Besluit mandaat voorzitter Laborijn 2016

Het algemeen bestuur van Laborijn

Gelet op

de afdeling 10.1.1 van de Algemene wet dagelijks bestuursrecht;

de Gemeenschappelijke regeling uitvoeringsorganisatie Laborijn;

Besluit mandaat directeur Laborijn 2016;

Besluiten

vast te stellen:

Besluit mandaat voorzitter Laborijn

 

Artikel 1: Begripsbepalingen

Artikel 1 van de Gemeenschappelijke regeling Laborijn is van toepassing op dit besluit. Daarnaast wordt in dit besluit verstaan onder:

a.

voorzitter:

de voorzitter van Laborijn, bedoeld in artikel 17, van de regeling.

b.

directeur:

de directeur van Laborijn, bedoeld in artikel 36, van de regeling.

Artikel 2: Mandaat aan de voorzitter

  • 1.

    Ter uitvoering van de taken als genoemd in artikel 4, eerste lid, van de regeling wordt aan de voorzitter in mandaat de bevoegdheid verleend tot het behandelen en beslissen op bezwaarschriften als bedoeld in artikel 6:4, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, voor zover:

    • a.

      het besluit niet in overeenstemming is met het advies van de bezwarencommssie;

    • b.

      het besluit waartegen het bezwaar zich richt in primo door de directeur van Laborijn in mandaat is genomen.

  • 2.

    In alle overige situaties beslist de directeur overeenkomstig het bepaalde in het besluit mandaat directeur Laborijn.

Artikel 3: Slotbepalingen

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag nadat het is bekendgemaakt.

  • 2.

    Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit mandaat voorzitter Laborijn 2016.

 

Aldus besloten door het Algemeen Bestuur van Laborijn op 8 juli 2016

De secretaris

mevr. drs. J.E. Talstra

De voorzitter

F.H.T. Langeveld

Naar boven