op voetpaden een doorgang van ten minste 1,20 meter breed (in een zoveel mogelijk rechtdoorgaande lijn) vrij blijft.

  • 3.

    Voor het tijdelijk opslaan van (losse) voorwerpen zoals zand, siertuintegels of cement, deze niet langer dan 7 achtereenvolgende dagen blijven staan en er niet meer dan 1 parkeerplaats worden ingenomen. Objecten dienen gecentreerd en zoveel als mogelijk in verpakking of op pallets te worden opgeslagen.

 

Voor het plaatsen van bouwobjecten in het centrumgebied (Marktplein, Weteringsingel Veerpromenade, Meentpassage, Oude Veer en de Brederodelaan) kan geen melding worden. Voor het centrumgebied dient altijd een ontheffing te worden aangevraagd.

 

Artikel III Ontheffingplichtige bouwobjecten

Voor het plaatsen van bouwobjecten die niet aan artikel 2 voldoen moet op grond van artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening ontheffing worden aangevraagd. Een ontheffingaanvraag dient minimaal 10 werkdagen voorafgaand aan de plaatsing te worden gedaan.

 

Bij de aanvraag dient een situatietekening te worden ingeleverd waarop de te plaatsen bouwobjecten zijn ingetekend.

 

Bij het plaatsen van een hoogwerker, kraanwagen of andere voertuigen van dergelijke omvang dient een verkeersplan conform de richtlijnen uit de CROW 96B te worden ingeleverd.

 

Spoedeisende werkzaamheden

In geval van spoedeisende werkzaamheden zoals een lekkage of het vervangen van een kapotte ruit is het niet altijd mogelijk 10 werkdagen voorafgaand een aanvraag te doen. In overleg met de gemeente wordt bekeken of de herstelwerkzaamheden alsnog doorgang kunnen vinden. De aanvrager dient het spoedeisende belang aan te tonen en is zelf verantwoordelijk voor een nulmeting van de openbare ruimte.

 

Artikel IV Voorschriften

Voor het plaatsen van meldingsplichtige of ontheffingplichtige bouwobjecten gelden de volgende voorschriften:

Algemene voorschriften

  • Het bouwobject mag niet worden geplaatst als de locatie al voor een ander doel is ingenomen of ingenomen gaat worden (bijvoorbeeld een standplaats, terrasuitstalling, evenement, werkzaamheden voor de gemeente of nutsbedrijven).

  • De weersverwachtingen dienen via het KNMI nauwlettend in de gaten te worden houden. Indien de weersverwachtingen hiertoe aanleiding geven, dan dient de melder/aanvrager een besluit te nemen tot het wel/niet geheel/gedeeltelijk plaatsen van de bouwobjecten.

  • Gehandicaptenparkeerplaatsen, parkeerplaatsen in de blauwe zone en parkeerplaatsen voor elektrische voertuigen moeten vrijgelaten worden.

  • Op voetpaden is een doorgang van ten minste 1,20 meter breed (in een zoveel mogelijk rechtdoorgaande lijn) vrij.

  • Bouwobjecten dienen op een afstand van minimaal 5 meter van kruispunten en bochten te worden geplaatst.

  • Bouwobjecten mogen aan slechts 1 zijde van de weg, binnen de bebouwde kom, worden geplaatst, zodat er altijd 1 weghelft met een doorrijbreedte van 3,5 meter vrij blijft voor (hulp)verleningsvoertuigen.

  • Het bouwobject mag de toegang tot de naastgelegen percelen niet ontnemen of belemmeren.

  • In- en uitritten moeten vrijgelaten worden.

  • Groenstroken en plantsoenen dienen vrij te blijven en mogen alleen na toestemming van de gemeente worden gebruikt.

  • Bomen en boomwortels mogen op geen enkele wijze beschadigd worden.

  • Onder- en bovengrondse brandkranen dienen te worden vrijgehouden (minimaal 2 meter vrijhouden).

  • Op 31 december en 1 januari moeten brandbare voorwerpen van de openbare weg verwijderd zijn.

  • De container moet, wanneer deze op de weg wordt geplaatst, voorzien zijn van reflecterende bestickering.

  • De omgeving van de bouwobjecten moet vrij blijven van papier, afval en andere ongerechtigheden, afkomstig van of veroorzaakt door het gebruik daarvan.

 

Ontheffingplichtige bouwobjecten

  • Voorkomen dient te worden dat omwonenden geluidoverlast van de werkzaamheden ondervinden. Werkzaamheden en het laden en lossen van materiaal mag niet voor 07.00 uur plaatsvinden.

  • Bij wegafzettingen en bouwplaatsinrichtingen dienen omwonenden vooraf door de aanvrager te worden geïnformeerd.

  • Hoogwerker, kraanwagens en andere voertuigen dienen te beschikken over een certificaat van goedkeuring waaruit blijkt dat er voldaan wordt aan de geldende wetgeving. De bestuurder dient een doeltreffende opleiding/instructie te hebben gevolgd.

  • Bij het plaatsen van een hoogwerker, kraanwagen of andere voertuigen van dergelijke omvang dient er conform de richtlijnen uit de CROW 96B te worden gewerkt.

  • Bij het plaatsen van een hoogwerker, kraanwagen of andere voertuigen van dergelijke omvang dienen er maatregelen te worden genomen om straatbeschadigingen te voorkomen, zoals het plaatsen van rijplaten.

 

Artikel V Handhaving

De gemeente kan in het belang van voorkoming of vermindering van overlast voor weggebruikers en andere belanghebbenden of ter bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving of vanwege parkeerdruk aanwijzingen geven, dan wel de plaatsing op de voorgenomen plaats verbieden.

 

De ontheffinghouder/melder moet op eerste aanzegging van de gemeente medewerking verlenen aan projecten, zoals herbestrating, reconstructie van wegen, vernieuwing van kabels en leidingen en aan gemeentelijke taken in verband met de openbare orde en veiligheid, zonder dat hij of zij daaraan enig recht op schadevergoeding kan ontlenen.

 

De gemeente kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade die als gevolg van handhavend optreden aan een bouwobject is ontstaan.

 

Indien door plaatsing van een bouwobject schade is ontstaan aan gemeentelijke eigendommen, dan worden deze kosten verhaald op de melder of ontheffinghouder.

 

Artikel VI Precariobelasting

Voor ontheffingplichtige bouwobjecten wordt overeenkomstig de 'Verordening Precariobelasting' precariobelasting in rekening gebracht voor het in gebruik nemen van de openbare ruimte.

 

Bouwobjecten welke voldoen aan de meldingsplicht zijn vrijgesteld van de precariobelasting.

 

Artikel VII Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na die van bekendmaking in het Papendrechts Nieuwsblad.

 

Artikel VIII Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Nadere regels voor het tijdelijk plaatsen van bouwobjecten in de openbare ruimte

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van 12 februari 2019,

 

de secretaris

 

 

 

R. van Netten

de burgemeester

 

 

 

A.J. Moerkerke

 

Naar boven