Delegatie- en mandaatbesluit GGD Groningen 2019

Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter van GGD Groningen, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft,

 

gelet op:

  • -

    de gemeenschappelijke regeling Publieke Gezondheid & Zorg (PG&Z)

  • -

    hoofdstuk 10 van de Algemene wet bestuursrecht

  • -

    de Gemeentewet

  • -

    de Wet gemeenschappelijke regelingen;

overwegende dat:

het uit praktisch oogpunt en ter bevordering van een vlotte afhandeling van GGD-zaken aanbeveling verdient de afhandeling van bepaalde zaken te delegeren en (onder)mandateren aan de aangewezen functionarissen,

besluiten:

 

het Delegatie- en mandaatbesluit GGD Groningen 2019 als volgt vast te stellen:

 

HOOFDSTUK 1 DELEGATIE

Artikel 1 Gedelegeerde bevoegdheden

Het algemeen bestuur delegeert aan het dagelijks bestuur de bevoegdheden, opgenomen in overzicht 1, met in achtneming van de in artikel 2 genoemde bepalingen.

Artikel 2 Algemene bepalingen

De uitoefening van de in artikel 1 bedoelde bevoegdheden:

  • a.

    is gericht op de realisering van wettelijk vastgestelde taken en regels, alsmede de in de gemeenschappelijke regeling Publieke Gezondheid & Zorg Groningen vastgelegde taken uitgezonderd de taken met betrekking tot de RIGG. De uitoefening van de bevoegdheden geschiedt met inachtneming van het ter zake geldende recht;

  • b.

    gebeurt binnen het kader van de vastgestelde begroting in aanmerking genomen het jaarlijks door het algemeen bestuur vastgestelde ‘kader accountantscontrole’;

  • c.

    vindt plaats overeenkomstig vastgesteld of bestaand beleid voor de GGD;

  • d.

    is gedurende het lopende begrotingsjaar met betrekking tot het aannemen van facultatieve taken of taken voor derden toegestaan, voor zover de betreffende gemeente of derde de overeengekomen middelen beschikbaar heeft gesteld of zal stellen. Een en ander met in aanmerkingneming van het jaarlijks door het algemeen bestuur vastgestelde ‘Kader accountantscontrole’.

Artikel 3 Voorwaarde

Als het algemeen bestuur daarom verzoekt, rapporteert het dagelijks bestuur over de uitoefening van de gedelegeerde bevoegdheden.

HOOFDSTUK 2 MANDAAT, VOLMACHT EN MACHTIGING

Artikel 4 Verlening mandaat, volmacht en machtiging; ondertekening

  • 1.

    Het dagelijks bestuur verleent mandaat, machtiging respectievelijk volmacht aan de directeur publieke gezondheid voor de in overzicht 2 genoemde bevoegdheden, om namens hem besluiten te nemen ter uitoefening van deze bevoegdheden en de daarmee verbonden rechtshandelingen of de daarmee samenhangende feitelijke handelingen te verrichten.

  • 2.

    De voorzitter verleent mandaat, machtiging respectievelijk volmacht aan de directeur publieke gezondheid voor de in overzicht 3 genoemde bevoegdheden om namens hem besluiten te nemen ter uitoefening van deze bevoegdheden, daarmee verbonden rechtshandelingen en daarmee samenhangende feitelijke handelingen te verrichten.

  • 3.

    Tenzij anders bepaald, wordt bij een door het dagelijks bestuur, de voorzitter of directeur publieke gezondheid opgedragen bevoegdheid tevens de bevoegdheid tot ondertekening van de krachtens dat mandaat genomen besluit opgedragen.

  • 4.

    Documenten houdende besluiten die krachtens mandaat worden afgehandeld worden ondertekend met ‘namens het dagelijks bestuur’ respectievelijk ‘namens de voorzitter’, gevolgd door de naam en de functie ‘directeur publieke gezondheid’.

Artikel 5 Algemene bepalingen, beperkingen en voorwaarden

  • 1.

    De uitoefening van het mandaat, de machtiging en de volmacht, bedoeld in artikel 4:

    • a.

      is gericht op de realisering van de vastgestelde taken en regels en geschiedt met inachtneming van het geldende recht;

    • b.

      gebeurt binnen het kader van de vastgestelde begroting in aanmerking genomen het jaarlijks door het algemeen bestuur vastgestelde ‘kader accountantscontrole’;

    • c.

      vindt plaats overeenkomstig vastgesteld of bestaand beleid voor de GGD;

    • d.

      is gedurende het lopende begrotingsjaar met betrekking tot het aannemen van facultatieve taken of taken voor derden toegestaan, voor zover de betreffende gemeente of derde de overeengekomen middelen beschikbaar heeft gesteld of zal stellen. Een en ander met in aanmerkingneming van het jaarlijks door het algemeen bestuur vastgestelde ‘Kader accountantscontrole’.

  • 2.

    Een in mandaat te nemen besluit dient vooraf voorgelegd te worden aan of teruggelegd te worden bij de mandaatgever, indien een of meer van de volgende omstandigheden aan de orde is:

    • a.

      het voorgenomen besluit leidt tot afwijking van of aanvulling op het tot dan toe gevoerde beleid;

    • b.

      de mandaatgever dit kenbaar heeft gemaakt;

    • c.

      de gemandateerde persoonlijk bij het besluit betrokken is;

    • d.

      indien te verwachten valt dat het dagelijks bestuur of de voorzitter op zijn verantwoordelijkheid voor het te nemen besluit zal worden aangesproken.

  • 3.

    Bij teruglegging legt de gemandateerde het concept-besluit zo spoedig mogelijk ter besluitvorming voor aan de mandaatgever.

  • 4.

    Elke gemandateerde gebruikt het verleende mandaat slechts voor aangelegenheden die binnen zijn competentie of functie vallen.

Artikel 6 Ondermandaat

  • 1.

    Verlening van ondermandaat door de directeur publieke gezondheid is toegestaan voor zover dat in de overzichten 2, 3 en 4 staat aangegeven.

  • 2.

    De directeur publieke gezondheid legt de door hem verleende ondermandaten schriftelijk vast.

  • 3.

    Documenten houdende besluiten die krachtens ondermandaat worden afgehandeld worden ondertekend met ‘namens het dagelijks bestuur’ respectievelijk ‘namens de voorzitter’, gevolgd door de naam en de functie ‘directeur publieke gezondheid’, aangevuld met ‘voor deze’, gevolgd door de naam en de functie van de ondergemandateerde.

  • 4.

    Indien het dagelijks bestuur of de voorzitter besluit tot intrekking van een verleend mandaat geldt dit tevens voor de op basis daarvan verleende ondermandaten.

Artikel 7 Vervanging

Bij afwezigheid of verhindering van de directeur publieke gezondheid gaat het (onder)mandaat, de machtiging of de volmacht over op zijn plaatsvervanger.

HOOFDSTUK 3 SLOTBEPALINGEN

Artikel 8 Informatieplicht

  • 1.

    Als het dagelijks bestuur of de voorzitter daarom verzoekt, rapporteert de directeur publieke gezondheid over de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheden.

  • 2.

    Jaarlijks worden de overzichten 1, 2, 3 en 4 voor zover nodig geactualiseerd. Er wordt een geconsolideerde tekst bekendgemaakt.

Artikel 9 Intrekken oude regelingen

De Mandaatregeling voor de Gemeenschappelijke regeling Publieke Gezondheid & Zorg Groningen (GGD Groningen), vastgesteld door het algemeen bestuur op 15 december 2017, wordt ingetrokken.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na de bekendmaking en werkt terug tot 1 oktober 2019.

Artikel 11 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als ‘Delegatie- en mandaatbesluit GGD Groningen 2019’.

Aldus besloten op 13 september 2019 respectievelijk 4 oktober 2019.

Het dagelijks bestuur,

M. Gijsbertsen,

voorzitter

G. Wildeboer,

secretaris

Het algemeen bestuur,

M. Gijsbertsen,

voorzitter

G. Wildeboer,

secretaris

De voorzitter,

M. Gijsbertsen

Overzicht 1

Bevoegdheden die het algemeen bestuur delegeert aan het dagelijks bestuur:

 

Grondslag/Bevoegdheid

1

Vaststellen tarieven GGD op basis van artikel 28 van de Gemeenschappelijke regeling Publieke Gezondheid en Zorg Groningen 2019.

2

Het aannemen van facultatieve taken of het aannemen van taken voor derden, voor zover het geen wettelijke taak van de gemeente betreft.

3

Uitvoeren Privacyreglement GGD Groningen voor zover het de bevoegdheden van het algemeen bestuur betreft (onder andere het melden van datalekken).

Overzicht 2

Verlening mandaat, machtiging of volmacht door het dagelijks bestuur aan de directeur publieke gezondheid:

 

Grondslag/bevoegdheid

Ondermandaat/beperkingen/specifiek etc.

1

Het aanvragen van (wijzigingen of intrekken van) vergunningen of ontheffingen die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de taken van GGD Groningen.

Ondermandaat aan managers GGD is toegestaan.

2

Artikel 2 van de Regeling mandaat en volmachtverlening aan de GGD‘en met betrekking tot de uitvoering van het Warenwetbesluit tatoeëren en piercen:

- besluiten op aanvragen van vergunningen

- intrekken van vergunningen

- vaststellen hoogte retributies

- innen van de retributies.

Ondermandaat aan medewerkers toezicht en advies.

 

Minister van VWS heeft zijn bevoegdheid tot vergunningverlening en retributies gemandateerd aan de bestuurscommissie GGD, die deze op 25 mei 2007 heeft gemandateerd aan de directeur GGD met de bevoegdheid tot ondermandatering.

3

Het aannemen van facultatieve taken of het aannemen van taken voor derden, voor zover het geen wettelijke taak van de gemeente betreft.

 

4

Het aangaan van privaatrechtelijke rechtshandelingen met financiële consequenties.

De DPG kan budgethouder(s) volmacht verlenen conform de volgende uitgangspunten:

a. managers GGD en coördinator Sense: privaatrechtelijk handelen tot een bedrag van € 100.000,-

b. medewerker GGD: privaatrechtelijk handelen tot een bedrag van € 2.500.-

Indien budgethouders worden aangewezen, wordt hiervan een overzicht bijgevoegd bij het overzicht van de ondermandaten en aldus bekend gemaakt.

5

Het aangaan van privaatrechtelijke rechtshandelingen voor zover daarbij geen middelen van de GGD worden aangewend.

Ondermandaat aan managers GGD is toegestaan.

6

Besluiten om namens GGD Groningen, het algemeen bestuur of het dagelijks bestuur rechtsgedingen, bezwaar-- of beroepsprocedures te voeren of handelingen ter voorbereiding te verrichten, behalve:

- indien het algemeen bestuur, voor zover het het algemeen bestuur aangaat, anders beslist;

- indien het dagelijks bestuur, voor zover het het dagelijks bestuur aangaat, anders beslist.

Het mandaat/de machtiging geldt tevens voor het verrichten van voorbereidende handelingen, het voeren van verweer, de woordvoering ter zitting en het meenemen van relevante deskundigen etc.

 

Ondermandaat onder dezelfde voorwaarden is toegestaan aan:

- Medewerkers GGD

- Externe deskundigen.

7

Besluiten tot verdaging van beslistermijnen bij bezwaarprocedures.

Ondermandaat aan managers GGD is toegestaan.

8

Besluiten tot alle conservatoire maatregelen, zowel in als buiten rechte, en doen wat nodig is ter voorkoming van verjaring of verlies van recht of bezit.

Ondermandaat aan managers GGD is toegestaan.

9

Besluiten over Wob verzoeken, gericht aan de GGD, het algemeen bestuur, dagelijks bestuur of de voorzitter.

Ondermandaat aan managers GGD is toegestaan.

10

Besluiten over klachten (Awb of Wkkgz).

 

11

Uitvoeren Privacyreglement GGD Groningen.

Ondermandaat is toegestaan conform Privacyreglement GGD Groningen.

12

Afhandelen datalekken en melden datalekken bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP).

1. Afhandelen datalekken conform Protocol Melden Datalekken GGD Groningen;

2. Melden datalekken bij AP; ondermandaat aan Functionaris Gegevensbescherming, conform Protocol Melden Datalekken GGD Groningen.

13

Het aangaan van Dienstverleningsovereenkomsten met gemeenten en het aangaan van Service Level Agreements met gemeenten conform art. 5.

Ondermandaat aan managers GGD is toegestaan.

14

Het beheer van de activa en de passiva en de zorg voor de controle op het geldelijke beheer en de boekhouding, voor zover deze niet is opgedragen aan anderen dan het dagelijks bestuur.

Ondermandaat aan managers GGD is toegestaan.

In het treasurystatuut GGD Groningen kunnen nadere regels worden gesteld.

15

Het aangaan, wijzigen en beëindigen van arbeidsovereenkomsten met medewerkers.

Ondermandaat/volmacht is toegestaan aan managers GGD:

- het aangaan en wijzigen van arbeidsovereenkomsten

- het aangaan, wijzigen en beëindigen van overeenkomsten met stagiaires en vrijwilligers

- (tijdelijke) urenuitbreiding dan wel vermindering.

16

Vaststellen Personeelshandboek.

 

17

Vaststellen reorganisatiebesluit (inclusief formatieoverzicht).

 

18

Uitvoeren wijzigingen rechtspositie medewerkers.

Ondermandaat aan managers GGD is toegestaan.

19

Verbinden van nadere voorwaarden aan het verrichten van nevenwerkzaamheden.

Ondermandaat aan managers GGD is toegestaan.

Overzicht 3

Verlening mandaat, machtiging of volmacht door de voorzitter aan de directeur publieke gezondheid:

 

Grondslag/bevoegdheid

Ondermandaat/beperkingen/specifiek etc.

1

Vertegenwoordigen van de GGD in en buiten rechte.

Het mandaat betreft de uitoefening van de mandaten verleend volgens overzicht 2.

Het mandaat/de machtiging geldt tevens voor het verrichten van voorbereidende handelingen, het voeren van verweer, de woordvoering ter zitting en het meenemen van relevante deskundigen etc.

 

Ondermandaat en machtiging zijn onder dezelfde voorwaarden toegestaan aan medewerkers GGD en externe deskundigen.

Overzicht 4

Overzicht van externe mandaten, verleend door derden aan het dagelijks bestuur of aan de directeur publieke gezondheid:

 

Grondslag/bevoegdheid

Mandaatgever

Gemandateerde

Ondermandaat/beperkingen etc.

1

Inspectie schepen zeehavens o.g.v. art. 57 Wet publieke gezondheid): aanwijzing inspecteurs en uitvoering.

Burgemeester Delfzijl en burgemeester Het Hogeland.

Directeur PG

Uitvoering: ondermandaat aan medewerkers GGD is toegestaan.

2

Toezicht Wet maatschappelijke ondersteuning o.g.v. Wmo en Awb: aanwijzen toezichthouders en uitvoering.

Colleges van B&W van Het Hogeland, Westerkwartier en ADL-gemeenten.

Directeur PG

Uitvoering: ondermandaat aan medewerkers GGD is toegestaan.

3

Toezicht Wet kinderopvang o.g.v. art. 1.61 Wet kinderopvang: aanwijzing toezichthouders en uitvoering.

Colleges van B&W van de deelnemende gemeenten.

Directeur PG

Uitvoering: ondermandaat aan medewerkers GGD is toegestaan.

 

Uitleg over de gebruikte wettelijke begrippen:

Delegatie = een bevoegdheid besluiten te nemen wordt overgedragen. Diegene die de bevoegdheid krijgt oefent die uit onder eigen naam en verantwoordelijkheid.

Mandaat = bevoegdheid besluiten te nemen en te ondertekenen namens mandaatgever. Mandaatgever blijft verantwoordelijk.

Volmacht = bevoegdheid privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten.

Machtiging = bevoegdheid overige handelingen te verrichten.

TOELICHTING DELEGATIE- EN MANDAATBESLUIT

Inleiding

Doel van het Delegatie- en mandaatbesluit is een vlotte afhandeling te bevorderen bij de uitvoering van taken en de besluitvorming daarover binnen GGD Groningen. Slagvaardig werken door bepaalde verantwoordelijkheden en uitvoeringstaken zo dicht mogelijk bij de plek te leggen waar de resultaten bereikt moeten worden. Bedoeling is dat hierdoor een goede organisatie en stroomlijning van de werkzaamheden ontstaat.

 

Dit besluit heeft uitsluitend betrekking op de GGD-taken. De RIGG-taken vallen hier niet onder en zijn separaat geregeld.

Wettelijke begrippen delegatie en mandaat; volmacht en machtiging

Bij delegatie is sprake van overdracht van een bevoegdheid. Een bestuursorgaan draagt een bestaande bevoegdheid tot het nemen van besluiten over aan een ander. Deze oefent die bevoegdheid onder eigen naam en verantwoordelijkheid uit. Delegatie aan ondergeschikten is niet mogelijk. Delegatie past niet in een hiërarchische verhouding.

Bij mandaat vindt geen overdracht van een bevoegdheid plaats, maar wordt de bevoegdheid om besluiten te nemen namens een bestuursorgaan uitgeoefend. Het bestuursorgaan dat het mandaat verleent, blijft verantwoordelijk en aansprakelijk voor de genomen besluiten. Daarom kan de mandaatgever altijd aanwijzingen geven met betrekking tot de uitoefening van het mandaat, of de bevoegdheid zelf uitoefenen. De mandaatgever kan toestaan dat eenmalig ondermandaat wordt verleend. Mandaat past in een hiërarchische verhouding.

Mandaat aan niet-ondergeschikten is mogelijk met instemming van de gemandateerde.

Regels voor mandaat zijn op grond van de Algemene wet bestuursrecht ook van toepassing op het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen (volmacht) en feitelijke handelingen (machtiging).

 

De hoofdlijnen van het besluit zijn weergegeven in een overzicht met juridische verhoudingen en een overzicht met een bevoegdheidsverdeling:

 

Juridische verhoudingen:

Wie

Wat

Overdragen aan

Opdragen aan

Aanduiding

Algemeen bestuur

Bevoegdheden op grond van Wet publieke gezondheid of Gemeenschappelijke regeling Publieke Gezondheid & Zorg (GR)

Dagelijks bestuur

 

Delegatie

Dagelijks bestuur

bevoegdheden op grond van Wet gemeenschappelijke regelingen, GR of delegatie door algemeen bestuur

 

Directeur Publieke Gezondheid

Mandaat

Directeur publieke gezondheid

Bevoegdheden direct op grond van Wet publieke gezondheid of andere formele of materiële regelgeving, dan wel een extern mandaat

 

Medewerkers GGD

Mandaat

Directeur publieke gezondheid

Bevoegdheden krachtens mandaat door dagelijks bestuur of voorzitter

 

Medewerkers GGD

Ondermandaat

 

Bevoegdheidsverdeling:

Wie

Wat

Waar

Algemeen bestuur

Vaststelling financiële en juridische kaders, hoofdlijnen van beleid en toetsing

Gemeenschappelijk Regeling Publieke Gezondheid & Zorg

Dagelijks bestuur

Bevoegdheden van dagelijks bestuur binnen de vastgestelde kaders

Gemeenschappelijk Regeling Publieke Gezondheid & Zorg;

Artikelen 1-3; overzicht 1

Directeur publieke gezondheid

- Zelfstandige uitvoering binnen de vastgestelde kaders van bepaalde taken dagelijks bestuur

- Ondertekening besluiten in mandaat

Gemeenschappelijk Regeling Publieke Gezondheid & Zorg

Artikelen 4-8; overzicht 2

Directeur publieke gezondheid

- Zelfstandige uitvoering binnen de vastgestelde kaders van bepaalde taken voorzitter

- Ondertekening besluiten in mandaat

Gemeenschappelijk Regeling Publieke Gezondheid & Zorg

Artikelen 4-8; overzicht 3

Directeur publieke gezondheid

- Zelfstandige uitvoering binnen de vastgestelde kaders van bepaalde externe mandaten

- Ondertekening besluiten in mandaat

Overzicht 4

 

De overzichten 1 tot en met 4 zijn positief geformuleerd, dat wil zeggen dat een mandaat altijd in het overzicht vermeld moet zijn. Is een bevoegdheid niet in het overzicht opgenomen, dan is het dus niet verleend. Dit geldt op gelijke wijze voor de ondermandaten.

De positie van de Directeur Publieke Gezondheid

In alle gevallen wordt er in het Delegatie- en mandaatbesluit mandaat verleend aan de directeur publieke gezondheid. De directeur publieke gezondheid staat aan het hoofd van de organisatie van GGD Groningen en is belast met het integraal management, de producten en output van de organisatie en het relatiebeheer. De directeur publieke gezondheid is hierop aanspreekbaar door het dagelijks bestuur van GGD Groningen.

De directeur publieke gezondheid heeft op grond van de Wet veiligheidsregio’s de leiding over de GHOR: de geneeskundige hulpverleningsorganisatie in de regio, belast met de coördinatie, aansturing en regie van de geneeskundige hulpverlening en met de advisering van andere overheden en organisaties op dat gebied. De directeur publieke gezondheid is belast met de operationele leiding van de geneeskundige hulpverlening.

Voor de GHOR-taken is de directeur publieke gezondheid verantwoording schuldig aan het bestuur van Veiligheidsregio Groningen. De directeur publieke gezondheid vult deze rol in met inachtneming van de regelingen, instructies en mandaten van Veiligheidsregio Groningen.

Bekendmaking

Het delegatie- en mandaatbesluit kan ook gevolgen voor burgers hebben. Zij kunnen geconfronteerd worden met besluiten die genomen zijn door een ander dan het oorspronkelijk bevoegde bestuursorgaan of namens een bestuursorgaan. Daarom is er een verplichting om het besluit bekend te maken.

 

Om het overzicht te behouden is bepaald dat niet alleen de wijzigingen worden bekendgemaakt, maar dat steeds een integraal overzicht van de mandaten, volmachten en machtigingen wordt gepubliceerd.

Artikelsgewijs

Artikel 2

in beginsel kan op grond van de GR PG&Z het dagelijks bestuur (en de directeur publieke gezondheid in mandaat of als gemachtigde) geen uitgaven doen die niet passen binnen de begroting. Een adequate bedrijfsvoering vraagt echter om meer flexibiliteit. Dit vraagt om de mogelijkheid van begrotingsoverschrijdingen, mits deze passen in de door het algemeen bestuur jaarlijks vastgestelde ‘kader accountantscontrole’.

Bij het aangaan van nieuwe facultatieve taken tijdens het lopende begrotingsjaar dienen de uitgaven gedekt te zijn door kostendekkende inkomsten.

Hierbij kan ook worden gedacht aan subsidies voor pilots of onderzoek.

Artikel 4

Dit artikel biedt de grondslag voor het verlenen van mandaat aan de gemandateerden. De uitoefening van een bevoegdheid kan ruim worden opgevat. Zo volgt bijvoorbeeld uit de bevoegdheid toezichthouder aan te wijzen, ook de bevoegdheid om de daarvoor noodzakelijke legitimatiebewijzen af te geven. Daarom wordt onder de uitoefening mede/in elk geval verstaan:

  • a.

    het verrichten van voorbereidingshandelingen en uitvoeringshandelingen;

  • b.

    het voeren van correspondentie in het kader van die bevoegdheden, waaronder mede begrepen het verdagen, uitstellen of toezenden van besluiten;

  • c.

    het stellen van nadere voorwaarden;

  • d.

    het bekendmaken van besluiten;

  • e.

    het beslissen op verzoeken om schadevergoeding;

  • f.

    het voeren van verhaals- en incassoprocedures;

  • g.

    het doen van aangifte van strafbare feiten.

Het derde lid vloeit voort uit art. 10:11 Awb, dat inhoudt dat een bestuursorgaan kan bepalen dat door hem genomen besluiten namens hem kunnen worden ondertekend. Omwille van de duidelijkheid geeft deze bepaling uitsluitsel: degene die het afdoeningsmandaat heeft, heeft ook het ondertekeningsmandaat.

Het vierde lid geeft aan dat de mandaatverhouding uit de ondertekening moet blijken. Ondertekening ziet er dan als volgt uit (afhankelijk van de situatie):

 

Met vriendelijke groet,

Het dagelijks bestuur PG&Z Groningen,

namens hen,

 

(Handtekening)

(Naam)

Directeur Publieke Gezondheid GGD Groningen

 

Met vriendelijke groet,

De voorzitter PG&Z,

namens hem,

 

(Handtekening)

(Naam)

Directeur Publieke Gezondheid Groningen GGD Groningen

 

Met vriendelijke groet,

De Directeur Publieke Gezondheid GGD Groningen,

namens hem,

 

(Handtekening)

(Naam)

(Functie)

Artikel 5

Omdat het karakter van een mandaat is dat de uitoefening namens de mandaatgever plaatsvindt en de mandaatgever verantwoordelijk blijft, is het van belang dat het voor de gemandateerde helder is in welke gevallen géén gebruik gemaakt mag worden van het mandaat. Bij de beperking, bedoeld in het tweede lid, sub d wordt gedacht aan besluiten, waaruit belangrijke financiële, juridische, organisatorische, politieke/bestuurlijke en/of publicitaire consequenties kunnen voortvloeien; verder geldt: ‘bij twijfel niet inhalen’, dus overleggen met de mandaatgever of direct terugleggen.

Artikel 6

Een vervangingsregeling kan bij besluit van het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur of de directeur publieke gezondheid of in werkinstructies vastgelegd worden.

 

Bij de ondertekening van stukken blijft de naam van de gemandateerde staan, en de plaatsvervanger tekent met de toevoeging “b.a.” (bij afwezigheid) of “i.o.” (in opdracht).

Artikel 7

Hier is de grondslag voor het ondermandaat gegeven. De grenzen van het ondermandaat komen overeen met die van het mandaat, de artikelen 4 en 5 zijn van overeenkomstige toepassing.

 

Bij ondermandaat moet uit de ondertekening de ondermandaatverhouding blijken:

Met vriendelijke groet,

Het dagelijks bestuur PG&Z Groningen,

namens hen, Directeur Publieke Gezondheid GGD Groningen,

namens deze,

 

(Handtekening)

(Naam)

(Functie)

 

Met vriendelijke groet,

De voorzitter PG&Z,

namens hem, Directeur Publieke Gezondheid GGD Groningen,

namens deze,

 

(Handtekening)

(Naam)

(Functie)

Artikel 8

Om niet verstrikt te raken in een woud van wijzigingen wordt jaarlijks indien nodig een integrale, doorlopende tekst gepubliceerd, die een geactualiseerd overzicht biedt van de mandaten en ondermandaten. Tussentijdse wijzigingen worden in het eerstvolgende integrale overzicht opgenomen.

Bij Overzicht 2

bij 4.

De directeur publieke gezondheid is gemachtigd uitgaven te doen binnen de begroting of indien voldaan wordt aan het jaarlijks door het algemeen bestuur vastgestelde ‘kader accountantscontrole. Dat is weer gebaseerd op landelijke regelgeving. Hierin is bepaald welke kostenoverschrijdingen onrechtmatig zijn en meetellen bij de beoordeling door de accountant. Het geheel biedt armslag voor het efficiënt voeren van de bedrijfsvoering.

Bij 15.

Personeel

Per 1 januari 2020 ligt het werkgeverschap van de GGD bij het dagelijks bestuur. In het mandaat is geregeld dat de meeste bevoegdheden worden overgedragen aan de DPG. Hierbij is rekening gehouden met de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (WNRA) die per 1 januari 2020 van kracht wordt.

 

De DPG is gemachtigd tot het aangaan, wijzigen en beëindigen van arbeidsovereenkomsten. De DPG kan deze bevoegdheid opdragen aan de managers GGD met uitzondering van het beëindigen van arbeidsovereenkomsten.

Naar boven