Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2019

De raad van de gemeente Almere,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders:

B E S L U I T:

gelet op artikel 225 van de Gemeentewet,

vast te stellen de:

VERORDENING op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2019.

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden

  • b.

    houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 (Stb. 1935, 554) aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven

  • c.

    parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan

  • d.

    parkeerrecht: het recht om een bepaald voertuig gedurende een bepaalde periode op een bepaalde plaats of in een bepaald gebied te parkeren

  • e.

    centraal register: het register van het ServiceHuis Parkeer- en Verblijfsrechten bestemd voor de registratie van parkeerrechten.

 

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam 'parkeerbelastingen' worden de volgende belastingen geheven:

  • a.

    een belasting ter zake van het parkeren van een voertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college van burgemeester en wethouders te bepalen plaats, tijdstip en wijze

  • b.

    een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een voertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze.

 

Artikel 3. Belastingplicht

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven van de degene die het voertuig heeft geparkeerd.

  • 2.

    Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:

    • a.

      degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen

    • b.

      zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 2, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het voertuig, met dien verstande dat:

      • i.

        indien een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overgelegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder van het voertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd

      • ii.

        indien blijkt dat een ander in het kentekenregister had moeten staan ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het voertuig heeft geparkeerd.

  • 3.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen

  • 4.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd.

 

Artikel 4. Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak

De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.

 

Artikel 5. Ontstaan van de belastingschuld

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren

  • 2.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, is verschuldigd op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.

 

Artikel 6. Wijze van heffing

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt:

    • a.

      het onmiddellijk na aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur, waarbij de ontvangen parkeerticket direct en volledig lees- en zichtbaar achter de voorruit van het voertuig, aan bestuurderszijde, wordt geplaatst

    • b.

      het op andere wijze activeren van het parkeerrecht op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college van burgemeester en wethouders gestelde voorschriften

  • 2.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte.

 

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, moet overeenkomstig de aangifte worden betaald bij de aanvang van het parkeren

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen twee maanden na het einde van het parkeren, indien het parkeren aanvangt door middel van het aanmelden bij het centraal register

  • 3.

    De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, moet overeenkomstig de aangifte worden betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend

  • 4.

    Een naheffingsaanslag parkeerbelasting moet binnen de op de (digitale) factuur aangegeven termijn en op de daarop aangegeven wijze worden betaald.

 

Artikel 8. Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen

De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.

 

Artikel 9. Kosten

De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen

€ 62,70.

 

Artikel 10. Ontheffing

  • 1.

    Indien de vergunning wordt ingetrokken, wordt op aanvraag ontheffing van de parkeerbelasting verleend over de nog resterende volle maanden waarop de vergunning betrekking heeft

  • 2.

    Indien als gevolg van maatregelen getroffen of met instemming van het gemeentebestuur de vergunninghouder over een gedeelte van het tijdvak waarvoor de vergunning geldt geen gebruik kan maken van de vergunning, wordt ontheffing van de parkeerbelasting verleend over het aantal maanden gedurende welke dat gebruik niet mogelijk is geweest.

 

Artikel 11. Kwijtschelding

Bij de invordering van deze belasting wordt geen kwijtschelding verleend.

 

Artikel 12. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.

 

Artikel 13. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening parkeerbelastingen Almere 2018” die eerder op 21 december 2017 is vastgesteld, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening parkeerbelastingen Almere 2019”.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de gemeenteraad d.d. 6 december 2018

De griffier, de voorzitter,

J.D. Pruim F.M. Weerwind

Bijlage 1

Kostenopbouw en tarief naheffingsaanslagen Almere Stad (Stadshart)

 

De voor 2019 geraamde kosten voor het opleggen van een naheffingsaanslag bedragen:

Kosten parkeercontrole € 340.700,00

Administratieve kosten naheffing € 114.400,00

Kosten controleapparatuur € 5.900,00

Kosten overhead en ondersteuning € 95.600,00

----

Totaal kosten naheffingsaanslagen € 556.600,00

 

Het voor 2019 geraamde aantal op te leggen naheffingsaanslagen bedraagt 7.000. De kosten gedeeld door het aantal naheffingsaanslagen geeft een gemiddeld kostenbedrag per naheffing van € 79,51. Aangezien er wettelijk maximaal € 62,70 per naheffing in rekening gebracht mag worden en het uurtarief voor het eerste uur van € 2,82 geldt, wordt er voor het opleggen van een naheffingsaanslag een tarief van € 65,52 gehanteerd (naheffing + uurtarief eerste uur). In afwijking van het voorgaande, geldt voor naheffingsaanslagen die worden opgelegd ter zake van het Tegelzetterdek een bedrag van € 65,00 (naheffing + uurtarief eerste uur).

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 6 december 2018

De griffier, de voorzitter,

J.D. Pruim F. M. Weerwind

Kostenopbouw en tarief naheffingsaanslagen Almere Buiten

 

De voor 2019 geraamde kosten voor het opleggen van een naheffingsaanslag bedragen:

Kosten parkeercontrole € 308.200,00

Administratieve kosten naheffing € 103.500,00

Kosten controleapparatuur € 5.300,00

Kosten overhead en ondersteuning € 86.500,00

---

Totaal kosten naheffingsaanslagen € 503.500,00

 

Het voor 2019 geraamde aantal op te leggen naheffingsaanslagen bedraagt 6.200. De kosten gedeeld door het aantal naheffingsaanslagen geeft een gemiddeld kostenbedrag per naheffing van € 81,20. Aangezien er wettelijk maximaal € 62,70 per naheffing in rekening gebracht mag worden en het uurtarief voor het eerste uur van € 1,90 geldt, wordt er voor het opleggen van een naheffingsaanslag een tarief van € 64,60 gehanteerd (naheffing + uurtarief eerste uur).

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 6 december 2018

De griffier, de voorzitter,

J.D. Pruim F. M. Weerwind

 

 

Bijlage 2 Tarieven Parkeerbelasting 2019

 

Almere Stad straatparkeren

bedrag in euro’s

 

 

Parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld onder art 2a verordening parkeerbelasting

 

 

 

Betaaltijden

 

Maandag t/m zaterdag 07.00-24.00 uur

 

Zondag 12.00-24.00 uur

 

 

 

Starttarief

0,26

Uurtarief

2,56

Dagkaart (0.00-24.00 uur) op datum

17,89

Meerdagen kaart (aaneengesloten kalenderdagen), per dag

17,89

Parkeren met gebruik geldige gehandicaptenkaart

0,00

 

 

Tarieven kortparkeren Tegelzetterdek

 

Betaaltijden

 

Maandag t/m zaterdag 07.00-24.00 uur

 

Zondag 12.00-24.00 uur

 

Starttarief

0,26

Uurtarief

2,04

Maximaal dagtarief

9,71

Avondtarief (maximaal tarief tussen 18.00 en 24.00 uur, bij gebruik van belparkeren)

5,11

 

 

Parkeervergunningen (centrumgebied)

 

Bewonersvergunning ex art 3, lid 2a

 

per jaar

193,50

per 3 maanden

53,30

per maand

19,60

Standplaatsvergunning als bedoeld in marktverordening per jaar

35,10

Dagtarief parkeren voor touringcars, per dag

10,00

 

 

Bedrijfsvergunning met noodzakelijkheidsverklaring, ex art 3, lid 2b, zonder tijdsbeperking in 1 zone (7 dagen per week, 24 uur per dag)

 

per jaar

958,80

per 3 maanden

266,40

per maand

97,60

 

 

Bedrijfsvergunning ex art 3, lid 2c, zonder tijdsbeperking in 1 zone (7 dagen per week, 24 uur per dag)

 

per jaar

1446,00

per 3 maanden

401,80

per maand

147,30

 

 

Vrije vergunning ex art 3, lid 2f , alle zones in betreffend gebied, (7 dagen per week, 24 uur per dag)

 

per jaar

1927,60

per 3 maanden

524,70

per maand

194,10

 

 

Belanghebbendenplaatsen ex art 3, lid 7, per jaar, (bedrag is excl. de kosten voor bebording en aanleg parkeerplaats )

1446,00

 

 

Belanghebbendenplaatsen ex art 3, lid 7, per jaar, buiten gereguleerd parkeergebied, (bedrag is excl de kosten voor de aanleg en bebording)

321,20

 

 

Dagtarief evenementen parkeren (per 50 parkeerplaatsen of deel daarvan)

250,00

 

 

Zorgvergunning voor professionals, ex art 3, lid 2e, alleen geldig in het op de vergunning aangegeven gebied, per jaar

54,30

 

 

Bezoekerskaart bewoners, ex art 8, lid 1, op naam max 10 per maand per 2 uur (kraskaart bezoekers)

1,40

 

 

Bezoekerskaart bewoners, ex art 8, lid 1, op naam max 10 per maand per dag (kraskaart bezoekers)

5,00

 

 

Maximaal te gebruiken parkeerrechtsaldo (bezoekersapp), per jaar

800,00

 

 

 

 

Centrum Almere Buiten

bedrag in euro’s

 

 

Tarieven kort parkeren Straat

 

 

 

Betaaltijden

 

Maandag t/m zaterdag 08.00-22.00 uur

 

Zondag 12.00-17.00 uur

 

 

 

Starttarief

0,26

Uurtarief

1,64

Maximaal dagtarief (24 uur)

2,04

Meerdagenkaart (vergunning voor aaneengesloten kalenderdagen), per dag

2,04

Parkeren met gebruik geldige gehandicaptenkaart

0,00

 

 

Parkeervergunningen (centrumgebied)

 

Bewonersvergunning ex art 3, lid 2a

 

per jaar

157,50

per 3 maanden

43,40

per maand

16,10

 

 

Standplaatsvergunning als bedoeld in marktverordening per jaar

28,80

 

 

Werknemersvergunning ex art 3, lid 2d, met tijdsbeperking, in aangegeven gebied, (maandag t/m vrijdag van 08.00-22.00 uur)

 

per jaar

392,50

per 3 maanden

107,50

per maand

40,00

 

 

Werknemersvergunning ex art 3, lid 2d, zonder tijdsbeperking in aangegeven gebied (7 dagen per week, 24 uur per dag)

 

per jaar

589,90

per 3 maanden

162,40

per maand

60,00

 

 

Belanghebbendenplaatsen ex art 3, lid 7, per jaar,(bedrag is excl. de kosten voor bebording en aanleg parkeerplaats )

1006,20

 

 

Belanghebbendenplaatsen ex art 3, lid 7, per jaar, buiten gereguleerd parkeergebied, (bedrag is excl de kosten voor de aanleg en bebording)

321,20

 

 

Zorgvergunning voor professionals, ex art 3, lid 2e, alleen geldig in het op de vergunning aangegeven gebied, per jaar

54,40

 

 

Bezoekerskaart bewoners, ex art 8, lid 1, op naam max 10 per maand, per 2 uur (kraskaart bezoekers)

0,70

 

 

Bezoekerskaart bewoners, ex art 8, lid 1, op naam max 10 per maand, per dag (kraskaart bezoekers)

1,00

 

 

Maximaal te gebruiken parkeerrechtsaldo (bezoekersapp), per jaar

250,00

 

 

Naar boven