Verordening op de heffing en invordering van Precariobelasting 2016

 

Zaaknummer: 1129126

 

De Raad van de gemeente Hoorn;

  • -

    gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders d.d. 17 november 2015

  • -

    gelet op artikel 228 van de Gemeentewet;

     

besluit vast te stellen de:

Verordening op de heffing en invordering van Precariobelasting 2016

Artikel 1 Aard van de heffing en belastbaar feit

Onder de naam "precariobelasting" wordt ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond een belasting geheven.

Artikel 2 Belastingplicht

  • 1.

    De belasting wordt geheven van degene van wie, dan wel ten behoeve van wie, voorwerpen worden aangetroffen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond.

  • 2.

    In afwijking van het gestelde in het eerste lid van dit artikel geldt dat indien een ander dan de gemeente een markt organiseert de belasting wordt geheven van degene die de markt organiseert.

Artikel 3 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor:

  • 1.

    het hebben van voorwerpen uitsluitend gebezigd voor een weldadig doel, ten algemene nutte of in het algemeen belang van de gemeente;

  • 2.

    het hebben van borden, masten, palen en dergelijke, die in verband met verkiezingen van publiekrechtelijke lichamen zijn aangebracht;

  • 3.

    het hebben van brievenbussen, postzegelautomaten, telefooncellen;

  • 4.

    het hebben van wegwijzers en verkeersaanwijzingen van de Koninklijke Nederlandse Toeristenbond A.N.W.B. en van andere overeenkomstige instellingen;

  • 5.

    het tijdelijk hebben van voorwerpen uitsluitend gebezigd door amateur sportverenigingen ter promotie van hun sport.

Artikel 4 Tarieven en maatstaven van heffing

  • 1.

    De belasting wordt geheven naar de tarieven en maatstaven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Bij de toepassing van tarieven zoals beschreven in artikel 7.3 van de tarieventabel behorende bij deze verordening wordt de belasting berekend aan de hand van het gebied zoals omschreven in lid 3 t/m 5 waar het belastbare feit zich voordoet of heeft voortgedaan.

  • 3.

    Als bijlage van deze verordening worden de gebieden 1 t/m 3 op de kaart van de Gemeente Hoorn aangegeven. Mocht de hierna genoemde woordelijke omschrijving van een gebied niet duidelijk zijn dan is de in de kaart getekende grenslijn bepalend in welk gebied het belastbare feit plaats vindt.

  • 4.

    Onder gebied Centrum moet worden verstaan: het gebied dat wordt omsloten door Keern, Hoge Vest, Westerdijk tot waar het pad begint richting het Visserseiland, het Visserseiland, de Grashaven, Oostereiland, Mallegomsteeg, Oosterkerksteeg, Bagijnensteeg, Overslagkade, Draafsingel, Spoorsingel en de van Dedemstraat.

  • 5.

    Onder gebiedWinkelcentra moet worden verstaan:

    • a.

      Winkelcentrum de Grote Beer: het gebied wordt omsloten door De Weel, Grote Beer en Poolster.

    • b.

      Winkelcentrum de Huesmolen: het gebied wordt omsloten door Zwaagmergouw, Poortwachter, Torenwachter en ’t Grachtje Over.

    • c.

      Winkelcentrum Kersenboogerd: het gebied wordt omsloten door Rijnweg, Brederode Gracht, Aagje Dekenplein en Betje Wolffplein.

  • 6.

    Onder overig gebied wordt verstaan: het restant van het gebied dat binnen de Gemeente Hoorn is gelegen en niet valt onder gebied Centrum of Winkelcentra.

  • 7.

    In geval precariobelasting wordt geheven op grond van artikel 7.1 tot en met 7.1.3 zoals benoemd in de tarieventabel behorende bij deze verordening en twee belastingplichtigen delen hetzelfde stuk openbare gemeentegrond, kan op aanvraag een korting van 50% worden gegeven op het aantal vierkante meter wat door de twee belastingplichtigen wordt gedeeld. Hierbij moet in acht worden genomen dat de korting alleen van toepassing is als voor beide belastingplichtigen hetzelfde tarief en hetzelfde tijdvak van toepassing is.

Artikel 5 Tariefstoepassing

Voor de toepassing van de tarieven gelden de volgende bepalingen:

  • 1.

    Voor de berekening van de belasting wordt, voorzover niet anders is bepaald, een gedeelte van een vierkante meter voor een gehele vierkante meter en een gedeelte van een strekkende meter voor een gehele strekkende meter gerekend.

  • 2.

    Bij de toepassing van de in de bij deze verordening behorende tabel bepaalde tarieven resp. per maand of per week, zal in totaal per jaar of per maand niet meer worden geheven dan onderscheidenlijk bij toepassing van het tarief voor een jaar of maand zou zijn verschuldigd.

  • 3.

    Indien de belasting voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven de grond is vastgesteld per m2 wordt de belasting berekend naar de oppervlakte van de horizontale projectie van de voorwerpen, waarbij voor leidingen of andere soortgelijke voorwerpen een minimale doorsnede wordt aangehouden van 5 cm.

  • 4.

    Indien op grond van deze verordening meer dan een tarief toegepast zou kunnen worden, wordt slechts een aanslag tot het hoogste tarief opgelegd.

  • 5.

    In deze verordening en de daarop rustende bepalingen wordt, voorzover niet anders bepaald, verstaan onder:

    • a.

      jaar: een kalenderjaar;

    • b.

      maand: een tijdvak, dat aanvangt op de datum van een kalendermaand en eindigt op de dag voorafgaande aan diezelfde datum van de volgende kalendermaand;

    • c.

      week: tijdvak van zeven achtereenvolgende dagen.

Artikel 6 Belastingjaar

  • 1.

    Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2.

    Indien het belastbaar feit zich heeft voorgedaan gedurende een gedeelte van het kalenderjaar is, in afwijking van het eerste lid, het belastingtijdvak gelijk aan een maand, week of dag, met dien verstande, dat ook de heffing voor elk belastbaar feit afzonderlijk plaatsvindt.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1.

    De belasting, in de bij deze verordening behorende tabel genoemd onder hoofdstuk 5 wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een nota of andere schriftuur.

  • 2.

    De overige belasting wordt geheven bij wege van aanslag.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    Indien het gebruik of genot van de grond ophoudt of voorwerpen onder, op of boven die grond worden verwijderd voor het verstrijken van het tijdvak, waarover de belasting is verschuldigd, wordt over de resterende volle kalendermaanden van dat tijdvak ontheffing verleend, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.

  • 2.

    Waar in de bij deze verordening behorende tabel alleen een tarief per jaar is vastgesteld wordt, indien de belastingplicht in de loop van het dienstjaar ontstaat, voor de eerste maal een aanslag opgelegd over zoveel twaalfde delen van de voor een jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar nog maanden moeten verlopen, te rekenen vanaf de aanvang van het gebruik of genot; een gedeelte van een maand wordt daarbij voor een gehele maand gerekend.

  • 3.

    De in het tweede lid bedoelde belasting wordt niet geheven wanneer het belastingbedrag minder dan € 5,00 bedraagt.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1.

    De precariobelasting moet worden voldaan binnen een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet, de bon, nota of schriftuur.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid moet de in artikel 7, lid 1 bedoelde kennisgeving worden betaald op het tijdstip van uitreiking.

  • 3.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt voor de belasting geheven op grond van artikel 5.2.1 en 5.2.2 van de tarieventabel behorende bij deze verordening dat ingeval machtiging is verleend tot automatische incasso, de aanslag moet worden betaald in maximaal vier termijnen. Als betaaltermijnen worden de volgende data aangemerkt: 31 maart, 30 mei, 31 juli en 30 oktober van het kalenderjaar waarbinnen de aanslag is gedagtekend. Indien de aanslag in de loop van het kalenderjaar wordt opgelegd gelden alleen die betaaltermijnen die nog resten in het kalenderjaar. Tenzij geen betaaltermijn meer rest, dan wordt de termijn zoals benoemd in het eerste lid van dit artikel toegepast.

  • 4.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in dit artikel gestelde termijnen.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de precariobelasting.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De "Verordening Precariobelasting 2015" van 16 december 2014 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan en voor zover de Verordening precariobelasting 2016 geen rechtskracht krijgt .

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgend op die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening precariobelasting 2016".

Artikel 12 Bekendmaking

Deze verordening zal worden bekendgemaakt door het plaatsen van de verordening in het gemeenteblad. Alsmede wordt in een huis-aan-huisblad meegedeeld dat de verordening voor een ieder kosteloos ter inzage ligt in het gemeentehuis.

TARIEVENTABEL

BEHORENDE BIJ DE VERORDENING PRECARIOBELASTING 2016

Hoofdstuk 1 Algemeen

2016

 

 

 

1

Voor het houden van voorwerpen op, onder en boven de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond bedraagt het tarief:

 

1.1

Voor het hebben van voorwerpen waarvoor in deze tarieventabel geen afzonderlijk tarief is opgenomen per vierkante meter oppervlakte:

 

1.1.1

voor een week of een gedeelte van een week

€ 1,96

1.1.2

voor een maand

€ 5,95

1.1.3

voor een jaar

€ 39,12

1.2

Voor het hebben van lantaarns, schotelantennes of andere soortgelijke voorwerpen zonder reclame-uitingen:

 

1.2.1

voor een maand

€ 1,93

1.2.1

voor een jaar

€ 16,32

1.3

Voor het hebben van zonneschermen of markiezen zonder reclame-uitingen per strekkende meter per jaar

€ 6,13

1.4

Voor het hebben van spandoeken, per strekkende meter, gerekend naar de grootste afmeting:

 

1.4.1

voor een week of een gedeelte van een week

€ 1,33

1.4.2

voor een maand

€ 3,12

1.5

Voor het hebben van luifels, erkers, balkons en andere uitbouwen, brandladders en dergelijke onderdelen per vierkante meter per jaar:

€ 3,56

1.6

Voor het hebben van buizen, draden of kabels niet zijnde buizen, draden of kabels of geleidingen van Nutsbedrijven voor gas, water en elektriciteit:

 

1.6.1

per strekkende meter, per jaar

€ 1,77

 

 

 

Hoofdstuk 2 Liggeld woonschepen

 

2

Voor het innemen van een ligplaats met een woonschip en aanhorigheden per vierkante meter ingenomen wateroppervlakte bedraagt het tarief per jaar

€ 4,93

 

 

 

Hoofdstuk 3 Parkeren

 

3

Voor het hebben van voorwerpen voor weggedeelten waar parkeren gedurende enig deel van een etmaal uitsluitend tegen betaling is toegestaan bedraagt het tarief per parkeerplaats, per dag of gedeelte van een dag

€ 3,48

 

 

 

Hoofdstuk 4 Evenement

 

4.1

Voor het hebben van voorwerpen ten behoeve van het organiseren van een evenement, per vierkante meter bedraagt het tarief voor een week of een gedeelte van een week

€ 1,17

 

 

 

Hoofdstuk 5 Markt

 

5

Voor de ingenomen ruimte bij het innemen van een standplaats op een marktterrein:

 

5.1

van een dagplaats per vierkante meter bedraagt het tarief per dag:

 

5.1.1

op weekmarkten:

€ 2,35

5.1.2

op jaarmarkten

€ 5,25

5.1.3

op extra gehouden markten:

€ 2,35

5.2

van een vaste plaats op de weekmarkt bedraagt het tarief per vierkante meter:

 

5.2.1

in het centrum van Hoorn per jaar:

€ 85,51

5.2.2

voor de overige gebieden van Hoorn per jaar:

€ 68,77

 

 

 

Hoofdstuk 6 Bouwen

 

6.1

Voor het hebben van een bouwsteiger, container, bouwschutting, loods of ander tijdelijk getimmerte of voor het opstellen van werktuigen of de opslag van bouwmaterialen, grond, puin, afbraak of afval, al dan niet bij de uitvoering van enig (bouw)werk bedraagt het tarief, per vierkante meter:

 

6.1.1

voor een week of een gedeelte van een week

€ 1,96

6.1.2

voor een maand

€ 5,95

6.1.3

voor een jaar

€ 39,12

 

 

 

Hoofdstuk 7 Handel

 

7.1

Voor het hebben van een terras, waaronder wordt begrepen, banken, stoelen, parasols en tafels, ten behoeve van handels- en bedrijfsdoeleinden bedraagt het tarief per vierkante meter oppervlakte

 

7.1.1

voor een week of een gedeelte van een week

€ 1,96

7.1.2

voor een maand

€ 5,95

7.1.3

voor een jaar

€ 39,12

7.2

Voor het hebben van kramen, kiosken, tenten of voertuigen buiten het gebied van de gewone markten ten behoeve van handels- en bedrijfsdoeleinden bedraagt het tarief, per vierkante meter oppervlakte:

 

7.2.1

Voor een dag

€ 2,17

7.2.2

voor een week of een gedeelte van een week

€ 10,83

7.2.3

voor een maand

€ 30,86

7.3

Voor het hebben van uitstallingen ten behoeve van handels- en bedrijfsdoeleinden bedraagt het tarief, per vierkante meter oppervlakte:

 

7.3.1

In het centrumgebied:

 

7.3.1.1

voor een week of een gedeelte van een week

€ 3,81

7.3.1.2

voor een maand

€ 11,65

7.3.1.3

voor een jaar

€ 78,35

7.3.2

In het gebied winkelcentra:

 

7.3.2.1

voor een week of een gedeelte van een week

€ 2,86

7.3.2.2

voor een maand

€ 8,73

7.3.2.3

voor een jaar

€ 58,76

7.3.3

In het overige gebied van de gemeente Hoorn:

 

7.3.3.1

voor een week of een gedeelte van een week

€ 1,91

7.3.3.2

voor een maand

€ 5,82

7.3.3.3

voor een jaar

€ 39,17

7.4

Voor het gebruiken van grond langs water voor opslag vanuit vaartuigen geloste materialen of goederen of van die, welke ter verlading zijn aangebracht bedraagt het tarief, per vierkante meter:

 

7.4.1

voor een week of een gedeelte van een week

€ 1,17

7.4.2

voor een maand

€ 3,27

7.4.3

voor een jaar

€ 27,64

Naar boven